We houden best van vurige dames, maar er zijn grenzen. Wel zijn we vol vuur van de muziek in onze lijstjes uit het:
SCHADUWKABINET
We luisterden naar: Françoiz Breut, Heather Woods Broderick, The Naked Sweat Drips, Pamplemousse, Zbigniew Preisner/ Dominik Wania, Priests, Sunn O))), Surplus 1980 Collectiv Ensembl with G.W. Sok, TR/ST, Vargkvint en Xxxtentacion (2x).
Jan Willem
Françoiz Breut – Label Pop Session (mcd, Microcultures)
Onlangs bij het concert van de Franse zangeres/muzikante en professioneel illustrator Françoiz Breut, die overigens al jaren in Brussel woont, zie ik de mini cd Label Pop Session liggen. Deze eind november vorig jaar verschenen cd heb ik eerder links laten liggen, omdat het zes versies bevat van nummers die eerder op haar cd Zoo (2016) zijn verschenen. Het zijn live opgenomen nummers voor een radioprogramma. Na het horen van haar live optreden, hoor ik hoe fraai anders de muziek kan klinken. Breut (zang, toetsen) wordt daar vergezeld door Stéphane Daubersy (gitaar) en Antoine Rocca (toetsen). In ruim 26 minuten brengt ze ontzettend mooie versies van de 6 nummers, die op breekbare en magische wijze aan de man gebracht worden. Dit benadert behoorlijk wat ze live ook laat horen. Een geweldig kleinood.
Heather Woods Broderick – Invitation (cd, Western Vinyl / Konkurrent)
Heather Woods Broderick is de getalenteerde zus van de minstens zo getalenteerde Peter Broderick. Al heeft ze voor haar muziek deze referentie niet echt nodig. Op eigen kracht laat ze namelijk een geluid horen, waar ze bij 4AD doorgaans wel oren naar hebben. Met name haar stem is er één die zo past bij dat label. Maar ook muzikaal gezien valt er niets aan te merken op haar prachtige mix van Americana, folk, neoklassiek en elektro-akoestische muziek. Eerder noem ik het wel een mooie mix van Grouper, Swallow, Marissa Nadler, Cocteau Twins, Kate Bush en Talk Talk, waar ik ook op Broderick’s nieuwe cd Invitation niet veel meer aan kan toevoegen. Het levert elf schitterende songs vol dromerige droefgeestigheid, die een diepe indruk maken. Ze is en blijft een bijzonderheid, net als haar broer, waarbij ze smaak, schoonheid en gewoonweg sublieme muziek tot één geheel smeedt.
The Naked Sweat Drips – Pain In Healing (cd, Butler Records / Bertus)
In 2017 debuteert de Boxmeerse zestal The Naked Sweat Drips met het goed ontvangen Psycho Sister vol eigenzinnige rock met een vleug blues. Dan volgt begin vorig jaar het tragische nieuws dat gitarist Kristian Strik uitbehandeld is voor een hersentumor. Samen met de band maakt hij toch nog een laatste album. Omdat zijn rechterhand uitvalt stapt hij over op de synthesizer. De overige leden zijn Stefan Kollee (zang), Winand Derks van de Ven (gitaar). Rick Veldkamp (bas), Jimmy Vos (drums) en de inmiddels vertrokken Luc Jeuken (orgel). De 9 songs die ze hebben gemaakt in 3 maanden tijd zijn nu gebundeld op Pain In Healing. Ze hebben hier na het overlijden van Kristian 27 mei vorig jaar even mee gewacht. Op het album staat verlies centraal, maar dan omgezet in uiterst urgente songs vol compassie en venijn; er wordt niet zielig gedaan. Ze brengen hier een kruisbestuiving van de alternatieve rock van Nick Cave & The Bad Seeds, de progrock van Van Der Graaf Genrator, de vlammende orgels van The Doors, de psychedelica van Pink Floyd en de bluesrock van The Tea Party, voorzien van magisch donker Joy Division-randje. Dat alles brengen ze op geheel eigenzinnige en gepassioneerde wijze. Het bevat felle stukken, maar ook momenten van bezinning, hetgeen ze juist doseren. Alles klopt hier en is ook nog eens uitstekend geproduceerd door Pieter Kloos. Subliem!
