Terwijl vandalen in Rome op vreselijke manier met water gingen spelen, waren wij allang in de weer met woorden uit de Dikke Van Dale voor onze lijstjes uit het:
SCHADUWKABINET
We luisterden naar: Alula Down, Centenaire, Mount Eerie, Pryapisme, Snowapple, The White Birch, Jozef Van Wissem (2x) en Jesse Boykins III. En gingen naar: Jett Rebel.
Jan Willem
Alula Down – Alula Down (cd, Reverb Worship)
In 2008 debuteren Kate Gathercole en Mark Waters als Loud Flowers met hun digitale mini Sagging Pockets, Labelled Jars, Old Tobacco Tins. Hierop vind je zes innemende lo-fi (freak)folknummers die behoorlijk melancholisch zijn. Verder valt de speelse en rijke inkleuring op. In 2013 heten de twee Alula Down en komen ze met het negen nummer tellende digitale album Flotsam, dat daar prachtig op aansluit, zij het met nog meer leuke experimenten. Ze fabriceren hun muziek met fraaie zang, akoestische en elektrische gitaren, xylofoon, contrabas, frame drums, tafellinnen, sauspannen, schoppen, wijnglazen, ambient geluiden, ongestemde piano, banjo, shrutti box en melodica. Het is allemaal van een vertederende schoonheid. Reverb Worship is zo vriendelijk geweest om beide genoemde werken nu op een cd te gooien. In een editie van slechts 40 stuks, dat dan weer wel.
Centenaire – Somewhere Safe (cd, Clapping Music)
Centenaire is een leuke band waar Clapping Music artiesten Damien Mingus (My Jazzy Child), Stéphane Laporte (Domotic) en Aurélien Potier (Egyptology, Relpot, Concertmate) de krachten bundelen. Op hun eerste twee cd’s was dat overigens ook nog samen met Orval Carlos Sibelius, maar die vervolgt zijn solocarrière. Ergens vorig jaar is er schijnbaar alweer het derde album Somewhere Safe verschenen. Hierop gaan ze voortvarend te werk. Ooit begonnen ze nog redelijk folkachtig, maar per album laten ze die sound meer achter zich en verruilen dat voor indierock en nu zelfs voor een meer noisy geluid met krautrockinvloeden. Met zang, contrabas, cello, philicorda, bas, gitaar en drums zetten ze stevig en tevens psychedelisch geluid neer dat weet te beklijven. Ze positioneren zich ergens tussen Psychedelic Furs, Pinback en Trans Am. Het is hun meest eigenzinnige werk tot nu toe geworden.
Mount Eerie – Sauna (cd, 7 e.p.)
Phil Elv(e)rum is misschien wel één van de minst voorspelbare artiesten die er vandaag de dag rondloopt. Dat is al zo met zijn experimentele lo-fi project The Microphones, maar het geldt ook voor zijn incarnatie Mount Eerie, wat overigens de titel is van zijn laatste Microphones cd. Ook gaat zijn muziek vrijwel zonder promotie de wereld in; het is er gewoon ineens. Zijn dubbelwerk Clear Moon/ Ocean Roar uit 2012 is zo monumentaal dat het hoog in mijn jaarlijst eindigt. Hierop laat hij twee totaal verschillende gezichten zien, namelijk een serene en lo-fi kant enerzijds en een grimmig, psychedelisch en noise geluid anderzijds. Wat een nieuw werk brengt weet je nooit, maar het is altijd de moeite waard om te beluisteren. Plots is er, na nog een lp tussendoor, nu zijn nieuwe cd Sauna, vergezeld van een downloadcode voor enkele demo’s. In een sauna is het nogal broeierig, totdat je erna met ballen in het ijskoude dompelbad beland. Dat is precies wat er hier gebeurt. Hij brengt zwoele psychedelische lo-fi muziek vol orgels en serene zang, al dan niet aangevuld door de vocalisten Geneviève Castrée (vrouw van Phil, Woelv, Ô Paon), Allyson Foster (Hungry Cloud Darkening), Ashley Eriksson (Baby Island, Lake, Ashley And Eli), Paul Benson (Hungry Cloud Darkening, Ever Ending Kicks) en fluittist Evin Opp. Maar af en toe steekt ook die meer duistere kant de kop op en wordt het allemaal een stuk harder. Daarnaast laat hij eveneens shoegaze, indie, experimentele muziek toe in zijn verbluffende totaalsound. Het is ongrijpbaar en toch altijd goed te volgen. Het hele album word je heen en weer geslingerd van de sauna naar het dompelbad en alles daartussen. Bij de strot en ballen grijpend. Een weergaloos, intens en emotioneel geladen luisteravontuur. Geïnteresseerden kunnen het beste bestellen via het Japanse 7 e.p. label, het liefst met een paar cd’s tegelijk, want dat scheelt je ongeveer de helft aan kosten als je deze uit de VS haalt. Maar dat geheel terzijde.
