Alle fracties stemmen in met het nieuwe kabinet, dus snel door naar onze lijstjes uit het:
SCHADUWKABINET
We luisterden naar:
-Franzie,
-Michael Hurley,
-Kuželovské Zpěvulky,
-Meskerem Mees,
-Marissa Nadler,
-RAP,
-Vanja Modigh,
-Eddie Vedder/ Glen Hansard/ Cat Power,
-Victory Hall en
-Yellow6.
Jan Willem
Franzie – Prvoroj (cd, Indies Scope / Xango Music Distribution)
Naast vele folkloristische muziek komt er uit Tsjechië ook heel veel uitstekende eigenzinnige rock, elektronische muziek en avant-garde, die dikwijls door het geweldige Indies Scope naar buiten worden gebracht. Een nieuwe band aan het rockfirmament is Franzie. Dit vijfkoppige project, 4 mannen plus zingend boegbeeld Veronika Stříbrná, heeft nu hun debuut Prvoroj uitgebracht, dat ik vertaald zie als “eerstegeborene”, wat aansluit bij hetgeen wat het is. Maar veel woorden hebben een dubbele betekenis. De info meldt echter dat het “nazwerm” betekent, wat gek is aangezien los “prvo” “eerste” betekent en “roj” “zwerm”. De hoes laat ook bijenraatmotieven zien, dus die link is er wel, maar de uitleg klopt niet helemaal. Laat ik de hoofdzaken even laten varen voor de bij-zaken (sla gerust over, want zo bij-zonder is het niet hoor):
Zo stellen ze dat als de bijen het gevoel hebben dat het tijd is om hun bijenkorf te verlaten en een nieuwe plek te vinden, een deel van de bijenploeg zal wegvliegen en een nieuw volk elders start, hetgeen de nazwerm heet. Als imker moet ik daar toch, ondanks dit dus bijzaak is, even rechtzetten. Het klopt inderdaad dat als een bijenvolk te groot wordt de bijen met de oude koningin weg kunnen vliegen, zodra er een nieuwe koningin uit een zogeheten zwermdop wordt geboren. Dat is gewoon de eerste zwerm. Soms is een bijenvolk dusdanig groot dat er nog een deel met een nieuwere koningin wegvliegt en dat is de nazwerm. En soms volgt er nog één. Als imker probeer je dat te voorkomen door de bijen ruimte te geven met extra broed/honingkamers en kuch zwermcellen of anderzijds koninginnendoppen te verwijderen kuch. Maar ook dat is een secure aangelegenheid, omdat soms de koningin te oud is geworden en simpelweg vervangen móét worden. Dan zijn het geen zwerm- maar wisseldoppen die je aantreft. Het is altijd een kwestie van de situatie goed inschatten.
Franzie, met verwijzingen naar Kafka, Frankrijk en woede, bestaat uit leden die eerder ook al van zich hebben laten horen in diverse groepen, dus wat dat betreft zou je ze kunnen beschouwen als een groep die met hun koningin Veronika een nieuwe start elders hebben gemaakt. Ze brengen hier 7 nummers, van bij elkaar een goede 36 minuten lang. Deze bestaan uit een eclectische mix van alternatieve rock, postrock en noise, zij het met een typsiche Tsjechische mix. Toch denk ik dat liefhebbers van onder meer Garbage, Sonic Youth, Lush, Made Out Of Babies, Esben And The Witch, Chelsea Wolfe en Deftones hier hun hart aan op kunnen halen, ondanks de taalbarrière. Het is een zeer gevarieerd album geworden vol heftige emoties, intense momenten, die je wel bij zullen blijven. Het levert een bij-zondere luisterervaring op, die een andere en steengoede inblik geven in de platgetreden paden van de rockmuziek.
