Het schaduwkabinet: week 22 – 2020

Boa’s zijn toch al giftig genoeg, ook zonder wapens? Geheel ontwapenend zijn ook onze lijstjes uit het:

SCHADUWKABINET

We luisterden naar: Choir Boy, Caleb Landry Jones, LEYA en TootArd.


 

Jan Willem

Choir Boy – Gathering Swans (cd, Dais / Konkurrent)
Choir Boy is het Amerikaanse project rond de excentrieke zanger Adam Klopp, die eerder ook van zich liet horen in Bat Manners en Human Leather. Die laatstgenoemde groep deelt hij met (bas)gitarist Chaz Costello, die eveneens op het debuut Passive With Desire (2016) van Choir Boy aanwezig is. Hierop laten ze op fraaie wijze oud en nieuw naast elkaar horen door synthpop, wave, indierock en droompop te combineren, waarbij de pakkende, frisse zang een andere wind door de genres liet waaien. En in feite trekken ze dat naar een hoger niveau op Gathering Swans. Naast Klopp (zang, gitaar, synthesizers, drumprogrammering) en Costello (bas, gitaar) bestaat de groep uit Jeff Kleinman (synthesizers, saxofoon) en Michael Paulsen (gitaar), waarbij ze verder mogen rekenen op de steun van acht gastmuzikanten op cornet, klarinet, fluit, piano, orgel, harp, viool, synthesizer, drums, bongo’s, zang, gitaar en drumprogrammering. Ze lengen de eerder genoemde genres iets meer aan met gothic en een lekker vleugje kosmische geluiden. Soms droom je even of je weer in de jaren 80 bent, maar dat is ook vaak zo weer verdwenen om vervolgens in de toekomst te ontwaken. Op haast frivole wijze weten ze melancholie aan de man te brengen. Op ontwapenende wijze komen ze daarmee ergens tussen Arthur Russell, Tears For Fears, The Smiths, Boy Harsher, Drab Majesty, The Cure en Cold Cave uit. En dan kan je dit gerust hun gedroomde, bepaald niet moeilijke tweede album noemen.

 

Caleb Landry Jones – The Mother Stone (cd, Sacred Bones / Konkurrent)
Caleb Landry Jones zal vermoedelijk vooral bekend zijn als acteur, van series als Breaking Bad en de tweede reeks van Twin Peaks, maar ook film als No Country For Old Man, The Social Network en X-Men: First Class. In die laatst genoemde film speelt hij de rol van Sean Cassidy, die als mutant de naam Banshee krijgt. Hij kan met zijn stem krachtige sonische golven creëren. Welnu die superkrachten komen hem goed van pas op zijn debuut The Mother Stone. Jones neemt zang, drums, percussie, gitaar en keyboards voor zijn rekening en laat de rest invullen door gastmuzikanten op uiteenlopende instrumenten en een strijkkwartet. De openingstrack klinkt een beetje als een aankondiging van circus of wellicht zelfs freakshow. Nu zegt Jones dat het meeste in zijn dromen ontstaat en normaal ook meer over dromen praat dan zaken uit de fysieke wereld. Maar dat hallucinant, koortsdromerige kenmerkt zijn muziek wel. Hij moet in zijn dromen wakker geworden in een bed waar The Beatles, Steve Harley & Cockney Rebel en Syd Barrett het samen gezellig hebben; de details zal ik je besparen. De muziek heeft dan ook iets van een instant klassieker met stevige wortels in de jaren 60 en 70, maar toch met de blik naar toekomst. Met enige regelmaat gaat dat gepaard met een flinke dosis bombast, al wordt dat weer gecompenseerd door het lekker bevreemdende dark cabaret dan wel psychedelische karakter van het geheel. Jones weet je in elk geval met zijn 15 nummers moeiteloos 65 minuten lang in de houdgreep te nemen en te trakteren op een meeslepend luisteravontuur. Het klinkt als een album dat er al jaren is, maar simpelweg nooit gemaakt is. Een droom die werkelijkheid is geworden.