Pamplemousse – High Strung (cd, A Tant Rêver Du Roi)
Ik krijg niet vaak muziek uit Réunion te horen, ten minste dat denk ik, want aangezien het een Frans departement is heb ik misschien bands van daar wel voor Frans versleten. Het eiland ligt ten oosten van Madagaskar, maar je rekent er echt af met euro’s. Ook het powertrio Pamplemousse komt daar vandaan. Ze debuteren in 2017 met hun gelijknamige debuut, dat er behoorlijk inhakt en doet terug denken aan de hoogtijdagen van labels als Amphetamine Reptile, Kill Rock Stars en Touch ‘n’ Go. De drie, waarvan ik de namen niet kan terugvinden, brengen een krachtig en grofkorrelige mix van garagerock, noise, stoner, post-hardcore en vuige blues. Daar doen ze met hun tweede album High Strung gewoon nog een schepje bovenop. De groep schiet meteen hard uit de startblokken en brengt op stekelige maar pakkende wijze weer die mengelmoes aan stijlen, opgebouwd uit stevig en gevarieerd drumwerk, stuwend baswerk, gruizige gitaarspel en overstuurde zang. Het zorgt (veelal) op razend tempo voor heerlijk opzwepende, intene en meeslepende muziek. Liefhebbers van Unsane, Chokebore, godheadsilo, Fugazi, Drive Like Jehu, The Gun Club en eveneens het hardere werk van Living Colour moeten (ja moeten) dit beslist eens horen. IJzersterk album!
Luister Online:
High Strung
Zbigniew Preisner/ Dominik Wania – Twilight (cd, Universal)
Je kunt gerust stellen dat ik de Poolse componist Zbigniew Preisner vanaf een zeker moment op de voet ben blijven volgen. Ik durf te beweren dat ik wat zijn releases aangaat vrijwel compleet ben. Hoewel ik hem in eerste instantie leer kennen van zijn fabuleuze filmmuziek voor de films van zijn goede, inmiddels overleden vriend Krzysztof Kieślowski, met name aangewakkerd door “La Double Vie de Véronique” uit 1991, ken ik hem ook van zijn veelzijdige reguliere werken, waaronder het schitterende requiem voor de op 54-jarige leeftijd aan een hartaanval overleden Kieślowski. Daarbij werkt hij ook samen met zangeressen Teresa Salgueiro (ex-Madredeus) en Lisa Gerrard (Dead Can Dance). Nu is er de cd Twilight, waarop Preisner 9 stukken voor piano heeft geschreven, die hier uitgevoerd worden door de gerenommeerde pianist Dominik Wania (Dominik Wania Trio, NAK Trio, Maciej Obara Quartet, Obara International, Power Of The Horns). Hoewel de muziek uiterst minimaal is spreekt deze toch enorm tot de verbeelding. Alsof het de geheime soundtrack voor de schaduwkant des levens is geworden. Dat levert een wonderschoon, contemplatief geheel op.
