NNM is een serie waarin we nieuwe muziek van Nederlandse artiesten bespreken.
Radboud Mens / Fernando José Pereira – The Inoperative Suspension Of A Stoppage (cd, ERS)
In de jaren 90 heb ik veel muziek van de fijne buitencategorie leren kennen in de Amsterdamse muziekwinkel c.q. platenlabel Staalplaat. Dat mede door tips van Radboud Mens. Later leer ik hem ook kennen als muzikant of beter gezegd geluidskunstenaar, geluidsontwerper en componist. Dat onder zijn eigen naam, maar ook als Hyware en Technoise en groepen als Cloud Ensemble (met onder andere Michel Banabila en Rutger Zuydervelt), L.O.S.D., Mensimonis (met Lukas Simonis), Staalplaat Soundsystem, Ohm en nog wel meer. Daarnaast zijn er legio samenwerkingsverbanden met diverse artiesten, waaronder Jaap Blonk, Michel Banabila, Stephan Mathieu, Janek Schaefer, Craig Ward, Arno Peeters, Dan Armstrong, Matthijs Kouw, Roel Meelkop, Rutger Zuydervelt, Marco Douma en Son Of Chi. En of het nog niet genoeg is, houdt hij er tevens de labels Hond In De Goot en ERS op na. Radboud bouwt dikwijls zijn eigen instrumenten en opereert op experimenteel gebied, dat gaat van ambient, minimal, dub en techno tot noise, drones en abstract en experimentele muziek. Hierbij lijkt een bepaald concept of sfeer altijd boven het genre te gaan.
Radboud Mens (gitaartafel, drone machine, veldopnames, elektronica) is nu terug met het album The Inoperative Suspension Of A Stoppage, dat hij samen met Fernando José Pereira (elektronica) van de Portugese groep Haarvöl heeft gemaakt, waarvan net het nieuwe prachtalbum Seeking The Intimacy Of Silence is verschenen. Beide hebben in hun muziek enige overlap, die ze hier op afstand dan ook opzoeken en middels bestandsuitwisseling hebben gecreëerd. Overigens hoor je dat aan de muziek niet af, want die heeft er door de intieme sfeer en organische karakter alle schijn van dat dit dicht bij elkaar gemaakt is. De titel, vertaald “De niet-werkende opschorting van een onderbreking”, moet je even een paar keer lezen om hem nog niet helemaal te snappen en de filosofie achter het album is ook lastig te volgens. De elementen die een rol spelen zijn tijd, duur, het kwijtraken en proberen terug te halen van tijd en tijd los te zien van tijd zelf. Ze stellen dat als je iets onderbreekt, dit geen passieve bezigheid is, maar een verandering van wat er dan in die tijdsduur gebeurt. Als je midden op een brug stil gaat staan, spelen tijd en duur nog altijd een rol, staan je hersenen niet stil en is de brug er gewoon nog. Maar diep van binnen is hetgeen ze met de muziek willen overbrengen een soort verlangen, waarbij je kunt nadenken over het verleden, heden en de toekomst. Dat laatste kan je ook wel uit de muziek halen. Ze brengen namelijk in hun 6 composities van samen maar liefst 65 minuten rustig voortschrijdende, contemplatieve en tot de verbeelding sprekende muziek, die je even wegneemt uit de realiteit. Het is een kruisbestuiving van drones, ambient, veldopnames en allerhande elektronische geluiden, die heel geleidelijk van karakter veranderen. Dat doen ze op dusdanige wijze met subtiele lagen die zorgen voor diepgang en dat je continu geboeid blijft en verrast wordt. Eenmaal, in het voorlaatste stuk, klinken er ook gitaarklanken die je weer even naar de realiteit terugbrengen, om tot besluit nog wat grillig te eindigen. Door alles hebben ze een melancholische draad gevlochten, waardoor de muziek je ook echt weet te raken. Ik gebruik bij muziek van de buitencategorie zelden het woord mooi, maar hier is dat naast biologerend, bezinnend, beklijvend en briljant wel van toepassing. Dit is zo’n album dat je niet snel meer loslaat. Deze eerste samenwerking smaakt naar meer!