Justin Bieber steelt credit card voor een penisvergroting. Dat kan ons natuurlijk geen zak schelen met onze opwindende lijstjes uit het:
We luisterden naar: …And You Will Know Us By The Trail Of Dead, Bitcrush, Blueneck, Crippled Black Phoenix, A Dead Forest Index, Efterklang, Larkin Grimm, Edward Ka-Spel, Motorama, Susanne Sundfør, Twinsistermoon, Maan, Jens Lekman en Jano. En keken naar: On The Road. En gingen naar: Qoçaq Əsgərov & Ansambl "Turan".
…And You Will Know Us By The Trail Of Dead – Lost Songs (2cd, Superball Music/ Century Media)
Deze groep draait nu al zo’n 15 jaar mee en in plaats van dat hun geluid rustiger wordt na al die tijd, lijken ze steeds hardere albums te produceren. De nieuwe cd komt als cd met bonustracks, een 180 pagina’s tellend boek en een tweede schijf met andere, meer experimentele versies. Ze knallen er werkelijk van begin tot het eind keihard op los en brengen het beste van Smashing Pumpkins, The Mars Volta, Sonic Youth, Aereogramme, Deftones, Red Hot Chili Peppers, Fugazi, Drive Like Jehu, Envy en Foo Fighters. Kortom, het betere snoeihard gitaarwerk afgewisseld met sterke stukken van bezinning. Hun beste tot nu toe. Wat een monumentaal werk!
Bitcrush – Collapse (cd, n5MD)
Mike Cadoo is tot 2005 met Mike Wells actief als Gridlock. Deze Amerikaanse band zit in de hoek van Skinny Puppy. Vanaf 2000 opereert hij al solo als Dryft, om in 2004 over te stappen naar zijn huidige muzikale vehikel Bitcrush. Hiermee begint hij in de hoek van de idm, glitch en ambient, maar schuift steeds meer op naar de shoegaze en post-rock. Hij klinkt in zijn middenperiode dikwijls als Slowdive die verder is gegaan na Pygmalion. Geen album is hetzelfde. Een bijzonder fraai project, waarvan eerder al 5 albums en een remix cd zijn verschenen. Nu komt hij met zijn zesde wapenfeit, waarop slechts 5 nummers staan, maar wel met een totale lengte van 49 minuten. Hij neemt duidelijk meer de tijd om zijn stukken uit te werken. Zo opent de cd nog heel vertrouwd met een mix van ambient en shoegaze, waarin de post-rock op de achtergrond blijft. Maar na een aantal minuten zwelt het gitaargeluid aan, richting metal zelfs en wordt de percussie krachtiger. Daarbij zingt hij op duistere wijze. Hij laat tussendoor ook van die rustieke pracht horen, zoals we van hem gewend zijn, maar regelmatig legt hij een stevig geluid aan de dag, die slechts door de melancholische ondertoon verbonden is met de rest van zijn werk; Slowdive meets Isis meets Fennesz, zoiets. Het is zijn meest directe en krachtigste cd tot nu toe geworden. IJzersterke cd!
Luister Online:
Collapse (album)
Blueneck – Epilogue (cd, Denovali)
Epilogue ofwel epiloog is niet de laatste cd van deze fantastische band, die vorig jaar bovenaan in mijn TOP20 eindigde, maar een instrumentaal toetje. Ze hebben zich hier laten inspireren door Brian Eno, Air, John Carpenter en Clint Mansell. Hiermee weten ze weer bijzonder mooie stukken neer te zetten, die eigenlijk weer meer aan hun oude werk doet denken en dus ergens tussen Godspeed You! Black Emperor, Mogwai, Sigur Rós, Mono, 65daysofstatic, Radiohead en Slowdive uitkomt. Maar nu tevens met de elementen van hun inspiratiebronnen. Ze brengen dan ook tussendoor meer elektronische en andersoortige experimenten. Het is al met al zeker geen kliekjesplaat maar een lekker toetje geworden, alleen net iets minder lekker dan het hoofdgerecht van vorig jaar. Volgend jaar verschijnt er alweer een album met zang.
Luister Online:
Symbiosis 2
Crippled Black Phoenix – No Sadness Or Farewell (cd, Mascot Music/Cool Green Recordings)
Ach ja, als je eerder dit jaar met een dubbel cd op de proppen komt dan wordt het hoog tijd om nu al je zesde album uit te brengen. Het immer veranderlijke gezelschapsproject rond Justin Greaves (Iron Monkey, Teeth Of Lions Rule The Divine, The Varukers) gaat gewoon z’n gang. Nu komen ze met meer emotioneel geladen songs, die ergens in de hoek van Grails, Mogwai, Mark Lanegan, Godspeed You! Black Emperor, Cure, Her Name Is Calla, Blueneck, Pink Floyd en A Whisper In The Noise uitkomen. Een soort doomballads met post-rock en wave elementen. Alleen de slottrack laat weer die vertrouwde stoner horen. Een totaal ander album weer en wederom van grote klasse.
