Na Gronings gas en de stikstofcrisis moet ik ook even op adem komen door de vele releases in mijn lijstje uit het:
SCHADUWKABINET
Ik luisterde naar: Ampscent, Angelo De Augustine, Black Duck, DeaЯ, Elina Duni, Fomalhaut :: Nimh, The Gray Field Recordings, Claudio Milano’s End Friends (La Bobina di Tesla), Moljebka Pvlse, Brigid Mae Power, Próchno, Arthur Russell, Saigon Blue Rain, Swans, Sweeping Promises, Vesselil en Various Artists: Taa! Our Language May Be Dying, But Our Voices Remain (Botswana).
Jan Willem
Ampscent – Ampscent (cd, Zoharum)
Ampscent is het nieuwe Poolse duo dat gevormd wordt door Jacek Doroszenko en Marcin Sipiora. Doroszenko heeft eerder al soloalbums gemaakt, die uitgebracht zijn op Eilean Rec., Audiobulb Records en Time Released Sound. Zijn muziek bestaat uit een afwisselende mix van ambient, drones, musique concrète en elektronische experimenten. Daarnaast deelt hij met Rafał Kołacki het ambient-industrial project Mammoth Ulthana. Als Ampscent met Sipiora smeden ze hele spannende lassen, die dwars door diverse elektronische genres gaan. Op hun gelijknamige debuutalbum levert dat 6 fraaie nummers op van samen 41 minuten. De muziek, die gemaakt wordt met keyboards, synthesizers en diverse elektronica, bestaat uit een steeds variërende mix van kapotte techno, noise, dark ambient, IDM en musique concrète. Iedere keer als je denkt er een vinger op te kunnen leggen, slaan ze weer een andere weg in. Daarmee zetten ze je steeds op het verkeerde been en weten ze continu te verrassen met bijzondere vondsten, die soms explosief zijn en op andere momenten psychedelisch of van een bezinnende schoonheid. Om enig idee te krijgen moet je denken aan een caleidoscopische kruisbestuiving van Beaumont Hannant, Autechre, Radboud Mens, Hecq, Detritus, Black Lung en Zbigniew Karkowski. Met dit geweldige album leveren ze een grote belofte voor de toekomst af.
Angelo De Augustine – Toil And Trouble (cd, Asthmatic Kitty / Konkurrent)
Al vanaf zijn in eigen beheer uitgegeven debuut Spirals Of Silence (2014) weet Angelo De Augstine een diepe indruk te maken. Alleen zijn zachte falsetzang in combinatie met melancholisch gitaargetokkel is eigenlijk al genoeg om te overtuigen. Dat geldt eigenlijk ook voor de albums erna, die steevast op het fijne en passende Asthmatic Kitty uitkomen. Hierop lijkt hij zijn receptuur enkel wat te finetunen. Grote veranderingen zijn er niet, maar dat is ook bepaald niet nodig. Zijn muziek gaat over zaken om hem heen, dikwijls ook de mindere, wat zijn muziek genoeg lading en variatie geeft. Over zijn vierde album Toil And Trouble, los van die hij samen met labelgenoot Sufjan Stevens heeft gemaakt, heeft hij drie jaar gedaan. Anders is hier dat het meer een soort hallucinaties of noem het koortsdromen zijn die hij omgezet heeft naar muziek. Dat maakt het bepaald niet grimmiger, want zijn output blijft vederzacht. Tekstueel sluit het wel meer aan op de cover van het album, dat als je de beste man niet zou kennen zo maar een verkeerde indruk kan geven. Het is het zwoegen en de problemen in elk geval waard geweest. Angelo brengt naast zang ontiegelijk veel instrumenten en wordt een enkele keer geholpen door toetsenist Thomas Bartlett (Doveman, Nico Muhly, The Gloaming) en Sam Gendel op Japanse harp. Toch is de met folk geïmpregneerde popmuziek overwegend sober en intiem, waarmee hij wel weer een enorme indruk weet te maken. Liefhebbers van onder meer Bon Iver, Sufjan Stevens Iron & Wine, Raoul Vignal, Gareth Dickson, Nick Drake en Vashti Bunjan kunnen hun hart ophalen aan deze prachtmuziek, die zowel zwaar als zalvend is.
