Het schaduwkabinet: week 24 – 2018

Deze week kan het natuurlijk maar over één ding gaan: die top albums in onze lijstjes uit het:

SCHADUWKABINET

We luisterden naar: AMMAR 808, Get Well Soon, Girls Names, Howart, Mourn, A Movement Of Return (2x), Pieter Nooten, Oneohtrix Point Never, Rolling Blackouts Coastal Fever, Stuart A. Staples en Tangents.

 


 

Jan Willem

AMMAR 808 – Maghreb United (cd, Glitterbeat / Xango Music Distribution)
Vorig jaar debuteert de Tunesische groep Bargou 08, hetgeen het geesteskind is van Nidhal Yahyaoui. Hij brengt muziek uit de regio van het dorp Bargou, waar targ gesproken wordt, onder de aandacht. Het levert een heel bijzonder en prachtig album op. Eén van de muzikanten uit die groep en tevens producer ervan, te weten Sofyann Ben Youssef (elektronica, synthesizer), komt nu onder het alias AMMAR 808 met de cd Maghreb United. Maghreb is het gebied dat de landen Marokko, Tunesië, Algerije, Mauretanië en Libië omvat. Op deze cd wordt AMMAR 808 dan ook bijgestaan door Mehdi Nassouli (zang, gimbri), Khalid Amrah (koorzang) en Yassine Gonzal (koorzang) uit Marokko, Sofiane Saidi (zang) uit Algerije en Bargou 08 lid Lassad Boughalmi (gasba, zokra) plus Cheb Hassen Tej (zang) uit Tunesië. Een op voorhand al verbindend plaatje. AMMAR 808 probeert de zin van wat is geweest te verbinden met wat zal zijn. Zonder verleden geen toekomst en het verleden is een collectief erfgoed. Op de cd verweven ze dan ook folklore met futuristische elementen. Niet om een fraaier beeld te scheppen dan de werkelijkheid ingeeft, maar het is een mogelijkheid hoe het eruit zou kunnen gaan zien. Diverse liederen hebben hun basis in de Targ, Gnawa dan wel Raï, maar die worden hier modern ingelijst met diverse elektronica en de diepe bassound van de Roland TR-808. De combinatie van traditionele zang en instrumenten, waarbij de gimbri hier op distorted wijze wordt gebracht, zorgen samen met de elektronica voor een unieke sound. Deze is uiterst bezwerend, opzwepend en dikwijls ook mysterieus. Het zijn niet eens per se de ingrediënten, maar juist de combinatie ervan die zorgen voor een nieuw vooruitstrevend geluid. Dat alles levert een schitterend en meeslepend geheel op. Wereldmuziek 2.0.

 

Get Well Soon – The Horror (cd, Caroline International)
Sinds 2005 is de Duitse multi-instrumentalist/zanger Konstantin Gropper bezig met zijn telkens weer vernieuwende project Get Well Soon. Hij brengt doorgaans een eigenzinnige, droefgeestige mix van Americana, indierock, filmmuziek, gospel, Balkan en singer-songwritermuziek met veel klassieke elementen, waar ook altijd iets romantisch vanuit gaat. Inmiddels heeft hij 4 albums en een soundtrack uitgebracht. Op zijn laatste, te weten Love (2016), werkt hij met vele gasten samen op klassieke instrumenten, die een stevige stempel drukken op het totaalplaatje. Eén van zijn beste tot nu toe. Nu is er The Horror, waarop Gropper maar liefst 20 gasten heeft op drums, percussie, zang, violen, piano, fagot, pauken, contrabas, saxofoon, hobo, fluit, trompet, altviolen, vleugelhoorn, euphonium, tuba, en cello. Meer dan ooit lardeert hij zijn indiesound met klassieke, minimal music en jazzelementen. Maar ook zijn meer filmische muziek wordt erdoor gemixt. In de openingstrack “Future Ruins” word je meteen al getrakteerd op de wereldse vocale partijen van Ghalia Benali. Later zijn naast diverse achtergrondzangers ook Kat Frankie en koorzanger Samuel Vance-Law van de partij. Op geweldige en rustieke wijze koppelt hij in feite de romantiek van jaren 70 orkestraties en vaudeville aan hedendaagse composities, samen met de genoemde genres. Daarbij moet je denken aan een caleidoscopische mix van Frank Sinatra, Efterklang, Philip Glass, Radiohead, Sigur Rós, Nick Cave en Final Fantasy. Op muzikale wijze ziet hij zijn angsten iin de ogen en levert daarmee wederom een ontzaglijk meesterlijk album af.