Priests – The Seduction Of Kansas (cd, Sister Polygon / Konkurrent)
Dat het wemelt van de post-punkbands tegenwoordig is eigenlijk weer doodnormaal geworden. Het valt ook wel te begrijpen, want het is muziek waar veel emotie in verwerkt zit en waar de somber gestemde en de professionele melancholici onder ons een uitlaatklep vinden die vrolijker stemt. Toch zijn er altijd weer van die bands, die het net even iets anders aanpakken. Onder die categorie valt ook het Amerikaanse Priests. Net als op hun eerste album brengen ze op hun tweede The Seduction Of Kansas muzikaal gezien namelijk iets dat tussen de post-punk van de jaren 80 bands past, maar met de vrouwelijke zang en het hoge tempo laten ze ook een zekere opgewektheid horen. Deze ambivalentie maakt het allemaal behoorlijk intrigerend. Je moet daarbij denken aan een gevarieerde en wisselende mix van Joy Division, Wire, The Cure, Deerhoof, Warpaint, Iceage en Throwing Muses. Dat zorgt een harmonieus en fris geheel met de melancholie van weleer als decor. Ze leveren hier twaalf sterke en bijzonde mooie nummers af.
Sunn O))) – Life Metal (cd, Southern Lord / Konkurrent)
Sunn O))) op cd of live is meestal een wereld van verschil. Niet dat ze dan andere muziek spelen, maar dan voel je pas echt hoe fysiek deze kan zijn. In principe maken ze drone muziek die bestaat uit zware, traag voortslepende gitaren. Dit lijkt oppervlakkig op elkaar, maar bij een goede beluistering hoor je dat ze vele tinten aan duisternis in huis hebben. Vaak hangt het van hun gasten af welke andere nuances ze daarbij aanbrengen. En hun slaat in dit geval op gitarist Stephen O’Malley (Burning Witch, Khanate, Lotus Eaters, Ginnungagap) en (bas)gitarist Greg Anderson (Goatsnake), beide tevens uit Thorrs Hammer en The Teeth Of Lions Rule The Divine. Op hun nieuwste zware bevalling Life Metal brengen ze in bijna 70 minuten vier nieuwe stukken. Met Steve Albini achter de opnameknoppen hebben ze getracht hun livesound meer te benaderen. Dat is ze aardig gelukt. Bij de eerste aanzet al gaat er een rilling door mijn lijf, zowel van genot en feest der herkenning als door de immense power. Ze krijgen op dit albumhulp van Hildur Guðnadóttir (zang, haldorophone, elektrische cello), T.O.S. Nieuwenhuizen (moog) van onder meer God en Beaver, Tim Midyett (basgitaar, bascimbalen) van Silkworm en Anthony Pateras (pijporgel). Zeker als Hildur in de openingstrack begint te zingen geeft dat een bevreemdend effect. De massieve gitaarmuren waar plots een engelachtig geluid doorheen klinkt. Ook het pijporgel voegt een extra dimensie toe. Ze weten je compleet in de houdgreep te nemen met deze intense, fysieke en overdonderende prachtige kracht. Trek je habijt maar vast aan!
Surplus 1980 Collectiv Ensembl with G.W. Sok – Forget All This (cd, Music à la Coque)
Als één van mijn grote muzikale helden G.W. Sok na 30 jaar (1979-2009) de Nederlandse, legendarische formatie The Ex verlaat, gaat er geen artiest verloren maar begint er gewoon een nieuw hoofdstuk. Door zijn activiteiten te blijven volgen stuit ik op de ene na de andere verrassende nieuwe band. Zo houdt hij er vaste en bovenal sterke projecten als King Champion Sounds, Cannibales & Vahinés, FiliaMotSa en The And op na, maar werkt hij ook veelvuldig samen met groepen als L’Étrangleuse, Oiseaux-Tempête, Zoikle, Two Pin Din, Chapi Chapo & Les Petites Musiques De Pluie, Detective Instinct, Action Beat, The Bent Moustache, Year Of Birds, Gran Kino en meer, wat je ook op zijn fraaie overzichtsalbum Listen To The Painters (2016) terugvindt. Eén van de groepen, die daarop staat en waarmee hij heeft samengewerkt, is het Amerikaanse Surplus 1980. Dat is de groep van de componist, multi-instrumentalist en percussionist Moe! Staiano, die onder meer in Sleepytime Gorilla Museum, Mute Socialite en Rova::Orchestrova heeft gespeeld. Surplus 1980 roept hij in het leven om de muzikale reis die hij met Mute Socialite is gestart te vervolgen. Daarbij wil hij veel samenwerken. Na twee albums pakt hij het nog ambitieuzer aan en start hij Surplus 1980 Collectiv Ensembl with G.W. Sok. Naast de laatst genoemde bestaat dit ensemble uit vier gitaristen, drie bassisten, twee drummers, een hoboïst en een basklarinettist. Staiano is hier vooral aanwezig als componist en bindmiddel. Ze leveren hier in een kleine 3 kwartier 4 stukken af, die avontuurlijk, pakkend en steengoed zijn. Ik moet in eerste instantie denken aan de betere experimentele noise van de vroegere The Ex, maar daarnaast door de jazzy, avant-garde en post-punk stukken ook aan Palinckx, The Residents, Dog Faced Hermans en Už Jsme Doma. Mooier dan dit kan ik het ook niet maken, maar het is allemaal dan ook van een uitzonderlijk niveau.
