Het schaduwkabinet: week 21 – 2024

Releases uit alle landen van de wereld blijven hier gewoon zonder beperkingen welkom in het lijstje uit het:

SCHADUWKABINET

Ik luisterde naar: Billie Eilish, Emika, Beth Gibbons, Adrian Lane, Lemoncello, La Luz, Polski Piach, Shellac, Tuleje en Youbet.

 


 

Jan Willem

Billie Eilish – Hit Me Hard And Soft (cd, Darkroom/ Interscope)
Het is en blijft een fenomeen die Amerikaanse zangeres en muzikante Billie Eilish, die nu op 22-jarige leeftijd alweer haar derde album Hit Me Hard And Soft het licht laat zien. Haar benadering van de muziek is eigenzinnig en gewoonweg uniek. Billie Eilish Pirate Baird O’Connell, zoals ze voluit heet, brengt dan ook al sinds haar veertiende muziek naar buiten. Ze beschikt over een oude ziel en een melancholische inborst, maar ook over originele ideeën, hetgeen voor uitzonderlijk sterke muziek zorgt. Deze tapt dikwijls uit diverse vaatjes en is bepaald niet terneergeslagen, maar zorgt doorgaans wel voor een stemmig en tijdloos geluid. Nu is ze terug met haar derde album Hit Me Hard And Soft, dat ze samen met haar broer Finneas Baird O’Connell heeft gemaakt. Ze opent met het uiterst gevoelige “Skinny”, hetgeen gaat over haar coming out. Daarna gaat het weer alle kanten op in haar alt-pop, van wulpse beats tot stevige gitaren. Het draagt allemaal weer haar typische stempel, haar zoetgevooisde zang incluis, maar het zijn wel vaker meer serieuze liedjes geworden. Dat krijg je als je bijna 23 jaar wordt. Nee, het is natuurlijk ongelooflijk wat ze op deze leeftijd al heeft bereikt. Voor mij schittert ze het meest in die kleine, narcotiserende songs. Het kan ook niet anders dat er nog veel meer fraais van deze jongedame gaat verschijnen in de toekomst. Voor nu is er in elk geval weer een sterk derde album, dat behoort tot het betere wat er op popgebied voorhanden is.

 

Emika – Haze (cd, Emika Records)
Emika is het muzikale alter ego van de Britse klassiek getrainde pianiste, componist, producer, DJ en zangeres Ema Joly, die grotendeels in Tsjechië is opgegroeid en tegenwoordig vanuit Berlijn opereert. Haar muziek bestaat doorgaans uit een experimentele mix van klassieke muziek met dubstep, IDM, trip hop, elektronische en abstracte muziek. Dat levert altijd wel intrigerende hybriden op, die telkens weer anders uitpakken. Dat is wederom het geval op haar nieuwe album Haze, dat meer elektronisch is dan voorheen. Naar eigen zeggen zat dit album al jaren in haar hoofd en heeft het haar leven zelfs gered. De muziek is nog altijd in basis op de piano gemaakt, maar daaromheen bouwt ze met IDM en techno beats weelderige en uiterst fascinerende tracks. In ruim 40 minuten brengt ze 16 tracks, die qua lengte variëren van 18 seconde tot 6,5 minuut. Zelf noemt ze Thom Yorke, Burial en Nils Frahm als invloeden, maar voeg daar gerust een held als Beaumont Hannant aan toe. Emika is en blijft een unieke parel in het muzikale landschap.

 