 

Girls Names – Stains On Silence (cd, Tough Love / Konkurrent)
Het geluid van de in 2009 opgerichte Noord-Ierse groep wordt er met de jaren bepaald niet lichter op, maar wel steeds beter. En dat met een toch al prima start. Ze transformeren van een combinatie van lo-fi, indie, shoegaze en surf naar een meer new wave, noise en psychedelica gerichte band. Na drie geweldige albums stapt hun drummer op en moeten ze weer de rug rechten. Dat is ze dan ook gelukt en Stains On Silence is hun volgende wapenfeit. Deze is tot stand gekomen door het trio Cathal Cully (gitaar, synthesizer, keyboard, drummachine, zang), Claire Miskimmin (bas) en Philip Quinn (gitaar). Hierop hebben ze de duistere en melancholische elementen extra aangescherpt. Ze brengen hier een fraaie mix van post-punk, synthpop en noise, die je niet bepaald in de koude kleren gaat zitten. Hoewel ze een volslagen eigen en moderne invulling aan alles geven, moet ik toch regelmatig denken aan Joy Division, O.M.D, The Cure, Iceage, Wire, Piano Magic en For Against. Maar dat zijn namen waarmee je een heel goed rapport haalt. Geen S.O.S. nodig dus, want het is een prachtig en noodzakelijk album geworden.

 

Howart – Howart (12”, Tiny Room Records)
De naam van kunstenares/zangeres Anneke Nieuwdorp ben ik eerder tegengekomen bij The World Of Dust, de groep van manlief en Tiny Room Records eigenaar Stefan Breuer (tevens in Sven Agaath, I Am Oak, Lost Bear). Maar nu is er haar gelijknamige debuut als Howart en daar zijn de rollen eens omgedraaid. Hoewel ik inschat dat dit koppel een behoorlijk gelijkwaardige relatie er op nahoudt, wordt de hoofdrol hier wel gespeeld door Anneke (zang, keyboards, samples, programmering). Zij krijgt hierbij ruggensteun van (uiteraard, anders op de bank slapen) Stefan Breuer (gitaar, zang) en drummer Dave Mollen (I AM Oak). Anneke brengt een mix aan stijlen die ze waarschijnlijk zelf niet bewust heeft meegemaakt, zegt opa, want ze brengt een mix van droompop en heavenly voices, iets dat je in de jaren 90 van labels als 4AD en Hyperium krijgt voorgeschoteld, plus noise en de krautrock uit de jaren 70. Voor de goede orde, die laatste heb ik ook niet bewust meegemaakt. Ze brengt dan ook een zeer eigengereide en bovenal mysterieuze mix van dat alles, die gevoelige snaren weet te raken. De muziek is een fraaie mix van de genoemde genres, maar dat wordt schitterend aangevuld met de etherische, bitterzoete zang en tevens experimentele stemkunsten van Anneke. De muziek roept weliswaar associaties op met Can, Cocteau Twins, Natural Snow Buildings, Swallow, Hail, Anchorage en Belly, maar lijkt dat geheel los van deze bronnen neer te zetten. Dat maakt dit debuut ook tot zo’n uniek, wonderschoon en heel veel belovend visitekaartje.

