Terwijl bij Anouk de mussen van het dak vallen en Rusland en Azerbeidzjan doorstoeien om niks, zijn wij alweer serieus bezig geweest met onze lijstjes uit het:
We luisterden naar: My Home Sinking, Saltland, Sun Kil Moon & The Album Leaf, Mainliner, CCR Headcleaner, Karl Hyde, Eliane Radigue, Heiko Laux, Heiko Laux & Diego Hostettler, The Haxan Cloak, Kongh Kassel Jaeger en Landverraad. En gingen naar: Jessika Kenney & Eyvind Kang.
My Home, Sinking – My Home, Sinking (cd, Facture)
De Italiaanse componist Enrico Coniglio maakt al sinds 2002 albums onder zijn eigen naam. Zeven om precies te zijn en meestal vol neoklassiek, ambient en experimentele muziek. Nu debuteert hij met dit nieuwe project, in gelimiteerde oplage uitgebracht op het spraakmakende Facture, dat gelieerd is aan Fluid Audio. Hiermee sluit hij naadloos aan op zijn vorige werken, zij het dat hij er een haast This Mortal Coil-achtig geheel van maakt. Dit komt onder meer door gastzanger(es)s(en) Barbara De Dominicis, Laura Sheeran en Marc Aubele, maar ook door de bijdragen van celliste Katie English (Isnaj Dui) en toetsenist Orla Wren (Tui). Verder zorgt Coniglio met gitaren, synthesizer, harmonica, melodica, sampler, veldopnames, vinyl en spoken word voor de rest. Hoewel je al verkocht bent door de verbluffende verpakking, is de muziek ook weer van een bijzondere buitencategorie. Een overtuigende, etherische mix van ambient, speelse elektronica, neoklassiek, etherische postrock en uiterst subtiele experimenten. Dit had in de jaren 90 zo op 4ad gepast. Diepgravende, intieme en bovenal onaardse schoonheid en zielenroerselen maken hier namelijk de dienst uit. Fans van Cocteau Twins, Birds Of Passage, Richard Skelton, This Mortal Coil, Grouper en Heidi Harris weten hiermee wel raad. Prachtig!
Saltland – I Thought It Was Us But It Was All Of Us (cd, Constellation)
De Canadese zangeres en celliste Rebecca Foon, ook wel Beckie Foon, heeft behoorlijk wat bands versleten. Set Fire To Flames, The(e) Silver Mt. Zion Memorial Orchestra & Tra-La-La Band, Esmerine, Fifths Of Seven, The Mile End String Ladies Auxiliary, Désormais, Land Of Kush, Hrsta en meer hebben haar in de gelederen (gehad). Samen met percussionist/programmeur Jamie Thompson (The Unicorn, Islands, Esmerine, The Hidden Words) start ze nu haar nieuwe project, waarbij de cello en haar etherische zang een heel grote rol krijgen. Met maar liefst 12 gastmuzikanten uit onder meer Arcade Fire, Patrick Watson Band, Bell Orchestre, The National, Triple Burner, Little Scream, Islands, Esmerine en Torngat op bas, gitaar, zangf, fluit, viool, sax, trompet, klokkenspel, percussie, harp, draailier, keyboard en programmering kleurt ze haar innovatieve creaties in. Op sax is het trouwens niemand minder dan Colin Stetson die acte de présence geeft. Ze brengt in feite de fraaie, neoklassieke cellomuziek van bijvoorbeeld Julia Kent en David Darling in combinatie met drones, kamermuziek, folk, improvisaties, experimenten, ambient, minimal music en droompop. Daarbij fungeert haar ijle zang als de sirene die je door alles heen loodst in plaats van je op de klippen te laten lopen. Een ijzersterke mix van al hetgeen ze hiervoor gedaan heeft en dat op een hoog niveau. Een overdonderende beauty!
