Rik Mayall’s slechte grap ooit: dood gaan zonder te lachen. Daarom maar heel veel leuks in onze lijstjes uit het:
We luisterden naar: Giana Factory, Sivert Høyem, Shield Patters, Slow Music Project, Bruno Nicolai (4x), Fabio Frizzi, Mica Levi, The Soundcarriers, Fennesz, Wolvon en Thomas Tilly.
Giana Factory – Lemon Moon (cd, Questions&Answers)
Giana Factory is een Deense groep die bestaat uit de 3 dames Lisbet Fritze (gitaar), Louise Foo (zang) en Sofie Johanne (bas, synthesizers). Ze debuteren in 2009 met hun mini Bloody Game Ep en een jaar later met hun eerste volledige cd Save The Youth. In 2012 worden deze samen plus nog wat extra’s heruitgegeven; niet genoeg echter voor mij om ze nogmaals aan te schaffen, maar dat terzijde. Wat ze brengen is ronduit sensationeel en past wel binnen de coolwave. Op nostalgishe wijze combineren ze vette baspartijen, gruizig duistere synthesizerklanken, echoënde gitaren en die heerlijke 4ad-zang. Wave, shoegaze en fijne modernismen gaan hier hand in hand. Denk aan het beste van Austra, Zola Jesus, Warpaint, Bel Canto, The xx, New Order en ook Joy Division. Naast hun gebruikelijke instrumenten zijn ze allen ook actief op de drums, met de programmeringen en de achtergrondzang. Vier jaar later is hun tweede cd Lemon Moon eindelijk een feit. Ditmaal geproduceerd door Trentemøller, die uiteraard ook keyboards, programmeringen en arrangementen in de strijd gooit. Hiermee is het vertrouwde geluid dat de vrouwen nog altijd brengen, schitterend ingebed. Iets meer dance door de elektronica, maar met behoud van die bijzondere pracht. Naast de eerder genoemde referentie komt ook Fever RayEn dan heb je gewoon een tweede sterk album uitgebracht.
Sivert Høyem – Endless Love (cd, Hektor Grammofon)
Sivert Høyem, die solo dikwijls de naam Sivert Höyem aanneemt, is de enigmatische zanger van de geweldige Noorse groep Madrugada. Deze wordt na de dood van gitarist Robert Burås in 2008 opgeheven. Ze laten een prachtige erfenis van 5 ijzersterke albums na. In 2004 laat Høyem voor het eerst solo van zich horen en hierna nogmaals als Sivert Høyem & The Volunteers. Vanaf 2009 is hij officieel soloartiest. Zijn albums zitten in de indie/alternatieve rockhoek en hebben als bonus dat ze altijd van die prachtig, innemende donkere zang van Høyem worden voorzien. Net als bij Madrugada is alles behoorlijk melancholisch en duister. Inmiddels presenteert hij alweer zijn vijfde album Endless Love, waarmee hij de discografie van zijn vroegere band nu evenaart. Met diverse gasten, onder wie gitarist Stian Westerhus, zet hij weer een stemmig, soms zelfs soulvol geheel neer. Duistere rockballads afgewisseld met indierocksongs, soms zelfs behoorlijk stevig, die best in de straatjes van Nick Cave, Fink en Mark Lanegan passen. Zijn zang lijkt meer emotioneel geladen dan ooit en de muziek sluit daar op afwisselende wijze bij aan. IJzersterk!
Shield Patterns – Contour Lines (cd, Gizeh)
Richard Knox is labeleigenaar van het voortreffelijke Gizeh. Daarnaast is hij terug te vinden in geweldige groepen Glissando, A-Sun Amissa, Of Thread & Mist en The Rustle Of The Stars, waarmee hij op verschillende wijze het dromerige spectrum van de muziek verkent. Nu wisselt hij ongeveer vaker van groep dan een bejaarde van kunstgebit, dus nu komt hij alweer met zijn nieuwe formatie Shield Patterns. Dit bemant hij samen met zangeres Claire Brentnall, die beschikt over een heerlijk dromerige bitterzoete stem. Ze komen nu met hun debuut Contour Lines op de proppen. Knox brengt een nachtelijke setting met sensuele en dubby/trippy beats, dark ambient, synthesizerdekens en gitaargeluiden. Het klinkt als een sexy mix van Bel Canto, Kate Bush, Birds Of Passage, Portishead, Fever Ray, Massive Attack en Boards Of Canada. Niet bepaald de minste namen dacht ik zo? Datzelfde geldt voor het album. Het behoort misschien niet tot de allerbeste werken van Knox, maar het steekt nog altijd ver boven de middelmaat uit en het is tevens weer eens wat anders. Zijn dromerige spectrum lijkt onbegrensd. Al met al een heerlijk nieuwe worp.
Slow Music Project – Live At The Croc (cd, Slow Music)
Niet bepaald nieuw dit schijfje, maar gewoonweg niet aan te komen en het vermelden waard vind ik. De supergroep Slow Music Project heeft deze alleen verkocht tijdens de live optredens in voornamelijk de VS. Maar plots heeft de Downtown Music Gallery er een aantal te koop op Ebay. YES! De groep waar ik zo enthousiast over ben bestaat namelijk uit gitarist Peter Buck (R.E.M.), bassist Fred Chalenor (Curlew, Land, Tone Dogs, The Walkabouts), drummer Matt Chamberlain, gitarist Robert Fripp (King Crimson) en keyboardspelers Hector Zazou (11 juli 1948 – 08 september 2008, RIP) en Bill Rieflin (Swans, Ministry, R.E.M., Lard, The Angels Of Light). Een krachtige en bijzondere combinatie aan artiesten! Maar ze komen vooral samen om op rustieke en intuïtieve wijze spontaan muziek te gaan maken. Hierbij maken ze ook veel gebruik van stiltes. Het is een uiteindelijk een verstilde, spannende en filmisch mix van ambient, jazz, blues, experimentele en abstracte muziek; als je het al muziek mag noemen. Veeleer is het een intrigerend hoorspel dat nog verrassender en mooier uitpakt dan ik verwacht had.
