Het is weer een hele tour, die lijstjes uit het:
SCHADUWKABINET
We luisterden naar: AVA, Bleached, Drab Majesty, Emilía / Dear Sailor, Gauche, Henrik Lindstrand, Metz, Sarasara, Sun Kil Moon en Uzeda.
Jan Willem
AVA – Waves (cd, One Little Indian / Konkurrent)
AVA is een in 2018 opgericht samenwerkingsverband tussen violiste Anna Phoebe (Oi Va Voi, Nitin Sawhney, Erland Cooper) en pianiste Aisling Brouwer, die beide tevens elektronica bedienen. Wellicht staat AVA ook wel voor Anna Versus Aisling, hoewel het niet tegen maar met elkaar spelen is. Ze hebben beide een gemengde Europese afkomst. Anna is Duits, Grieks en Iers en woont in Londen en Aisling is Nederlands en Iers en woont in Berlijn. Ze kennen elkaar via de klassieke muziekopleiding, die ze hebben genoten in Engeland. Beide vervullen her en der gastrollen, maar hebben ook een liefde voor het maken van filmmuziek. Dat is op hun debuut Waves ook goed terug te horen. De titel- en openingstrack is gebaseerd op “Rêverie” van Claude Debussy, zij het dan hier aangevuld met stemmige vioolarrangementen en subtiele elektronica. De toon is gezet. Qua thema speelt de Brexit een rol en daar zijn de dames gezien het melancholische geluid alles behalve positief over. Hun glasheldere, harmonieuze composities zijn filmisch en weten tot de verbeelding te spreken. Denk aan een fraaie mix van Ólafur Arnalds, Endless Melancholy, Craig Armstrong, Ludovico Einaudi en Lubomyr Melnyk. Wonderschoon en bezinnend debuut.
Bleached – Don’t You Think You’ve Had Enough? (cd, Dead Oceans / Konkurrent)
Och, ik krijg die vraag zo vaak. Of ik nog niet genoeg heb gehad? Al mijn cd’s staan allang in de kelder en ik heb Spotify, of dat ook niets voor mij is? Nee mensen, ik houd van een fysiek object dat ik uit een kast kan halen en waaraan een artiest of meerdere artiesten hard heeft/hebben gewerkt. Iets waarvan ik kan genieten en waar deze kunstenaars geld aan kunnen verdienen voor hun geboden kunst. En dan bedoel ik niet die paar cent voor online media als Spotify. Kunst, in welke vorm dan ook, is een noodzakelijke toevoeging op ons dagelijkse, kale bestaan en verdient de nodige aandacht. Een album waar je een boekje bij krijgt met informatie over echte mensen, waarbij je kunt zien wat ze spelen; een totaalbeleving. Tot zover mijn preek, maar de titel van het derde Bleached album Don’t You Think You’ve Had Enough? deed me even afdwalen naar hetgeen waar het daadwerkelijk om gaat. In 2010 formeren de zusjes Jennifer (zang, gitaar) en Jessica Clavin (gitaar, achtergrondzang) de groep Bleached, nadat hun eerdere punkband Mika Miko (2003-2009) opgedoekt wordt, waarmee ze in eerste instantie een aantal succesvolle singles afleveren. Ze laten hier 12 catchy en opzwepende songs horen, waar ook meer ruimte voor bezinning is. Je moet daarbij denken aan een verslavende mix van Blondie, Fleetwood Mac, Deerhoof, Magnapop, Ramones, Talking Heads en Garbage.