Pryapisme – Futurologie (cdep, Apathia)
Pryapisme heeft een prettig gestoord geluid in huis waarbij je meteen richting bands als Uz Jsme Doma, Igorrr, Zappa, Shining, Naked City, The Mars Volta, Cardiacs en Idiot Flesh wordt geduwd. Daarbij staat hun liefde voor katten voorop. Inderdaad, een ietwat merkwaardige band, die hun naam ook nog eens ontleend aan een zeer langdurige erectie. Maar het dan ook muziek om opgewonden van te raken. Ondanks deze prettige gestoordheid, weten ze op goed doorwaadbare wijze hun muziek aan de man te brengen. Dat geldt ook zeker weer voor hun nieuwe cd Futurologie, waarop ze 11 zeer afwisselende en eigengereide nummers presenteren, die het midden houden tussen avant-metal, jazz, elektronica, breakcore, hardcore, folk, wereldmuziek, experimentele muziek en funk. Een heerlijke flipperkast aan muziek met zang, beats, gitaren, bas, moog, synthesizers, drums, elektronica, programmeringen en blaasinstrumenten. In de twaalfde track smeden ze alle nummers in een orkestrale variant aaneen. Het is van een geniale gekte, waarbij je tot de laatste seconde gekluisterd aan je luidsprekers zit. Met ruim 45 minuten is een epee wel heel mager betiteld. Groots!
Snowapple – Illusion (cd, Snowapple/ Debt/ ZIP)
Na het geniale debuut van de Frans/Nederlandse formatie Waiting For Eve, met in de hoofdrol zangeres Una Bergin, is het eigenlijk wachten op een vervolg. Maar Bergin, dochter van de te vroeg overleden klasbak Sean Bergin (sax), keert in 2013 samen met Laurien Schreuder en Laura Polence terug als Snowapple. Alle drie hebben ze een andere achtergrond. De van origine Zuid-Afrikaanse Una als getalenteerde jazz zangeres, Laurien als operazangeres en tevens werkend in een zigeunerpunkgroep en Fanny de Ruiter als klassieke zangeres. Alle drie beschikken ze over een fantastisch stemgeluid en een frisse manier om muziek te benaderen. Hun gelijknamige debuut uit 2013 bevat dan ook een prachtige, pakkende en bovenal originele mix van folk, pop en indie, waarop ze een serene maar melancholisch geluid naar buiten brengen. Nu presenteren ze hun tweede album Illusion. Hierop komt de Letse componiste, folk- en moderne jazz zangeres Laura Polence de groep versterken. Allen nemen ze ook instrumenten als gitaar, viool, altsaxofoon, klokkenspel, mandoline, klarinet, fluit en piano voor hun rekening, aangevuld door gasten op mandoline, drums, piano, keyboards, saxofoon, gitaar, harp, bas, cello, altviool, trombone, hoorn, trompet en achtergrondzang. Dit om aan te geven hoe groots ze het aanpakken. Wederom brengen een unieke blend van jazz, folk en pop, maar ook klassiek, krautrock, zigeunermuziek en subtiele experimenten passeren de revue. Hun etherisch harmonieuze samenzang is al hemels, maar hun bijzondere muzikale inkleuring mag er ook wezen. Het is allemaal ook nog eens gedompeld in een prettig droefgeestige sfeer. Ze komen op eigengereide wijze ergens tussen Blackie & The Oohoos, Miranda Sex Garden, Katzenjammer, Rebekka Karijord, The Be Good Tanyas, CocoRosie en The Unthanks uit. Diepgravende, sprookjesachtige schoonheid. Wat een heerlijk unicum van internationale klasse!