A Dead Forest Index – Antique (mcd, Denovali/OSCL)
En nog een release op Denovali in samenwerking met OSCL records, ditmaal van de Australische broers Adam (zang, gitaar, harmonium, orgel) en Sam Sherry (drums, percussie, zang). Zodra Adam op zijn getourmenteerde wijze begint te zingen moet je denken aan de jaren 80 en bands als Cindytalk, Virgin Prunes en Black Tape For A Blue Girl. Dat terwijl de muzikale omlijsting een hedendaagse mix van rock en wave is. Je hoort ook Calla, Ormonde en Exitmusic wel terug in de prettig duistere sound van het duo. In de laatste paar tracks experimenteren ze er ook lustig op los. Het zijn weliswaar maar 5 nummers, maar ze leveren een grote belofte voor de toekomst af.
Efterklang – Piramida (cd, 4ad)
Ja Ludo, die man zong altijd al, alleen was de zang niet hetgeen Efterklang tot een sterke band maakte. Dat zijn hun immer bijzondere, sprookjesachtige creaties, die het midden houden tussen neoklassiek, pop en post-rock. Maar nu hebben Mads brauer, Casper Clausen en Rasmus Stolberg ook de zang in goede banen weten te leiden. De solozang dan, want de fraaie koren waren er altijd al. De Denen laten ook een meer ingetogen geluid horen, zoals in hun begin jaren, wat me eerlijk gezegd beter bevalt dan het popcircus dat ze aan het opbouwen waren. Ze brengen een stemmig geheel met wat meer ruimte voor de elektronica. Ondanks een waar leger aan gastmuzikanten, waaronder Nils Frahm, Agnes Obel en Peter Broderick (who else?), houden ze het geluid klein, sober en intiem. Dat pakt uitstekend uit en levert diverse magische momenten op. Een innemend prachtalbum in een evenzo boekwerk.
Larkin Grimm – Soul Retrieval (cd, Bad Bitch)
Ze is het kind van twee weggelopen hippie ouders, die vervolgens tot haar zesde met haar wonen in een religieuze sekte The Holy Order Of MANS. Daarna met 5 kinderen en niet al te beste economische omstandigheden de school doorgeworsteld. In de pubertijd wanneer de hormonen door haar lichaam gieren wint ze wel even een volledige beurs om kunst op Yale te gaan studeren. En zo geschiedde. Ze kan niet zo goed tegen het elitaire zootje daar en gaat reizen. Na Guatemala en Thailand gaat ze een tijd in een tent wonen in Alaska. Daar wordt ze bijna opgegeten door een indiaan. Hierna brengt ze tijd door met natuurbeschermers, zwervers en andere merkwaardige mensen. Dan toch maar weer terug naar Yale, waarbij ze ook even deel uitmaakt van de band The Dirty Projectors. Ze studeert af en gaat muziek maken. In de zomer leeft ze in een tent. Tot nu toe heeft ze twee albums uitgebracht op het leuke, maar obscure Secret Eye Records en vier jaar geleden één op Young God records van Michael Gira. Een modern sprookje, maar ja ze heet niet voor niets Grimm. Het is rare meisjes muziek van de bovenste plank. Op haar vierde cd is dat niet anders. Haar singer-songwritermuziek wisselt ze af met altcountry, freakfolk, Americana, blues en dark cabaret, allemaal voorzien van haar heerlijke, soms haast onaardse zang. Ze wordt daarbij door 9 gastmuzikanten bijgestaan op gitaar, harp, viool, mandoline, blaasinstrumenten en zang. Heel gevoelige en bevreemdende songs wisselen elkaar af, maar ze zijn altijd innemend en origineel. Denk aan een mooie kruisbestuiving van Devendra Banhart, Kimya Dawson, CocoRosie, Faun Fables, Jarboe, Hail, Mia Doi Todd, Josephine Foster en Jana Hunter. Een bijzonder goed unicum deze dame!