Drab Majesty – Modern Mirror (cd, Dais / Konkurrent)
Eerder dit jaar heeft Andrew Clinco, die ook wel luistert naar namen als Deb DeMure en Noel Skum, het debuut van zijn nieuwe project VR Sex het licht latehn zien. Daarnaast vind je hem oo terug bij Marriages, Emma Ruth Rundle, Black Mare en Drab Majesty. Dat laatst genoemde Amerikaanse project heeft inmiddels de album Careless (2015) en The Demonstration (2017) uitgebracht. Hierop omarmen ze het wave verleden, maar blikken toch ook duidelijk vooruit. Wat dat betreft is de titel van het nieuwe album Modern Mirror veelzeggend. De 8 tracks worden net als op het vorige album weer geprodiceerd door John Eustis (Telefon Tel Aviv). Hij krijgt daarbij verder support van Alex Nicolaou aka Mona D (zang, keyboards). De band kan je behoorlijk genderneutraal noemen, met de vrouwennamen en androgyne presentatie. Ook wat dat betreft is het een moderne afspiegeling van de hedendaagse maatschappij. Muzikaal gezien boort de groep weer heerlijk new wave, synthpop, sheogaze en post-punk bronnen aan. Dat lengen ze met de nodige eigenzinnigheid weer aan tot moderne cocktails, waarbij de bovenliggende referenties wel komen van groepen als The Cure, New Order, Depeche Mode, Clan Of Xymox, OMD, Felt en Boy Harsher. En dat klinkt als verrukkelijke muziek in de oren, zeker voor de melancholici onder ons.
Emilía – Pollinations (mcd, Rottennan Editions)
Dear Sailor – Thousand Pieces & Icebergs
Of het een alias is weet ik niet zeker, maar de Spaanse experimentele artiest Lee Yi brengt zowel onder die naam als Eyoko, Emilía en Dear Sailor zijn muziek naar buiten. Emilía is het project dat hij er samen met Meneh Peh op nahoudt en waarvan al enkele mini’s zijn verschenen. Ze laten hierop een uiterst subtiele mix horen van drones, gitaarambient, softnoise, bijna shoegaze, minimal music, ambient en neoklassiek. Op hun nieuwe mini Pollinations serveren ze 3 nieuwe tracks plus een Eyoko remix van een oude track. Ze gaan hier op nog subtielere en tevens meer verstilde wijze te werk. Het levert tot de verbeelding sprekende stukken op die bestaan uit afwisselende hybriden van ambient, glitches, drones en elektro-akoestische elementen. Ik denk dat liedhebbers van Tape, øjeRum, Sarah Davachi, Mitchell Akiyama en Ian Hawgood hiermee wel uit de voeten kunnen. Een schitterend kleinood!
Ook van Dear Sailor is er de nieuwe mini Thousand Pieces & Icebergs. Dit experimentele ambientduo, bestaande uit Lee Yi en Pepo Galán, heeft in 2015 al het gelijknamige, emotioneel geladen debuut uitgebracht. Een veelbelovend album, waardoor nieuw werk meer dan welkom is. Ze leveren hier in goed 20 minuten drie nummers, die de lijn van het eerdere werk op meer experimentele wijze voortzet. Dat levert fijnbesnaarde mixen op van pianomuziek, neoklassiek, darkambient, drones, softnoise en allerhande experimenten. In de slottrack “Years Of Fear” koersen ze mede dankzij de (gast)zang even richting wavepop. Dat plaatsen ze allemaal in een heerlijk droefgeestige setting, die diepe snaren weet te raken. Qua muziek moet je denken aan Richard Skelton, Celer, Olan Mill en Machinefabriek, maar bij het gezongen stuk ook even aan Epic45 en Slowdive. Een klein maar heel fijn plaatje.