Beth Gibbons – Lives Outgrown (cd, Domino)
De Britse zangeres Beth Gibbons is natuurlijk bekend geworden door haar aandeel in de sublieme triphopband Portishead, waarmee ze drie studioalbums heeft uitgebracht. De kans dat daar nog een iets van gaat verschijnen acht ik klein, maar je weet het nooit. Ze heeft samen met Rustin Man, ofwel Paul Webb van Talk Talk en .O.Rang, nog het fantastische album Out Of Season in 2002 gemaakt en in 2019 bracht ze een uitstekende vertolking van Henryk Górekci’s derde symfonie. Ze heeft verder een gastenrol bij Kendrick Lamar en ooit The Whores Of Babylon vervult, maar veel meer dan dat is er niet. Nu is dan toch eindelijk haar solodebuut Lives Outgrown een feit. Hierop krijgt Gibbons (zang, gitaar) behoorlijk wat hulp van het andere Talk Talk en .O.Rang lid Lee Harris (drums, percussie, daf, mellotron, fluit) en tevens James Ford (gitaren, harmonium, mellotron, bas, hammered dulcimer, fluiten, vibrafoon, orgel, drums, percussie, cello, contrabas, pedal steel, farfisa, piano, klarinet, trompet, trombone, zingende zaag, viooldrones, zang). Daarnaast zijn er gasten op viool, altviool, gitaar, saxofoon, klarinet en zang en doet er met enige regelmaat een orkest mee, dat voor een stemmige omlijsting zorgt. Ondanks deze enorme inbreng heeft Gibbons er een donker, rokerig en uiterst sfeervol geheel van gemaakt, hetgeen ook het beste bij haar zang aansluit. Her en der worden er ook Oosterse en folk elementen aan de muziek toegevoegd, die een bijzonder vernis over de muziek leggen. Soms wordt het ook wat minder sfeervol en harmonieus, maar dat zorgt ook voor de fijne contrasten en afwisseling. Het is allemaal knap gemaakt en dikwijls ook behoorlijk spannend in elkaar gezet. De verwachtingen waren gezien haar verleden uiteraard torenhoog, maar heeft zichzelf overtroffen. Dat komt mede doordat ze het dicht bij zichzelf heeft gehouden en onder meer zingt over geliefden die ze kwijt is geraakt. Pijn en oprechtheid zijn haar krachten geworden op dit album. En daarmee weet ze diepe snaren te raken. Ruim drie kwartier lang weet ze je op hoog niveau stevig in de houdgreep te nemen. Een uit het leven gegrepen droomdebuut; al klinkt dat laatste raar gezien haar staat van dienst.

 

Adrian Lane – All The Secrets All The Smiles (cd, Oscarson)
Slechts zes weken volgend op zijn vorige prachtalbum Vignettes komt de Britse multi-instrumentalist, componist, schilder en beeldend kunstenaar Adrian Lane alweer met zijn veertiende album All The Secrets All The Smiles aanzetten. Ditmaal uitgebracht op het prestigieuze label Oscarson in een editie van 50 exemplaren, dus haastige spoed is weer eens goed. De muziek van Adrian Lane zit op eigengereide wijze altijd ergens in de neoklassieke hoek, waarbij hij Arvo Pärt, Philip Glass, Steve Reich, Jóhann Jóhannsson, Hildur Gudnadottir en Ryuichi Sakamoto tot zijn voorbeelden rekent. Hier laat hij in een goed half uur 13 korte stukken de revue passeren, die veelal de piano als basis hebben en verder op melancholische wijze ingekleurd worden met veldopnames, strijkers en blaasinstrumenten. Hiermee weet hij weer een meeslepende, filmische en organische sfeer neer te zetten, waarbij hij echt zo ontroerend voor de dag weet te komen. Het zijn echt parels, die je totaal weten te overrompelen met hun emotionele impact. Ter referentie moet je denken aan een kruisbestuiving van Hania Rani, Dustin O’Halloran, Library Tapes, Nils Frahm, Zbigniew Preisner en Olan Mill. En dat alles is ook nog eens gestoken in een prachtig digipack. Het is een waanzinnig mooi kleinood geworden en een perfecte soundtrack voor de wereld in verval.

 

Lemoncello – Lemoncello (cd, Claddagh Records)
Het Ierse Claddagh Records was voor mij nieuw, maar houd ik sinds het meesterlijke debuut van ØXN scherp in de gaten. Dat heeft eerder dit jaar al het droomdebuut van Niamh Bury opgeleverd. Nu komt daar het gelijknamige debuut van Lemoncello bij, bestaande uit de Ierse singer-songwriter en gitariste Laura Quirke en celliste, banjospeelster en zangeres Claire Kinsella. Ze krijgen hier nog hulp op viool, gitaar, bouzouki, contabas, piano, mandoline, conga’s, drums en percussie. Toch draait het vooral om het samenspel van de twee dames, die soms ook schitterende samenzang laten horen. De muziek die ze laten horen houdt het spannende en bovenal tijdloze en ontwapende midden tussen traditionele muziek, folk en neoklassiek. Hiermee weten ze denk ik zowel de jonge als oudere luisteraar voor zich te winnen. Daarbij moet je het ergens zoeken tussen Nancy Elizabeth, Laura Marling, Essie Jain, Suzanne Vega, The Unthanks en Fran Rodgers. Het lijkt allemaal net zo eenvoudig en onschuldig als de cover, maar deze twee weten diepe snaren te raken en buitengemeen weelderige bedwelmende muziek naar buiten te brengen. Een instant klassieker!

