Over straight edge hardcore, thrash metal, proto-emo, post-grunge, maar uiteindelijk toch vooral over goede, mooie liedjes en lieflijke popmelodieƫn.
Eigenlijk is het Into Another verhaal een beetje triestig. Zoveel talent hebben en na de derde plaat van ellende uiteindelijk het bijltje erbij neergooien. Platen die nauwelijks werden verkocht. En waarom? Voor een deel omdat het door de eerste volgers niet werd geaccepteerd dat ze wat anders gingen maken dan harde straight edge hardcore. Want daar komen zanger en drummer vandaan, die wereld. Zanger Richie Birkenhead was gitarist in Youth Of Today en zanger van Underdog, drummer Drew Thomas speelde in Bold. En bassist Tony Bono beroerde de dikke snaren bij de oude thrashers van Whiplash.
Dan kun je zeggen: ja, je vraagt ook gewoon om die typecasting met deze line-up. Tekstueel deden ze in het begin trouwens nog lekker mee met de veganistische straight edgers, maar muzikaal pasten ze al vanaf de allereerste noot niet in de "scene". Teveel Iron Maiden in de gitaar was veelgehoorde kritiek, en daar konden de hardcoremannetjes niet tegen. Nee, verdraagzaam kon je de straight edge hardcore wereld niet noemen; sowieso niet met al die opgestoken wijsvingertjes over de beste levensstijl en meer van dat gedoe. Into Another was in ieder geval de spreekwoordelijke vreemde eend in de bijt in die wereld.
Ze hoorden ook gewoon niet meer thuis in die wereld. Into Another is van alles, maar absoluut geen metal, thrash, punk of hardcore. Als dat wel zo was stonden ze in ieder geval niet op deze plek, want zoals al zo vaak geschreven was voor die genres bij mij tijdelijk geen plek meer. Into Another paste daarentegen juist wel heel goed, want volop dat lekkere alternatieve zware rock gevoel van bands als Mindfunk, Alice In Chains, Soundgarden. Maar de band dan postgrunge noemen zou dan weer heel fout zijn, ik moet dan altijd denken aan die slappe eerste van Stone Temple Pilots (die zich met latere platen dan wel weer gerevancheerd hebben). Into Another was lichter, speelser van aard, zonder aan zwaarmoedigheid in te boeten; compacte liedjes ook, alles binnen de drie Ć vier minuten. Nu is dat in mijn wereld niet direct een aanbeveling – er is een hele tijd geweest dat ik me bekocht voelde als bij een cd niet de volledige 74 minuten werd benut – maar hier moest het zo zijn. Kan natuurlijk een erfenis zijn van de hardcoretijd, bedenk ik me nu; maar vergeleken met Bold of Youth Of Today gaan de nummers van Into Another ellenlang door.
Ik schrijf hierboven 'nummers' maar dan doe ik de band te kort. Op Seemless zijn er geen nummers maar echte liedjes. Met koppen, staarten, mooie coupletten, nog mooiere refreinen. En allemaal fantastisch gespeeld en gezongen. Geweldige instrumentenbeheersing maar allemaal in dienst van die liedjes, geen noot teveel gespeeld. Gitarist – en onbeschreven blad – Peter Moses heeft een warm, rond geluid, en klinkt soms bijna jazzy. Bovenal is Seemless echter een album geworden waarop Richie Birkenhead mag excelleren. Bij Underdog nog gewoon de archetypische schreeuwzanger, op de eerste twee Into Another platen iets teveel in het hoog met plaatselijke overdaad aan vibrato en ook een te hard randje in de stem, maar op Seemless beheerst en toch krachtig, warm doch fel waar het moet, in bezit van een waanzinnig melodiegevoel. Birkenhead draagt voor mij vrijwel alle liedjes, zeker in de tweede helft waarin er steeds meer rust in de muziek komt en de liedjes kleiner worden. 'For A Wounded Wren' en 'May I' zijn hier de meeste prominente voorbeelden, rustige melancholische prachtliedjes waarin Birkenhead schaamteloos gevoelig durft te klinken, op zulk een kleine en intieme wijze dat ik er stil van word. Ongehoord in de grote stoere mannen rock die ik overwegend luisterde. Als er al iets emo genoemd moet worden, dan de emorock van Into Another.
Tekstueel ook bepaald geen militant veganistisch straight edge geneuzel meer, maar rake observaties over relaties, kindermishandeling, gevoelens. Allemaal precies op zijn plek bij in 1995, en nu nog steeds, voor zover dat nog niet duidelijk was. Seemless is door de jaren heen de prachtplaat gebleven die hij al vanaf verschijnen was. Veel beter dan zijn voorgangers, die in mijn oren altijd prematuur zijn blijven klinken ten opzichte van Seemless; leuk, maar vooral noodzakelijk om uiteindelijk bij Seemless te kunnen aankomen. Ik kan dan ook maar moeilijk begrijpen waarom het album niet tot de doorbraak van Into Another heeft geleid. De muziek is mooi en toegankelijk en paste goed in de tijdsgeest, alles wordt heerlijk soepel en met een heel prettig gemak gespeeld, en ik blijf nog steeds het gevoel hebben dat alles klopt. Het oude hardcorepubliek was toch allang weg, maar er is helaas nooit een nieuw groot publiek voor de in de plaats gekomen. Eeuwig jammer. In 1996 gaan ze wegens gebrek aan succes uit elkaar.
(Bas Ickenroth)