Terwijl we hopen op vrede, toch weer wat muzikale afleiding in het:
SCHADUWKABINET
We luisterden naar: Alex Cameron, Jenny Hval, Kee Avil, ORD, Pictish Trail, A Place To Bury Strangers, Θ en Various Artists: Zona Electronica.
Jan Willem
Alex Cameron – Oxy Music (cd, Secretly Canadian / Konkurrent)
Oxy Music is alweer het vierde soloalbum van de Australische zanger/muzikant Alex Cameron, die hiermee toch duidelijk naar een zekere band lijkt te verwijzen. Zelfs de pose op de cover is er één van Bryan Ferry. Wellicht een eerbetoon, want muzikaal gezien zijn de overeenkomsten niet heel groot, hoewel beide wel een saxofoon en keyboard dan wel synthesizer in het instrumentarium hebben zitten. Maar voor de rest doet Cameron met zijn prettige zangstem hetgeen hij het best in is, namelijk meeslepende verhalen vertellen en die van een originele muzikale omlijsting voorzien. Alex (zang, piano, keyboards, drummachine) mag rekenen op de steun van maar liefst 9 muzikanten op saxofoons, drums, percussie, bas, gitaren en veel op zang, waaronder Jason Williamson (Sleaford Mods). Het levert 9 pakkende songs op, die gaan over mensen die buiten het systeem vallen en zich in de grijze gebieden van het leven bevinden, over mensen die door omstandigheden zwaar aan de alcohol, drugs of andere pijnstillers zijn geraakt. Hoewel deze thema’s een heel zwaar album doen vermoeden, weet Cameron hier toch een redelijk luchtig geheel van te maken. Dus wel met de nodige diepgang, maar niet zwaar op de maag liggend. Het is allemaal eerder troostvol, reflecterend en gewoonweg fraai en liefdevol. En “love is the drug” is hetgeen we nodig hebben.
Jenny Hval – Classic Objects (cd, 4AD)
De Noorse zangeres Jenny Hval heeft solo inmiddels een aardige reputatie opgebouwd als het gaat om recalcitrante avant-garde met onderwerpen die voor sommigen grenzen aan het onfatsoenlijke. Ik vind dat juist wel fascinerend, maar snap wel dat niet iedereen daarop zit te wachten. Maar ze is op z’n minst een boeiend artiest te noemen, hetgeen al begon met de groepen Shellyz Raven, Folding For Air, Nude On Sand en haar soloproject Rockettothesky. Ze maakt daarnaast muziek met Susanna (Wallumrød) en in de groep Lost Girls en is daarmee echt een uiterst veelzijdig artiest. Nu brengt ze haar zesde soloalbum Classic Objects uit op mijn geliefde 4AD, dat wel de glans van de jaren 80 en 90 ietwat verloren heeft, maar waar toch met enige regelmaat nog onderscheidende artiesten opduiken. Het gekke is dat artiesten, die het label van weleer kennen, er altijd met enig respect mee om lijken te gaan. Niet dat het label per se grenzen kent, maar toch, het is wel 4AD. Dat lijkt op dit nieuwe album van Hval ook zijn weerslag te hebben. Het is voor haar doen een braaf maar bepaald niet saai album geworden. Ze heeft het experiment en ondoorwaadbare verruild voor het meer toegankelijke en avontuurlijke. Dat levert 8 ijzersterke songs op, die samen net boven de 42 minuten eindigen. Hval (zang, keyboards) mag daarbij rekenen op steun van diverse gastmuzikanten op keyboards, (koor)zang, gitaar, bas, percussie, drums, veldopnames en piano. Ze kleurt nu wat meer binnen de lijntjes, maar doet dat wel met minder gebruikelijke kleuren. Hierdoor blijft ze toch een heerlijk vreemde eend in de bijt, die bovendien niet simpelweg kwaakt maar haar uitzonderlijke status goed gebekt enkel waarmaakt. Ook kent de muziek echt bijzondere geluiden en wendingen, die eens te meer haar klasse onderstrepen. Hoewel ze een unicum is, zal dit liefhebbers van Susanna, Bel Canto, Lisa Germano, Julia Holter, Robyn, Austra en Cocteau Twins wel aanspreken. Een totaal andere kant van Jenny Hval, maar ook daarmee weet ze een intense indruk achter te laten.