Michael Hurley – The Time Of The Foxgloves (cd, No Quarter / Konkurrent)
Volgende week wordt de Amerikaanse singer-songwriter, tevens violist, Michael Hurley 80 jaar, dus je mag met recht van een veteraan spreken. In juli bloeit het vingerhoedskruid in zijn woonplaats Astoria (Oregon). Juli is ook Michael Hurley’s favoriete maand, of hij nu thuis is of zoals vaak ergens anders. Het is het startpunt van zijn nieuwe album The Time Of The Foxgloves (de tijd van het vingerhoedskruid). Vingerhoedskruid ziet er mooi uit, maar is erg giftig; er wordt wel digoxine uit gewonnen om er digitalis van te maken, wat voor hartritmestoornissen wordt gebruikt. Hurley’s muziek doet je hart ook sneller kloppen, ook al lijkt deze in eerste instantie te bestaan uit mooie, maar eenvoudige folk die gedragen wordt door zijn prachtig rauwe, doorleefde stem. Het venijn zit hem, net als bij vingerhoedkruid binnenin, want hij mengt niet alleen lo-fi, altcountry en blues elementen door zijn muziek, ook wordt de muziek subtiel van franje voorzien door een klein dozijn aan gasten. Zo leuken Luke Ydstie (contrabas, pomporgel, bariton ukelele) en Kati Claborn (banjo, zang) van The Hackles, Gabrielle Macrae (viool) van The Horsenecks, Lindsay Clark (zang), Josephine Foster (zang), Betsy Nichols (zang) en nog wat gasten op banjo, basklarinet, xylofoon, drums en percussie de boel hier aardig op. Dat levert 11 goudeerlijke, troostvolle, met whisky doordrenkte prachtsongs op.
Kuželovské Zpěvulky – V Kuželově sú děvčata…jak tá malina (cd, Indies Scope / Xango Music Distribution)
Het Tsjechische meisjeskoor Kuželovské Zpěvulky, dat al sinds 2011 bestaat, heeft pas in 2016 het gelijknamige debuut uitgebracht. Het betekent zoiets als “zangers uit Kuželov”. Het is een plaats in het Zuid-Moravische deel van het land, dus reken maar dat er de nodige cimbaloms (hakkeborden dan wel plankciters) bij komen kijken. Dat is nog meer het geval op hun tweede cd V Kuželově sú děvčata…jak tá malina, wat “Er zijn meisje in Kuželov … zoet als frambozen” betekent, want ze krijgen hier steun van twee grote cimbalom-gezelschappen, die tevens de nodige strijkinstrumenten met zich meebrengen, en een mannenkoor. De muziek is het verhaal van vrienden die samen meer dan genoeg hebben meegemaakt. Ze groeiden samen op, beleefden hun eerste liefdes, pijnen, maar ook vreugden. Het koor heeft niet alleen lange boerenballads of rekruteringsliedjes opgenomen, zoals op hun vorige werk, maar eveneens volksliederen uit de regio Horňácko en ook een paar uit de regio Strání. Zoals vaker vertoont die muziek wel enige verwantschap met die van de Roma en Hongaren. De landsgrenzen lopen in die regio namelijk nogal anders dan de culturele en muzikale. Dat levert 12 prachtige volksliederen op, die voor ruim 58 minuten luisterplezier zorgen. Daarbij vind ik de meer droefgeestige liedjes toch het mooist, al staat dat soms haaks op de onderwerpen waarover ze zingen. Hoewel dit compleet andere muziek is dan je hier doorgaans voorgeschoteld krijgt, kan ik dit echt van harte aanbevelen. Het betere volksvermaak!