Luister Online:
3 fragmenten
Bruno Nicolai Tutti i colori del buio
Bruno Nicolai The Case Of The Bloody Iris
Bruno Nicolai Il Conte Dracula b/w Roger Roger Le Viol Du Vampire
Bruno Nicolai Your Vice Is A Locked Room And Only I Have The Key
Fabio Frizzi Paura nella città dei morti viventi
Mica Levi Under The Skin
Soundtracks! Nicolai is een collega en partner in crime van de grote Ennio Morricone en minstens zo goed. Zeker waar het het werk voor gialli en andere sleaze en trash betreft. Een paar hoogtepunten zijn nu mooi uitgegeven door de crate diggers van Finders Keepers. Geen nerdy gedoe met eindeloze alternate takes maar gewoon beperkt tot de hoogtepunten op een LP, een 10″ en een singletje. En nog een split-7″ samen met de muziek voor Jean Rollins debuut Le Viol du Vampire door Roger Roger. Ook al zo mooi. De muziek voor Lucio Fulci’s City Of The Living Dead is misschien wel het allerbeste in haar soort (zombiefilms), de wat knullige synthesizers vangen perfect die druilerige jarentachtigsfeer. Hier aan ’t eind nog wat outtakes maar soit. Gloednieuw is de muziek voor Under The Skin, met simpele middelen, een vioolmelodietje, maakt Levi een heerlijk creepy sfeertje.
The Soundcarriers Entropicalia
De titel geeft al een hoop weg over de klanken, Os Mutantes e.d. zijn een overduidelijke inspiratiebron. Het label, Ghost Box, vult de rest van de verwachtingen in want Broadcast en BBC Radiophonic Workshop zijn ook van invloed. Tot in de puntjes verzorgd weer, zoals we gewend zijn van het label.
Fennesz – Bécs (Editions Mego)
Fennesz laatste reguliere album The Black Sea dateert alweer van 2008 en de tussendoortjes die ik heb gehoord waren maar zo (waarbij Flumina met Sakomoto zelfs ronduit slaapverwekkend was), dus ik was toch wel erg blij te horen dat hij terug is geland bij Editions Mego voor een nieuw studio werk. En zoals verwacht is het experiment toch wel weer terug gekomen na de gezapige soundtracks en piano riedels. Al is het ook weer niet super vernieuwend te noemen, want deze plaat sluit nog het beste aan bij de genre definiërende Endless Summer uit 2001. Ook hier horen we weer de bewerkte gitaren die naast de vele glitches en ruislagen vooral ook gewoon warm en melodisch klinken. Een nummer als Liminality weet gewoon te raken met de melancholische melodieën die Fennesz daar laat horen. Een puur kippenvel nummer.
Zo verassend als Endless Summer is het niet meer, maar wel weer heel erg mooi. Het is toch duidelijk wie er de topper in dit specifieke subgenre van de ambient blijft, daar kunnen geen spierballen volumes tegenop.
Wolvon – Bother. (Subroutine)
De Groningse rockers zijn terug met een nieuwe EP op enkelzijdig vinyl. Waar Folds. vorig jaar een lekker plaat was pakt hier alles nog wat beter uit. Het lijkt haast als of de heren wat volwassener zijn geworden, echter dan toch zonder de wilde haren te verliezen. De composities zitten een stuk beter in elkaar en ook de productie is een stuk vetter gedaan. Naast de uptempo nummers met piepende gitaren is er nu ook ruimte voor een gevoeliger stukje in het nummer Better Mammals. Hierdoor komt de (mogelijk onbedoelde) invloed van The Afghan Whigs duidelijker naar boven.
Een lekkere EP waarop de heren goed laten horen dat ze zich hebben ontwikkeld. Hopelijk op een volgende release ook wat meer ruimte voor de lange jams in plaats van de korte vlammen. Dat zou het voor mij helemaal compleet maken.
Thomas Tilly – Script Geometry (Aposiopèse)
Thomas Tilly is een artiest die werkt met veldopnames. Na al eerder de CD Cables & Signs (Ten Underwater Field-Recordings) (Fissür, 2010) te hebben gehoord was ik wel erg benieuwd naar deze dubbel LP + CD. En het wachten tot dat deze hier belande was zeker de moeite waard want dit is toch wel een hele bijzondere zit. Tilly werkt op deze plaat met geluiden opgenomen in de oerwouden van Frans Guinea, welke hij soms onbewerkt dan weer totaal bewerkt laat horen. De geluiden van vogels, insecten en wat passeren de revue, soms geheel uit verband getrokken, daarna weer helemaal puur. Op de twee platen horen we bewerkte selecties terug en op de CD vinden we referentie materiaal om een beeld te geven hoe het oerwoud puur klinkt.
Het resultaat is geen eenvoudige zit, maar als je even doorbijt en de bijna 2 1/2 uur aan geluiden op je laat in werken waan je jezelf op den duur ook gewoon echt in dat oerwoud. Erg spannend en mooi.