 

La Luz – News Of The Universe (cd, Sub Pop / Konkurrent)
De innemende Amerikaanse groep La Luz weet al zo’n 12 jaar de harten van indierock, drroompop en psychedelische rock met een twist minnende liefhebbers te veroveren. Het is de band van onder meer zangeres/gitariste Shana Cleveland, die met The Sandcastles en haar band The Curious Mystery ook hoge ogen gooide. Toch blijft La Luz een bijzondere, eigenzinnige band, die telkens weet te verrassen met ontwapende en authentieke muziek, waarbij ze oog houden voor ieders identiteit. Ze brengen veelal een pakkende en smaakvolle mix van surf-noire, indierock, droompop, doowop en harmonische jaren 60 muziek. La Luz bestaat verder uit Alice Sandahl (keyboards, zang), Lena Simon (bas, zang) en Audrey Paris Johnson (drums). Het zesde album News Of The Universe volgt na een persoonlijke crisis toen er twee jaar geleden borstkanker bij Cleveland werd geconstateerd. De groep trekt weliswaar de lijn van de vorige albums door, maar wel op hardere, melancholischer en meer psychedelische wijze; het leven heeft duidelijk z’n sporen achtergelaten in de muziek. Neemt niet weg dat ze weer een waanzinnig mooi album hebben gemaakt met fraaie harmonieuze zang en de overige reeds genoemde genres, die ze op hun unieke wijze aan elkaar knopen. Het is voer voor liefhebbers van Broadcast, Dengue Fever, Lush, That Dog, Khruangbin, The Limiñanas en Chastity Belt. Een diepgravend prachtalbum dat van hoogtepunt naar hoogtepunt gaat.

 

Polski Piach – Anomalia (cd, Gusstaff Records / Xango Music Distribution)
De Poolse componist, multi-instrumentalist en improvisator Patryk Wydmo Zakrocki draait z’n hand niet voor een projectje extra. Zo vindt je hem terug in Tupika, Ad Libitum Ensemble, Ea, Warsaw Improvisers Orchestra, Galimadjaz, Krakow Improvisers Orchestra, Meoma, Polish Improvisers Orchestra, Sza/Za, Marcin Olak Quartet en sinds 2020 ook in het trio Polski Piach. Van die laatst genoemde zijn inmiddels de twee albums Południe (2020) en Północ (2022) verschenen, die respectievelijk “zuiden” / “middag” en “noorden” / “middernacht” betekenen. Hun derde album Anomalia wijkt qua titel wat dat betreft iets af. Zakrocki (akoestische gitaar) wordt net als op de vorige werken vergezeld door Piotr Mełech (basklarinet) en Piotr Domagalski (basolia). Ze hebben het allemaal live in de studio opgenomen, wat voor een meer dynamische sound zorgt. In zo’n drie kwartier brengen ze 13 nummers, waarmee ze diverse genres doorkruizen. Dat gaat van folk en avant-garde tot blues, jazzy improvisaties en allerhande experimenten. Het levert een rauw en meeslepend geheel op, dat ook veel aan de verbeeldingskracht van de luisteraar overlaat. Daarbij moet je denken aan een gevarieerde kruisbestuiving van Boris Kovač, Tom Cora, Steven Brown & Blaine L. Reininger, George Gershwin en John Fahey. Niet normaal, zo goed.

 

