[cd/lp/digitaal, Live Footage/Five Roses]
Naar het schijnt hebben de Topu Lyo en Mike Thies elkaar een keer op een Halloween feestje in 2008 ontmoet, niet wetende dat ze twee jaar later met hun gelijknamige album zouden debuteren als het duo Live Footage. Mijn eerste kennismaking is eind 2010 met de tweede cd Willow Be. Hierop brengt Topu cello, live loops (waarschijnlijk LiSa, ofwel live sampling) en een handvol elektronica om zijn cellowerk te ondersteunen. Mike speelt drums en keyboards en maakt eveneens gebruik van loops. De twee worden wel omschreven als de beste “surrealistische soundtrack componisten” voor live gelegenheden, films, modeshows en dansvoorstellingen. Op hun eigen werk komen ze echter ook niet onder die omschrijving uit. Ze gaan veelal op improvisatorische wijze te werk, maar weten toch een consistent, sfeervol geluid aan de dag te leggen, waarbij ze zich niet toespitsen op één specifiek genre. De rode draad wordt gevormd door de nachtelijke, melancholische en filmische atmosfeer. Het leeuwendeel van de muziek heeft een neoklassieke basis, maar bevat ook zeker elementen uit de jazz, dub, post-rock, trip hop, softnoise, minimal music, drum’n’bass (‘n’ cello) en Oosterse muziek. De losse manier van muziek maken zorgt ervoor dat je telkens op ontwapende wijze verrast wordt. Daarbij maken de pakkende en toch contemplatieve ritmes en de dikwijls grootse schoonheid van de muziek het helemaal tot een unieke lekkernij.
Vorig jaar verschijnt het vervolg Plays Jay Dee, hetgeen niet een omgekeerde DJ is maar een eerbetoon aan hip hop producer en MC James Dewitt Yancey (1974-2006), ook wel bekend als J Dilla en Jay Dee. Hij produceerde legio artiesten, waaronder Erykah Badu, Janet Jackson, Brand New Heavies, The Pharcyde en De La Soul. De New Yorkse artiesten brengen hier dan ook 8 tracks die naast Jay Dee’s eigen werk geïnspireerd zijn door de genoemde artiesten, hetgeen niets zegt over de uiteindelijke uitkomst. Die bestaat namelijk uit een bevreemdende en uiterst sfeervolle cross-over van elektro-akoestische extrapolaties van hip hop, drum ’n’ bass, minimal, neoklassiek, jazz, post-rock en trip hop, waarbij naast de beats en de elektronica de cello een hoofdrol vervult.
Het duo is nu terug met hun vierde wapenfeit Doyers, een naam die gezien de cover lijkt te verwijzen naar Doyers Street uit het New Yorkse Chinatown. Nu is dit duo ook een vreemde (peking)eend in de bijt in het alledaagse muzieklandschap, dus wat dat betreft past die titel prima. Voor hun nieuwste werk hebben ze zich laten inspireren door deze quote van Orson Welles: “The absence of limitations is the enemy of art”. Ze hebben dit ter harte genomen en een poging gewaagd om een zo organisch mogelijk geheel te creëren. Topu Lyo speelt de 5-snarige elektronische cello en incorporeert weer live-loops en een handvol elektronica. Ditmaal echter geen eerder opgenomen samples. Mike Thies brengt al dan niet tegelijk drums en keyboards. Ze improviseren er nog altijd lustig op los, alleen brengen ze nu een heus pakkend en groots bandgeluid. Geen kleine details, maar breed om zich heen grijpende muziek die een soort smeltkroes is geworden van jazz, drum ‘n’ bass, hip hop, IDM, dub, avant-garde en experimentele muziek. Er is minder goed een vinger op te leggen, maar toch is hun muziek een stap verder, voller en beter geworden. Het geluid heeft daarmee ook echt een Live Footage-smoel gekregen. Soundtrackmuziek van de buitencategorie of zoiets. Je hoort elementen van Spring Heel Jack, Splattercell, DJ Shadow, Amon Tobin, Massive Attack, Cinematic Orchestra, Ender’s Child, Jan Garbarek, Tortoise en Talk Talk, die ze tot één totaalsound hebben weten om te smelten. Het is continu afwachten genieten van wat er aan de oppervlakte komt bovendrijven, want daarin variëren ze op fraaie wijze. Het is een massief en toch uiterst subtiel, overdonderend album geworden. Subliem!
door Jan Willem Broek