NNM is een serie waarin we nieuwe muziek van Nederlandse artiesten bespreken.
Robin Kester – Honeycomb Shades (cd, At Ease / Konkurrent)
Robin Kester is een relatief nieuwe ster aan het firmament, maar weet met haar debuut This Is Not A Democracy uit 2020, die volgt op een epee uit 2018, wel meteen een heel diepe indruk te maken. Daarop liet ze namelijk een experimenteel en spannend droompop geluid horen, waar ook trip hop, jaren 70 psychedelica, new wave, synthpop, folk en allerhande elektronica doorheen verweven zaten. Het is muziek die vele oude elementen herbergt en die op een ludieke wijze naar het heden weet te vertalen. Je zou het tijdloos kunnen noemen. Daarbij beschikt ze ook nog eens over een prachtige stem, die net zo zwoel en hees kan zijn als Beth Gibbons (Portishead), maar ook zo etherisch als Elizabeth Fraser (ex-Cocteau Twins) en breekbaar als Thom Yorke (Radiohead). Ze lijkt daarbij zo te zijn weggelopen uit de voormalige 4AD- dan wel Creation-stal.
Nu is Robin Kester (zang, gitaar, synthesizer, spinet, wurlitzwer, piano, vibrafonette, omnichord, samples, percussie, nachtmerrie machine) terug met het album Honeycomb Shades. Zoals te zien is draagt ze zelf al behoorlijk wat bij aan het instrumentarium, maar ze mag op haar 11 nummers tellende album van in totaal ruim 37 minuten rekenen op haar min of meer vaste bandleden Sam van Hoogstraten (gitaar), Thijs Visscher (bas), Joep van Osch (drums) en Stef Koenis (toetsen). Verder is er ook nog een aantal gastmuzikanten, zoals medeproducer Marien Dorleijn (tweede stem, synthesizers, keyboard, bas, gitaar, trompet, draailier, piano, vibrafonette, omnichord, autoharp, samples, percussie, drummachine, programmering, nachtmerrie machine) van Moss, Caesar, Nimbus en Opera Alaska. Daarnaast wordt de rest ingekleurd door saxofonist Timo Jilesen, violiste Susanne Linssen (Hospital Bombers, Awkward I, Seedling), klarinettiste Emily Cross (Loma, Cross Record) en tot slot producer Ali Chant (PJ Harvey, Aldous Harding, Yard Act, Actual Size, Giant Giant Sand), die hier op de piano te horen is en het album heeft gemixt. Het is een indrukwekkende line-up, maar dat is wel passend voor hoe groots en toch ingetogen ze hier uitpakt. De bovengenoemde stijlen komen hier wederom voorbij, al passeren ook shoegaze, krautrock en subtiele experimenten de revue. Het geluid is meer dromerig, mysterieus en nachtelijk dan voorheen en weet je nog sneller te overrompelen en vaak volledig te narcotiseren. Alles heeft ze daarbij van een machtig mooi melancholisch vernis voorzien. Hoewel ze echt een eigen sound in huis heeft moet je om een idee te krijgen denken aan een kruisbestuiving van Cigarettes After Sex, Portishead, Warpaint, Weyes Blood maar ook Belly, Cocteau Twins en de vroegere New Order, al zijn er wel meer herkenningspunten. Van internationale allure kan je gerust stellen. Maar veel belangrijker is dat dit een ongekend mooi, meeslepend en imponerend album is geworden.