Het schaduwkabinet: week 15 – 2025

Torenhoge importheffingen. Als ze maar van de muziek afblijven ten behoeve van de ellenlange lijstjes uit het:

SCHADUWKABINET

Ik luisterde naar: Miki Berenyi Trio, Bon Iver, Deafheaven, Fiesta Alba, Florist, Michael Grigoni & Pan American, Index For Working Musik, June McDoom, Alison O’Donnell & Gayle Brogan, Stranded Horse with Boubacar Cissokho en Penelope Trappes.

 


 

Jan Willem

Miki Berenyi Trio – Tripla (cd, Bella Union)
Mijn liefde voor het 4AD label en dan met name de bands uit de jaren 80 en 90, komt mede voort door bands als Lush. Deze groep past er echt helemaal bij met hun mix van droompop en shoegaze. Zangeres en gitariste Miki Berenyi heeft daar een groot aandeel in. Saillant detail is dat ze een nicht is van artiest Cornelius. De groep stopt echter abrupt na de dood (zelfmoord) van bandlid Chris Acland in 1996. Berenyi wil om begrijpelijke redenen niets meer weten van Lush en vervult erna enkel nog wat gastrollen bij onder meer Moose. In 2016 wordt Lush middels een single toch weer even leven ingeblazen, maar dat bleef het bij. Miki Berenyi keert wel terug met de nieuwe groep Piroshka, waar ze twee albums mee heeft gemaakt. Nu is ze terug met het album Tripla en haar Miki Berenyi Trio. Naast haarzelf zijn het Kevin McKillop (Moose, Piroshka) en Oliver Cherer (Dollboy, Silver Servants, Statues In Fog) die dit drietal completeren. Ze brengen 9 songs vol droompop, shoegaze en indiepop, waarbij ze veelvuldig keyboards inzetten. Natuurlijk is het meteen weer genieten van Miki’s kenmerkende zang. De muziek sluit dikwijls aan bij haar vorige projecten, dus ook dat is een feest der herkenning. Niet alle songs zijn even sterk, maar wel meer dan genoeg. Sowieso een must have voor de fans van haar andere bands, maar hiermee kan ze ook best eens een nieuwe doelgroep aanboren.

 

Bon Iver – SABLE, fABLE (cd, Jagjaguwar / Konkurrent)
Ik wilde gekscherend nog een keer aanhalen, dat toen kopman Justin Vernon met zijn Bon Iver startte in een berghut was gekropen. Ja, en er weer uitkroop om het debuut For Emma, Forever Ago (2007), dat inmiddels een ware klassieker is, te presenteren. Vernon maakt erna nog drie sterke albums, waarvan de laatste in 2019. Hij raakt vaker in een dal, kampt met angsten en andere zaken. Maar hij had weer een terugtrekking en reset nodig, dus weer de berghut in. Het resultaat ervan was vorige herfst al te horen op de epee SABLE. In de drie tracks vond hij het tijd om jaren van opgebouwde duisternis uit te pakken. Terug naar de basis en van daaruit weer verder. Veel ervan leunt meer op zijn zang, die ook donkerder klinkt. Hij mag rekenen op zijn gebruikelijke muzikanten, die hem flankeren met onder meer pedal steel, viool, saxofoon, trompet en zang. Het is emotievol, invoelbaar en erg fraai wat hij hier laat horen. Hierna volgden nog 9 tracks, die hij als fABLE bestempelde. Die zijn beide nu als één album verschenen. Op het tweede deel maakt hij meer gebruik van elektronica, echter zonder dat hij daarmee de emoties onderuit haalt. Het is ook wat soulvoller. Je merkt wel een soort opluchting ten opzichte van de eerste drie tracks. En hoewel het uit duizenden herkenbaar is als Bon Iver, zit er weer iets urgents achter dat het naar een hoger niveau tilt dan het vorige album. Aan de andere kant moet een slecht album van Bon Iver nog geboren worden (of liever niet natuurlijk).

 

Deafheaven – Lonely People With Power (cd, Roadrunner)
Deafheaven is een Amerikaanse band, die in 2010 is opgericht en nog wel eens het stempel post-metal opgedrukt krijgen. Op hun albums knopen ze dikwijls black metal aan shoegaze en post-rock plus extreem geschreeuw. Hun onvolprezen Sunbather (2013) blijft voor mij nog altijd het beste wat ze ooit gemaakt hebben. Toch mogen de albums daarna er ook wezen, laat daarover geen misverstand bestaan. Ze vinden altijd een manier om muziek totaal anders en origineel aan te vliegen. Dat is ook weer het geval op hun zesde album Lonely People With Power. Het vijfkoppige collectief heeft de gedachte van hun vorige album, namelijk om geen extreem harde muziek te maken, helemaal losgelaten. Althans dat lijkt in de eerste paar nummers wel zo. Daarna volgen er ook rustiger stukken met shoegaze en “normale” zang. Tevens zijn Jae Matthews van Boy Harsher en Paul Banks van Interrpol te gast. Ze maken hier een mengelmoes van echt verpletterend harde black metal en iets dat je wellicht black gaze noemt. Hard en diepgravende emoties gaan hier hand in hand, maar ook als het zachter is komt het hard binnen. De band in topvorm levert hier een overdonderend album af.

