Zo, nu we alles ingelijst hebben, kunnen we weer uitpakken met onze lijstjes uit het:
We luisterden naar: Deleted, Jóhann Jóhannsson, Maninkari, Morgan Ågren, Divine Styler en مروة نصر.
Deleted – Façade (cd, Le Label Beige)
Christophe Petchanatz is vooral bekend van zijn project Klimperei, waarmee hij al zo’n 30 jaar verrassende albums maakt vol speelgoed gevulde, avant-gardistische kamermuziek. Een genre waar ook Pierre Bastien, Pascal Comelade, Nino Rota en voorheen ook Yann Tiersen op hun eigen wijze deel van hebben uitgemaakt. Daarnaast is hij door de jaren heen ook terug te vinden in Al & Del, Deleted, DeNTs, Die Wunde, Guaranteed Gang, Los Paranos, Klimparag en Totentanz. Deleted is eigenlijk het schaduwproject van Klimperei. Daar waar Klimperei intieme, woordloze schetsen maakt, gaat Deleted met dat materiaal echte songs maken. Geen wonder dat het geluid elkaar soms nadert, zij het dat Deleted ook elektro, wave, artpop en pop-rock elementen herbergt. Façade, vernoemd naar het vroegere label van Petchanatz, is een nieuwe cd of beter gezegd compilatie vol oud materiaal. Het zijn lekker obscure songs die tussen 1988 en 1996 enkel op tape zijn uitgebracht. De 20 nummers zijn hier opgekalefaterd en deels opnieuw ingespeeld en afgemixt. Het is een heerlijk experimenteel, psychedelisch en bevreemdend geheel geworden die me dikwijls aan een mix van This Heat, Tuxedomoon, The Legendary Pink Dots, The Residents en Throbbing Gristle doen denken, zij het op een eigenzinnig ingetogen wijze. En ook best anders dan ander werk dat ik heb van Deleted. Een geweldige vreemde eend in de bijt deze.
Jóhann Jóhannsson – The Theory Of Everything (cd, Milan)
De laatste werken van de IJslandse componist Jóhann Jóhannsson zijn, op de lp met BJ Nilsen na, zonder uitzondering filmsoundtracks. Nu heeft hij inmiddels bewezen ook daar prima mee uit de voeten te kunnen. The Theory Of Everything is zijn vijfde soundtrack op rij en bevat muziek voor de gelijknamige film van James Marsh, die gaat over het ongelooflijke verhaal van Jane en Stephen Hawking die binnenkort in première gaat. De muziek is er al en die mag er wezen. In maar liefst 27 korte composities die uiteenwaaien van droefgeestige minimal music, innemende pianostukken en contemplatieve ambient tot uptempo, licht bombastisch maar gevoelig klassiek met stevige orkestraties. Jóhannsson beschikt dan ook weer over een volwaardig orkest, waar hij zijn elektronica doorheen mengt. Heerlijk aangrijpende en tot de verbeelding sprekende muziek, die fans van Clint Mansell, Max Richter, Hilmar Örn Hilmarsson, Greg Haines, Philip Glass en Ólafur Arnalds wel zal bevallen. Ook zonder film meer dan de moeite waard.
Maninkari – L’Océan Rêve Dans Sa Loisiveté (cd, Three:four)
Twee weken geleden heb ik nog Continuum Sonore Part 7 > 14 van Maninkari beschreven. Dit project van de Franse tweelingbroers Frédéric en Olivier Charlot, tot 2004 ook actief met hun postrockband Bathyscaphe, start in 2007. Met Maninkari maken ze wereldse, duistere soundscapes die ze creëren met elektronica, veldopnames, piano, santoor, cimbalom, altviool, zurna, bodhran, cello, orgel en percussie-instrumenten. Hiermee houden ze het midden tussen experimentele muziek, dark ambient, jazz, minimal music, filmmuziek, art-rock, avant-garde, krautrock, drones en modern klassiek. Alleen voor de Continuum Sonore-serie richten ze zich vooral op drones. Het is een geweldig, veelzijdig duo. Vorig jaar, het klinkt verder terug dan het is, hebben ze nog een cd het licht laten zien. Deze L’Océan Rêve Dans Sa Loisiveté is er weer één die aansluit op hun reguliere werk. Op haast sjamanistische wijze presenteren ze duistere wereldmix. Soms waan je jezelf in één of andere bazaar, terwijl je een moment later ergens diep in het gitzwarte oceaanwater lijkt te verkeren. Ze brengen bevreemdende, maar meeslepende dromen, waarbij de kracht schuilt in de steeds herhalende klanken. Denk aan een experimentele hybride van Dead Can Dance, Muslimgauze, Badawi, Sam Shalabi, Vidna Obmana, Soma en Richard Skelton. Subliem!
Morgan Ågren Batterie Deluxe
Een solo-album van de meesterdrummer, je bent benieuwd wat het op gaat leveren. Een dvd vol drumsolo’s deinsde hij bijvoorbeeld niet voor terug (wel als bonus bij het Mats/Morgan-album Heat Beats Live). Het ligt echter meer in het verlengde van het recenste album [schack tati] wat hij maakte met BFF Mats Öberg. Hypnotiserende, bijna elektronisch aandoende, grooves dus. Nu ingekleurd door gasten zo uiteenlopend als violist Lakshminarayana Shankar en Meshuggah-gitarist Fredrik Thordendal. Technisch hoogstaande muziek, maar ook prima te genieten voor mensen die niet drummen of in techniek zijn geïnteresseerd.
Divine Styler Def Mask
Productief is Divine Styler niet, hij dropt zijn vierde album in 25 jaar, dat is strenge quality control. Def Mask is de moeite waard met eigenzinnige en futurische elektrobeats in interessante én funky raps.
مروة نصر احسن حالاتى
Het nieuwe (derde) album van de Egyptische zangeres Marwa is een typische Arabische popplaat: beetje dance, sappy ballads en natuurlijk Arabische tradities. Geen bijzonderheden dus, gewoon lekker luisterbaar.