Na een avondje subjectivistisch stappen in het Noorden van het land zijn we weer terug met onze feestelijke lijstjes uit het:
We luisterden naar: Athletics, Iva Bittová & Nederlands Blazers Ensemble, Sylvain Chauveau & Stephan Mathieu, The Deadfly Ensemble, Anna Von Hausswolff , I Like Trains, L A N D, Valgeir Sigurðsson, The xx, LSD March / Mama Baer, Leisure Birds, Jeff Grace, Dead Neanderthals en Nihill. En keken naar: Shame & Skoonheid, Deconstructing Dad en Born Undead.
Athletics – Who You Are Is Not Enough / Why Aren’t I Home? (2cd, Athletics)
Athletics is een Amerikaans vijftal dat bestaat uit Jimmy Boyce, Howie Cohen, Zachary West, John Cannon, en Garrett Yaeger. De laatste twee hebben de band in 2008 opgericht en zaten eerst in The Cast Before The Break. Ze brengen in 2010 hun sterke debuut Why Aren’t I Home? digitaal uit. Hierop hoor je meteen dat ze naast post-rock ook emo, metal, indie en ambient door hun geluid mengen. Het is geen rechttoe rechtaan gebeuren, maar een energiek geheel vol verrassende wendingen. Ook zorgen ze steeds net op tijd voor een ambientachtig rustpunt. Doseren is een gave. Opvallend is ook de uitstekende zang, die zowel helder als bulderend kan uitpakken. Geweldig album van 45 minuten, dat nu voor het eerst het licht ziet als gelimiteerde tweede schijf bij hun nieuwe mini. Deze mini cd Who You Are Is Not Enough van ruim een half uur is na twee jaar eindelijk een feit. De band is iets meer richting de post-rock opgeschoven, maar zoals de opener al aantoont kunnen ze nog steeds flink uithalen en behoren ook I Like Trains, Biffy Clyro en Deftones tot de referenties naast de bekende post-rock namen. Ik durf bijna niet meer te roepen dat ik er weer een originele post-rockband bij heb, maar dan zeg ik het nu wel zachtjes.
Iva Bittová & Nederlands Blazers Ensemble – My Funny Lady (cd, Nederlands Blazers Ensemble)
Na “Dance Of The Vampires” is dit de tweede show die Iva Bittová samen met het Nederlands Blazers Ensemble (NBE) doet. Ik heb ze deze show eerder dit jaar live in Arnhem mogen bewonderen. Ook al moet je de artiesten hier officieel wellicht omdraaien, Bittová drukt de grootste stempel en is de “funny lady”. Nu is de live registratie van het gebeuren, zij het dan opgenomen in Muziekgebouw Aan ’T IJ te Amsterdam, een feit. Werken van Bittová en Leoš Janáček passeren hier op fraaie wijze de revue. Ze vertolken ze beide op stemmige en experimentele wijze. Het is heerlijk laveren tussen klassiek, jazz, folk, brass en experimentele muziek. Een sterk album dat mooie herinneringen oproept.
Sylvain Chauveau & Stephan Mathieu – Palimpsest (digitaal album/lp, Schwebung)
Sylvain Chauveau is één van de weinige neoklassieke, experimentele artiesten waar ik ook digitaal wel iets aanschaf, zeker als het gaat om dit klasse project dat hij met elektronicaspecialist Mathieu is aangegaan. Ze wilden in eerste instantie een instrumentaal album maken. Maar nadat Mathieu zijn indringende, ambient- en neoklassiek-achtige creaties op ebowed phonoharp, viool, piano, Franse hoorn, cimbalen, orgel, radio en elektronica gemaakt heeft besluiten ze er enkel de teksten van Bill Callahan’s Smog onder te zetten, die Chauveau vol verve brengt met zijn emotioneel geladen, David Sylvian-achtige stem. In plaats van covers zijn dit eigen composities geworden met enkel de teksten van Callahan. Dat werkt bijzonder goed samen. De introverte songs Smog gedijen prima op de uiterst melancholische muziek. Na zijn Depeche Mode coveralbum is dit het tweede eerbetoon van Chauveau waarmee hij op ludieke wijze een held in het zonlicht zet. Nu ja, zonlicht, eentje tijdens een zonsverduistering dan. Aangrijpende en biologerende pracht.