Meskerem Mees – Julius (cd, Mayway)
De naam van de in Ethiopië geboren, maar in België opgegroeide Meskerem Mees zoemt al enige tijd rond. Ze was ooit finalist van “Wie Wordt Junior 2013”, winnaar van Humo’s Rock Rally 2020 en dit jaar won ze de prestigieuze Montreux Jazz Talent Award. Mocht je haar nog niet kennen, geloof me, als zij begint te spelen en zingen, dan valt alles om je heen gewoon stil; pure magie. Ze beschikt over een oude ziel en weet er gewoonweg tijdloze songs mee te smeden. Dat blijkt ook wel uit het debuut Julius dat zojuist van dit pas 22-jarige talent is verschenen. De 13 hoofdzakelijk akoestische songs hierop zijn net zo sober als overrompelend doeltreffend, waarbij ze ook nog leuk speelt met samples. Ze heeft als wees en adoptiekind dan ook al een hoop te verstouwen gehad. Maar wat weet ze dat op emotioneel geladen en toch ingetogen wijze naar buiten te brengen. Mees (zang, akoestische gitaar, (elektrische) piano, xylofoon) krijgt dikwijls steun van haar goede vriendin en celliste Febe Lazou, maar ook andere gasten op keyboards, fluit en basklarinet dragen her en der hun steentje bij. Toch is haar zang en gitaarspel plus de cello al meer dan genoeg om dik te overtuigen. De songs en onderwerpen zijn helemaal van nu, maar ook alle tijden, net als haar muziek. Het album kan zich moeiteloos meten met Nick Drake’s Five Leaves Left, maar roept ook associaties op met onder meer Mirel Wagner, Diane Cluck, Chloe Charles, Joni Mitchell, Tracy Chapman en Karen Dalton. Het is een overdonderend mooi en persoonlijk document geworden. Als ze dit nu al kan, wat betekent dat voor de toekomst? Een ongekend en steeds bekender wordend talent!
Marissa Nadler – The Path Of The Clouds (cd, Bella Union / PIAS)
De Amerikaanse singer-songwriter, gitariste en schilderes Marissa Nadler draait al 17 jaar mee in muziekland en geeft dat op geheel eigen wijze kleur. Of kleur, meestal zijn haar songs mysterieus en gehuld in nevels. Ze heeft al 8 albums uitgebracht, die stuk voor stuk de moeite waard zijn. Daarbij laat ze ook steeds weer een andere sound horen. Daarnaast vormt ze in 2019 met Stephen Brodsky het project Droneflower, waar ook al een album van is verschenen. En ze is te gast bij Simon Raymonde’s (ex-Cocteau Twins) nieuwe groep Lost Horizons. Eerder dit jaar brengt een cassette/ digitaal album Instead Of Dreaming met allemaal covers. Nu is dan echt terug met haar negende album The Path Of The Clouds. Hierop legt ze nog altijd een mysterieus geluid aan de dag, maar het is dromeriger, complexer en de nevel lijkt te zijn opgetrokken. Dat levert heel sterke songs op, waar haar zang misschien nog wel mooier uit de verf komt. Het doet met soms ook wat aan de Cocteau Twins en Kate Bush denken. De liedjes gaan overigens over metamorfose, liefde, mystiek en moord (murder ballads), waarbij ze getracht heeft de grens tussen realiteit en fantasie maar ook heden en verleden te laten vervagen. Dat levert een intiem en uiterst persoonlijk geluid op, dat ergens tussen folk, altcountry, wave, alternatieve rock met een knipoog naar de metal en shoegaze inzit. Ze mag daarbij rekenen op een keur aan gasten, zoals bassist Simon Raymonde, harpiste Mary Lattimore, zangeres/gitariste Emma Ruth Rundle, multi-instrumentalist Milky Burgess, zangeres Amber Webber (Lightning Dust), Jesse Chandler (Mercury Rev, Midlake) op houtblazers en piano. Hoewel haar sound volslagen eigen is, moet je naast de bovengenoemde, dikgedrukte band en artiest denken aan Eve Owen, Chelsea Wolfe, Mia Doi Todd, Mazzy Star en Brigid Mae Power. Hoewel het niveau altijd hoog is, legt ze de lat hier nog weer een stukje hoger. Een meeslepend prachtalbum!
