Het schaduwkabinet: week 35 – 2011

Nederland krijgt misschien een berg. Zou het daar dan wemelen van de mannen die Mohammed heten? Ook een berg werk zijn onze lijstjes uit het:
Schaduwkabinet 

We luisterden naar: Blueneck, I Break Horses, Red Hot Chili Peppers, The Weeknd, Jozef van Wissem, Amen Dunes, Sølyst, Chris Eckman, Gillian Welch, Primus en Jassi Sidhu. En keken naar: Skeletons.


JANWILLEMBROEK 
 

Blueneck – Repetitions (cd, Perfect Storm/Denovali)
Op hun eerste twee cd’s vormt de band het fraaie midden tussen Godspeed You! Black Emperor, Mogwai, Sigur Rós, Mono, 65daysofstatic, Radiohead en Slowdive. Postrock die prachtig ondersteund wordt door piano, strijkers en af en toe zang, maar die ook imponerende epische stukken kent. Nu zijn ze terug met hun derde cd, waarop ze 9 verbluffende tracks presenteren. Ze zijn meer de liedjeskant opgeschoven door overal uiterst breekbare zang aan toe te voegen. Het klinkt haast alsof Talk Talk, Glissando en The White Birch samen een postrock band zijn begonnen, waarin de eerder genoemde bands ook deels terug te horen zijn. De fragiele en uiterst droefgeestige liedjes vol piano, cello, synthesizer, orgel en gitaren bouwen op filmische en ambientachtige wijze de spanning op, die ze soms even laten exploderen. Op die momenten brengen ze zoveel overweldigende schoonheid dat het bijna pijn doet. Luister alleen al naar de bloedstollende, aan de grond nagelende tracks “Ellipsis” en “Sawbones” en je bent verkocht (ja of helemaal niet). Melancholische krachtpatsers. Blueneck komt met een meesterwerk dat mijn jaarlijstje denk ik wel gaat halen!
Luister Online bij YouTube:
Pneumothorax

Sawbones
Venger
Sleeping Through A Storm
Ellipsis
Barriers Down
The Last Refugee

I Break Horses – Hearts (cd, Bella Union)
Het nummer “Hearts” gaat vooraf aan het album en wordt al een mini hit, met name door de fraaie remixen. Nu heeft het Zweedse duo Maria Lindén (zang) en Fredrik Balck (alle instrumenten) hun debuut uitgebracht, waar ze hun prettige mix van hedendaagse shoegaze en wave, ook wel als nu-gaze en chillwave aangeduid, presenteren in combinatie met dromerige zang en subtiele gitaarmuren. Ze brengen elementen van My Bloody Valentine, Sigur Rós, Cocteau Twins, Austra, The Cure, Efterklang en The Raveonettes samen tot één aanstekelijk geluid. Bijzonder (en) prettig.
Winter Beats / Hearts

Red Hot Chili Peppers – I’m With You (cd, Warner)
Vroeger was je redelijk vooruitstrevend en alternatief als je van de Peppers hield, tegenwoordig is het haast een guilty pleasure. Maar ik heb de band altijd gewoon goed gevonden, zelfs toen ze met hun meezingers kwamen. Over de straten van San Francisco rijden met Californication luid uit de speakers knallend, was een geweldige ervaring. Ook de albums erna die respectievelijk na 3, 4 en nu 5 jaar achter elkaar verschijnen mogen er wezen. Het nieuwe album heeft die typische Peppers sound met her en der zelfs weer een scherp randje. Tijdens het opruimen van mijn huis heeft de schijf overuren gedraaid. Veel meezingers en echt weer een ouderwets lekker en goed geproduceerd album.
Luister Online in de Luisterpaal:
I’m With You

The Weeknd – Thursday (gratis download, Eigen Beheer)
Ik heb bij de eerste van het project rond de Canadese r&b zanger Abel Tesfaye al gezegd dat ik geen voorstander ben van downloads. Ik had eerlijk gezegd ook verwacht dat ze inmiddels hun debuut wel eens zouden verzilveren op de glimmende schijf. Maar zover is het nog niet. Ze komen nu namelijk eerst met een ander gratis album van maar liefst 50 minuten. Ze brengen wederom een verslavende mix van duistere r&b met dubsteb, new wave, hip hop, pop, soul en sample gestuurde, gruizige elektronica. Het is net zo bevreemdend als toegankelijk. De referenties lopen uiteen van AR Kane, James Blake, Burial en Kanye West tot The xx, Zomby en de Cocteau Twins. Een gegeven paard mag je dan wel niet in de bek kijken, maar zelfs als je dat wel doet is het nog steeds een traktatie.
Download:
Thursday


