Natuurlijk kunnen we het over van alles gaan hebben, maar er is een nieuwe Tool, een ware experience. Ervaar dat en meer in onze lijstjes uit het:
SCHADUWKABINET
We luisterden naar: Frankie Cosmos, The Murder Capital, Lana Del Rey, Shards, Tool, Frédéric Truong en Why?.
Jan Willem
Frankie Cosmos – Close It Quietly (cd, Sub Pop / Konkurrent)
Het valt goed te begrijpen dat als je volledig op eigen benen staat, je niet wilt leunen op de bekendheid van je ouders. Frankie Cosmos is al ruim zeven jaar het pseudoniem van Greta Kline, de dochter van beroemdheden Kevin Kline en Phoebe Cates. Ik ben ook niet de beroerdste om dat dan wel aan te stippen. Muzikaal gezien brengt ze doorgaans een alleraardigste licht rammelende mix van indiepop, lo-fi en (garage)rock, waarbij haar zoetgevooisde zang een ware oorvanger is. Door de jaren heen verandert ze (terecht) niet heel veel aan haar receptuur, maar krijgt deze wel steeds beter onder knie. En ze verzamelt ook steeds prima artiesten om zich heen, waardoor het steeds meer als een heuse band klinkt, zonder de intimiteit te verliezen. Dat geldt ook weer voor haar nieuwe cd Close It Quietly. Hierop brengt in ze in een krappe 40 minuten maar liefst 21 nieuwe songs ten gehore. Korte, maar to the point liedjes, die op charmante wijze een melancholisch en persoonlijk geluid laten horen, die aansluiten bij haar eerdere werk en iets meer een motorik-achtige drive vertonen. Daarbij moet je denken aan That Dog, Aldous Harding, Torres, Susanne Lewis, Broadcast, Heavy Vegetable en Stereolab. Duidelijk met een 4AD-gehalte en dat is nooit vervelend. Frankie Cosmos levert weer een pakkend en ijzersterk album af.
The Murder Capital – When I Have Fears (cd, Human Season)
Altijd als er gesproken wordt over een nieuwe muzikale sensatie, ben ik het daar niet per definitie mee eens; het valt vaak zelfs tegen. De Ierse vijfmansformatie The Murder Capital wordt ook zo neergezet. Ze komen uit dezelfde stad als het toch ook behoorlijk sensationele Fontaines D.C., dus de aandacht is zeker gewekt. Hun zojuist verschenen eersteling When I Have Fears weet echt vanaf de allereerste seconde te grijpen. Er zit een kaalgeslagen urgentie achter, die me zonder dat ik het precies kan duiden regelmatig kippenvel bezorgd. Met een fijne punkattitude en een lekkere portie dreiging brengen ze een mix van post-punk, wave en alternatieve rock. Daarbij vullen het gat dat ergens tussen The Cure, Joy Division, de oude Nick Cave en de hedendaagse post-punkscene zit. Geweldig, overdonderend debuut en met recht een sensatie.
Lana Del Rey – Norman Fucking Rockwell! (cd, Interscope/ Polydor)
Bij haar vorige album heb ik opgemerkt dat niemand zo mooi “fuck(ing)” kan zeggen zoals Lana Del Rey. Dat is niet per se een verdienste, maar ik doelde daarmee op het feit dat ze zelfs van iets lelijks iets moois kan maken. Del Rey, die officieel Elisabeth Woolridge Grant heet, beschikt dan ook over een verlammend mooi bitterzoet stemgeluid. Ze is terug met Norman Fucking Rockwell!, hoewel de naam op de hoes afhankelijk van het land van uitgifte nogal eens verschilt. Op de vorige werkte ze veel samen met anderen, maar hier is het vooral multi-instrumentalist Jack Antonoff, die haar bloedmooie zangpartijen van muziek voorziet. Hoewel het vertrouwd in de oren klinkt, is het allemaal prachtige, zomerzwoele droompop van een ongekend niveau. Je gaat van hoogtepunt naar hoogtepunt. Liefhebbers van onder meer Fiona Apple, Trespassers William, Mazzy Star, Julee Cruise en This Mortal Coil zullen er hun hart aan kunnen ophalen. Fucking goed weer! Al zegt zij dat dus veel mooier.
Shards – Find Sound (cd, Erased Tapes / Konkurrent)
Shards is in feite een nieuw 12 koppig koor, dat aangestuurd wordt door componist en tenor Kieran Brunt. Hij heeft eerder ook gewerkt met Nils Frahm, Ana Silvera, Anna von Hausswolff, Terry Riley, Michael Price, Masayoshi Fujita en zijn eigen project Strange Boy. Find Sound is het debuut van dit collectief. Ze combineren op minimal music-achtige wijze koorzang met synthesizer en percussie. Daarmee weten ze in 35 minuten 10 volslagen eigengereide composities mee te creëren. Deze zorgen voor bezinning, maar weten eveneens te overtuigen door de pure en overrompelende schoonheid. Denk daarbij aan een soort gulden middenweg tussen Philip Glass, Hjaltalín, Sarah Kirkland Snider, Michael Nyman en Rhett Brewer. Dit is muziek van een andere orde, die veel belooft voor de toekomst. Wat een schitterend droomdebuut!