 

LEYA – Flood Dream (cd, NNA Tapes)
Na een wereldreis van bijna 10 weken is het nieuwe album Flood Dream van LEYA dan eindelijk in Groningen geland. Maar het is het wachten meer dan waard geweest. LEYA bestaat uit het duo Marilu Donovan (zang, harp) en Adam Markiewicz (viool, zang). Als je de voorkant van het album ziet, vermoed je harde punk- of noisemuziek. Hoewel ze daar qua attitude ergens wel tegenaan leunen, maken ze veeleer een soort avant-klassiek, waarbij ambient, folk en soundscapes ook voorbijkomen. De geluiden van de viool en harp hebben wel raakvlakken met de klassiek, maar hoe ze dit verder inkleuren en gebruiken weer helemaal niet. Beide zingen met een verhoogde stem, de één haast sopraan en de ander haast contratenor, maar dikwijls ook woordeloos met dromerige en etherische klanken. Ze krijgen in hun 9 tracks nog steun van zangeres Gabrielle Herbst (GABI), fluitist/toetsenist John Also Bennett (Forma) en bassist Tristan Kasten-Krause. Eigenlijk valt het nauwelijks met pen dan wel toetsenbord te beschrijven wat ze je hier voorschotelen. Het is een caleidoscopische mix van Wim Mertens, Dead Can Dance, Arvo Pärt, Rhett Brewer, Grouper, Birds Of Passage en Mi And L’au geworden, zij het dat die invloeden in de verte blijven. Wel is allemaal van een spookachtige, verlammende en kippenvel opwekkende pracht, die ik niet eerder zo heb gehoord. Een meesterlijk unicum!

 

TootArd – Migrant Birds (cd, Glitterbeat / Xango Music Distribution)
Het moet onwezenlijk zijn om in een land te wonen en er toch geen staatsburger te zijn. Alsof je er niet thuishoort. Toch is dat onder meer het lot van de mensen van de Golan hoogvlakte. Het is van origine Syrisch gebied, maar is gedurende de zesdaagse oorlog in 1967 veroverd door Israël. Dit omdat het een strategisch punt tussen Syrië, Libanon, Jordanië en Israël vormt. Daardoor werden vele mensen landloos. Dat geldt ook voor de leden van TootArd, wat overigens (fonetisch) Arabisch voor “aardbei” is. De groep bestaat tegenwoordig uit Hasan Nakhleh (gitaar, keyboards, zang), diens broer Rami Nakhleh (drums, elektronica, zang) en Amr Mdah (saxofoon, zang). Op hun debuut Laissez Passer (2017), waarbij de titel lijkt te verwijzen naar de situatie waarin ze zitten, laten ze een opvallend opgewekt geluid horen dat het midden houdt tussen desert blues, psychedelische rock, klassiek Arabische muziek en zelfs reggae. Het zijn op een positieve manier dwaalgasten als het op genres aankomt, waardoor het ook grenzeloos genieten is. Ze zijn terug met de cd Immigrant Birds, dat natuurlijk verwijst naar hun eigen situatie; ze zouden als trekvogels de vrijheid willen om weg te vliegen, wat alleen niet gaat zonder paspoort. Als het om de trekvogels en dwaalgasten aankomt, ook bijvoorbeeld in ons eigen land, staan de vogelaars van heinde en ver met hun fotocamera’s in de aanslag om deze vreemdelingen vast te leggen. Als het om mensen uit andere landen gaat, vluchtelingen, asielzoekers of mensen die in hun eigen land buitenspel staan, gaan de camera’s uit. Krom maar helaas vaak de werkelijkheid. TootArd moet hoofdzakelijk bestaan uit omdenkers, want het geluid dat ze ook op hun tweede worp naar buiten brengen is buitengemeen positief. Ze hebben zich laten inspireren door muziek uit de jaren 80 en dan met name oude disco en dansmuziek. Daarnaast spelen Magdi al-Husseini en Ihsan Al-Munzer, die de eersten waren die synthesizers introduceerden in de Arabische klassieke stijl, Omar Khorshid, die pionierde met de toevoeging van elektrische gitaar alsmede de legendarische Oum Kalthoem en rol. Die hebben de Arabische muziek gemoderniseerd en op de kaart gezet. Rami heeft een Oriëntaalse synthesizer gekocht en heeft daarmee de basis gelegd voor hun tweede album. De muziek is nu behoorlijk synthesizergestuurd, waarbij je jezelf op een magische Arabische dansvloer waant en waar dans, disco en funk naast de Oosterse klanken de revue passeren. Toch sijpelt door deze opgewekte muziek de melancholie voelbaar heen. De teksten en onderwerpen zijn ook duidelijk donkerder van aard. Ze hebben de boodschap gewoonweg fraai verpakt, waardoor het een evenzo diepgravend als schitterend album geworden is.

Comments

comments

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.