Shellac – To All Trains (cd, Touch And Go / Konkurrent)
Een nieuw album van Shellac is er altijd één om reikhalzend naar uit te zien, maar door de plotse dood van kopman, zanger, gitarist en producer Steve Albini 7 mei jongstleden op 61-jarige leeftijd, is het zesde album To All Trains er één met een gitzwarte rand. Steve Albini was een legendarische producer van onder (heel veel) meer Pixies, PJ Harvey, The Ex, Nirvana, Neurosis, The Jesus Lizard, Low, Zeni Geva en Mogwai; veelal opgenomen in zijn eigen Electrical Audio studio. Zijn gortdroge, directe producties worden door de velen op handen gedragen en door anderen niet, maar hij had duidelijk zijn eigen visie. Ook als het aankwam op muziek maken. Je zal hem in één adem noemen met Big Black, waar ik hem van leerde kennen, dat van 1981 tot 1987 actief was. Dat werd kortstondig van 1987 tot 1989 opgevolgd door Rapeman, met daarin leden van Scratch Acid en The Jesus Lizard. Zijn zaagachtige gitaarspel en krachtige, bijtende zang met sarcastische teksten worden zijn handelsmerk. Begin jaren negentig is hij ook in de weer met de Japanse noiseformatie Zeni Geva, waarmee ze soms samen als Superunit naar buiten traden. Toch zal de band Shellac, die hij met producer/bassist Bob Weston (Mission Of Burma, The Martha’s Vineyard Ferries, Crush, Volcano Suns) en drummer Todd Trainer (Breaking Circus, Rifle Sport) in 1992 formeert, het grootste deel van zijn muzikantenleven uit maken. Releases verschijnen mondjesmaat, maar zijn allen zo ontstellend sterk en goed. Dat geldt ook weer voor hun nieuwe album, dat zo’n tien jaar na hun vorige album verschijnt en tien dagen na Albini’s dood. Hun optreden vorig jaar oktober in de Amsterdamse Paradiso was ijzersterk en harder en vuriger dan ooit. Daar speelden ze al enkele nieuwe tracks, die er niet om logen. Het trio laat dat op het album ook mooi terugkomen. Nog altijd gewapend met enkel zang, gitaar, bas en drums weten ze zo’n indrukwekkend geluid neer te zetten, dat net als het instrumentarium wat minimalistisch is. Toch weten ze daarmee te overtuigen, mede door hun hoekige, complexe, repetitieve en ietwat asymmetrische spel. De zang en teksten van Albini zijn weer messcherp en om je vingers bij af te likken (wel eerst het mes wegleggen). Alles is ook weer met een zekere punkattitude gebracht, wat je alleen al terugziet in de 10 nummers van samen slechts 28 minuten. Dit is Shellac in optima forma. Hoogtepunt na hoogtepunt, uiteraard ongepolijst en recht voor z’n raap. Een reuzenheld is niet meer en slaat een krater in het muzikale landschap. Zijn nalatenschap is echter groots, net als dit laatste album. So, remember him, as he was, hail and strong…

 

Tuleje – Puste Ulice (cd, Gusstaff Records / Xango Music Distribution)
Twee jaar geleden debuteerde het Poolse Tuleje met het sterke album Ciche Miejsca, dat “rustige plekken” betekent. Hierop brengen ze muziek die gebaseerd is op de traditionele muziek uit het oostelijke deel van Polen, de Konin regio om precies te zijn. Deze vliegen ze wel op minimale en bovenal experimentele manier aan, maar met respect voor het verleden. De groep bestaat uit zangeres Gosja Zagajewska, percussionist Wojtek Kurek en contrabassist Ksawery Wójcínski. Met enkel deze middelen weten ze je toch behoorlijk in de houdgreep te nemen. Dat is wederom het geval op hun tweede album Puste Ulice, hetgeen Pools is voor “lege straten”. Op grofkorrelige wijze brengen ze weer hun herinterpretaties van folkmuziek en larderen dit met punk, tribale en free jazz elementen. Het heeft op de experimentele momenten wel wat weg van The Ex & Tom Cora, zij het dan meer de folk kant op. Het gaat van heel kaal en minder conventionele muziek naar mooi harmonieuze, waarbij de ze toch een consistent geheel weten te produceren. Ter referentie kan je verder denken aan Tom Waits, Hedningarna, Magic Carpathians, Tara Fuki, Hangedup, Księżyc en Wimme. Tuleje weet je weer te trakteren op een tot de verbeelding sprekende en vooral wonderschone, spannende trip door hun geboortestreek.

 

Youbet -Way To Be (cd, Hardly Art / Konkurrent)
Youbet is het pseudoniem van de Amerikaanse zanger en muzikant Nick Llobet (die/hen/hun), die in 2020 al het album Compare & Despair uit heeft gebracht op het innovatieve Ba Da Bing. Hierop liet die lekker ontwapenende indierock horen. Daarna werd de gitaar bijna aan de wilgen gehangen. Gelukkig gebeurde dat, mede door een ontmoeting met Patti Smith, niet en is er nu eindelijk het tweede album Way To Be. Hierop staan 12 gloedvolle songs, die op eigen en afwijkende wijze indierock naar buiten brengen. Hierbij gebruikt Llobet woordspelingen en ironische humor om disfunctionele relaties, spijt, zelfvertrouwen of het gebrek daaraan, vreemdheid en zelfontdekking te onderzoeken. Het is muziek die vooruitblikt, maar ook elementen uit het verelden omarmt. De songs krijgen daardoor ook iets tijdloos mee. Dat was het wachten meer dan waard…youbet

Comments

comments

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.