RAP – Junction (cd, Jolly Discs)
Het Britse duo Guy Gormley (Special Occasion, Never) en Thomas Bush (The Murder Of Rosa Luxemburg) heeft in 2015 de enorm makkelijk te googlen groep RAP opgericht. Na een cassette uit dat jaar, is hun volwaardige debuut Export pas in 2019 verschenen. Hierop laten ze experimentele elektronica horen met af en toe zang. Het is mysterieus en ook warm wat ze naar buiten brengen en eigenlijk lastig te omschrijven. Dat geldt wederom voor hun nieuwe album Junction. De 9 nummers die ze hier in een goede 41 minuten voorbij laten komen, zijn wederom elektronisch en experimenteel. Toch is het een warme en geen afstandelijke sound, ook niet als de beats flink aanzwellen. En ondanks die beats is het geheel zelfs aardig melancholisch te noemen. De gelaagde muziek is een soort samensmelting van IDM, techno, industrial en ambient. Daarbij moet je, zeker qua beats, denken aan een bijzonder knooppunt van Disjecta, Locust, Gas en Christian Löffler, terwijl de zang en de landerigheid doet denken aan Hood met het mysterieuze spookachtige van Dedekind Cut en de grillige avant-garde van Dean Blunt. Kunt u het nog volgen? Het klinkt zo anders, dat je soms echt het gevoel krijgt in een parallel universum te zijn aanbeland. Een geweldige, spannende en ook mooie nieuwe worp!
Vanja Modigh – Vocal Tradition (cd, Kakafon Records / Xango Music Distribution)
Muziek maken met alleen je stem en daarbij ook nog weten te intrigeren, is een kunst apart. Toch is dat precies wat het Zweedse trio Vanja Modigh kan en doet. De groep bestaat uit Anna Larsson (Kongelo, Närproducerat, Grit Quartet), Katarina Söderlund (Söderlund & Gawell) en Vilja-Louise Skough Ǻborn, die elkaar leren kennen tijdens hun bachelor- en masteropleiding traditionele Zweedse volkszang aan het Royal College of Music in Stockholm. Ze kwamen er in aanraking met volksmuziek uit Zweden, maar ook uit de VS en Georgië. Ze werden gegrepen door de kwetsbaarheid en kracht van die liedjes en de rijke klankkleuren. Ze hebben toen het idee gekregen om in hun samenzang verschillende tradities te incorporeren. Dat is nu te horen op Vocal Tradition. Hierop staan hoofdzakelijk traditionele songs uit de genoemde landen, maar dan op hun eigen wijze gebracht. Er staat bijvoorbeeld ook een cover van een Pentacle nummer op, maar het merendeel is ouder. Het is heel mooi welke zangkleur ze hier gebruiken. De drie stemmen verschillen wel degelijk maar vormen een adembenemend mooie combi, waarbij als er iemand solo zingt de anderen weer zorgen voor een stemming decor. Daarmee weten ze in diverse talen een expressief geheel neer te zetten, die vele land- en taalgrenzen overstijgt en voor een prachtig emotioneel geladen luisteravontuur zorgt.
Eddie Vedder/ Glen Hansard/ Cat Power – Flag Day (cd, Seattle Surf/ Republic)
Op de gelijknamige soundtrack voor de film Flag Day van Sean Penn hebben Eddie Vedder, Glen Hansard en Cat Power de handen ineengeslagen. Dat wil zeggen, ze leveren allen songs aan, waarbij Vedder met enige regelmaat bijgestaan wordt door Hansard en omgekeerd. Ook Eddie’s dochter is een paar maal van de partij. Saillant detail is dat in de film Sean Penn ook samen met zijn dochter Dylan Penn speelt. Eddie Vedder, uiteraard bekend van Pearl Jam en Temple Of The Dog, heeft al eerder met Into The Wild (2007) aangetoond een prima soundtrack te kunnen maken. Glen Hansard ken ik voornamelijk van het Ierse The Frames en van Chan Marshall’s Cat Power ben ik al meer dan 25 jaar een grote fan. Dat was in eerste instantie ook de reden om deze cd te kopen, maar ook de rest mag er meer dan wezen. Het zijn 13 sterke tracks, waarvan Cat Power er 4 brengt. Eén daarvan is een fraaie bewerking van KK’s (Kristján Kristjánssons) “I Think of Angels”. Een andere opvallende cover is die van R.E.M.’s “Drive”, waar Eddie Vedder de song echt op heel mooie, gedragen wijze vertolkt. Het levert een prima album op, dat ook zonder film prima overeind blijft.