Luister Online:
Soul Retrieval (albumsnippers)
Edward Ka-Spel – Ghost Logik (2cd, Rustblade)
De solocatalogus van Legendary Pink Dots frontman Ka-Spel is al bijna zo dik aan het worden als zijn moederband. Solo laat Ka-Spel veelal een moeilijk doordringbaar, psychedelisch geluid horen dat meer dan intrigerende prachtmuziek oplevert. Bij zijn nieuwe dubbel-cd, die overigens ook als 3cd+dvd verkrijgbaar is, is het allemaal behoorlijk duistere maar op doorwaadbare wijze. Alsof hij de luisteraar deel wil maken van een meer persoonlijk universum en de zwarte kolkende lava-achtige drones naar de achtergrond heeft gedrukt. Die intimiteit merk je helemaal in het werkelijk prachtige “Throwing Things”. Ka-Spel prevelt zijn persoonlijke teksten op de duistere en bovenal spannende ondergrond en weet diepe indruk te maken. De lieflijk psychedelische geluiden borrelen nog wel naar de oppervlakte, maar voor de rest blijven de psychedelica tot de tweede helft van de cd wat buiten het gehoor. Daarna is het weer een prettig bevreemdende trip, zoals we van hem gewend zijn. De tweede schijf bevat vier diepgravende, langgerekte soundcapes die je even heerlijk uit de realiteit halen. Ik hoop van harte dat Ka-Spel en de zijnen nog lang door zullen gaan.
Motorama – Calendar (cd, Talitres)
Russische post-punkband, die met hun tweede schijf op het Franse Talitres zijn beland. De groep laat een soort adhd-wave horen waarin wel de Comsat Angels, Joy Division, Wedding Present en Cure in doorklinken. Qua zang neig je weer naar I Like Trains en Interpol. Doordat alles lekker uptempo is, krijgt de melancholie en duisterheid die de muziek wel degelijk bevat niet echt vat op je. In de paar rustige stukken wel en ook daar is het genieten geblazen. Ontwapende wave!
Susanne Sundfør – The Silicone Veil (cd, Grönland)
Deze enigmatische Noorse zangeres en toetseniste presenteert nu haar derde of eigenlijk vierde cd (de eerste 2 bevatten dezelfde nummers, maar zijn totaal verschillend uitgevoerd). Ze werkt hierop net als op de vorige één op één samen met multi-instrumentalist Lars Horntveth (gitaren, kerkorgel, piano, vibrafoon, synthesizers, drumprogrammering, strijkarrangementen) van Jaga Jazzist, die het album ook heeft geproduceerd. Daarnaast doen er nog een aantal gasten, waaronder Stian Westerhus (elektronica), plus een 16-koppig strijkensemble mee. Maar haar allersterkste wapen is toch vooral haar ijzingwekkende stem. Ze kan er alle kanten mee op en heeft een enorm hoog bereik. Dat laatste laat ze nu dikwijls horen en daar moet je van houden. De muziek is een consistente mengelmoes van jazz, klassiek, singer-songwritermuziek, pop, filmmuziek en elektro. Ze weet het veelal te verpakken in een onaards, mysterieuze sfeer hetgeen me nog het meest aan Hector Zazou doet denken. Daarnaast hoor je invloeden als Bel Canto, Kate Bush, Fever Ray, Jenny Hval, Susanna, Jaga Jazzist en Soap&Skin. Heel bijzondere, magische pracht.
Twinsistermoon – Bogyrealm Vessels (cd, Handmade Birds, 2012)
Verzamelaars van Natural Snow Buildings en aanverwante projecten hebben het vanouds zwaar dit jaar. Als er dan toch keuzes gemaakt moet worden, is dit nieuwe album van Twinsistermoon, het solo project van Mehdi Ameziane, een veilige. Weinig verrassend wisselt hij hier weer tussen ambient drones en eigenzinnige, psychedelische folkmuziek, waarbij vooral zijn androgyne stemgeluid aanwezig is. Ondanks de gebruikelijke lo-fi productie is Bogyrealm Vessels rijkelijk gevuld en kan zeker tijdens de instrumentale stukken behoorlijk overdonderd zijn. Verwacht geen vernieuwende elementen, maar wel weer die pracht waar Twinsistermoon om bekend staat. Uitgebracht in een (uiteraard) gelimiteerde DVD box.
Maan – Khomeini 99 (cassette, Smeltkop, 2012)
In het voorprogramma van Fushitsusha (zie het Schaduwkabinet week 42) maakte dit Gentse duo bestaande uit Simon Marius en Tim Depraetere al een behoorlijke indruk. Hun debuut release – een tape op het al even verse Smeltkop label – is misschien nog wel leuker. Bij Maan staat spontaniteit hoog in het vaandel, en door te improviseren met gitaar, bas, blokfluit, percussie en noisy elektronica weten ze dat gevoel ook daadwerkelijk over te brengen. Donkere stukken zware drones en zelfs black metal-achtige zang worden in veertig minuten regelmatig afgewisseld door ongedwongen jams met een huiskamersfeertje, zonder dat deze op de zenuwen gaan werken. Veelbelovend.