JUSTIN 
 

Jozef van Wissem – The Joy That Never Ends (lp, Important Records, 2011)
Jozef van Wissem werkt al geruime tijd aan de terugkeer van de luit in de hedendaagse avant-gardistische muziek. Alleen al de instrumentkeuze maakt van de Nederlander (wonend in New York) een eigenzinnig en origineel artiest. Met als uitgangspunt composities waarvan de oorsprong in de renaissance en barokke stijlperiode liggen, maakt hij stukken minimale folkmuziek. Zijn creativiteit uit zich in complexe vervormingen, palindromen en terugkerende patronen, die alleen door beklemmende stiltes onderbroken worden. Voor Van Wissem-kenners is er ook wat nieuws te beleven, want The Joy That Never Ends is het eerste album met gastmuzikanten. Jeanne Madic van Vanishing Twins leest voor uit theaterstukken en filmmaker Jim Jarmush vult in Concerning the Beautiful Human Form After Death de lege plekken in met zijn brommende elektrische gitaar. Even prachtig als bijzonder. Gaat hem zien op het Incubate festival.

Amen Dunes – Through Donkey Jaw (lp, Sacred Bones, 2011)
Dit soloproject van Damon McMahon is inmiddels aan de derde release toe. Through Donkey Jaw is ook meteen de beste tot zover. De psychedelische folk van de eerdere ep Murder Dull Mind heeft een voller en krachtiger geluid gekregen, de akoestische gitaar nu voorzien van een solide versterking, feedback en reverb. De arrangementen zijn eenvoudig en kabbelen rustig voort, maar weten wel te boeien. Vooral wanneer McMahon zijn vocalen laat weerklinken: neuriënd, nagenoeg onverstaanbaar en met enige luiheid zingend versterkt zijn stem het psychedelische, trance-effect van de muziek. De meeste nummers op Through Donkey Jaw hebben de structuur van popmuziek, alleen naar het einde toe laat hij het experiment de vrije loop. De onafgewerkte chaos die hieruit ontstaat, doet niets af aan de prima kwaliteit van dit album.

Sølyst – Sølyst (lp, Bureau B, 2011)
Wat kun je verwachten van een drummer die 15 jaar in een krautrockband actief is geweest? Zeker geen afrobeat of congotronics. Toch goochelt Thomas Klein (Kreidler) op zijn eerste soloalbum met dit soort tribal ritmes, aangevuld met het analoge drumwerk dat onmiskenbaar zijn oorsprong vindt in de kraut en kosmische muziek. Voortdenderende, gedetailleerde ritmes maken regelmatig onverwachte uitstapjes naar meer complexiteit; diepe echo’s zorgen voor de dub-factor. Sølyst zou echter een saaie plaat geworden zijn wanneer TG Mauss het niet van zijn minimale synthklanken had voorzien. Hiermee gaan we pas echt terug in de tijd, voor zover Klein zelf geen herinneringen opriep aan de muziek van Can en Neu!. Een prijzenswaardige poging tot ontsnapping aan het krautrock genre, maar in die zin ook weer niet helemaal geslaagd.


LEON 
 

Chris Eckman – The Last Side of the Mountain (2008)
Geweldige bewerking van gedichten van de Sloveense dichter. Dane Zajc.
Chris Eckman van The Walkabouts kreeg een paar jaar geleden van een vriend een gedichtenbundel van Dane Zajc. Hij was zo onder de indruk dat hij telefonisch contact met hem op nam om toestemming te vragen om zijn werk van muziek te voorzien.
Helaas heeft Zajc het eindresultaat nooit kunnen horen; hij overleed in Oktober 2005 op een 76-jarige leeftijd.
De bewerkingen hebben muzikaal raakvlakken met Tindersticks, Willard Grant Conspiracy, Nick Cave en natuurlijk The Walkabouts.
Het hoogtepunt van dit album is het duet Who Will Light Your Path? Wat Eckman samen met Anita Lipnicka zingt. Haar stem heeft raakvlakken met PJ Harvey en Heather Nova.
Het is hoe dan ook niet verkeerd om je wat meer in het label Glitterhouse te verdiepen.


