[cd, Burning World Records/Konkurrent]
Atlantis komt nogal eens voor als bandnaam, maar ik focus me hier vooral op het in 2006 gestarte project van Gilson Heitinga. In zijn eentje presteert hij het een vol bandgeluid neer te zetten dat ergens tussen postmetal, postrock, drone muziek, avant-garde, industrial, doom en experimentele muziek uitkomt. Met zijn eerste lp Carpe Omnium (2009), ofwel “pluk alles”, geeft hij een overtuigend visitekaartje af. En inderdaad combineert hij allerlei stijlen om zijn sound vorm te geven. Dat is iets dat bepaalde iconen uit de muziekgeschiedenis niet altijd hebben gedurfd of gewoonweg hebben nagelaten. Heitinga trekt geen strak keurslijf aan, maar lijkt meer verschillende emoties van de juiste aankleding te voorzien. Dat kan dus heel hard uitpakken en tevens meer rustiek; zoals het leven zelf ook geen rechttoe rechtaan gebeuren is. Ik heb zelf ook soms meer de behoefte aan zinnenstrelende pracht en op andere momenten liever een bak herrie. Heitinga weet dit goed te combineren, waarbij het krachtige geluid de boventoon voert. Ook op zijn tweede album Mistress Of Ghosts gaat hij hier op sterke wijze mee verder. Ondertussen treedt hij live op met een voltallige band.
Voor zijn nieuwste cd Omens pakt hij het voor het eerst ook meer als een echte band aan, alhoewel alles nog steeds uit zijn creatieve koker komt. Hij incorporeert op indrukwekkende wijze elektronica en samples in zijn mix van postmetal, postrock, progrock, ambient, filmische stukken en industrial. Hij maakt hierbij gebruik van “bandleden” op drums, zang, gitaar, synthesizer en trompet om de muziek verder in te kleuren. Dit levert een voller en rijker geluid op, zonder dat zijn fantastisch originele sound in essentie wordt aangetast. Het resultaat omvat zes aan de grond nagelende tracks van 50 minuten, die zowel opzwepend als bezwerend uit de hoek komen. Hierbij is het leeuwendeel instrumentaal maar veelzeggend. Slechts heel spaarzaam duiken er stemsamples en vocalen op, onder meer van de klassiek geschoolde Sanne Mus in het kwartier durende, meesterlijke “And She Drops The 7th Veil” en het kortere “Omen”. Deze leiden niet de aandacht van de muziek af, maar dragen als extra instrument bij aan de duistere sfeer dan wel de subtiele variatie op het geheel. Termen als mooi of lelijk vervagen in deze totaal overrompelende stroom aan kracht en emoties. Heitinga brengt een eigenzinnige hybride van Isis, Neurosis, Kong, Pink Floyd, Swans, My Dying Bride, Amenra en The God Machine, waarbij je enkel nederig en met open mond naar kunt luisteren. Hierna sta je als door een regenbui in de nacht getroffen te klappertanden van hetgeen over je heen is gekomen. Uiteindelijk keert dat gevoel zich om in geluk door de unieke ervaring. Alles klopt hier en is eigenzinniger dan menig band in het metalspectrum. Ik heb het gevoel dat dit nog niet eens alles is dat Heitinga voor ons in petto heeft. Een magistraal album!
door Jan Willem Broek