Jens Lekman – I Know What Love Isn't
Niet meer zo lo-fi, wel weer lo-fraai. Je zou bijna denken dat er een groot publiek voor zou kunnen zijn. She Just Don't Want to Be with You Anymore deelt het zoete retro-geluid met de Tallest Man On Earth.
On The Road (Walter Salles)
Het boek der boeken natuurlijk, in elk geval voor mij als puber, en dat decennia na dato. Zegt iets over mijn Amerikaans-romantische inborst, maar toch ook wat over de onverwoestbare kracht van het werk. Zoals het een goede roman betaamt 'leest' iedereen zijn eigen versie erin. Voor mij (en tig miljoen anderen) gaat On The Road over ritme. Het ritme van reizen, het ritme van muziek, het ritme van woorden. Bij Salles komt de muziek er bekaaid vanaf (op één toeterscene in het begin na dan). Ook het reizen beperkt zich tot overbodige plaatsnaampjes die af en toe verschijnen, in een wat te modern aandoende cinematografie. De woorden blijven (al dan niet in dichtvorm) wel overeind, al ontbreken de opjuttende dialogen. Voor Salles is On The Road namelijk een boek over seks. Vandaar dus dat de dames zo prominent in die trailer figureerden! Dean Moriarty is hier een Brad Pitt-achtige seksgod met manische Jack Nicholson-trekjes. En Sal Paradise? Die kijkt van een afstandje bewonderend toe. Dean doet het met alles en iedereen. Zijn hele denkraam lijkt uit niets anders te bestaan. Het neigt soms naar een schelmenkomedie. Sal (Sam Riley) en Dean (Garrett Hedlund) naakt in een auto met Twilight-meisje Kirsten Stewart aan de 'versnellingspoken'. Dat soort dingen. Gedenkwaardige cameos zijn er voor Steve Buscemi (ik verklap niets) en Viggo Mortensen. Van de laatste (als Old Bull Lee aka Burroughs) had ik nog wel wat meer willen zien, want het hart van On The Road bestaat toch uit twee bloedbroeders die door middel van een vriendschap op noodsnelheid het leven in al zijn facetten opzuigen. Met Burroughs als de Grote Aangever, en het boek van Kerouac als één van de resultaten. Het slot van de film, als de vriendschap implodeert en het boek geschreven gaat worden is wél mooi, en opvallend bitter.
Qoçaq Əsgərov & Ansambl "Turan" @ Rasa, Utrecht
Mijn derde Azerbeidzjaanse show en het is interessant te zien wat voor publiek er op komt dagen bij deze toch niet altijd even toegankelijke muziek. Bij Zabit Nəbizadə was er een klein, gemengd gezelschap, de tweede keer trok Mənsum İbrahimov behoorlijk wat Azerbeidzjanen (gezinnen met kinderen zelfs) en nu bij Qoçaq Əsgərov lijkt er een bus studenten te zijn afgezet. Geen idee in wat voor kader die hier vanavond waren, maar de ontvangst was weer warm. Wel meer versterking en daardoor een wat officiëlere concertsfeer (vooral bij Nəbizadə was het bijna huiskamer-achtig). Behalve tar (de luit), kamancheh (spijkerviool, het klinkt zo simpel maar wat kunnen ze 'm toch laten huilen) en nagara (drum) is er ook een blazer bij die balaban (doudouk) en fluit speelt en ook zurna. Maar heel af en toe en da's maar goed ook want wat een herrie maakt dat ding, uitstekend bij de meer uitbundige stukken. Verder is er veel virtuoos vuurwerk, maar ook een lang ingehouden stuk met een hoofdrol voor de ud van Mircavad Cəfərov, die voor de rest voornamelijk tar speelt. Afgesloten wordt er, zoals gewoonlijk, met Mehriban Olaq, al volgt er nog een toegift. Wederom een buitengewoon mooie muğam-avond.
(Hier met andere begeleiders dan in Rasa)
Jano Ertale
Ik stuitte op zoek naar Ethiopische reggae/dancehall (leek me logisch dat dat daar ook gemaakt werd) op een Ethiopisch rocknummer van Betty Rock. Niet lang daarna zag ik Bill Laswell (al weer enige tijd getrouwd met een Ethiopische) Jano aanprijzen. Uit de korte samples kon ik nog niet veel opmaken, maar nu is het debuut er eindelijk en het valt helemaal niet tegen. Misschien ietsje braver dan ik zou willen maar toch ook vetter dan ik had verwacht. Zanger Dibe is een soort Afrikaanse David Coverdale crooner en daar passen wat lome rockriffs heel goed bij. Het is heel erg lekker wegluisterend, modern eerbetoon aan de oude garde van Ethiopië, zoals Mahmoud Ahmed, Seyfu Yohannes en Tlahoun Gèssèssè. Ik hoop ze snel eens live te kunnen zien voor dat extra 'randje'.