 

Mourn – Sorpresa Familia (cd, Captured Tracks / Konkurrent)
Als de Catalaanse band Mourn in 2015 debuteert zijn 3 leden 18 jaar en is de jongste (Leia) pas 15. Toch hebben ze een volwassen sound in huis, maar wel met een lekkere punkattitude; ook in de lengte van de nummers komt dat terug. Ze grijpen daarbij dikwijls terug op muziek van weleer, maar dat maakt niets uit. Ze doen dat namelijk vol overtuiging en op meeslepende wijze, waar de urgentie vanaf spat. Dat laten ze ook hun tweede cd Ha, Ha, He.. horen, dat een jaar later verschijnt. Nu zijn Carla Pérez (zang, gitaar), Jazz Rodriguez Bueno (zang, gitaar), Leia Rodriguez (bas) en Antonius Postius (drums) terug met Sorpresa Familia. Op de “familie verrassing” brengen ze twaalf, wederom korte songs die na een krap half uur finishen. Kennelijk is hier een hoop woede, frustratie en passie aan vooraf gegaan, hetgeen ze niet in puberende maar kontschoppende, sterke songs hebben omgezet. Het klinkt meer gedreven en minder punkachtig, al weten ze nog altijd een fijne bak herrie te brengen. Maar op de één of andere muziek komt de muziek nu nog meer binnen, terwijl het niets afdoet aan het pakkende aspect ervan. Denk aan een fijn kruisbestuiving van Fugazi, Pinback, PJ Harvey, METZ, Deerhoof, Babes In Toyland en That Dog. Ja, ook kleine muzikantjes worden groot(s).

 

A Movement Of Return – Completion (cd, Monopsone)
A Movement Of Return – Inward Ep (cdep, Monopsone)
De Franse muzikant Frédéric Parquet start zijn muzikale pad met de coldwave-noise-gaze groep Mechanism For People. Daarmee brengt hij de albums The Others Turn To The Shadow (2008) en Never Reach For The Stars (2011) uit. In 2015 keert hij terug als A Movement Of Return met de cd Half Sin Half Life. Hierop laat hij een gruizig geluid horen, waar shoegaze, noise, wave en elektro op melancholische wijze de revue passeren. Dat wordt aangedikt met de Engelstalige, herfstige zang. Het levert een gevarieerd en overtuigend album op. Nu is daarop het vervolg Completion. Parquet (zang, gitaar, piano, programmering) wordt hierop vergezeld door drummer Charlie Poggio (Blankass, Érik Arnaud, Florent Marchet, Buzy) en gitariste Aurélien Fenoulière. Ze brengen weer die eerder genoemde mix, die hier iets meer elektronisch uitpakt. Maar nog altijd zit er een heerlijk vintage vernis over de verder moderne songs. Ik kan me voorstellen dat ze hier liefhebbers van M83, I Like Trains, Editors, The Cure, O.M.D., New Order, Sisters Of Mercy en vast nog wel meer op hun melancholische wenken bedienen. Het levert 8 ijzersterke duistere songs op, die je niet in de koude kleren gaan zitten.
Daarnaast hebben ze eveneens de mini Inward Ep uitgebracht, die gezien de lengte van bijna 41 minuten van hun hierboven besproken cd, gemakkelijk daarbij zou passen. Ze laten namelijk 4 nummers van een krappe 20 minuten het licht zien. Eén daarvan is een langere versie van de albumtrack “Thunder”. De andere 3 nummers zijn helemaal nieuw. Hierop doet als vierde muzikant ook nog gitarist Jeff Chardonnet mee. De muziek sluit zeker aan bij het album en bevat duidelijk geen kliekjes. Ze brengen hier iets meer shoegaze-gerichte songs, wat misschien de aparte uitgave ook wel rechtvaardigt. Eigenlijk toont de groep op bescheiden wijze aan dat ze zich kunnen meten met de grote stadionacts in dit genre. Al met al leveren ze hier een geweldig tweeluik af.