Kee Avil – Crease (cd, Constellation / Konkurrent)
Boe! Er zijn toch wel van die artiesten, die je even wakker weten te schudden, te verrassen en totaal weten te overrompelen. Geen platgetreden paden en toch enigszins toegankelijk. Dat is ook precies de koers van de uit Montreal afkomstige producer en muzikante Vicky Mettler a.k.a. Kee Avil op haar debuut Crease. Deze is uitgebracht op het sublieme en innovatieve Constellation label, dat al zoveel fraais uit Canada naar buiten heeft gebracht. Vicky laat als Kee Avil eerder al van zich horen met een cassette en in Land Of Kush en Eave, maar slaat nu op zeer overtuigende wijze haar vleugels uit. Ze brengt hier 10 uiterst mysterieuze en toch expressieve en extroverte nummers, waarbij ze het betere experiment koppelt aan dromerige instrumentaties. De muziek bestaat een eigengereide mix van postpunk en folkachtige gitaarpartijen, organische elektronica en samples en fragmentarische zang en halfzang, die samen haast een musique concrète-achtig geheel vormen. Het is bevreemdend als de cover van het album en tevens minstens zo biologerend. Ik kan me deze muziek levendig voorstellen in een door David Lynch geschreven script. Verder moet je denken aan een duister verbond tussen Scott Walker, Gastr Del Sol, Carla Bozulich, Elizabeth Anka Vajagi, Francis Dhomont, Coil, Einstürzende Neubauten en Soap&Skin. Het levert een werkelijk schitterend debuut op, dat zich diep onder je huid weet te nestelen.
ORD – Withered Bones (cd, Zoharum)
Hoewel het wellicht lastig is om in deze tijden iets uit Rusland te horen, weet ik dat heel veel Russen niet achter de oorlog staan en al die slappe sancties ook maar weinig effect genereren. De groep ORD uit dat land brengt doorgaans rituele muziek met sjamanistische ritmes, die ze vermengen met boeddhistische tradities, de krachten van de natuur met de geheimzinnige samenzweringen van de oude, traditionele geluiden van volksinstrumenten met industriële geluiden uit de moderniteit. Klinkt alles behalve oorlogszuchtig, maar veeleer zen en vreedzaam. De groep bestaat uit Ord Err, een pseudoniem, die zingende schalen, zang, kalyuka (een Russische en Oekraïense boventoonfluit, zonder speelgaten), percussie, caratals, tamboerijn, cajón, dan-moi (Vietnamese mondharp), samples, bellen, effecten en veldopnames. Het levert een contemplatief geheel op, dat zich wel in de schaduwkant van het leven afspeelt. Daar weet ORD dan ook echt op serene wijze het verschil te maken. Alsof techniek en oerbos hier amalgameren. Wat een prachtig verbindend album!
Pictish Trail – Island Family (cd, Fire / Konkurrent)
Ik blijf me erover verbazen, dat ik -ondanks dat ik dagelijks met muziek bezig ben- toch ook nog zoveel niet ken. En zeker als het gaat om een project als Pictish Trail, dat al sinds 2002 bestaat. De geestelijk vader ervan is de Schotse muzikant Johnny Lynch. Maar goed, beter later dan nooit. Nu is het vijfde album Island Family uit, waarbij een hoop cd-r’s in eigen beheer niet zijn meegerekend. Er zijn best wat mensen die zeggen dat dit hun favoriete band is, wat ook best te begrijpen valt als je dit nieuwe album alleen al hebt gehoord. Er gebeurt namelijk op uiterst originele wijze een hele hoop. Aan de ene kant is het bevreemdend, psychedelisch, ongrijpbaar en een tikje afstandelijk, maar anderzijds is het ook vertrouwd, pakkend en intiem en weet het je te omarmen. De muziek kan je ook niet zo maar in één hokje plaatsen. Het is echt een mengelmoes van avant-garde, prog rock, indiepop, folk rock, leftfield elektronica, art rock, noise en psychedelica. Mede door de zang doet het wel aan Wire denken, maar ook aan het onheilspellend lege straat gevoel van Fever Ray, het speelse van Tunng, het psychedelische van Motorpsycho, de post-punk van Liars en het alternatieve van Mercury Rev en Beck. Het is dikwijls ook prettig gestoord, maar ook volkomen geniaal en serieus te nemen. Een stuiterbal, maar dan doelgericht, zoiets. Het is in elk geval een geweldige kennismaking geworden.