Tool – Fear Inoculum (cd/dinges, Tool Dissectional/ Volcano Entertainment/ Sony)
De artwork van de band Tool rond zanger Maynard James Keenan (A Perfect Circle/ Puscifer) is in der loop der jaren steeds sensationeler op geworden, maar alles verbleekt bij het zien van hun nieuwe cd Fear Inoculum, hun vijfde in hun 29-jarig bestaan. Maar liefst 13 jaar hebben we door zin en onzin hierop moeten wachten. En de berichten vooraf logen er niet om en met name de verpakking wordt meermaals aangestipt. Met recht, want die is gewoonweg subliem. Als je het boekwerk opent, tref je in het midden een soort mini tv-scherm aan met fraai bewegend beeld en geluid. Raakt die leeg, dan kan je deze met het bijgeleverde stekkertje gewoon opladen. Daarnaast zit er een boekwerk in met veel 3D artwork. Het is allemaal schitterend vormgegeven. Op de cd krijg je in bijna 80 minuten 7 langgerekte tracks. Geen enorme veranderingen ten opzichte van hun vorige werk(en), hoogstens wat harder en venijniger hier en daar, maar meer een diepgang in eigenlijk alles. Op en top Tool, maar dan zo geperfectioneerd. Met de download krijg je nog eens 3 extra tracks/intermezzo’s. In alle opzichten een overrompelend meesterwerk waarbij superlatieven tekort schieten! Het mag dan ook wel wat kosten….
Frédéric Truong – Singles: Chansons Pour L’Autre Monde (cd, FTR)
Een goede Franse chanson is voor mij eigenlijk altijd verbonden met een ontspannen zomervakantie waar je ook met prettige weemoed aan terugdenkt. Dat laatste mag wat mij betreft dan weer in elk seizoen. Of het nu de Franse zuchtmeisjes zijn of de mannelijke versies maakt dan niet zo gel veel uit. Tot die laatste categorie behoort de muzikant Frédéric Truong. Overigens leer ik hem in 1993 als Leitmotiv, waarmee hij dan Barok en industrieel getinte neoklassieke muziek maakt. Na 5 albums en een split gaat hij vanaf 2002 onder zijn eigen naam verder. Er schuilt een sterke singer-songwriter in hem schuilt en hij ontwikkelt zich tot een heerlijk droefgeestig chansonnier, waarbij hij ook gerust wave, neoklassiek, pop en folk vervlecht in zijn chansons. Dat voorziet hij immer van zijn prachtig herfstkleurige zang. De emotievolle, troostvolle muziek met poëtisch inslag weet bij mij keer op keer diepe snaren te raken. Ik heb geloof ik ook al die jaren alles van hem besproken, dus muzikaal gezien reizen we al 26 jaar samen. Eerder blikt Truong al terug met een de “best of” Road, zoals vaker uitgegeven op zijn eigen FTR label, die zeer de moeite waard is voor de nieuwe instappers en melancholici onder ons. De laatste jaren brengt hij vooral sporadisch singles uit. Deze zijn nu samen met albumsingles gebundeld op Singles: Chansons Pour L’Autre Monde; maar liefst 22 songs van samen bijna 75 minuten lang. Het is werk dat hij tussen 2005-2018 heeft uitgebracht. Deels dus wel bekend, maar ook met de nodige nieuwe stukken. Muziek waarvan ik toch dikwijls weer bergen kippenvel krijg en die me eventjes het vakantiegevoel geven, dat ik dit jaar helaas heb moeten missen. Geweldig album wederom en voer voor iedereen die melancholische, warme prachtmuziek hoog heeft zitten.
Why? – Aokohio (cd, Joyful Noise / Konkurrent)
Why? is sinds 1999 de muzikale uitlaadklep van Jonathan “Yoni” Wolf, die in de loop der jaren tot een band uitgroeit. Het begint allemaal als hij in de synagoge van zijn vader, die rabbi is, een viersporen recorder vindt. Daarmee gaat hij aan de slag en vormt de basis van zijn lekker verknipte muziekstijl. Hoewel hij dikwijls allerlei kanten opgaat, van avant-pop en indierock tot psychedelische rock, wordt de rode draad eigenlijk altijd door hip hop elementen gevormd. Verder is Yoni één derde van cLOUDDEAD, participeert hij in Reaching Quiet en Greenthink en heeft hij het Anticon label mede opgericht. De groep is nu terug met Aokohio, waarop 19 veelal korte nummers staan. Het geheel duurt dan ook niet langer dan 32 minuten. Yoni (zang, drums, piano, bas, sounds) krijgt weer hulp van vaste kompanen Doug McDiarmid (bas, synthesizer, piano, sounds), broertje Josiah Wolf (drums, percussie, piano, gitaar, sounds) plus diens vrouw Liz Hodson/Wolf (zang) en losse gasten uit onder meer Sylvan Esso op cello, viool, altviool, drums, gitaar, trombone, saxofoon, synthesizer en zang. Alle genoemde genres passeren de revue, maar hij laveert er willekeurig zigzaggend doorheen. Het levert een springerig, fragmentarisch en toch consistent geheel op, dat telkens aangenaam weet te verrassen. Hoewel er niet echt een vergelijk mogelijk is, moet je denken aan een flikkerende mix van Themselves, Odd Nosdam, John S. Hall, Sole en SJ Esau. Waarom? Daarom!