[cd, Upupa Produzioni/Five Roses}
Hoe zal de totstandkoming van een bandnaam nu in z’n werk gaan vraag je jezelf in sommige gevallen af. “Nee het moet iets unieks zijn”, “het moet de lading van onze muziek dekken” of “het moet lekker gemakkelijk te onthouden zijn”. De Italiaanse muzikant Luca Righi verzint voor zichzelf het alias Threelakes en zijn zeskoppige begeleidingsband heet The Flatland Eagles, wat samen de ongetwijfeld unieke naam Threelakes And The Flatland Eagles oplevert.
Na wat mini’s is er nu het volledige album War Tales. Hierop worden de zielenroerselen van Righi prachtig omlijst door de rest met akoestische gitaar, viool, banjo, percussie, mondharmonica en veldopnames. Ook gasten uit bands als Giardini Di Mirò, Gazebo Penguins en Tempelhof doen met viool, trompet, lap steel en zang nog een duit in het zakje. Ze brengen een veelal uptempo, maar emotioneel geladen mix van Americana, folk, altcountry, pop en rock. Zonder de begeleidende info vermoed je overigens, mede door de perfecte Engelstalige zang, eerder een Amerikaanse band dan een Italiaanse. Ook een songtitel als “The Lonesome Death Of Mr. Hank Williams” zorgt daarbij voor verwarring, maar maakt tevens duidelijk waar de bron van hun inspiratie ligt. Righi beschikt over een lekker getourmenteerd stemgeluid en weet de luisteraar op eigen kracht al aan zich te binden, al zijn de vele stukken vol samenzang ook buitengemeen mooi. Daarnaast zijn de uit het leven gegrepen onderwerpen, soms best heftige, ook iets waarmee je iets kan. Nummers als “Wild Water” en “The Day My Father Cried” hakken er wat dat betreft behoorlijk in. De stemmige begeleiding kleurt dit verder op fraaie en passende wijze in. Je komt ergens uit tussen Timesbold, Lambchop, Will Oldham, Songs:Ohia, Other Lives, Nick Drake, Bob Dylan en Lost In The Trees. Dat zijn niet bepaalde de minste namen, maar de muziek van Threelakes And The Flatland Eagles mag er dan ook wezen. Het is een goudeerlijke balans van de geneugten en lasten des levens geworden, omhuld door pakkende prachtmuziek.
door Jan Willem Broek