Gauche – A People’s History Of Gauche (cd, Merge / Konkurrent)
Antikapitalistische, anti-racistische, feministische jam band, zo omschrijft het zestal Gauche uit Washington DC zichzelf. Daar zijn ook geëngageerde bands als Fugazi en Bad Brains groot geworden, dus qua invloeden zit het wel snor. De groep bestaat uit Jason P. Barnett (gitaar, bas, zang), Adrienne CN Berry (saxofoon, zang), Mary Jane Regalado (zang, bas, gitaar), Pearie Sol (keyboards), Laurie Spector (bas, drums) en Daniele Yandel (zang, drums, bas, gitaar). De leden zijn ook in andere groepen terug te vinden, Regalado en Berry bij de Downtown Boys, Barnett bij Petrification, Spector bij Foul Swoops en Hothead, Pearie Sol eh solo en Yandel onlangs nog bij Priests. Met een behoorlijke muzikale bagage brengen ze hun volwaardige debuut A People’s History Of Gauche. Ook emotioneel doen ze de nodige duit in het zakje, doordat er een soort collectieve pijnbeleving is met veel woede, frustratie en psychisch letsel. Met een fijne punkattitude brengen ze sterke, opzwepende songs die een mengelmoes zijn van punk, post-punk, dub en artrock. Denk ter referentie aan iets dat zich tussen Deerhoof, Olivia Neutron-John, Slits, ex-Girl, Raincoats, French Vanilla en Cake Like. Daarmee leveren ze hier een prima eersteling af, die bol staat van de urgentie en geweldige muziek.
Henrik Lindstrand – Nattresan (cd, One Little Indian / Konkurrent)
De Zweedse pianist/keyboardspeler Henrik Lindstrand heeft er al een heel muzikaal leven opzitten met de indierockband Kashmir, voordat hij in 2017 als soloartiest naar buiten treedt. Na zijn stemmige en bovenal fraaie debuut Leken uit dat jaar, is nu zijn tweede in Denemarken opgenomen album Nattresan een heugelijk feit. De titel is Zweeds voor “nachtreis” en het album start dan ook met een slaapliedje. Eenmaal in slaap vervolgt hij de muzikale reis door schemerig, duister droomgebied. Lindstrand weet op ontwapenende wijze emotievolle stukken te brengen, die niet complex maar wel diepgravend zijn. Muziek die als mooi achtergronddecors kan dienen, maar ook op de voorgrond voor schoonheid en bezinning kan zorgen. Dat zonder ook maar ergens zweverig over te komen; daarvoor is de muziek te nuchter, down to earth. Ik vermoed dat de liefhebbers van onder meer Nils Frahm, Peter Broderick, Ludovico Einaudi, Bruno Sanfilippo en Poppy Ackroyd hier wel raad mee weten. Majestueuze en breekbare pracht.
Metz – Automat (cd, Sub Pop / Konkurrent)
Het in 2008 opgerichte Canadese powertrio Metz heeft inmiddels drie geweldige langspelers afgeleverd. Deze hakken er allemaal in, zij het op een prettige manier. De groep bestaat uit gitarist en schreeuwlelijk Alex Edkins, bassist Chris Slorach en drummer Hayden Menzies (The Grey, Three Penny Opera). Live zorgen ze voor een soort oerbelevenis en de albums leveren vergelijkingen op met Unsane, Godheadsilo, The Ex, Sonic Youth, Karate, Brutal Juice en Minor Threat. Met Automat brengen ze niet simpelweg hun vierde album, maar een verzameling van hun eerste vier singles plus materiaal dat op compilaties is verschenen. Je hoort hier de band nog in de meest rauwe en venijnige staat, waarmee ze net als het latere werk een verpletterende indruk weten te maken. Heel fijn overzicht derhalve en een lekkere warmhouder tot het volgende album.
Sarasara – Orgone (cd, One Little Indian / Konkurrent)
In 2016 komt het Frans-Marokkaanse project Sarasara van Sarah Filleur met het ijzersterke debuut Amorfati, waarop ze samenerkt met niemand minder dan Matthew Herbert. Ze brengt er een geweldige mix van mysterieus fluisterende en licht geknepen vocalen, ludiek elektronische ritmes en andere fraaie vondsten. Daarmee gaat ze op haar tweede album Orgone op luisterrijke wijze mee verder. Eigenlijk bestaat Sarah voor de helft uit een zuchtmeisje à la Cœur De Pirate en voor de andere helft uit een experimenteel artiest die zelfs richting de meer poppy versie van de Einstürzende Neubauten gaat. Een heerlijke mengelmoes van trip hop, pop en pakkende experimenten. Ze doet in “Tinkerboy” nog een Tricky-achtig duet met Peter Doherty (The Libertines). Denk verder nog aan FKA Twins, Antenne, Lamb en Ibeyi en je weet wat voor intrigerende en ongrijpbare schoonheid je voor je hebt.