Black Duck – Black Duck (cd, Thrill Jockey / Konkurrent)
Eleventh Dream Day, Boxhead Ensemble, Tortoise, The For Carnation, Pullman, Toe en Brokeback, ja als Douglas McCombs ergens opduikt dan kan je de oren beter maar spitsen. Wat een carrière heeft deze gitarist al achter de rug, terwijl hij er ook nog steeds aan verder bouwt. Nu ook weer met de nieuwe groep Black Duck, die hij er samen met gitarist Bill Mackay en drummer/gitarist Charles Rumback (Colorlist, Stirrup, Whirlpool, Hanami Quartet) op nahoudt. Dat ze behoorlijk aan elkaar gewaagd zijn blijkt wel uit hun gelijknamige debuut. Ze brengen in een goede 35 minuten 8 tracks, die buiten genregrenzen om op instrumentale wijze hun verhaal vertellen; elke muzikant met een eigen “stem”. Doordat die verschillende bloedgroepen zo vlekkeloos in elkaar over vloeien, onderstreept de kracht van dit eendgezinde (sorry) trio wel. Het zit ergens tussen grofkorrelige gitaarambient, stuurloze post-rock en geïmproviseerde rock in, waarmee ze zorgen voor een bezinnend luisteravontuur.
DeaЯ – DeaЯ Me! (cd, Music Force)
Vanaf 1985 houdt de Italiaan Davide Riccio zich hoofdzakelijk bezig met gedichten en korte verhalen in verschillende bloemlezingen en tijdschriften. Sinds 1999 werkt hij samen met diverse kranten en tijdschriften om in 2004 over te schakelen naar het schrijven over muziek. Dat levert meer dan 900 interviews met Italiaanse en internationale muziekgroepen en muzikanten. Ook houdt hij zich bezig met radio, regisseren en acteren. Het paste dus helemaal in de lijn van alles om ook nog muzikant te worden. Hij schreef al langer muziek, maar in 2021 verschijnt zijn debuut New Roaring Twenties / Human Decision Required als DeaЯ. Daarop laat hij een combinatie van crooner, goth rock en alternatieve rock horen, waarbij het experiment niet achterwege blijft. Ook op de twee albums die volgen vaart hij een eigenzinnige koers. Nu is zijn volgende album DeaЯ Me! een feit. Hij serveert 17 songs van samen maar liefst 75 minuten. Ik kan niet achterhalen of hij alles zelf doet, maar hoor volgens mij wel een achtergrondzangeres. Hoe dan ook brengt hij hier lekker emotioneel geladen, donkere popsongs, die ook wel aanhaken bij de genoemde genres. Het is allemaal een fractie meer ingetogen en droefgeestig, maar hij weet je wel weer te raken met zijn mooie stem en sterke arrangementen en hier en daar ook orkestraties. De afwisseling met de experimenten en veldopnames geeft het album iets speciaals mee. Hoewel David Bowie misschien wel als eerste referentie opduikt, moet je verder ook denken aan David Sylvian, The Triffids, Tuxedomoon, Sand Snowman, The Cakekitchen en The Legendary Pink Dots. Het is een uiterst innemend prachtalbum geworden.
Elina Duni – A Time To Remember (cd, ECM)
Als je het hebt over die typisch sfeervolle ECM jazz, dan is de Albanese in Zwitserland woonachtige zangeres Elina Duni daar een uitstekend voorbeeld van. Nu is het wel zo dat als je haar zou omringen met de meest verschrikkelijke muziek, haar stem nog voldoende is om te overtuigen. Ze zit ook ergens wel in de hoek van Susanna. Solo, maar ook met haar Elina Duni Quartet heeft ze heerlijk bitterzoete, melancholische albums uitgebracht, waarop een mix van folk en hedendaagse jazz te horen is. Nu is ze terug met het album A Time To Remember, waar ze samenwerkt met gitarist Rob Luft, vleugelhoornspeler Matthieu Michel en pianist/drummer Fred Thomas. Naast eigen stukken brengen ze er ook een paar door anderen geschreven plus traditionals uit Albanië en Kosovo. Duni zingt in het Engels, Frans en Albanees, maar altijd met een prachtig etherisch en weemoedig geluid. Het is één van de elementen die de muziek zo ontzettend mooi maakt, al mag de muzikale omlijsting er hier ook meer dan wezen. Het levert een memorabel album op, dat tot het beste in het genre behoort.
