NNM is een serie waarin we nieuwe muziek van Nederlandse artiesten bespreken.
Melle Kromhout – Most Of The Light Passes Through (cd, Glove Compartment / Sonic Rendezvous/ State 51)
Melle Kromhout draait al geruime tijd mee in de muziek business. Hij startte in de Amsterdamse rockband Fata ‘el Moustache’ Morgana in 2008. Daarnaast is hij samen met Ruben Braeken (Apneu, Katadreuffe) sinds 2009, met een heuse doorstart in 2015, actief in het elektronische noise-duo Glice. Twee jaar geleden debuteerde hij onder zijn eigen naam met het album Object Constancy op het kersverse Glove Compartment label, hetgeen een sublabel van het immer verrassende en puike Subroutine is. Daarop lanceert hij fascinerende experimentele vlechtwerken van elektronische muziek, (synth)pop, IDM, ambient en krautrock. De muziek komt onder meer tot stand door oude lo-fi elektronica, die hij hobbymatig al zo’n 20 jaar fabriceert, af te stoffen en tot stukken te verwerken. Het is grillig en gaat verschillende kanten op, maar vormt toch een fraai geheel waar je nooit helemaal de vinger op kunt leggen en wisselende associaties oproept.
Dat het soms goed is om van je hobby werk te maken blijkt andermaal uit Kromhout’s nieuwe album Most Of The Light Passes Through, dat wederom uitgebracht is op Glove Compartment. Hij serveert hierop 6 stukken, die samen ruim 38 minuten duren. Enerzijds borduurt hij verder op wat hij eerder liet horen, maar anderzijds klinken de stukken meer gecomponeerd. Dat laatste niet in de stijfste zin van het woord, want de muziek behoudt zeker ook een speels karakter, maar hij lijkt er meer aan geschuurd en geschaafd te hebben. Dat levert niet alleen een meer samenhangend album op, het is tevens op alle fronten nóg beter. De muziek is namelijk dreigender, duisterder, meer gelaagd en spannender. De bijna serene maar soms ook donkere stemgeluiden of afgeleiden daarvan, maken het ook mysterieuzer en meer organisch. Dat laatste tevens door de toegevoegde drumpartijen van oud-bandgenoot Oskar Glasbergen, die in 5 tracks te horen is. Voor de mix en mastering mag hij rekenen op de Noorse klasbak Lasse Marhaug (Jazkamer, Origami Replika). Hoewel het allemaal ergens tussen elektronische, experimentele en gesamplede muziek en ambient inzit, krijgt het mede door de langgerekte, trage synthesizerklanken ook een neoklassieke dan wel requiem-achtige vibe. Dat maakt de muziek intrigerend, want je wordt dan zaken gewaar die enkel suggestief zijn. Sowieso weet dit alles tot de verbeelding te spreken en je van begin tot het eind toe stevig in de houdgreep te nemen. Een enkele keer komt het even tot een eruptie, die naar de post-rock koerst, maar het merendeel is vrij rustig en zorgt voor bezinning en neemt je even helemaal uit de realiteit. Denk daarbij aan een gedroomde hybride van loscil, Brian Eno, Chihei Hatakeyama, Tim Hecker, A Winged Victory For The Sullen, Hammock en op de verre achtergrond ook de vroegere psychedelica van Pink Floyd. Kortom, ga dit zelf luisteren en ervaren. Klasse!