Luister Online bij Soundcloud:
Chosen One / The Floating World/Your Wedding / Soaking The Pages In Tea
The Deadfly Ensemble – An Instructional Guide For Aspiring Arsonists (cd, Projekt)
Vreemde naam, vreemde titels, vreemde band en vreemde muziek. De groep rond Lucas Lanthier bestaat toch alweer geruime tijd en heeft eerder de albums An Entire Wardrobe Of Doubt And Uncertainty (2006) en A Seed Catalog For Extinct Annuals (2007), die van schitterende artwork voorzien zijn. De muziek leunt daar tegen de gothic, dark cabaret en past daar toch nooit helemaal tussen. Er zit altijd iets als Sleepytime Gorilla Museum door het water. Nu na vijf jaar er weer een album is, met wederom een titel om in te lijsten, komen die invloeden ook sterker naar boven. Lucas (zang, gitaar) en de zijnen, te weten James Rupert Powell (bas, synthesizers, programmering), Marzia Rangel (cello, gitaar), Dizhan Blue (percussie) en Steven James
(gitaar), rocken meer en brengen meer afgeronde composities. Vergis je niet, want het blijft een freaky geheel. Current 93, Virgin Prunes, Sleepytime Gorilla Museum, The Residents en Sex Gang Children lijken hier allen een stempel te hebben gedrukt. En soms knallen ze er ineens weer elektronica doorheen. Je verveelt je geen seconde. Een beetje vreemd dus, maar wel erg lekker!
Anna Von Hausswolff – Ceremony (cd, Kning Disk)
Deze dochter van elektronica experimentalist CM Von Hausswolff weet met haar debuut Singing From The Grave diepe indruk te maken met haar onconventionele aanpak. Ze bestookt de luisteraar namelijk dikwijls met kerkorgels naast diverse andere instrumenten. Hiermee creëert ze een soort singer-songwritermuziek, waarbij ze soms ineens op overrompelende wijze zingt. Op haar tweede cd speelt het kerkorgel een nog grotere rol, wat de muziek een groots, vol en mysterieus geluid meegeeft. Hiernaast brengt ze piano, synthesizers en wederom en veel vaker die verbluffende zangpartijen, die helder, hard en wonderschoon als kristal zijn. Gasten begeleiden haar op zang, drums, synthesizers, percussie-instrumenten, citer en gitaar. Eigenlijk klinkt alles als een sprong voorwaarts. Anna weet je helemaal in te pakken, mede door de originele benadering en inkleuring van de muziek. Ik ken eigenlijk niets dat zo klinkt als haar muziek. Intrigerende en wonder(lijk)schoon!
I Like Trains – Beacons (cds, I Like Records)
Na hun geweldige nieuwe cd The Shallows eerder dit jaar, komen de Britten nu met een single. De titelsong is afkomstig van dat album en komt hier terug als kortere radio edit. Ze zijn op het eerder genoemde album van hun duistere library rock met post-rock en wave elementen, die het gat tussen Mogwai, Joy Division en Sigur Rós ergens weet te dichten, overgeschakeld naar een iets luchtiger en meer elektronische sound overgeschakeld. Dat is ook het geval op de rest van deze nieuwe epee. De vijf nummers laten de band in hun meest kale hoedanigheid horen, waarbij zelfs de muziek van The xx om de hoek komt kijken. Verder is het op en top I Like Trains en een fijne bonus op de langspeler.
L A N D – Night Within (cd, Important)
Mensen die spatiemoe zijn, moeten de bandnaam maar even negeren want daarvoor is de muziek van Daniel Lea en Matthew Waters te goed. Ze hebben het overigens alleen gecomponeerd en laten de invulling over aan artiesten als toetsenist Daniel O’Sullivan (Guapo, Miracle, Ulver), drummer Paul Cook, gitarist Alexander Tuckeren vele anderen op bas, percussie, klarinet, contrabas, sax, strijkersarrangementen, piano en trompet. In de openingstrack is ook eenmaal zanger David Sylvian te horen, de rest is instrumentaal. De muziek is erg fysiek, wat mede komt door mixtechnieken van Ben Frost; het geheel is door hem in IJsland opgenomen. Wat er verder uitrolt is alleen maar bloedstollend, zinderend en van een andere dimensie te noemen. Ze staan overal voor open en laten alles op, om er toch één geheel van te kneden; wat dat betreft is de spatiëring van de groepsnaam wel een juiste. Maar ook omdat ze spelen met tijd en ruimte, waardoor er soms meerdere muzieklagen tegelijk klinken die iets anders spelen en elkaar toch niet lijken aan te raken. Het feit dat je dit kunt constateren maakt het tot een geheel. Ik denk dat je mag zeggen dat broeierige jazz de hoofdmoot vormt, maar daar doorheen steken ook genres als avant-garde, post-rock en industrial. De muziek boort zich dwars door Jaga Jazzist, Talk Talk, Einstürzende Neubauten en Portico Quartet heen. Zoiets. Een “killer noir jazz ensemble” werden ze al ergens genoemd. Een groots en meeslepend werk.
