Het was nogal een gruwelijk moordend weekje. Ook gruwelijk maar veel levendiger zijn onze lijstjes uit het:
We luisterden naar: Mark Lanegan & Duke Garwood, Savages, Ulan Bator, Jon Collin, Ecstatic Cosmic Union, J D Emmanuel, Daft Punk, Mik Carton Kids, Iron & Wine, Leprous en Shankar Jaikishan. En gingen naar: Art Brut.
Art Brut Bitterzoet
Donderdag 23 mei was het precies 10 jaar geleden dat Art Brut voor het eerst repeteerde. Dat gegeven vormde de rode draad tijdens een klein feestje in de Bitterzoet. De heren en dame hadden er lol in, na verloop van tijd het publiek ook. Art Brut heeft puntige, grappige nummers, gezongen in het vette Engelse accent van zanger Eddie Argos. Die tijdens het nummer Modern Art een lang verhaal begon over een bezoek aan het "Van Goph museum", wat hij vertelde terwijl hij in het publiek stond. Intiem, gezellig en mooi uitgevoerd: je kunt het slechter treffen op een donderdagavond.
Mark Lanegan & Duke Garwood – Black Pudding (cd, Heavenly Recordings)
Mark Lanegan (ex-Screaming Trees) duikt met zijn doorrookte whiskystem op allerlei releases op, hetzij als gast (Soulsavers, Christine Owman, Andrea Schroeder) of medespeler met artiesten als Isobel Campbell, The Gutter Twins (met Greg Dulli) en Queens Of The Stoneage, maar weet ook solo nog steeds indruk te maken. Van een Lanegan-moeheid is nog altijd geen sprake. Dat blijkt maar eens te meer uit zijn album met de Britse bluesman, gitaarvirtuoos en multi-instrumentalist Duke Garwood. Mark doet de zang en Duke de rest. Ze vullen elkaar mooi aan. Mark brengt zijn zware zang en Duke omlijst dit alles met luchtige instrumentaties. Lanegan zoekt, zo lijkt het althans, altijd een lichtere tegenhanger voor zijn zware zang en diepe zielenroerselen. Een zucht naar balans of zoiets. Dat pakt hier weer fraai uit. Mark zorgt voor concrete, aardse en bovenal doorleefde zang en Duke brengt de dromerige verstrooiing. Het is een heerlijk landerige album geworden, die fans van beide zal kunnen interesseren. Machtig bezinnende pracht!
Savages – Silence Yourself (cd, Matador)
Ik ben altijd een groot fan geweest van Siouxsie And The Banshees en ook het latere The Creatures mag ik graag horen. Maar Siouxsie heeft haar felheid al lange tijd achter zich gelaten en is ook niet meer zo actief. Gelukkig draait het leven in cirkels en komt al het goede van weleer altijd wel weer eens naar de oppervlakte drijven. Misschien een rare introductie voor de Londense band Savages, die een ware hype lijkt te worden, maar ik vind dat het niet vaak genoeg gezegd wordt waar deze vier dames hun mosterd vandaan hebben gehaald. Neemt niet weg dat ze een eigen bestaansrecht hebben, hetgeen vooral komt door de gigantische energie die ze ten toon spreiden. Dat is in eerste instantie te danken aan de enigmatische zangeres Jehnny Beth (van de alternatieve rockband John & Jehn), die oorspronkelijk uit Frankrijk komt en in het echt Camille Berthomier heet en klinkt als een superenergieke nieuwe incarnatie van Siouxsie. Daarnaast mag ook de muzikale begeleiding van Gemma Thompson (gitaar), Ayse Hassan (bas) en Fay Milton (drums) er meer dan wezen. Naast The Banshees zitten in hun opzwepende muziek ook elementen van Joy Division, We Fell To Earth, Magazine, The xx, PiL, Iceage, The Ramones en A Place To Bury Strangers besloten in hun geluid. Wat deze 4 dames laten horen is sensationeel goed en opzwepend, dat je er moeilijk omheen kunt als fan van al de genoemde artiesten. Maar of je nu een nieuwbakken fan van post-punk, no wave en noise of een kind van de jaren 80 muziek bent, het is gewoonweg likkebaarden bij deze harde lekkernij. Tomeloze energie als sterkste troef en dat nog eens uitstekend uitgevoerd. De cd bevat ook wel wat rustpunten, maar blinkt vooral uit in de meer uptempo stukken. Verslavend goed(je)!