TR/ST – The Destroyer-1 (cd, House Arrest / Bertus)
TR/ST is het project van de Canadese muzikant Robert Alfons, die op de eerste twee albums TRST (2012) en Joyland (2014) overigens nog opereert onder de naam Trust. Zo spreek je deze gewijzigde naam overigens nog steeds uit. Alfons brengt doorgaans muziek die ergens tussen darkwave en synthpop inzit, die het liefst na twaalf uur ’s nachts opgezet dient te worden. Hoewel de muziek best wat raakvlakken heeft met de jaren 80, zit er ook een fris en modern vernis overheen. Nu is hij terug met het 8 nummers tellende The Destroyer-1, dat net 32 minuten lang is. Zoals altijd wordt hij hier geholpen door Maya Postepski (Austra). Het levert weer een nachtelijke, heerlijk melancholische en soms dansbare mix op van de genoemde genres. Daarbij moet je denken aan een hybride van VNV Nation, Boy Harsher, Cold Cave, Public Memory, Editors, Austra en met name door de zang ook Interpol. Een geweldig album dat nu al nieuwsgierig maakt naar het vervolg.
Vargkvint – Have (lp+digitaal, Piano And Coffee Records)
Twee jaar geleden weet het Zweedse Vargkvint, het soloproject van Sofia Nystrand, mij helemaal van mijn sokken te blazen met hun zinnenstrelende mini debuut Brus (“ruis”). Dat terwijl de muziek van een mysterieuze fluisterzachtheid is. Het is met name die breekbare, melancholische en dikwijls gewoonweg narcotiserende pracht die dit weet te bewerkstelligen. De cd eindigt hoog in mijn jaarlijst. Nystrand creëert haar muziek met fragiele zang, piano, harmonium, accordeon, zingende zaag, citer, duimpiano, klokkenspel en andere sfeermakers (veldopnames, elektronica), waarbij ze nog hulp krijgt van Jakob Lindhagen op synthesizers. Daarmee laat ze een uiterst verfijnde combinatie van folk, neoklassiek, ambient, veldopnames, drones en lichte experimenten horen, die als een zacht ruisende en licht klotsende zee je oren binnendringen. Nu is ze de zee ook altijd een inspiratiebron geweest voor haar, mede doordat ze in een kleine kustplaats opgroeit. Niet verwonderlijk dat haar zojuist verschenen officiële debuut Hav, hetgeen “zee” betekent, daar thematisch op aansluit. Nystrand zegt daarover het volgende:
”The sea has played such a huge part for us, in how societies have formed and grown, it has connected us with each other and given us life, and is the base behind much of our mythology. But at the same time, it has been a really cruel mistress – its storms, tsunamis and rising sea levels have been devastating to both individual lives, whole societies and now humanity as a whole. It’s in that conflict – its beauty and its menace, its life-giving and its life-taking, this concept-album was created.”