Luister Online bij Soundcloud:
Treehouse Schemes
Sun Kil Moon & The Album Leaf – Perils From The Sea (cd, Caldo Verde)
Voormalig Red House Painters en huidige Sun Kil Moon kopman Mark Kozelek is lekker bezig. Eerst de cd Like Rats vol ludieke covers. Binnenkort een album met Desertshore en nu tevens één met Jimmy LaValle (ex-The Locust, ex-Tristeza, GoGo Airhead) van vooral het fantastische The Album Leaf. In tegenstelling tot Mark is het rond Jimmy al ruim 6 jaar stil en is het doorbreken ervan al een prettig feit. Merkwaardig gegeven is dat deze schijf zowel als bovenstaand als Mark Kozelek & Jimmy LaValle in de markt is gebracht. Maakt voor de muziek niets uit, want die is op beide versies identiek. Nu klinkt Mark’s herfstige stem al mooi als je op een kartonnen doos
ramt, maar de muzikale omlijsting zorgt op zijn solo- en groepalbums voor een verschillende uitkomst, de ene net wat sterker dan de andere. Hoewel hij meestal in de rockhoek zit passen de elektronische creaties van LaValle hier als een jas. Nog altijd weet hij uiterst stemmige, melancholisch elektronica te brengen, die wel enigszins tegen de postrock aanleunen. De zang van Mark komt hier echt schitterend uit de verf. Een meer dan uitstekende combinatie, want het is een wonderschoon, droefgeestig werk geworden.
Mainliner – Revelation Space (lp, Riot Season, 2013)
Het laatste teken van leven van Mainliner was twaalf jaar terug, met een album op PSF, en het meesterlijk harde debuutalbum Mellow Out is alweer van 1996. Gitarist Kawabata Makoto heeft het overduidelijk druk genoeg met Acid Mothers Temple. Toch is daar opeens Revelation Space, weliswaar niet ingespeeld met de originele line-up, maar wel een comeback album van formaat. Een repetitieve ritmesectie vormt de basis waarop Makoto tekeer gaat met intensieve, krakende en piepende noiseriffs in de vogelvrije, typische Japrockstijl. Het is bruut, rauw, spacy en het schuurt de zintuigen. Wat ik zeg, een comeback album van formaat.
CCR Headcleaner – s/t (7”, Caesar Cuts, 2013)
De twaalf minuten die deze single duurt, voelen na afloop als een half uur. De vier nummers zijn een dermate vurige en gestoorde versie van een oude Dinosaur Jr. plaat dat een heftige reactie niet kan uitblijven. Laat ik zeggen dat ik bij Life of the Party zin krijg om al headbangend aan de lampen door de huiskamer te slingeren. Drie gitaren doen veel van het werk, maar de voordracht van de zanger – met hardcore- en punktrekjes – doet ook een flinke duit in het zakje. Zelfs de wat langzamere nummers beuken je uiteindelijk gevoelloos met hopen distortion en psychedelica, wat van deze band een heilige mix maakt van verwrongen grunge en geflipte noise.
Karl Hyde – Edgeland
Haters van de 'en nu gaat die knakker weer wat wauwelen'-interludes op de Underworld-platen moeten hier verre van blijven. Edgeland klinkt zoals je verwacht. Het is rommelig en schetsmatig geïmproviseerd – Hyde op de tast dwalend door zijn eigen hoofd – maar af en toe raakt hij dan ineens de juiste snaar. Een liedje als Slummin' It For The Weekend is bijvoorbeeld erg sterk. Zéker in de Brian Eno-mix, die nagenoeg alle elementen overboord kiepert. 'What are you doing tonight? What are you doing now?'