 

Fiesta Alba – Pyrotechnic Babel (cd, Bloody Sound / Peyote Press)
Het Italiaanse combo Fiesta Alba heeft al eens een gelijknamige mini uitgebracht, wat een geweldig visitekaartje was met hun gevarieerde cocktail van art rock, elektronische punk, Afrikaanse ritmes, dub en avant-garde. Nu zijn ze terug met hun eerste volledige debuut Pyrotechnic Babel. De groep bestaande uit Octagon (compositie, gitaren), Dos Caras (producer, digitaal/synthetische sound), Fishman (bas) en Pyerroth (drums). Ze trekken de lijn van hun mini door en breiden het klankpalet nog meer uit en hebben dit tevens verfijnd. Het levert 10 complexe maar tegelijkertijd pakkende songs op, waarbij ze in 7 tracks mogen rekenen op gastvocalisten Katarina Poklepović (So Beast), Gianis Varoufakis, Sister LB, Judicious Brosky (RSS Boy 1), Alessandra Plini, Pape Kanoute en (wijlen) Mark Fisher. De groep veranderd als een caleidoscoop van muziekstijl, zonder dat het nu een chaotisch allegaartje wordt, hetgeen er knap is gedaan. Maar zo begin met een combinatie van hip-hop en art rock en eindig je uiteindelijk met griot muziek en dub. En daartussen gebeurt van alles, dwars door genre- en cultuurgrenzen heen. Probeer maar eens chocolade te maken van een steeds wisselende mix van Kae Tempest, Battles, The Ex, Fela Kuti, Adrian Sherwood, Peter Kernel en King Crimson. Een sensationeel debuut!

 

Florist – Jellywish (cd, Double Double Whammy)
Florist is het in 2013 gestarte kwartet rond de op echt narcotiserende wijze zingende Emily Sprague, die er overigens ook een solocarrière op na heeft gehouden. Doorgaans brengen ze een behoorlijk droefgeestige en ingetogen mix van van folk, droom- en indiepop naar buiten, hetgeen al vier prachtalbums heeft opgeleverd. Hun gelijknamige album uit 2022 dook destijds in nogal wat jaarlijsten op; en terecht. Ze zijn nu terug met hun vijfde album Jellywish, waar ze in ruim een half uur tien nieuwe songs het licht laten zien. De groep bestaat hier naast Emily weer uit Jonnie Baker, Rick Spataro en Felix Walworth. Ze kneden hun songs weer op uiterst sobere wijze met klei dat van pure melancholie lijkt te zijn gemaakt. Dat decoreren ze vervolgens met subtiele details in kleine experimenten. Het lijkt zo eenvoudig en fluweelzacht allemaal, maar het is zo hard raak en doet gewoonweg veel met je. Verplichte kost voor liefhebbers van Big Thief, Aldous Harding, Soccer Mommy, Nick Drake en Japanese Breakfast. Wat een weelderig album weer vol breekbare en emotioneel geladen schoonheid.

 

Michael Grigoni & Pan American – New World, Lonely Ride 9cd, Kranky / Konkurrent)
Een nieuwe release op één van mijn favoriete labels Kranky, is altijd iets om op voorhand naar uit te zien. New World, Lonely Ride is de eerste samenwerking tussen de Amerikaanse muzikanten Michael Grigoni en Mark Nelson aka Pan American. Grigoni (pedal steel, lap steel, dobro), tevens godsdienstwetenschapper, heeft al albums ambient met drones en uitgebracht onder zijn eigen naam, samen met Stephen Vitiello en met de groep Between. Mark Nelson (gitaar, mandoline, synthesizer) is met zijn Pan American als sinds 1997 bezig. Hiermee maakt hij doorgaans patchworks van ambient, glitch, drones, lichte beats, softnoise, organische, gevonden geluiden en spaarzame zang, waarbij de gitaar nogal eens de basis vormt. Hij is ervoor (en tijdens) ook lid van de geweldige band Labradford en later ook met het daaraan verwante Anjou. De titel van dit nieuwe album verwijst naar de meditatieve oriëntatie. Het duo biedt een reeks reflecties op onze tijdsgeest, waar isolatie en eenzaamheid mede als nasleep van de pandemie nog na echoën, de breuken die ons politieke discours ontsieren en de onzekerheid die zich heeft gestempeld op de toekomst van de democratie. De muziek is als tegenhanger op dit alles uiterst rustig en zorgt voor bezinning. Tevens wordt je even helemaal uit de realiteit gehaald. Het zou ook ideale muziek zijn na een lange werkdag. Hoewel het als een ambientalbum aandoet, zitten heel subtiel elementen van folk, altcountry en blues doorgeen. Ze landen (of zweven) hiermee ergens tussen Dif Juz, Yellow6 en Brian Eno. Een heerlijk landerig album om weer even op adem te komen.