Fomalhaut :: Nimh – From The Longest Winter (cd, Zoharum)
De uiterst ervaren Italiaanse artiest Giuseppe Verticchio brengt vanaf het begin van deze eeuw met enige regelmaat releases uit van zijn project Nimh, dat hij overigens al in de jaren 90 heeft opgetuigd. In die jaren was hij vooral actief in verschillende muzikale groepen als Twist Of Fate (droompop met shoegaze), Hall Of Mirrors (experimentele dark ambient), Maribor (dark ambient, drones, noise) en Lham (abstracte ambient). Muziek die vaker beter in het donker dan in het licht gedijt. Dat geldt ook voor Nimh, waarmee hij al dan niet samen met andere artiesten afwisselende combinaties van ambient, drones, veldopnames en allerhande experimenten maakt. Nu is hij terug met het album From The Longest Winter, dat hij samen met Fomalhaut heeft gemaakt, het dark ambient vehikel van de Poolse muzikant en recensent Tomasz Borowski. De twee brengen niet slechts een soms der delen, maar duelleren als het ware met muziek om zo tot nieuwe inzichten en geluiden te komen. Hiermee doorkruizen ze ook dikwijls meerdere genregrenzen en doen die soms ook helemaal vervagen. Je kunt het grofweg een experimenteel mengsel van dark ambient, drones, psychedelische elektronica, subtiele beats en industrial noemen, maar de uiteindelijke output is meer diepgravend en minder duidelijk dan dat. Deze twee weten je al snel in de houdgreep te nemen, om pas na 50 minuten weer los te laten; al blijft dit album dan nog wel even nadreunen. Wat een fascinerend en soms ijzingwekkend samenspel van kracht en pracht.
\
The Gray Field Recordings – She Sleeps To The Sound Of Knives (cd, Reverb Worship)
The Gray Field Recordings is één van de vele projecten van R. Loftiss, waar de R. volgens mij voor Rebecca staat en mogelijk uit de Verenigde Staten komt. Maar alles rond deze artiest is gehuld in nevels. Dat geldt voor projecten als Black Lesbian Fishermen, Ctephin, Language Of Light, Anvil Salute en dus ook deze incarnatie. Hiermee maakt ze sinds 2001 een uiterst mysterieuze mix van ambient, weird folk, neoklassiek en noise. Dat is eigenlijk niet anders op het nieuwe wapenfeit She Sleeps To The Sound Of Knives. In 9 tracks van samen maar liefst 53 minuten laat ze haar haast delirante gedachten op je los. Het is alsof je een opname set van David Lynch binnen wandelt en dan verdwaalt. Spoken word, noises, ambient-achtige klanken en subtiele nosiy sounds kringelen om elkaar heen, als rook in een duistere nacht. De muziek laat zich bepaald niet eenvoudig vangen, maar denk aan een kruisbestuiving van Insides, Pantaleimon, Human Greed, Lisa Germano, Cranes, The Owl Service en The Hare And The Moon om enig idee te krijgen. Het is een opmerkelijk duister en wonderschoon album geworden.