The White Birch – The Weight Of Spring (cd, Glitterhouse/ The White Birch)
Halverwege de jaren 90 start de Noorse verstilde slowcore formatie The White Birch, vernoemd naar het prachtige album van Codeine, als trio. Daarmee maken ze na een obscure lp en epee drie fantastische cd’s, waarbij het eigenlijk altijd draait om de zielenroerselen van kopman Ola Fløttum (zang, piano, gitaren, dobro, bas, samplers, keyboards, viool, recorder). Ze nestelen zich op zijdezachte en eigengereide wijze ergens tussen Dakota Suite, The Montgolfier Brothers, At The Close Of Everyday, de latere Talk Talk en Mark Hollis zelf. Ze maken een verpletterende en bovenal emotioneel geladen indruk. Na het laatste album Come Up For Air (2005) verwordt het tot een soloaangelegenheid van Ole en blijft het lang stil. Te lang. Maar zijn moeder overlijdt en hij worstelt om diverse redenen om nieuwe muziek te kunnen maken. Toch is het 10 jaar later eindelijk een feit, want hun vierde cd The Weight Of Spring ziet het licht. Nou ja licht en lente, het is behoorlijk herfstig. Hij wordt bijgestaan door de zangeressen Susanna Wallumrød, Ellen Dorrit Petersen en Ingrid Olava, violist Ole-Henrik Moe, drummer Pål Hausken, klarinettist/saxofonist Morten Barrikmo en toetsenist Ingar Hunskaar. Allemaal grote namen uit de jazz en alternatieve scene. Qua muziekstijl en sfeer is er niets veranderd, maar qua schoonheid en intensiteit gaat Ole in overtreffende trap over al zijn eerdere werk heen. Ruim een uur lang zit je met kippenvel en al aan de grond genageld. Wat een bij de strot grijpend meesterwerk! Jaarlijstjesmateriaal pur sang.
Jozef Van Wissem – It Is Time For You To Return – Made To Measure Vol. 40 (cd, Crammed)
“Made To Measure” is de serie van Crammed waarop sinds 1984 toonaangevende muziek uitgebracht wordt. Artiesten als Tuxedomoon, Minimal Compact, Fred Frith en Hector Zazou brengen er tot 1996 muziek op uit. In 2006 pakt het label deze geweldige serie weer op. De Nederlandse avant-garde componist en Barokke luitspeler Jozef Van Wissem brengt de nummer 40 in de serie met zijn album It Is TimeFor You To Return. En terecht, want op luitgebied is hij een meester, hetgeen hij inmiddels via vele releases sinds 2000 heeft aangetoond. Inmiddels woont hij overigens in New York. Op dit nieuwe werk brengt hij heerlijk droefgeestige, minimale luitmuziek met een Oosters tintje. Hij wordt her en der geholpen door Jim Jarmusch (gitaar), Domingo Garcia-Huidobro (beats, glicth) en de fantastische zangeres Yamine Hamdan. Zo af en toe is Van Wissem op ingetogen wijze ook zelf te horen als zanger. Het is allemaal sfeervol en desolaat, maar ook heel mooi. Dat laatste geldt zeker voor die prachtige afsluiter “Invocation Of The Spirit Spell” met Hamdan.
Martijn
Jett Rebel @ Trix, Antwerpen
In Nederland stijgt ie op in de HMH, maar in België raakt de kleine zaal van Trix op de dag zelf pas uitverkocht. De show is, zo begrijp ik van een collega die daar was, ook een stuk korter, met op een korte Beach Boysmedley na geen covers. Maar ik ben er niet rouwig om, mijn verwachtingen worden ruimschoots ingelost. Jett Rebel is vuurwerk live, waarbij er duidelijk een leider is maar waar de band wel degelijk een flink stempel drukt op de feestvreugde. Er is een spontaniteit waarvan alle zwartkijkers, noem ze ‚rockisten’, dachten dat die zou verdwijnen onder invloed van de computers. Het zal verklaren waarom er zo’n groot leeftijdsverschil in het publiek is. Jelte’s mix van funk, pop en rock is al bovengemiddeld maar de jongehondenenergie van de liveshow maakt het onweerstaanbaar.
Jozef van Wissem It Is Time For You To Return
Van Wissem verkent wat nieuwe wegen op zijn nieuwe album (al heb ik niet zijn complete output gehoord, maar nieuw voor mij dus). Ten eerste zingt hij en er is ritmische elektronica. Zijn eigen vocalen kunnen ermee door maar de samenwerking met Yasmine Hamdan in Invocation Of The Spirit Spell smaakt pas echt naar meer.
Jesse Boykins III Love Apparatus
De hele slicke slaapkamer-R’n’B van zijn vorige album The Beauty Created (2008) is aanzienlijk elektronischer maar minder experimenteel dan de EP Way Of A Wayfarer. Bedwelmend en doordrenkt van sex is het nog steeds en Boykins, zoetgevooisd als hij is, gedijt daar prima in, al ben ik er (nog) niet zo van onder de indruk als zijn plaat met Melo-X (Zulu Guru uit 2012).