Sun Kil Moon – I Also Want To Die In New Orleans (2cd, Caldo Verde)
Ik struin nogal eens langs bepaalde artiesten- of labelwebsites om te kijken of er weer eens iets nieuws uit is gekomen of uit gaat komen. Bij Caldo Verde van Mark Kozelek (Red House Painters, Sun Kil Moon) zie ik dat hij in oktober een nieuw album met Petra Haden (That Dog) uit gaat brengen. Best vlot na zijn dubbelalbum met Sun Kil Moon van eind november vorig jaar. Maar tot mijn starre verbazing is er eerder dit jaar ook alweer een nieuw dubbelalbum uitgebracht van Sun Kil Moon. Die had ik niet aan zien komen. Enfin, I Also Want To Die In New Orleans is al een paar maanden terug uitgekomen. Hoewel hij de laatste paar jaren een tikje gemakzuchtig leek te worden en soms gewoon zijn dagelijkse bezigheden op lijkt te sommen, weet hij het toch telkens tot kunst te verheffen. En iedere keer zitten er ook weer een paar parels tussen. Zijn vorige album This Is My Dinner (2018) is ook muzikaal gezien weer helemaal op topniveau. Die lijn trek hij ook door op zijn nieuwe werk. Op de eerste schijf passeren in 66 minuten 6 songs. Er is weer genoeg gebeurd om naar buiten te brengen, al dan niet met de nodige gortdroge humor, sarcasme en venijn. Kozelek (zang, bas, gitaren) bevindt zich in goed gezelschap met drummer Jim White (Dirty Three, Crime & The City Solution, Tren Brothers) en saxofonist/klarinettist Donny McCaslin plus gasten als pianist Chris Connolly (Desertshore) en zanger Kevin Corrigan (Crystal Robots). Het levert een stemmig geheel op, met voor mij als hoogtepunt “Cows”, dat tot het eind toe weet te boeien. Op de tweede schijf krijg je nog één track van maar liefst 23 minuten lang. Het is een heerlijk toetje op een voortreffelijk muzikaal maal.
Uzeda – Quocumque Jeceris Stabit (cd, Temporary Residence Limited / Konkurrent)
Een nieuwe van Uzeda zag ik toch niet zo snel aankomen. Misschien ook niet zo verwonderlijk na 13 jaar stilte? Deze Italiaanse groep brengt al sinds 1991 hun sterke muziek naar buiten, hetgeen pas 4 albums heeft opgeleverd. Ook een Peel Session overigens. Hun muziek zit doorgaans ergens tussen mathrock, post-punk, noise en alternatieve rock in. De band bestaat nog altijd uit Giovanna Cacciola (zang), Agostino Tilotta (gitaar), Raffaele Gulisano (bas) en Davide Oliveri (drums). Hun nieuwe, vijfde album Quocumque Jeceris Stabit is hoorbaar geproduceerd door Steve Albini en dat komt hun toch al overtuigende sound zeker ten goede. Ze brengen 8 stevige, droge en bovenal pakkende songs, die weer ergens tussen de genoemde genres inzitten. De groep heeft in al die jaren niets aan daadkracht verloren en hoogstens iets aan melodie gewonnen. Het is echt ongekend sterk wat ze hier laten horen, hetgeen fans van Made Out Of Babies, June Of 44, Shellac, Three Second Kiss, Thalia Zedek Band, Rodan en The Ex ook wel zal kunnen bekoren.