Saillant maar toevallig detail is natuurlijk dat haar naam bestaat uit de woorden “nieuw” en “strand”. Toch laat ze haar muziek, die gelardeerd wordt met veldopnames van de zee, wel echt stranden op andere kusten dan gewoon is bij verstilde muziek als deze. Ze werkt met hetzelfde instrumentarium, waarbij ze steun krijgt van wederom Jakob Lindhagen (synthesizers, zingende zaag, koorzang) plus Petter Lindhagen (koorzang) en Henrik Öhberg (floor tom, koorzang). Daar weet ze weer zo’n breekbaar en bijzonder geluid mee neer te zetten, dat zowel verdovend wonderschoon als creatief en experimenteel is. Er hangt een magische mistige nevel om dat alles heen, zoals je soms ook boven de zee kunt hebben. Daarbij vaart ze ergens tussen Anne Garner, Amiina, Colleen, Grouper, Sarah Davachi, Insides en Ekin Fil in. Dit is minstens zo geweldig als haar vorige album. Uit de grond van mijn hart meen ik dat ik het zo jammer vind dat deze enkel op lp en als digitale releases is verschenen. Maar het is te goed om niet onder de aandacht te brengen.
Xxxtentacion – 17 (cd, Bad Vibes Forever)
Xxxtentacion – Skins (cd, Bad Vibes Forever)
Xxxtentacion is voor mij met het vorig jaar verschenen ? wel een verfrissende openbaring op hip hop gebied. Dit is of beter gezegd was het alterego van de Jahseh Dwayne Onfroy, die helaas vorig jaar op 20-jarige leeftijd wordt doodgeschoten. Zijn muziek kenmerkt zich toch wel door de melancholie die er vanaf druipt, maar eveneens door de andere stijlen die hij incorporeert in zijn veelal zeer korte tracks. Zeven maanden na zijn dood wordt zijn eerste kind geboren en nu verschijnen er ook nog twee albums.
Als eerste zijn debuut 17 dat in 2017 al digitaal is verschenen. In 11 nummers, inclusief interludes, laat hij in 22 minuten horen wat voor een ontwapende artiest hij is. Ja er vloeit genoeg hip hop en (t)rap, maar hij laat hier ook lo-fi, singer-songwritermuziek en emo de revue passeren. Dit is allemaal juist gedoseerd en gegoten in korte maar doeltreffende en complete songs, die telkens tussen de minuut en 2,5 minuut finishen. Vooral dat niet uitmelken van de nummers maakt hem al uniek, los van het feit dat het gewoonweg ook ontzettend mooi en meeslepend is; een boodschap kan je ook kort en bondig brengen. Als je zijn foto’s ziet verwacht je wellicht een gangsta rapper, maar er gaat achter de ruwe bolster een emotionele en diepgravende persoonlijkheid schuil, die op originele wijze een bijzonder geheel weet neer te zetten. Fijn dat deze nu ook officieel uitgebracht is.
Daarnaast is er postuum nog het nieuwe album Skins verschenen. Ook hier is de artiest niet scheutig met de lengte, want de tien tracks, inclusief introductie, spelen zich in een kleine 20 minuten af. En toch gebeurt daar weer zoveel en precies genoeg om daar met volle teugen van te kunnen genieten. Het zijn weer de bijzondere samples, de fragmentarische muziek, de ongeveinsde droefgeestigheid en de ludieke combinaties die hij maakt. Hier wordt zijn hip hop en (t)rap namelijk aangevuld met pianomuziek, emo en zelfs nu metal. Dat laatste komt vooral naar de oppervlakte drijven in “Staring At The Sky” en “One Minute”, waarbij hij in die laatste op steun van Kanye West en Travis Barker (Blink-182) mag rekenen. Maar er staan ook weer van die typische overrompelend mooie en typische Xxxtentacion-tracks als “whoa (mind in awe)” op. Precies hetgeen waarom we dit talent enorm gaan missen in de toekomst!