Valgeir Sigurðsson – Architecture Of Loss (cd, Bedroom Community)
Hij runt het innovatieve Bedroom Community label, is actief als producer actief en als muzikant regelmatig terug te vinden bij uiteenlopende artiesten (Björk, Ben Frost, Múm, Bonnie ‘Prince’ Billy, Nico Muhly). Solo zit hij met zijn innovatieve muziek in de neoklassieke en elektronische hoek, waar hij bewapend met veelal piano, percussie instrumenten, elektronica, programmering en gitaar ijzersterke composities weet te creëren. Op zijn derde werk, wordt hij bijgestaan door Nico Muhly (piano), Shahzad Ismaily (percussie, bas, gitaar, aquafoon, banjo, synthesizers, zang), Helgi Jónsson (trombone) en Nadia Sirota (altviool). Met name deze laatst genoemde vervult een belangrijke rol op dit hoofdzakelijk neoklassieke album. De creaties zijn zeer droefgeestig maar ook zeer dreigend door de diverse aanzwellende stukken. Naast neoklassiek bevat de muziek ook ele
menten van folk, ambient, minimal music en filmmuziek. Met name als hij zijn stukken doorspekt met elektronica ontstaat er een bij de keel grijpend geheel. IJzingwekkende muziek, die ook nog eens vol van ongrijpbare schoonheid is.
Luister Online:
The Crumbling
The xx – Coexist (cd, Young Turks)
In 2009 maken de amper 20 jarigen een voortreffelijk debuut. Het basisgeluid van het viertal is als een heel kaal en onderkoeld klinkende jaren 80 waveband. Daar doorheen krijg je loodzware baspartijen, meanderende gitaren en de fraaie uiteenlopende elektronica en beats van Jamie Smith aka Jamie xx. Hier brengen wisselend los of samen Romy Madley Croft (gitaar) en Oliver Sim (bas) hun ingetogen warme zang ten gehore. Uiteindelijk krijg je door de altijd aanwezige new wave ook elementen uit de r&b, popmuziek, trip hop, post rock en dance. En dat allemaal op uiterst droefgeestige wijze. Je moet meteen aan de oude 4ad en de nieuwe 4ad denken (Big Pink), maar ook aan helden van nu en weleer. Soms is het als The Cure met Kim Gordon als zangeres, Low met wat opbeurende beats, Arthur Russell die met Faithless aan de haal gaat, een vrijage van The Young Marble Giants met Massive Attack of Sonic Youth met Chris Isaak en ga zo maar door. Het is prachtige duisternis die met zachte hand gebracht wordt. Nu op hun tweede cd, om een lang verhaal kort te maken, doen ze het nog beter. Kaler, subtieler, meer melancholisch en gewoonweg nog mooier.
LSD March / Mama Baer – split (lp, Psych KG, 2012)
Mama Baer en haar echtgenote Kommissar Hjuler brengen met enige regelmaat split lp’s uit. Niet alleen met elkaar; de meest uiteenlopende artiesten worden opgezocht, getuige ook deel 8. De combinatie met de semi-legendarische Japanse psychrock band LSD March is op z’n minst opmerkelijk te noemen. Qua muziek ontlopen de beide zijden elkaar echter minder. De gitaren waar de Japanse band om bekend staat, maken al snel plaats voor een bizar stuk spoken word en ongebruikelijke lichte elektronische effecten, waarna de track eindigt met een hoop noise. Mama Baer’s kant draagt de titel …plays Amy Winehouse, doch met de soulzangeres heeft het allemaal weinig te maken. Wel probeert ze met haar kinderlijke zang en elektrisch gitaar meer liedjes te creëren dan voorheen. Denk Patty Waters of Diamanda Galas on acid. Gelimiteerd tot 177 exemplaren.