Ulan Bator – En France/En Transe (cd, Acid Cobra)
Amaury Cambuzat (ook in 99mg, Chaos Physique, Faust en labeleigenaar van Acid Cobra) en Olivier Manchion starten in 1993 de succesvolle Franse driemansformatie Ulan Bator op. Het levert hen in de beginjaren vergelijkingen op met This Heat, Can, Faust, Slint, Boredoms, Bästard, Gastr del Sol en Mogwai. Hun albums bevatten dan ook postrock, duidelijk beïnvloed door de krautrock, met avant-gardistische elementen en moordende erupties. Door veel te experimenteren levert dat steeds weer andere materiaal op, de ene keer harder en op andere weer meer psychedelisch. Na een aantal prachtplaten op het label Les Disques Du Soleil Et De L'Acier krijgen de Fransen de kans om naast dit label in Amerika in 2000 ook op het Young God label van Michael Gira een cd uit te brengen. Olivier Manchion heeft de band dan al verlaten, hij maakt tot 2007 wel deel uit van de liveformatie, om zich te richten op zijn eigen project Permanent Fatal Error. Amaury Cambuzat geeft dan ook regelmatig acte de presènce bij de live optredens van de legendarische Duitse band Faust en wordt later één van de bandleden. Inmiddels bestaat de band uit Italiaanse en Franse leden en opereert soms als trio en soms als kwartet. Op hun achtste album, een aantal live en demowerken daargelaten, in 20 jaar tijd brengen ze als kwartet een mooie optelsom van al hun vorige werk. Naast Amaury (gitaar, zang, piano) zijn het ditmaal Nathalie Forget (Ondes Martenot, zang), Diego Vinciarelli (bas, achtergrondzang, Rhodes) en Luca Andriola (drums, percussie, achtergrondzang) die de band completeren. Ze brengen een uiterst afwisselende mix van typisch Franse noise, post-rock, avant-garde/rock, krautrock en experimentele muziek. Alles is uitgekiend en prachtig uitgebalanceerd met zowel stevige als uiterst subtiele stukken, die ergens uitkomen tussen Circle, Giardini Di Mirò, Apse, Faust, Bästard, Diabologum, Magma, PAS, Sonic Youth en God. Ze blijven één van de allerbeste bands uit de Franse noisescene!
Jon Collin – The Great Stink (cassette, Eiderdown, 2013)
Ecstatic Cosmic Union – XCU (cassette, Eiderdown, 2013)
Eiderdown Records houdt de kwaliteit hoog. Ook deze twee nieuwe professionele tapes zijn voorzien van prachtig artwork en – niet onbelangrijk – goede muziek. Jon Collin, zelf met zijn Winebox Press label ook niet geheel vreemd in de wereld van kleinschalige maar bijzonder verpakte releases, volgt met The Great Stink de weg die hij ingeslagen is met de High Peak cassettes. Improvisaties op de gitaar, akoestisch en vaak met slide, dat voor aangenaam abstracte bluesdrones zorgt. Vederop ook met verschillende doses aan distortion, dat de instrumentale nummers een aardig psychedelisch randje meegeven. Achtergrondgeluiden bevestigen dat dit live ingespeeld is door iemand wiens talent we de komende tijd in de gaten moeten blijven houden.
Ecstatic Cosmic Union is een stelletje uit Seattle, waarvan XCU voor zover ik kan vinden de debuutrelease is. Hoe dan ook, de kleren van de Eiderdown familie zit ze als gegoten. Instrumentale jams met gefilterde gitaar, spacy synths en zelfs bongo’s brengen je al vlot buiten de dampkring. Het tempo ligt meestal dub-achtig laag, wat maakt dat de muziek naast J D Emmanuel en Jonas Reinhardt ook aan een Sun Araw doet denken. Niet de minste vergelijkingen, en dat is wat mij betreft terecht.