 

Index For Working Musik – Which Direction Goes The Beam (cd, Tough Love / Konkurrent)
DRIFT., Leave The Planet en Phosphor zijn allemaal project waar Nathalie Bruno eerder bij betrokken is geweest. Deze Londense is inmiddels met Max Oscarnold verder gegaan als Index For Working Musik, waarvan het debuut Dragging the Needlework for The Kids at Uphole zo’n twee jaar geleden is verschenen. Hierop bewegen ze ergens tussen droompop, shoegaze en alternatieve rock. De groep bestaat verder uit Bobby Voltaire, Dominic Odair en Edgar Smith. Ze presenteren nu hun tweede album Which Direction Goes The Beam. Ja en de vraag stellen is hem zelf beantwoorden: alle kanten op. De genoemde genres zijn hier nog steeds aanwezig, maar ook avant-garde, psychedelische rock, experimenten en vooral ook een flinke dosis postpunk. Dat vliegen ze op hun eigen wijze aan, waaruit 12 onderscheidende songs rollen. Het is geheimzinnig, broeierig en uiterst intrigerend. Hoewel de vergelijkingen nooit helemaal opgaan, moet je denken aan iets dat zich ophoudt tussen Wire, The Velvet Underground, Sonic Youth, Thee Hypnotics, This Kind Of Punishment en Joy Division. Ze rangschikken veel muziek geheel opnieuw en laten daar hun muziek uit voortkomen. Hun debuut was al sterk, maar ze zijn er hier toch op alle fronten overheen gegaan.

 

June McDoom – June McDoom (cd, Temporary Residence Ltd. / Konkurrent)
De New Yorkse singer-songwriter June McDoom is weliswaar opgegroeid met reggaemuziek, die door elke kamer in haar ouderlijke huis weerklonk. Pas later ontdekte ze de folk muziek uit de jaren 60 en 70, waar ze een hele grote liefde voor ontwikkelde; vooral Judee Sill. Tijdens haar studie in haar huidige woonplaats voor een graad in Jazz Performance, kwamen daar ook nog jazz en vroege soul bij. In 2023 liet ze haar gelijknamige 12” debuut het licht zien. Hierop krijg je 5 intense, ongepolijste folksongs waar wel wat van jazz en soul andere invloeden doorheen zitten. Het is allemaal heerlijk droefgeestig. En de muziek is echt van een naturelle schoonheid, haar stem is ronduit magisch. Ze heeft, ook muzikaal soms, wel wat weg van een mix van Bonnie Beecher, Sibylle Baier, Mirel Wagner, Nancy Elizabeth, Karen Dalton, Nina Simone en een toefje van Elizabeth Frazer. Je kan wel voorstellen hoe bedwelmend mooi dat is. Daarbij zijn de opnames met wat ruis erbij gemaakt, wat een mysterieuze uitwerking heeft. Zeker met die heerlijke muziek eronder, die met gitaar, piano, bas en op de achtergrond geluiden van strijkers en drums. Een jaar later is ze terug met weer een 12”, With Strings geheten. Hierop vind je 4 tracks, die op haar zang na iets helderder zijn opgenomen. Ze krijgt hier rugdekking van diverse gasten op harp, cello, altviool en violen, die onder andere twee nummers van de eerste mini van strijkers voorzien. De rest doet ze net als op de eerste 12” samen met Evan Wright. Daar waar het hier soms iets minder mysterieus is, krijg je weer veel nostalgische schoonheid terug. Ook heel mooi is haar vertolking van de klassieker “Black Is The Color Of My True Love’s Hair”. Nu zijn beide 12”-es plus de single “The City” gebundeld op cd.