Claudio Milano’s End Friends (La Bobina di Tesla) – ManifestAzioni Live 2011-2023 (2cd, Music Force)
In het eerste decennium van deze eeuw maakte ik kennis met de muziek van de veelzijdige Italiaanse muzikant, stemkunstenaar, muziektherapeut, acteur en performer Claudio Milano. Naast soloalbums brengt hij ook muziek uit met de groepen NichelOdeon (avant-garde meets progrock en klassiek), Not Me (hedendaags klassiek met elektronica), InSonar (experimenteel met zang en elektronica) en This Order (gothic en theatraal avant-metal). De rode draad is wel dat ze allemaal nieuw terrein verkennen. Dat naast Milano’s verbluffende stemkunsten, waarbij zijn stem een geweldig groot bereik heeft. Door de jaren heen heeft Milano ook met legio spraakmakende artiesten samengewerkt, zowel op zijn vele albums (16 maar liefst) als live. Als Claudio Milano’s End Friends (La Bobina di Tesla) brengen hij en de zijnen nu het live document ManifestAzioni Live 2011-2023 uit. Een dubbelalbum met ruim twee uur live muziek van de afgelopen jaren. Het onderstreept de verscheidenheid van deze klasse artiest eens te meer en laat ook horen met wat voor topmuzikanten hij heeft samengewerkt. Net als op de album gaat het vele kanten op en wordt je keer op keer verrast met briljant en compleet onverwachte vondsten en wendingen. Wat een ongelooflijk mooi overzicht. Het is voer voor liefhebbers van onder meer Mike Patton, Zappa, King Crimson, Debussy, John Zorn, Christian Wolz, Thierry Zaboitzeff, Univers Zéro en Tone Dogs. Er staat echt geen maat op deze artiest
Moljebka Pvlse – The Distant Past Resounds (cd, Zoharum)
Moljebka Pvlse is een Zweeds soloproject van muzikant Mathias Josefson, die al sinds het begin van deze eeuw hiermee muziek naar buiten brengt via labels als Cold Meat Industry, Isoramara, Mystery Sea, Cyclic Law en Zoharum. Overigens werkt hij niet altijd alleen. Josefson houdt er ook nog groepen als Skare, Lurk, Negru Pvlse en Lykaion Eclipse op na. Met Moljebka Pvlse is hij nu terug met het album The Distant Past resounds, waarop Josefson (elektronica) samenwerkt met Hara Alonso (piano), Isabel Fogelklou (harp) en Kristin Kuldkepp (contrabas). Hierop trekt de groep de lijn door van het vorige album door een combinatie van drones, ambient en industrial neer te zetten. Het grote verschil wordt echter gemaakt door de toevoeging van de klassieke instrumenten, die naast drones ook neoklassieke elementen toevoegen. Dat levert een biologerend, organisch stuk van maar liefst 75 minuten op. Ondanks deze lengte, zit het geheel toch ademloos uit. Het is werkelijk van een overdonderende, intense schoonheid die je niet onberoerd zal laten.
Brigid Mae Power – Dream From The Deep Well (cd, Fire / Konkurrent)
Altijd als je denkt dat een bepaald genre volledig uitgemolken is, staan er weer nieuwlichters op die de melk juist stevig opkloppen. De Ierse singer-songwriter Brigid Mae Power is zo’n bijzonderheid in het folk genre, dat ze doorgaans aanlengt met droompop. Naast haar stem maakt ze wisselend gebruik van gitaar, bariton ukekele, piano, accordeon, viool en harmonium. De aanpak op haar nieuwe album Dream From The Deep Well is anders dan voorheen, want ze probeert een soort zelf verzonnen traditionals te creëren. Deze plaatst ze dan weer volledig in het hier en nu, waardoor er een moderne folkvariant uitrolt, die geheel eigenzinnig klinkt. Ik heb haar muziek in het verleden wel eens vergeleken met die van This Moral Coil, omdat die ook op magische wijze muziek aanvliegen. Nu delen ze beide de cover “I Must Have Been Blind” van Tim Buckley, waarbij de vergelijking met de genoemde supergroep haast meer relevant is dan die met de maker. De teksten zijn uit het leven gegrepen en zitten vol intense, oprechte emoties, waardoor de muziek invoelbaar en meeslepend is. Dat is ook te danken aan die werkelijk betoverende, glasheldere zang van Power. Naast de genoemde namen moet je ook denken aan Tarnation, Globelamp, Josienne Clarke & Ben Walker en The Unthanks. Machtig mooie traditionals uit en voor de toekomst.