J D Emmanuel – Trance-Formations II: Into Separate Realitie (lp, Deep Distance, 2013)
Gedurende de jaren 90 maakte kosmische synthgoeroe James Daniel Emmanuel composities on the road, reizend door Amerika voor zijn werk. Met kleine synthesizers als een Yamaha QY-10, Novation MM10 en een laptop wist hij uiteindelijk twaalf nummers gereed te maken voor een cd release die er nooit kwam. De nummers waren een tijdje geleden nog te downloaden op zijn eigen website totdat Deep Distance – wellicht geholpen door de relatieve bekendheid die Emmanuel dankzij de new age revival tegenwoordig geniet – heil in een vinyl release zag. Er zijn nog 6 nummers overgebleven in Emmanuel’s kenmerkende dromerige doch bewegelijke stijl. Toch verschilt deze lp wel degelijk van bijvoorbeeld zijn meesterwerk Wizards dankzij een prominentere rol van (artificiële) percussie. Het rechtvaardigt een nieuw plekje voor hem in de platenkast.
Daft Punk – Random Access Memories
Juist de specifiek Daft Punkige interjecties stonden me aanvankelijk tegen. Alsof de vocodertjes en keytars op zo'n Guest List-plaat maar helemaal achterwege hadden moeten blijven. Chique popliedjes voor een test drive (of outrun!) in een snelle bak. Dat willen we. En krijgen we. Na een paar keer luisteren sloot ik vrede met de robots. (Het stemmetje is bijvoorbeeld onmisbaar in de Chilly Gonzales-song.) Toch… Het leukste moment is er één voor in Daft Punk de Disney-musical: de dancing queen-piano van Touch. Waarom zegt Moroder trouwens geen 'hello my name is Hansjörg but everbody calls me Giorgio'?
Milk Carton Kids – The Ash & The Clay
Een hele plaat lang wordt hier een bordkartonnen doorslagje van Gillian Welch & Dave Rawlings uitgemolken. Zonder een centje macrobiotische pijn. Gewoon, brave kereltjes die te lang hebben zitten oefenen. En toch, en toch, ze doen het wel heel knap. Met de groeten aan Art Garfunkel (en Colonel Parker). 'Graceland is a ghost town tonight.'
Iron & Wine – Ghost On Ghost
Lekker smooth plaatje van Sam Beam. In de seventies style van Waylon Jennings' Dreaming My Dreams. Het vocale hoogstandje Joy klinkt dan wel weer een stuk recenter, en had op All Delighted People van Sufjan Stevens gepast. (Die gaat weer een of ander opdrachtwerkje componeren. Hmf.)
Leprous Coal
Ze komen uit Noorwegen en er zijn banden met black metal, maar vooral in de zin van familiebanden. Zanger Einar is namelijk de broer van Pål en Heidi Tveitan, die in Peccatum zaten met Ihsahn van Emperor waarmee Heidi (Starofash) ook getrouwd is. Leprous functioneerde dan weer als backingband van de laatste en hij doet ook wat gastvocalen. De muziek van Leprous is echter vooral progressieve metal te noemen, in de ware zin van het woord, dus geen warmbruine Mellotrons (nou ja, een paar) maar liever blinkende Pro Tools-experimenten. Dik in orde maar de band weet ook nog goede songs te schrijven en daarenboven heeft Einar, in tegenstelling tot zijn broer Pål (zie Peccatum-verrichtingen als 'Lord PZ'), een paar machtige stembanden die in het hoog zelfs nog voor een A-Ha-erlebnis zorgen.
Shankar Jaikishan Raga Jazz Style
Shankar Jaikishan was een van de roemruchte componistenduo's die een enorme catalogus aan Indiase filmmuziek bij elkaar hebben geschreven. In 1968 deden ze echter ook al een experimentje door de traditionele Indiase raga-muziek met jazz te mixen. Voor de liefhebbers van oriëntaalse jazz zoals Lloyd Miller, Salah Ragab, Ahmed Abdul-Malik en dergelijke. Het originele album is vast een collector's item maar een rip is te vinden op het onvolprezen MF3F blog.