Ruim 30 jaar toonaangevend zijn en een voorbeeld blijven voor jongere generatie artiesten is maar weinig artiesten gegeven. Toch slaagt de in Amsterdam geboren en tegenwoordig in Rotterdam wonende componist, muzikant en producer Michel Banabila, soms kortweg als Banabila opererend, daarin met vlag en wimpel. En dat op zoveel verschillende vlakken! Hoewel ik me niet kan voorstellen dat mensen hem nog steeds niet kennen, maar het komt voor, toch even een kort overzicht van zijn veelzijdige oeuvre. Vanaf 1983 verschijnen er releases onder zijn eigen naam met elektronische experimenten, ambient en avant-garde. Daarna duikt hij op in Chi met experimentele ambient, het geroemde en baanbrekende crossoverproject East Meets West met broeierige wereldmuziek, de downtempo ambientformatie Byzantium en als gast bij de trip hop groep Flying Dutchman. In samenwerkingsverband is hij onder meer te horen naast Zenial, Yasar Saka, Hannes Vennik, Scanner, Radboud Mens, Philippe Petit, Mete Erker, Machinefabiek en niet in de laatste plaats Eric Vloeimans. Met deze fantastische trompettist wint hij met het derde deel uit zijn zogeheten “VoizNoiz – Urban Soundscapes”-serie zelfs een Edison Jazz Award. Het is dan ook een geweldige weergave van het grootstedelijke leven, dat ze met een mix van onaardse ambient, jazz, wereldmuziek, experimenten, filmmuziek en musique concrète vorm weten te geven. Daarnaast speelt hij een grote productionele rol bij Bahia El Idrissi, Omar Ka en Yasar Saka. Buiten zijn werk voor reguliere (concept)albums creëert hij ook muziek voor dans-, film-, televisie-, video- en theaterproducties. Van een artiest met grootse ideeën en een bescheiden productie is hij uitgegroeid tot een artiest met nog grotere ideeën en een toenemende, kwalitatief hoogwaardige productie, waarbij hij altijd bescheiden blijft hetgeen hem siert. En van vrijwel alle markten thuis. Ik heb het vaker geroepen, maar bij uitstek Banabila zou zo in de prestigieuze “Made To Measure”-serie van Crammed passen, want het is muziek waaraan men zich kan meten. Hij onderzoekt namelijk altijd zonder beperkingen alle verbindingen tussen mens en materie en plaatst die in een compleet uniek kader. Toch blijft zijn bekendheid beperkt, hetgeen ik verwonderlijk vind en eigenlijk gewoon een schande. Een artiest als Banabila moeten we diep, heel diep koesteren.
De laatste paar jaren focust hij zich meer op de elektronische muziek. In 2001 en 2003 laat hij met Spherics en Spherics II ook al op dat vlak van zich horen, maar het meest fysieke en overdonderende resultaat komt in 2011 als The Latest Research From The Department Of Electrical Engineering het licht ziet. Het is Banabila van een meer noisy kant met zelfs industriële elementen, waarbij de bron van de muziek lijkt voort te komen uit verschillende elektronische apparaten. Aube heeft iets dergelijks wel eens met gloeilampen gedaan. Banabila weet hierover zijn typisch mysterieuze saus te gieten die zowel voor een bevreemdend als een aan de grond nagelend effect zorgen. Na een stuk of zes releases in de tussentijd verschijnt er nu More Research From The Same Dept., dat gerust als een vervolg op de eerder genoemde release mag worden beschouwd. Het is allemaal weer puur elektronisch en gaat van white noise en drones tot concrete elektronische, industriële en pianoklanken, maar dat alles gesitueerd in een futuristisch kader. Titels als “Cricket Robotics”, “A Giant Cyborg and Tiny Insect Drones” en “Alien World” zeggen wat dat betreft genoeg. Banabila schept als een George Orwell klanklandschappen die we ons nu nog niet voor kunnen stellen. Dat is niet alleen bijzonder knap gedaan, maar weet je als luisteraar ook compleet in de houdgreep te nemen. Een blauwdruk en zoektocht van wat nog komen gaat. Autechre doet op een ander vlak ook altijd iets dergelijks door muziek te maken die je pas later als realiteit ziet. Muziek zonder kop of staart, maar met een laboratorisch bedachte body die ertoe doet en de toekomst schetst. Ik kan namen als S.E.T.I., Beaumont Hannant, Disjecta, Seefeel, Kapotte Muziek, Bruce Gilbert en Det Wiehl aandragen ter referentie, maar eigenlijk past geen enkele vergelijking. Het is wederom een ongrijpbaar en fascinerend werk uit een parallel universum geworden van de hoogleraar in de buitencategorie. Een meesterlijk album waarvoor we enkel een diepe buiging kunnen maken!
En ter lering ende vermaak, luister ook eens naar deze:
door Jan Willem Broek