Próchno – P3 (cd, Gusstaff / Xango Music Distribution)
Het Poolse trio Próchno wist in 2019 een diepe indruk te maken met hun gelijknamige debuut. Marcel Gawinecki (bas, synthesizers, zang), Bartosz Leśniewski (gitaar, synthesizer, zang) en Artur Sofiński (drums), ), die ervoor onder meer in groepen als Ugory, Złota Jesień, Artykuły Rolne en Drah hebben gespeeld, serveren hierop een verbluffende mix van dark ambient, tribal, noise, post-punk, black metal, kraut- en progrock. Deze riep herinneringen op aan de betere bands uit de genres, zowel uit het verleden als het heden. Daarna is er nog het livealbum Niż (2020), waarop ze vier stukken als één lange livetrack hebben opgenomen en die nog directer was. Dat liveaspect plus de ingrediënten van het debuut combineren ze nu op hun nieuwe studioalbum P3. De muziek bevat nog steeds de genoemde genres, maar is iets meer de industrial en tribal kant opgeschoven. En dat blijkt goed uit te pakken, want de groep klinkt hier overtuigender dan ooit. Denk daarbij aan een pakkende kruisbestuiving van God, Swans, Tribes Of Neurot, Godflesh, Throbbing Gristle, The Body, Faust en Ganser. Wat een overrompelend en krachtig vervolg!
Arthur Russell – Picture Of Bunny Rabbit (cd, Audika/ Rough Trade / Konkurrent)
De toonaangevende duizendpoot Arthur Russell (1951-1992) heeft in zijn korte leven een enorme stempel weten te drukken op het muzikale landschappen. En op veelzijdige wijze. Deze Amerikaanse cellist, toetsenist, gitarist, zanger en componist heeft genres als klassiek, disco, folk, experimentele muziek, dub en rock op avant-gardistische, frisse en eigenlijk ook tijdloze wijze aangevlogen. Met zijn houterige doch charmante zang weet hij je daarbij altijd op sleeptouw te nemen. Hij heeft verder onder meer gewerkt met Philip Glass, David Byrne, Steve Reich, Jennifer Warnes, Allen Ginsberg en Bootsy Collins en is een inspiratiebron voor velen geweest, waaronder ook Peter Broderick die zelfs een heel album met covers heeft uitgebracht. Iedere keer denk ik dat er niet meer materiaal van de beste man tevoorschijn komt, maar dan blijken zijn moeder en zus toch nog wat opnames achter de hand te hebben gehouden. Deze zijn nu op het album Picture Of Bunny Rabbit (nee dat is niet een cynische Hans Teeuwen op de cover) verschenen, waar je in bijna 38 minuten 9 nummers van de grootmeester krijgt, die met zang, cello, keyboards, gitaar, harmonica en echo’s in de weer is geweest. Daarmee gaat hij van zijn befaamde avant-pop tot uiterst experimentele en soms mysterieuze muziek, hetgeen met name geldt voor de titeltrack en “In The Light Of A Miracle”. Het zijn wel weer stuk voor stuk sublieme nummers, die zeker weer iets toevoegen aan zijn toch al gevarieerde oeuvre.
Saigon Blue Rain – OKO (cd, Icy Cold)
Het Franse project Saigon Blue Rain is in 2012 opgericht, al noemden ze het eerste Stupid Bitch Regret. De naamsverandering is er één ten goede geweest, al draait het natuurlijk altijd om de muziek. De groep opereert ergens tussen dark wave, synthwave, shoegaze, post-punk en etherische pop in. Dat is ook het geval op hun vierde album OKO, waarop ze 10 nieuwe tracks presenteren. Ze hebben hun geluid behoorlijk aangescherpt; het is donkerder, de baslijnen en drumpartijen zijn steviger en ook de zang komt beter uit de verf. De muziek koerst, mede door de soms Duitstalige zang, ook wel eens naar de Duitse gothic. De uitstekend uitgevoerde nummers bevatten veel bekende elementen, waardoor ze je eenvoudig weten in te pakken. De groep nestelt zich ergens tussen Drab Majesty, Lycia, Clan Of Xymox, Ritual Howls, Lebanon Hanover, The Cure en Xmal Deutschland in. Ouderwets genieten zonder dat ze een herhaling van zetten doen. Sterk album!