LUDO 
 

Gillian Welch – The Harrow & The Harvest
Had ik het interview met Gillian Welch in Vrij Nederland maar niet gelezen; ze steekt de even afgezaagde als tenenkrommende tirade 'mp3 killed the musicstar' af, culminerend in de uitspraak: 'internet doodt alle creativiteit'. Tja, van iemand die in 1920 wil leven kun eigenlijk niets anders verwachten. Terzijde: interviews met muzikanten hebben alleen nut als je ze over hun favoriete platen laat praten, dán raken ze geïnspireerd. (Zie bijvoorbeeld Pete and the Pirates in de jongste OOR.)
Maar goed, Welch dus. Ik luisterde heel recalcitrant eerst op de computer, en vervolgens leende ik haar nieuwe cd uit de bibliotheek (kostte niks, Gillian!) en – o ironie – vervolgens bleek in het bieb-exemplaar het hoesje twee keer aanwezig. Dus nu heb ik het album op alle mogelijke manieren gestolen! Met liefde, dat wel. Al hoor ik (u voelde 'm allang aankomen) liever Dave Rawlings op main vocals en Gillian back-up, dan vice versa. Maar dat heeft ook met stijl te maken, Rawlings opereert 'alleen' toch in, kuch, modernere Neil Young-modus. Bovendien is het wat klinisch opgenomen The Harrow and The Harvest érg spaarzaam geïnstrumenteerd. Ik mis de strijkers en belletjes. Jee! Ben ik ook aan het mopperen geslagen. Dat verdient het album niet, want het is weer genieten van delicaat gitaarsamenspel en een lome veranda-sfeer. Het tweeluik The Way It Will Be en The Way It Goes, bestrijkt bijvoorbeeld mooi, nou ja, twee kanten. Eerst spookachtig desolate folk ('I can't say your name without a crow flying by') en dan, muzikaal gezien, een wat lichtvoetiger bluegrass-liedje.
Skeletons (Nick Whitfield)
Uiterst plezierige film, echt zo'n liefdevol low-budget nerd-werkje. Niet eens zo goed geacteerd en geschoten, maar barstensvol slimme ideeën. En alle details zitten perfect op hun plek; een personage lijkt op Freddie Mercury, en helemaal aan het einde begint de film er ook over. Een ander personage is lange tijd mutistisch en de kijker merkt dat pas zo'n beetje áls diegene gaat praten. Tekenend voor hoe je deze maffe maar aandoenlijke wereld wordt ingetrokken. Het verhaal heeft trekjes van Charlie Kaufman, vermengd met een Inception op familie-niveau. Als de film in zwart-wit was geschoten (wat nog leuker was geweest) dan had je hier helemaal het gevoel de nieuwe Christopher "Following" Nolan te ontdekken. Twee mannen bezoeken families, waar ze als een soort exorcisten skeletten uit de kast halen, figuurlijk dan. (Het idee moet met het spreekwoord zijn gekomen.) En hier is dat bij Inception zo jammerlijk ontbrekende element van trippen op je eigen droomstof wél aanwezig. (De Freddie Mercury van het duo zwelgt in een gefabriceerde jeugdherinnering.) Na wat routineklusjes komt het duo bij een écht lastige 'case' en begint de boel snel in elkaar te storten. (En iedereen door elkaar te lopen, al dan niet in spirits.) Vanzelfsprekend converseert het duo in onnavolgbaar 'slang', waar ook uitgebreid over is nagedacht. 'You're going native! wordt er gemopperd als er te vriendelijk tegen de klanten wordt gedaan. De norse baas van het duo is trouwens een gepast maffe, typisch Britse kolonel, met snor en pet. Tot slot ook nog even de muziek noemen, dat het Transsylvanische sfeertje benadrukt met klavecimbel en Le Mystere Des Voix Bulgares-stemmen. Je voelt een Oost-Europese twist aankomen.


MARTIJNB 
 

Primus Green Naugahyde
Tim Alexander had zijn Laundry en Larry LaLonde maakte twee rare platen met No Forcefield maar ik denk dat voor hun een reünie nog het meest welkom was. Les Claypool boerde onder eigen naam met diverse projecten toch al goed, hoewel hij nooit heel anders dan Primus kon klinken. Primus is vooral in Amerika toch aanzienlijk lucratiever dan solo-projecten of Europa. Tim Alexander is na een EP (Animals Should Not Try to Act Like People uit 2003) weer vervangen door de originele Primus-drummer Jay Lane. Waar deze move de vorige keer werd omgedoopt tot Sausage is Green Naugahyde gewoon een Primusplaat en zo klinkt het ook. Zo origineel als Primus ooit was, inmiddels klinkt het zevende studio-album vooral als meer van hetzelfde, for better or for worse.

Jassi Sidhu Singing Between The Lines
Wat ik van bhangra meekrijg is een beetje eenvormig (woep-woep!), nu is dat met elk genre waar je niet ingewijd bent, maar een plaat die er tot op heden voor mij uitsprong was Ki Kehne van Jassi Singh (ex-B21). Behalve ritmische afwisseling en vernuft (ook zoals in het kikkegave Koka) valt ook het gebruik van organische instrumenten in positieve zin op. Noem 't rockisme, maar met echte drums swingt het nóg meer. Niet dat er geen elektronica aan te pas komt, maar nu is het best of both worlds, zoals bhangra zelf ook een spetterende mix van oost en west is. Op zijn nieuwe plaat Singing Between The Lines toont Sidhu zich, dat durf ik zonder veel kennis van het genre te beweren, wederom een van de betere artiesten op dit vlak. Het is lastig stilzitten met dit setje nieuwe punjabi bangers.

Comments

comments

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.