Jessika Kenney & Eyvind Kang @ Worm, Rotterdam
De avond voor dit optreden, in Duitsland, had het publiek nogal hoog van de toren geblazen over puurheid en ekte ekte traditie. Jessika en Eyvind hebben er zodanig hun bekomst van dat ze hier in Rotterdam uit een iets ander vaatje tappen dan toen ze hier vorig jaar waren. Experimenteler, vrijer en er wordt zelfs een rondje gelopen. Het maakt het allemaal niet minder mooi, zelfs het Soendanese stuk met octaver op Jessika's stem en Eyvind die aan het einde nog eens ouderwets schuurt en kraakt is weer mooi. Altijd nog beter dan het gekraak van een statief van de fotografe wat het begin een beetje verstoort en gereutel wat doorklinkt uit de bar gedurende de hele set, maar ik probeer me er niet door af te laten leiden, dat zou zonde zijn.
Eliane Radigue Ψ 847
Ψ 847 is een stuk voor de ARP synthesizer uit 1973 van iets meer dan 80 minuten. Dit was de reden dat het tot op heden nog niet uitgebracht werd. Na een uitvoering in 2012 op het CTM Festival in Berlijn is ze toch overstag gegaan en heeft ze het ingekort tot omstreeks 72 minuten en kunnen we er ook thuis van genieten. Ik ben geen liefhebber van digitale media, maar je zou tegenwoordig natuurlijk best lossless uit kunnen brengen op de originele lengte. Maar goed, ik vind de verpakking én de schijfjes ook fijn. At any rate, het is een prachtig stuk, zoals we gewend zijn een drone die spannend, subtiel en rijk aan detail is.
Heiko Laux – Re-Televised (Missile, 1998)
Heiko Laux – Re-Televised Re:Vision (Thema, 2013)
Heiko Laux & Diego Hostettler – Chicken Understood (Kanzleramt, 2013)
Eind jaren 90 bracht Heiko Laux de 12” Re-Televised uit. Geen idee of dit werkje toen enige potten deed breken, maar er kwam onlangs wel een EP met een aantal remixen uit. Dus óf het origineel ging destijds anoniem de boeken in, óf het was dermate succesvol dat het derde lustrum gevierd wordt met deze herzieningen van het origineel. Om met die laatste te beginnen: dik tien minuten aan donkere, gestaag doorronkende, minimale techno met een industrieel tikje. Ik vind het fijn. De remixen borduren hier op voort. Die van Luca Mortellaro (Lucy) voegt echter weinig toe. De mix voelt iets warmer en wolliger, maar daar is het meeste wel mee gezegd. De andere twee revisies van Donor & Truss zijn iets interessanter. Iets. De eerste benadrukt het industriële karakter van Re-Televised en verweeft het monotone technoaspect in de achtergrond. De tweede heeft enigszins dezelfde insteek, maar de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ik me halverwege de track nogal erger aan een soort van achtergrondruis, ook al brengt de mix op dat moment juist wat meer variatie ten gehore. Al met al kan ik er weinig mee. Dus ik luister het origineel nog eens en concludeer dat je sommige dingen gewoon met rust moet laten.
Vrijwel tegelijk met Re-Televised Re:Vision verscheen een andere EP van Heiko Laux, ditmaal een samenwerking met Diego Hostettler. Ik kende deze Zwitser niet, maar hij blijkt al een flink aantal releases op Heiko’s label Kanzleramt te hebben. Deze EP biedt ons twee originelen die gepaard gaan met twee remixen. Het titelnummer raakt de benodigde technosnaren aan alle kanten: warm, wah-wah, wollig, stoempend, edoch subtiel. Heerlijk nummer. De Truncate remix tipt er niet aan. Relentless volgt en gaat meer op de electro/techno toer. Bevreemdend en dancefloor tegelijk, alsook hypnotiserend. Hostettler maakte zelf de remix, die louter is te vinden op de digitale release. Met reden.
The Haxan Cloak – Excavation (Tri Angle, 2013)
Drone, ambient, electronisch, dub. Donker, eng, broedend, mistig, beangstigend, hevig, mysterieus, overweldigend, zwaar, verlichtend, openbarend. Verschrikkelijk, goed. Echt verschrikkelijk goed.