Victory Hall – The Someday Herald (lp/cassette/digitaal, Tiny Room Records)
De Franse groep Victory Hall werd al in 2002 opgericht door Julien Pras, die ik wel kende van de bands Pull, Calc en Queen Of The Meadow. Daarnaast zit hij nog in de stonerrockband Mars Red Sky. Het laatste album met Victory Hall is uit 2009, dus 12 jaar geleden alweer. De groep uit Bordeaux brengt doorgaans iets tussen alternatieve rock, indie en lo-fi en bestaat uit een wisselende line-up met Pras als constante factor. Maar nu is Victory Hall terug met het album The Someday Herald, uitgebracht op het fijne microlabel Tiny Room Records uit Nederland. Pras heeft hier het merendeel zelf opgenomen en geheel spontaan, zoals altijd. Dat heeft 18 tracks opgeleverd, die samen na een goede 38 minuten weer voorbij zijn. Hele korte en minder korte tracks, waarbij hij de vaart erin houdt en niet teveel stil blijft staan bij het herhalende van thema’s of refreinen. Dat maakt ook dat dit een ontzettend pakkend en dynamisch album is geworden. Hij krijgt een paar keer hulp van zijn oude strijdmakkers David Lespes en Hugo Berrouet, maar ook tweemaal vocale bijdragen van Helen Ferguson van Queen Of The Meadow en Emily Jane White. Het rammelt charmant aan alle kanten, maar het zit stiekem gewoon allemaal heel goed in elkaar. Liefhebbers van onder meer Sebadoh, Guided By Voices, Angil & The Hiddentracks, Built To Spill en I Am Oak doen er goed aan deze ook eens te beluisteren. Een heerlijk ontwapend en meeslepend album.
Yellow6 – Old Roads New Paths (merry6mas2021) (cd, Silber Records)
Het is toch mooi dat sommige tradities, in wat voor situaties dan ook, door blijven gaan. Brexit, Covid-19 of noem het maar op weerhouden de Britse muzikant Jon Attwood er niet van om met zijn langlopende project Yellow6 dikwijls meerdere releases per jaar uit te brengen; en dat al 23 jaar lang! Ik denk ook dat ik van hem de meeste albums in de kast heb staan. Maar de traditie waar ik eigenlijk naar refereer, is zijn jaarlijks terugkerende “Merry6mas”-serie, die hij er al sinds 1999 op nahoudt. Hierop staan altijd de album outtakes, exclusief nieuw materiaal, demoversies, live opnames en anderzijds afwijkend materiaal. Het levert overigens steeds vaker gewoonweg een compleet nieuw en volwaardig album op. En sowieso zijn de kliekjes van Yellow6 minstens zo smakelijk als de eerder opgediende hoofdgerechten. Attwood blijft namelijk heer en meester in het schetsen van indringende emoties, zelfs al is het allemaal geheel instrumentaal. Op deze nieuwe schijf, zijn derde dit jaar, brengt hij 9 nieuwe composities in ruim 71 minuten. Deze bestaan uit een intrigerende en eigengereide mix van postrock, ambient, shoegaze en drones. Het is emotievolle muziek die haast middels osmose de poriën binnen sijpelt. Daarbij moet je denken aan iets tussen Labradford, Robin Guthrie, The Durutti Column, Boduf Songs en Stars Of The Lid. En dat levert echt weer een volwaardig prachtalbum op. Zijn derde dit jaar overigens!