Swans – The Beggar (2cd, Young God Records)
Het moest en het zou anders! Michael Gira’s vlaggenschip Swans, dat hij er al sinds 1982 op nahoudt naast soloprojecten en groepen als Skin, The World Of Skin, The Angels Of Light en The Body Lovers/ The Body Haters, had zijn tijd gehad in de apocalyptische vorm van de laatste jaren na de wederopstanding van de band (hoe paradoxaal). Wie denkt dat er dan plots rozengeur en maneschijn uit zijn poriën sijpelt komt (gelukkig) bedrogen uit. Dat bleek al op de eerste van deze inmiddels derde Swans incarnatie leaving meaning (2019). De muziek daarop paste eigenlijk mooi in het hiaat dat er tussen 1997 en 2010 is geweest. Dat geldt tevens voor het nieuwe album The Beggar, wederom een massief dubbelalbum. Gira (zang, gitaar, harmonica) werkt ook bijna met dezelfde muzikanten samen, te weten trouwe wapenbroeder Kristof Hahn (gitaar, lap steel, zang), Larry Mullins (drums, keyboards, piano, orkestrale percussie, vibes, zang), Christopher Pravdica (bas, keyboards, sounds, zang), Phil Puleo (drums, percussie, dulcimer, fukara, duduk, zang) en Dana Schechter (bas, lap steel, piano, sounds, zang) van Insect Ark, Bee And Flower en The Angels Of Light. Daarnaast is Ben Frost (synthesizer, gitaar, piano, keyboards) de speciale gast-Swan en mag Gira verder rekenen op gastbijdragen van Norman Westberg (gitaar), Paul Wallfisch (piano) van Botanica en Firewater en zangeressen Lucy Kruger, Laura Carbone en Jennifer Gira. Ook als Gira het kleiner doet, pakt hij groots uit. Op de eerste schijf 9 tracks van samen maar liefst 69 minuten en op de tweede nog eens 2 van samen een kleine 53 minuten, waarbij het bijna drie kwartier durende “The Beggar Lover (Three)” een imponerend stuk is. Het is allemaal heerlijk slepend en zwaar, waarbij de kenmerkende met whisky en sigaren doordrenkte stem je er op vertrouwde wijze doorheen gidst. Gewoon weer een geweldig nieuw hoofdstuk van de Swans. De schitterende artwork mag daarbij ook niet onvermeld blijven.
Sweeping Promises – Good Living Is Coming For You (cd, Sub Pop / Konkurrent)
Het debuut Hunger For A Way Out (2020) van de Amerikaanse band Sweeping Promises gooide hoge ogen. Hun heerlijke tegendraadsheid maakte daarbij het verschil. De combinatie van rock en post-punk is natuurlijk wel vaker gemaakt, maar door de nodige energie kan je dikwijls nog enig onderscheid maken. Dat laatste lukt het duo Caufield Schnug en Lira Mondel met verve. Ze delen overigens ook, veelal als duo, de bands Dee-Parts, Blau Blau, Spitting Image, Mini Dresses en Silkies, die allemaal één of max twee releases (hoofdzakelijk cassettes) op hun naam hebben staan. Ze lijken nu echt hun draai te hebben gevonden met deze nieuwe band. Op hun nieuwe album Good Living Is Coming For You serveren ze 10 pakkende, puntige songs, die eigenlijk vooral uit bas, gitaar, drums en de lekkere schreeuwerig zang van Lira. Dat brengen ze ook nog eens op lo-fi achtige wijze, maar dat maakt het alleen maar charmant en overtuigender. Hoewel ze een eigen smoelwerk hebben moet je denken aan een wilde mix van Wire, Deerhoof, Blondie, Wet Leg, Cake Like, Pixies Bloc Party. Echt een heel sterk en sensationeel album.