Leisure Birds – Globe Master (lp+7”, Moon Glyph, 2012)
Hoewel het label dit viertal omschrijft als “sci fi garage” is er toch wel wat meer aan de hand op het tweede album van Leisure Birds. Met onder meer tijdreizen als concept neemt Globe Master je mee op een trip langs krautrock, prog en kosmische synthesizer muziek uit de jaren 70. De heerlijk psychedelisch jams worden bijna verdrongen door overdadige golven van druggy orgeltjes, galmende zang, wazige effecten en opdoemende beelden van old school science fiction films. Origineel is het niet en ik betwijfel of deze plaat blijft hangen tot het einde van het jaar, maar voor nu is het prima om even los te komen van de aardkorst.
Shame (Steve McQueen) & Skoonheid (Oliver Hermanus)
Michael Fassbender. Als die man op 500 meter van je staat voel je zijn 'présence' nog, denk ik. Intense kerel. In Shame wordt dat weer geïllustreerd, vooral in de uitstekende eerste tien minuten, waar we bijna woordloos het leven van zijn personage zien. Flirten in de trein, werken, rukken, en dat ad infinitum. Seksverslaving heeft wat irritants, het is wel een óngelofelijk luxe-probleem – zeker als de man intussen een perfect geklede werkslaaf met tal van vrouwelijke aandacht is – maar tegelijkertijd: respect dat je je film erover durft te laten gaan. Zoals alle verslavingen neemt 'the fix' gewoon de plaats in van de leegte die heerst. De man kan zich niet werkelijk openstellen, voor wie dan ook. Ondanks dat doet Carey Mulligan gedurende de film steeds wanhopigere pogingen, als het Zusje. Haar rol is heel Jennifer Jason Leigh-achtig. Continu wankelend, in alle facetten. Ze zingt (expres?) net zo hopeloos. (Je wéét dat die plaat er gaat komen nu ze met Mumford is getrouwd.) Mulligan dreigt bij vlagen te worden weggespeeld door Fassbender, maar dat is geen schande. Wel zonde is dat de beste scenes in de zijlijn zitten, wanneer je Shame ten minste als een broer/zus-verhaal ziet. Zo heeft Fassbender een werkelijk fantastische date (waarin hij doodleuk zijn onromantische gedachten uiteenzet) én ook de bittere slotfase (beginnend in een bar) is heel sterk. Daar 'cruiset' hij in een totaal gestripte variant op Eyes Wide Shut door zijn eigen persoonlijke apocalyps. Volledig over zichzelf afgeroepen.
Skoonheid vormde toevalligerwijs een ideale double bill met Shame. Niemand zou zich verbazen als deze film Skaamte had geheten. (Tenzij het geen Afrikaans woord is…) Maar Skoonheid is een veel te indringende film om hier verder vermakelijk te gaan doen over de Afrikaanse taal. (“Bezigheidsafspraken” vond ik nog wel een hele mooie.) Ook hier worstelt een man met zijn seksualiteit. De film lijkt eerst nog een barok familiedrama te gaan worden, denkende aan die intellectuele VPRO-soap die in dezelfde contreien speelde. Vrolijkheid op een bruiloft en na-gebabbel in bed. Dat slaat echter na een kwart film om. En hoe. De twist kwam voor mij als een verrassing, en is vergeleken met Shame terecht veel rauwer en zweteriger. Ondanks dat Skoonheid het niet bij Shame haalt in acteren en stijl doet het 'grote' verhaal me stiekem toch meer. Misschien komt dat door de Grunbergse trekjes. Het sadomasochisme van de suburbs. Staan ginnegappen aan de braai, maar later… De hoofdrol is ook hier prima; in dit geval voor een kalende vadsige kerel .De man ziet eruit als een professioneel darter. Bij hem echt geen présence. Meer besmuikt glimlachjes, een veelbetekenende blik, en een borrelende agressie die zich hier dus wél tegen anderen richt. Ondertussen reist de man voor zijn houtfabriekje van de Western Province, naar Kaapstad, de stranden, restaurantjes, en weer terug. Patronen herhalen zich. En zelfs het einde is even stilletjes gefrustreerd als Shame.
Deconstructing Dad
Een zeer persoonlijk portret van de elektronica-pioneer die onbedoeld ook de soundtrack voor veel Loony Tunes cartoons heeft gemaakt (en veel later Ren & Stimpy) en bovendien de fax heeft uitgevonden maar er niks aan had, als enige bezitter van zo'n ding. Stan Warnow is filmmaker en vooral ook zoon van Scott en op die manier heeft hij een bijzondere invalshoek. Toch is het niet zo persoonlijk als je zou verwachten, want Scott was een man met een gebruiksaanwijzing en zijn vrouwen en kinderen kunnen daar het nodige van vertellen. Warnow leert zijn vader eigenlijk pas echt kennen via het maken van deze documentaire. Er had wel bij vermeld mogen worden dat het een dvd-r is (dat blijkt namelijk niet uit de prijs), maar verder zeer de moeite waard.