 

Pieter Nooten – Stem (cd, Rocket Girl)
Voordat Pieter Nooten zijn eigen muzikale weg gaat maakt hij vanaf 1983 deel uit van Xymox, dat al snel de naam Clan Of Xymox aanneemt. Het brengt ze zelfs op het prestigieuze 4AD label, waarop ze twee prachtalbums uitbrengen en Pieter Nooten samen met Michael Brook ook nog de klassieker Sleeps With The Fishes. Na het 4AD avontuur heten ze weer Xymox. Nooten haakt na twee albums af en gaat op eigenzinnige zijn eigen gang. Solo waaiert zijn geluid uiteen van techno en downtempo tot ambient en neoklassiek. Zijn vijfde en laatste wapenfeit Haven is uit 2013. Daarmee levert hij een subliem, melancholisch album af dat zich op het snijvlak van ambient, elektronica en neoklassiek bevindt. Vijf jaar later is hij eindelijk terug met Stem. In een klein uur brengt hij 10 nieuwe composities, waar hij een verfijnde mix van elektronica en klassieke instrumenten laat horen. Zijn elektronische, melancholische ambient wordt door gasten her en der schitterend ingekleurd met piano, viool, altviool, cello’s en ambientgitaar. Hij mag in vier van de vijf stukken met strijkers rekenen op de steun van klasbak Stefano Guzzetti. De overige orkestraties en sowieso de arrangementen worden door Nooten zelf gebracht. Op subtiele en bovenal fraaie wijzen komen verschillende disciplines samen en vormen een organisch geheel. Dat levert diepgravende, zinnenstrelende, droefgeestige en dromerige pracht op. Wat een ongelooflijk meesterwerk!

 

Oneohtrix Point Never – Age Of (cd, Warp)
De bezig bij Daniel Lopatin is sinds 2007 vooral bekend van zijn avontuurlijke elektronische project Oneohtrix Point Never, al kan je hem ook terugvinden in Games, Astronaut, Skyramps, Infinity Window en naast Anohni. Met OPN maakt hij het verschil door IDM, drones, glitch, ambient, kraut en zelfs musique concrète op stuiterende wijze aan elkaar te knopen. Dat levert diverse klasse albums op en zelfs een soundtrack. Maar nu is er Age Of, waarop je bijna alles wat je van hem kent overboord kunt zetten, zij het dat het grillige karakter van de muziek wel overeind blijft. Zo opent hij met een klavecimbel, die verder op de plaat ook wel terugkomt, en andere akoestische instrumenten. Hij brengt hier een wonderlijke en experimentele, collageachtige mix van stuiterende beats, r&b, dubstep, synthrock, ambient, Barok, glitch, IDM, funk, jazz en allerhande elektronische en akoestische sounds, die steeds in andere combinaties bij elkaar gezet worden. Daarbij levert Prurient driemaal en Anohni viermaal een vocale bijdrage. Dat naast die van Lopatin zelf, veelal met behulp van de vocoder. Diverse andere gasten waaronder James Blake brengen verder nog keyboards, drums en productionele ondersteuning. Eigenlijk is het ondoenlijk te beschrijven wat je hier allemaal te horen krijgt. Ongrijpbare muziek, soms haast kakofonisch, die je toch bij de lurven weet te grijpen, ook al begrijp je soms niet eens waarom. Elke luisterbeurt ontdek je weer iets in dit cryptische, intrigerende album. Een prettig chaotisch coherent hoorspel. Ook zo kan muziek diepe indruk maken!

Luister Online:
Age Of

 