Vesselil – Til Kirsten (cd, GO”Danish Folk Music / Xango Music Distribution)
Ik vind het altijd wel mooi om te zien dat ook jonge muzikanten dikwijls trouw aan hun roots blijven en folk dan wel traditionele muziek fabriceren. Zo blijft de geschiedenis in leven. Dat is ook precies wat het Deense trio Vesseli doet. Dit drietal bestaat uit Elisabeth Dichmann (viool, zang), Clara Tesch (viool, altviool, zang) en Maja Aarøe Freese (zang, 5-snarige cello). In 2018 debuteren ze met hun gelijknamige album, waarop ze eigen composities combineren met traditionele Noordse muziek. Maar hun eigen stukken ademen wel hetzelfde uit als de oorspronkelijke muziek. Dat is wederom het geval op hun tweede album Til Kirsten, hetgeen “naar de kerk” betekent. Mocht je daar niet zo’n zin in hebben, luister het album dan gerust thuis. Ze mengen traditionele met eigen composities en geven er dikwijls ook een modern klassieke draai aan. In de teksten hebben ze verhalen verwerkt van zowel bekende als onbekende (dappere) vrouwen, die een diepe indruk op de groepsleden hebben gemaakt. Dat zijn niet altijd vrolijke verhalen, hetgeen de (fijne) melancholie in de muziek wellicht verklaart. Toch is het vooral een album van hoop en vriendschap. Ze weten je daarbij zowel in de instrumentale als de prachtig gezongen stukken te betoveren met hun geweldige composities en arrangementen. Daarbij houden ze het midden tussen Frifot, Tara Fuki, L’Arpeggiata, Hedningarna, Ranarim, Väsen en Nils Økland, zij het dan wel echt op de Deense manier. In bijna 40 minuten presenteren ze 10 nieuwe songs, die het beste van nu en vroeger naar boven halen en combineren. Tijdloze pracht wordt hier op eigenzinnige wijze ingekleurd.
Various Artists: Taa! Our Language May Be Dying, But Our Voice Remain (Botswana) (cd, Glitterbeat / Xango Music Distribution)
Ik heb muziek uit ontzettend veel verschillende landen; zelfs landen waar ik eerder geen weet van had. Bij mijn weten heb ik niks uit Botswana. Gelukkig is het label Glitterbeat wel vaker leverancier van de meer onbekende wereldmuziek in hun zogeheten “Hidden Musics”-serie, die dikwijls door producer, verslaggever en Grammy-winnaar Ian Brennan naar buiten worden gebracht. Zo heeft hij zich naar een gebied begeven in Botswana waar naar nog in Taa gezongen wordt. Deze taal is net als vele andere talen aan het verdwijnen. Er zijn nog zo’n 2500 sprekers ervan. En als de taal verdwijnt, blijven enkel nog de verhalen. Op de nieuwe verzamel cd Taa! Our Language May Be Dying, But Our Voice Remain (Botswana) vind je 16 tracks die in Taa gezongen worden. Het is een zeer rijke taal met maar liefst 112 klanken, het meeste van alle talen ter wereld. Het Engels heeft ongeveer 44 klanken, het Italiaans 32 en het Nederlands 40. In de Taa-taal hoor je ook veel klikgeluiden en andere minder gangbare klanken, die ook zonder muziek al voor veel variatie zorgen. De songs worden vooral met handgeklap, duimpiano en diverse eenvoudige percussie-instrumenten aangevuld. Het zijn veelal mantra’s en dus herhalende patronen. Daarmee weten de diverse zangers en muzikanten wel te hypnotiseren. Overigens variëren de nummers van 24 seconde tot ruim 4 minuten, waardoor de cd na een goed half uur alweer voorbij is. Maar wat een hoop unieke pracht is er dan voorbijgekomen! Een geweldige ontdekkingsreis vanuit je luie stoel.