Kongh – Sole Creation (Agonia, 2013)
Kongh is een Zweeds trio dat al bijna 10 jaar aan de sludge/doomweg timmert. Ik had ze nog niet eerder gehoord en betwijfel of ik ze vaker zal gaan luisteren. Sole Creation bevat vier lange, logge nummers die gemiddeld na 11 minuten uitklokken. Het beukt allemaal vrij aardig en hier en daar wordt er op gepaste momenten gestrooid met tempowisselingen. Maar ik denk dat ik een beetje sludgemoe ben, want ik heb het gevoel dat ik dit al tig keer eerder heb gehoord, en ook al tig keer beter. Nergens ontstijgt deze plaat de middenmoot. Het afsluitende nummer is zelfs dermate pathetisch, dat ik me genoodzaakt zag de rode knop te gebruiken. Sole Creation doet me onder andere denken aan het latere, progressievere werk van Mastodon, maar minder geïnspireerd en met matige vocalen. Dus dan kies ik toch liever voor het logge Amerikaanse monster.
Kassel Jaeger – Fernweh (Senufo Editions, 2012)
Ondertussen is de plaat alweer een half jaar oud, maar toch mag hier nog wel wat over gezegd worden, al was het maar omdat ik hem zelf nog niet zo lang heb. Kassel Jaeger is een muzikant/componist die verbonden is aan de GRM studios in Parijs. De legendarische studios waar ook Pierre Henry, Pierre Schaeffer en Luc Ferrari baanbrekend werk hebben gedaan. Waar deze heren zich bezig hielden met musique concrete laat Jaeger ons toch een heel ander, vooral moderner geluid horen.
Wat Jaeger laat horen is duidelijk computer muziek, al is voor een groot deel de basis van de muziek afkomstig van veldopnames. Dat wat hij laat horen is echter niet de standaard veldopname muziek zoals we die kennen van BJ Nilsen of Chris Watson, nee in dit geval worden de veldopnames nog veel meer bewerkt zodat de originele bronnen niet meer herkenbaar zijn. Dit resulteert in lang aanhoudende tonen, drones en ruizige repterende elementen die als geheel een spannende luisterevering creeëren die behoorlijk uniek is. Net zoals op zijn eerdere releases, zoals Algae (Senufo Editions, 2011) en Deltas (Editions Mego, 2012) maakt Kassel Jaeger hier duidelijk een uitzonderlijk goed muzikant te zijn eigenlijk nog niet de aandacht krijgt die hij verdient.
Luister hier een stuk van de plaat
En koop de plaat hier: Senufo Editions.
Landverraad – No Love For A Nation (Mosh Potatoes, 2012)
Landverraad is een deels Amsterdams en deels Nijmeegs kwartet dat sinds een aantal jaar de Nederlandse, maar ook Internationale podia voorziet van een goed gedoseerde anarcho-punk/crust hardcore show. Ik zag ze spelen op het underground festival SOTU Festival in Amsterdam waar de 2 dames en heren direct mij wisten te triggeren met de speelsheid en energie in hun show.
Op de 7” No Love For A Nation is dit niet veel anders. In zes korte nummers krijgen we een stortvloed aan boosheid jegens de maatschappij en politiek over ons heen gestord. Ze spelen in de stijl van Lärm, Charles Bronson en in mindere mate Seein’ Red en weten daarin ook volledig te overtuigen.
Echt origineel is deze muziek niet te noemen, al komt het niet zo heel vaak voor dat in deze muziek de zang volledig is weggelegd voor de dames. En juist dat maakt het wel weer wat bijzonder om te checken. Ze schuwen dan ook thema’s over sexisme en de liefde voor moeder (wat eigenlijk ook weer met politiek te maken heeft) niet en doorbreken daarmee het macho gevoel dat je nog wel eens wilt krijgen bij deze muziek.
Terecht boze muziek die, als je een hart hebt voor crust punk je eigenlijk niet links mag laten liggen.
Luister en download de EP hier gratis
Of mail ze om de 7” te kopen via hun website: http://landverraad.wordpress.com/