Rolling Blackouts Coastal Fever – Hope Downs (cd, Sub Pop / Konkurrent)
Vorig jaar maak ik aangenaam kennis met de Australische groep Rolling Blackout Coastal Fever. Dat is middels hun heruitgebrachte minidebuut talk Tight uit 2015. De Coastal Fever is erna pas toegevoegd als ze erachter komen dat er in Engeland een groep met dezelfde naam bestaat. Ook verschijnt vorig jaar hun tweede mini The French Press. Op beide gelden ze als een enorme belofte. Tom Russo (gitaar, zang), Fran Keaney (akoestische gitaar, zang), Joe White (gitaar, keyboards, zang), Marcel Tussie (drums) en Joe Russo (bas) brengen namelijk een sound die doet denken aan de betere rockbandjes uit de jaren 80 en 90 maar steken dat in een fris jasje, hetgeen zeer vertrouwde en aanstekelijke songs oplevert. Op hoog tempo brengen ze een evenzo pakkend als stekelig geluid. Daarmee gaan ze gewoon door op hun eerste volledige cd Hope Downs, zij het dat ze een minder frivool en een veel gedetailleerder geluid laten horen. Het barst nog altijd van de energie en het vijftal houdt de vaart er goed in, waardoor ze je moeiteloos meesleuren met hun indierock. Daarbij doen ze denken aan The Go-Betweens, Motorama, The Fall en een op hol geslagen New Order. De belofte die ze waren zijn ze nu echt voorbij en Australië is een nieuwe sensatie rijker. Geweldig debuut!

 

Stuart A. Staples – Arrhythmia (cd, City Slang / Konkurrent)
Hoewel Tindersticks-frontman Stuart A. Staples misschien wel het zoetste ingrediënt is van zijn band, laat hij solo dikwijls ook een andere kant van zichzelf horen. Hij is dan veelal persoonlijker en brengt een meer sobere sound ten gehore. Hij heeft al twee soloalbums op zijn naam staan, die fans van de Tindersticks zeker wel zullen bevallen. Maar liefst 13 jaar later komt hij met zijn volgende, derde cd Arrhythmia aanzetten. En daar gooit hij het behoorlijk over een andere boeg. Hij brengt slechts 4 tracks met lengtes van ruim 5, 10,5, 7,5 en zelfs 30 minuten. De muziek bevat dan wel die nachtelijke atmosfeer van zijn band, maar het is minimaler en zeker ook meer experimenteel. Zijn prachtig, emotioneel geladen herfstige zang gaat hier vaak op fluisterende wijze over decors van jazzy tapijten waar ook glitch, minimale postrock, neoklassiek en filmische plus allerhande experimentele elementen voorbij komen. Soms uiterst klein en intiem, maar op andere momenten ook heel ritmisch en groter uitpakkend. Met de Tindersticks maakt hij al dikwijls soundtracks voor de films van Claire Denis, maar de ruim 30 minuten durende afsluiter “Music For A Year In Small Paintings” is gebaseerd op de film die zij zou maken voor de 365 luchtschilderijen van Suzanne Osborne uit 2011, de partner van Staples. Dat levert al met al een schitterend album op dat voer is voor de fans van de Tindersticks, maar duidelijk een andere en meer persoonlijke, unieke koers vaart. Bijzonder mooi!

 

Tangents – New Bodies (cd, Temporary Residence Ltd. / Konkurrent)
Tangents is een Australisch vijfkoppig gezelschap bestaand uit Adrian Lim-Klumpes (piano, Rhodes, vibrafoon, marimba, pedalen), Evan Dorrian (drums, percussie), Ollie Bown (computer), Peter Hollo (cello, effecten) en Shoeb Ahmad (gitaar, pedalen). Ze hebben inmiddels de albums I (2013) en Stateless (2016) uitgebracht. Hierop brengen ze postrock zoals deze bij de introductie van de term bedoeld is, namelijk instrumentale, ritmische en jazzy muziek. Rock zonder de gitaar in de hoofdrol. Dat doen ze op hun derde New Bodies met meer overtuiging dan ooit. Daarbij gaat het van jazzimprovisaties, minimale pianomuziek en jazzy postrock naar ritmische elektronische, filmische en experimentele muziek. Dat levert 7 indringende, broeierige stukken op, die je bijna 50 minuten lang in hun greep weten te houden. Denk daarbij aan een kruisbestuiving van Talk Talk, Dale Cooper Quartet And The Dictaphones, Tortoise, Dictaphone en Four Tet. En dat levert een imponerend werk op.

Comments

comments

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.