Documentary Trailer–DECONSTRUCTING DAD–The Music, Machines and Mystery of Raymond Scott–DVD NOW AVAILABLE from Stan Warnow on Vimeo.
Born Undead
De vorige dvd Dark Crusades was wel heel erg low budget en de band wilde, zeker na de heroprichting, een herkansing. Verwacht nog echter nog geen high definition/fidelity. De maar liefst twee uur durende documentaire is echt zo'n fanproduct, charmant maar door en voor fans. Komisch voorbeeld hiervan zijn het echte jongens-onder-elkaar discussies over de most brutal riffs. De anekdote over de oorsprong van de bandnaam is ook erg bijzonder (no spoilers here). De korte fragmenten van de liveshows van Abscess smaken trouwens naar meer! Verder veel live-materiaal van de reünie-tours en die zijn inderdaad stukken beter van kwaliteit. Naast de lekker gore illustratie van Kent Mathieu (de man verantwoordelijk voor de originele en roemruchte Severed Survival hoes) staan er voor zo'n stel lelijke mannen wel erg veel bandfoto's in het boekje.
Autopsy – Born Undead (DVD trailer) from Peaceville Records on Vimeo.
Jeff Grace – Meek’s Cutoff – Music From The Motion Picture (Blackest Rainbow)
Eind vorig jaar schreef Ludo al eens over de film (een stuk dat ik overigens niet durf te lezen want ik wil de film nog erg graag zien en wil me volledig laten verassen) maar de soundtrack was eigenlijk nog niet ter sprake gekomen.
En dat is eigenlijk toch wel jammer, want de 10” uitgekomen bij Blackest Rainbow blijkt toch een zeer fijne release te zijn die ook zonder de film te hebben gezien mooi klinkt en zelfs beelden op roept die doen denken aan de lege woestijn en de uitgerekte vlaktes van het Wilde Westen.
De muziek klinkt niet alleen desolaat maar roept ook een spanning op die doet vermoeden dat het niet geheel soepel loopt in die film.
Mooi plaatje en zeker een om eens te beluisteren. Zijn er wel maar 250 van gemaakt dus wees er snel bij, want bij het label is ie volgens mij al op.
En nu snel maar een keer die film kijken, kan eindelijk Ludo zijn stuk eens lezen.
Blackest Rainbow
Dead Neanderthals – The V-Shaped Position (Bat Shit Records)
takataktakataktakataktakataktakataktakataktakataktakataktakataktakatak
fuuuuuuuuptuuuuuuuuutfuuuuuptuuuut
takataktakataktakataktakataktakataktakataktakataktakataktakataktakatak
fwuuupwuuuuupwuuufuuup
FUCK, nu al afgelopen, nog een keer dan.
takataktakataktakataktakataktakataktakataktakataktakataktakataktakatak
fuuuuuuuuptuuuuuuuuutfuuuuuptuuuut
takataktakataktakataktakataktakataktakataktakataktakataktakataktakatak
fwuuupwuuuuupwuuufuuup
Nee, van dit Nederlands gridcore duo kunnen we maar geen genoeg krijgen!
Kopen die shit.
Nihill – Verdonkermaan (Hydra Head Records)
Black Metal is nou niet bepaald een genre waar ik veel van weet en waar ik veel over kan vertellen. Ik weet dat Burzum een loser is en dat ik nog eens Transilvanian Hunger van Darkthrone nog eens moet kopen maar daar houdt het vrijwel op met mijn kennis.
Toch heb ik maar eens de dubbelaar Verdonkermaan van het Nederlandse trio Nihill maar eens aangeschaft. En ik kan zeggen dat, dat geen verkeerde keus was. Strakke drums met rauwe gitaar rifs en een ranzige krijs, toch wel de basis ingrediënten, maar dan aangevuld met noise en soundscapes.
Yep, lekker plaatje die toch al meerdere malen voorbij is gekomen op de platenspeler de afgelopen dagen.
Bijna uitverkocht op vinyl en CD dus wees er snel bij, hierzo: http://nihill.bandcamp.com/music