A Place To Bury Strangers – See Through You (cd, DedStrange)
Hoewel het Amerikaanse A Place To Bury Strangers een trio is, blijkt het toch vooral allemaal uit de koker van Oliver Ackermann (zang, gitaar, bas) te komen. Voor het alweer zesde album See Through You mag hij rekenen op muzikale steun van John en Sandra Fedowitz uit Ceremony. Dat betekent de reünie van Oliver en John, die ooit de band Skywave deelden. Naast de overheerlijke mix van shoegaze en noise, zit er de laatste jaren ook steeds meer post-punk door hun geluid. Laten ze dat recept nu verfijnd en opgeklopt hebben hier. Ze serveren 13 tracks in een goede 52 minuten, die je moeiteloos en op hoog tempo meeslepen van start tot finish. De post-punk factor is hier nog iets meer toegenomen, hetgeen je terug hoort in de toonkleur en felheid van de percussie, beats en gitaren. Toch is het na 4 jaar absentie ook weer geen gigantisch verandering van zetten en is de sound onmiskenbaar die van A Place To Bury Strangers, wat onder meer komt door de heerlijk luide en gruizige uithalen. Het is en kwaliteit, waarmee ze hier ook weer van hoogtepunt naar hoogtepunt gaan. Natuurlijk is er gedeelde grond met The Jesus And Mary Chain, My Bloody Valentine, Ringo Deathstarr, Godheadsilo, Static Daydream, New Order en met name Joy Division, maar de groep heeft daar echt wel een eigen plek ingenomen en wint steeds meer aan terrein. Een geweldig vervolg van deze superband!
Θ – Visions Of One (cd, Zoharum)
Θ ofwel Thèta is het project van de Griekse, maar in Noorwegen woonachtige muzikant Themistoklis Altintzoglou, die bepaald niet voor één gat te vangen is. De output kan echt variëren van hardcore punk tot experimentele muziek, al zit hij doorgaans ergens tussen dark ambient, drones en industrial. Vanaf 2013 brengt hij in rap tempo de ene na de andere release uit, waarvan de vorige Total Division buitengemeen goed ontvangen werd. De opvolger heet Vision Of One en is zo mogelijk nog beter. Thèta brengt in een krappe drie kwartier 5 tracks, die de Scandinavische kou en donkere wouden combineren met Griekse mysterie. Dat levert bloedstollende en mooie muziek op, die dark ambient, drones, noise en industriële en metal elementen met elkaar verbindt en waarbij ook een link naar de natuur zit. Liefhebbers van het Zoharum label en bijvoorbeeld Will en In Slaughter Natives zullen hier hun hart aan kunnen ophalen.
Various Artists: Zona Electronica (cd, Zoharum/ CKiS Wieża Ciśnień)
In het Poolse Konin staat een watertoren, die dient als cultureel centrum en CKiS Wieża Ciśnień heet. Ze brengen om de zoveel tijd interessante compilaties uit met hoofdzakelijk elektronische artiesten. Nu is de achtste editie getiteld Zona Electronica een feit, dat samen met het Zoharum label is uitgegeven en samengesteld door Rafał Iwański (Hati, Voices Of The Cosmos, Innercity Ensemble). Je krijgt 14 tracks voorgeschoteld van artiesten uit Polen of die daar hun roots hebben liggen (een aantal wonen ook in Noorwegen, Schotland, Duitsland en Engeland). Naast voor mij wat bekendere namen als D I D, Clinamen, Kompozyt en Voices Of The Cosmos, staat er (zoals vaker) ook een hoop onbekend op. Maar de kwaliteit lijdt daar bepaald niet onder. Je krijgt echt hoogwaardig en zeker ook gevarieerd elektronisch materiaal, die samen een heerlijke ontdekkingsreis vormen langs de meer donkere kanten van de elektronische muziek. Een biologerend en tot de verbeelding sprekend geheel Voor alle namen en muziek verwijs ik je graag naar onderstaande link.