 

Alison O’Donnell & Gayle Brogan – A Colloquy Of Birds (cd, Sonido Polifonico)
De inmiddels 72-jarige Ierse singer-songwriter Alison O’Donnell draait al heel lang mee in de muziek business. Ooit begon ze bij Mellow Candle, maar daar is door de jaren heen zoveel bijgekomen, zowel solo als legio gastoptredens en in bands als United Bible Studies. Ook de Britse Gayle Brogan, beter bekend als Pefkin, is al even onderweg. Ooit begonnen bij Electroscope en later lid van Burd Ellen, Greenshank en Meadowsilver. Deze twee hebben nu samen eens flink gesproken over vogels en het album A Colloquy Of Birds uitgebracht met in totaal 15 tracks van samen ruim een uur. Het is een verzameling liedjes, dat geïnspireerd is door de folklore van vogels, waar ze jaren aan gewerkt hebben. De cd opent nog met redelijk gangbare folk, maar naarmate het album vordert doen ook drones en de meer bevreemdende en experimentele elementen hun intrede. Met zang, viool, omnichord, shruti box, citer, harmonium, melodica, korg, synthesizer, duimpiano, orgel, harp en psalterium brengen beide dames al veel en op afwisselende wijze. . Her en der mogen ze rekenen op steun van Alan Davidson (Kitchen Cynics), Grey Malkin (The Hare And The Moon, Meadowsilver, The Black Swan Triad) en David Colohan (Agitated Radio Pilot, United Bible Studies, Taskerlands), die allerhande instrumenten brengen voor de verdere details. Het levert een biologerend folkalbum op, dat echt op bijzondere en mooie wijze ingekleurd is. Voor de rest moet je het zelf maar uitvogelen.

 

Stranded Horse with Boubacar Cissokho – The Warmth You Deserve (cd, Ici D’Ailleurs)
Net na de millenniumwisseling is er voor mij een nieuwe muzikale held opgestaan, namelijk de Franse muzikant Yann Tambour. Hoewel hij echt een gitaarvirtuoos is en ook op de kora zijn weg weet, komt hij eerst met het fantastische, hoofdzakelijk elektronische project Encre. Door de Toumani Diabaté, een virtuoos op de kora, plus de boodschap die Tambour wil uitdragen, wijzigt hij zijn muzikale koers drastisch; hij schaft zelf ook meerdere kora’s aan. De brug tussen zijn eerste project slaat hij met de mini Encre A Kora (2006). Hieruit vloeit zijn volgende band Thee, Stranded Horse voort, dat eigenlijk al het jaar ervoor is gestart. Hiermee levert hij twee prachtige albums af, waarop hij een blend van hij folk en rock met Afrikaanse elementen laat horen. Hij kan overigens in perfect Engels zingen door zijn studie van die taal in dat land. In 2011 doopt hij de naam om tot Stranded Horse, waar heel af en toe weer wat meer van zijn vroegere sound doorgeen schemert. Hij steekt daarbij zijn liefde voor Tyrannosaurus Rex, Jackson C. Frank, Palace en Joy Division niet onder stoelen of banken. Door diverse reizen naar Afrika, onder meer Senegal en Mali, zorgt ervoor dat zijn sound steeds meer de Afrikaanse kant opgaat en ook dat zijn muziek steeds rijker ingekleurd wordt; mede door artiesten van daar. Op zijn inmiddels vierde album The Warmth You Deserve met dit project werkt Tambour (zang, gitaar, kora) samen met de Senegalese koraspeler Boubacar Cissokho. In drie kwartier leveren ze hier 9 nummers, die maar eens te meer aantonen wat een rijke sound de kora en gitaar in huis hebben. Het duurt namelijk even voordat je door hebt dat er niet meer dan dat en zang is wat voor zo’n vol geluid zorgt. Ze smeden indrukwekkende lassen tussen de jaren 70 psychedelische folk, Afrikaanse en hedendaagse singer-songwriter muziek. Nog belangrijker is dat het op overtuigende wijze ook nog eens van een uitzonderlijke wereldse pracht is allemaal.

 

Penelope Trappes – A Requiem (cd, One Little Independent / Konkurrent)
Penelope Trappes is een Australische zangeres, producer en multi-instrumentalist, die al wat jaren in het Engelse Brighton woont. Ze heeft albums uitgebracht met de groepen Lismore en The Golden Filter, maar de laatste jaren vooral onder haar eigen naam. A Requiem is haar vijfde volledige album. Het is een rauwe, spirituele reis geworden, waar ze verlies en de dreiging ervan onderzoekt. In een Bandcamp Listening Party onlangs, zei ze dat daar ook de heimwee naar haar vaderland, dat soms opspeelt, een rol heeft gespeeld. Om alles goed te kunnen doorleven heeft ze een tijd in eenzaamheid in Schotland doorgebracht. Het resultaat omvat 10 nummers vol spookachtige ambient soundscapes, waar mysterieuze zang, cello drones en allerhande elektronische geluiden de dienst uitmaken. Over dat alles zit ook nog een donker en droefgeestig vernis. Het is bezwerend, zwaar en toch ook breekbaar. Ze houdt het midden tussen Hilary Woods, Fever Ray, Elizabeth Anka Vajagic, Deaf Center, Scott Walker en Lisa Gerrard. Wat een meesterlijk prachtig en contemplatief album.

Comments

comments

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.