[cd, Thrill Jockey/Konkurrent]
John Parish is zo’n artiest die door zijn bescheiden opstelling en niet al te hoge productie pas laat tot het grotere publiek weet door te dringen. Maar zo langzamerhand is hij stiekem uitgegroeid tot een grootse held, die langer meegaat dan veel zullen vermoeden. Tijd om hem eens in het zonnetje te zetten. De onlangs 54 jaar geworden Britse muzikant heeft in feite 3 gezichten, die van bandlid (dan wel gastmuzikant), die van soloartiest en die van producer. In 1977 start hij al met de band Thieves Like Us, waarvan één mini lp en wat singles zijn verschenen. In het decennium erna formeert hij met Rob Ellis (Spleen, Christmas) de groep Automatic Dlamini, waar later ook onder velen PJ Harvey tijdelijk deel van uit maakt. Ze hebben 2 niet meer verkrijgbare albums uitgebracht. Aan het eind van de jaren 90 is hij nog te vinden in White Hotel, zij aan zij met Colleen Browne (The Heart Throbs, Pale Saints). In die tijd start ook zijn solocarrière met de cd Dance Hall At Louse Point (1996), die hij samen met PJ Harvey maakt en wat ze samen 13 jaar later nog eens doen. Na het debuut wisselt hij soundtracks af met eigen conceptplaten, terwijl hij zich ook suf werkt als sessiemuzikant op diverse instrumenten (Spleen, 16 Horsepower, Goldfrapp, Eels, Dominique A, Sparklehorse) en producer van onder meer Eels, Sparklehorse, 16 Horsepower, Tracy Chapman, Rokia Traore, Arno, Goldfrapp, Giant Sand, Peggy Sue, Bettie Serveert en pas nog voor Jenny Hval. Hij toert tussendoor ook nog als live bandlid van PJ Harvey en Eels. Zijn solowerken komen ergens tussen modern klassiek, indie, ambient, post-rock en alternatieve rock uit. Van alle markten thuis noem je zo iemand dan.
Zoals gezegd maakt hij ook soundtracks, zowel voor televisie en films als theaterproducties, hetgeen hij eerder vol verve heeft gedaan met Rosie (1998) en She, A Chinese (2010). Zijn nieuwste cd Screenplay is een soort “best of” compilatie geworden van een aantal van zijn overige soundtracks; de ondertitel luidt dan ook: The Film Music Of John Parish. Je krijgt delen van “Little Black Spiders” en “Nowhere Man” van de Belgische regisseur Patrick Toye, met Nederlandse teksten uit die films. Daarnaast vind je er stukken uit de films “Sister” (aka “L'Enfant D'en Haut” van Ursula Meier), “Collaborator” (van Martin Donovan) die nooit gebruikt zijn, “Plein Sud” (van Sébastien Lifshitz) en “My World Is Upside Down” (van Petra Pan). Bij elkaar serveert Parish hier 19 tracks, die allen sfeervol maar uiterst gevarieerd zijn. Het is dan ook alles behalve standaard soundtrackwerk geworden en de nummers hebben voor hun bestaansrecht de films ook helemaal niet nodig. Parish brengt muziek die laveert van jazz, avant-garde, neoklassiek en ambient naar indie, noise, post-rock en zelfs popmuziek. Hij krijgt hulp van vele vrienden en vriendinnen op zang, saxofoon, bas, drums, keyboards, klokkenspel, gitaar, viool, trompet en lap steel, maar speelt het merendeel gewoon zelf. Het is een heerlijke, afwisselende potpourri geworden die vreemd genoeg wel helemaal bij elkaar past en een zinderend geheel vormt. Er zijn wel eens mindere goden voor legendarisch uitgemaakt. Los daarvan is dit gewoon een fenomenaal album geworden.
Luister Online:
Screenplay (album in de player rechts)
door Jan Willem Broek