Terwijl de spanningen op Krim toenemen geven wij vooralsnog geen krimp. Het is carnaval per slot van rekening. We overwegen wel een vergadering te schrappen uit protest. Dat zal ze leren! Verder brengen wij liever de spanning met onze lijstjes uit het:
We luisterden naar: Federico Albanese, Iva Bittová, Micah P. Hinson, Origamibiro, Petrels, Wimp en BABYMETAL.
Federico Albanese – The Houseboat And The Moon (cd, Denovali)
Na Fabrizio Paterlini en Bruno Bavota is Federico Albanese de derde Italiaanse pianist die van zich laat horen. Buiten de piano brengt hij overigens op zijn debuut ook keyboards, synthesizers, elektronica, effecten, loops, veldopnames, glas, klokkenspel, vibrafoon, speelgoedpiano en bellen; het blijft natuurlijk wel Denovali waar dit album op verschijnt. Soms voegt hij er ook lichte beats aan toe, waardoor de associatie met Greg Haines gelegd is. Tevens laat hij zich door twee cellisten (waarvan één eenmalig) en eenmaal door een fagotspeler. Albanese weet een heerlijk melancholisch geheel neer te zetten, maar weet het door de toevoeging van al het genoemde ook spannend te houden. De ene keer is het uiterst minimaal en moet je aan Philip Glass, Dustin O’Halloran en Nils Frahm denken en op andere momenten juist weer uitbundiger zoals Clint Mansell dat doet. Wanneer de strijkers de boventoon voeren komen ook namen als Max Richter en Jóhann Jóhannsson bovendrijven. Het is een geweldig album geworden dat je niet onberoerd zal laten.
Iva Bittová – Entwine/ Proplétám (cd, Pavian)
Als je zoals ik één van je dochters vernoemt naar deze Tsjechische violiste/zangeres, mag je gerust spreken van een bevooroordeelde fan. Toch weet ze zowel live als op plaat haar heldenrol keer op keer waar te maken. Ze heeft zowel solo als met het Nederlands Blazers Ensemble, Dunaj, Bang On A Can, Eviyan, Vladimír Godár, ex-man Pavel Fajt, Skampa Quartet, Vladimír Václavek, Dorothea Kellerová, Javas, Andreas Kröper en George Mraz albums gemaakt die ertoe doen. Ze kan compleet de klassieke kant opgaan, maar brengt ook meer folkloristische en avant-gardistische werken ten gehore. Haar zang is betoverend en in combinatie met haar geweldige vioolspel wordt het al helemaal een feest. Vorig jaar brengt ze op ECM haar titelloze album uit, waarop ze meer de minimale route kiest. Ze maakt hier dan ook verstilde pracht die ergens tussen folk, modern klassiek en improvisaties uitkomt. Zinnenstrelend vioolspel in combinatie met haar zang, al dan niet woordloos, zijn genoeg om diepe indruk te maken. Nu komt ze na de release met haar nieuwe band Eviyan weer met nieuw werk. Entwine/Proplétám, hetgeen respectievelijk “omstrengelen” en “ontwijken” betekent brengt ook precies wat die twee woorden inhouden. Aan de ene kant is het heel afstandelijk door de minimale benadering, maar eenmaal gegrepen omringt het je als een vertrouwde jas. Kale maar zeer indringende pracht.
Luister Online:
Entwine/ Proplétám (album)
Micah P. Hinson – Micah P. Hinson And The Nothing (cd, Talitres)
De titels van de Micah P. Hinson cd zitten eigenlijk altijd verstopt in de telkens wisselende bandnaam, wat mede te maken heeft met zijn steeds wisselende begeleidingsband. Zo heb je Micah P. Hinson And The Gospel Of Progress, Micah P. Hinson And The Opera Circuit, Micah P. Hinson And The Red Empire Orchestra, Micah P. Hinson And The Pioneer Saboteurs en Micah P. Hinson And The Junior Arts Collective. De 33 jarige Amerikaan Micah Paul Hinson is een ex-dakloze drugsverslaafde en heeft sindsdien een duidelijke kijk op het leven. Zo is hij bijvoorbeeld uitgesproken tegen Barack Obama, om maar een voorbeeld te noemen. Muzikaal gezien brengt hij veelal melancholische uit het leven gegrepen muziek, die qua zang aan Bill Callahan (Smog) doet denken en een mengelmoes van folk, blues, singer-songwritermuziek, altcountry, Americana en indierock is. Dat is op zijn nieuwste cd als Micah P. Hinson And The Nothing niet anders. Van tamelijk belegen, maar pakkende tot uitdagende songs. De kracht van zijn muziek zit hem vooral in het feit dat het wat met je doet en niet zozeer in het brengen van nieuwigheden. Daarmee bedoel ik niet dat het een herhaling van zetten is, maar dat hij oprechte emoties over wil brengen en daar de geschikte jas bij uitzoekt. De ene keer met strijkers en op andere momenten behoorlijk kaal. Maar de thema’s die hij aansnijdt tillen de muziek pas naar een hoger niveau. Het is een goudeerlijk, confronterend en intens werk geworden. Wonderschoon maar met een verhaal. Voer voor fans van Smog, Lambchop, The Cakekitchen en Johnny Cash. Aanrader!
Origamibiro – Odham’s Standard (cd, Denovali)
le=”font-family: arial, helvetica, sans-serif;”> Sinds 2008 is dit project van Tom Hill (Penfold Plum, Wauvenfold) met de komst van Andrew Tytherleigh (Schmoov!, Hubtone, Debaser Boy) verworden tot een duo. Eerder dit jaar brengt het spraakmakende label Denovali al hun werk in de vorm van een drieluik opnieuw uit, als voorbode van deze nieuwe release. Ze borduren voort op hun eerder ingezette mix van neoklassiek, rijk gedetailleerde experimentele muziek en folk. Ze laveren van concrete, landerige stukken naar muziek zonder kop of staart. Maar als een knetterend haardvuur brengen ze warme doch onverwachte en alle kanten opgaande muziek, waar je jezelf enkel aan kunt overgeven en laven. De ene keer is het haast klassiek en op andere momenten zeer experimenteel, al loopt dit alles bij voorkeur dwars door elkaar heen. Ze brengen ongelooflijk veel subtiele details aan, dat het telkens weet te verrassen en tevens tot leven komt. Het is dan ook een heerlijk organisch geheel geworden, waarbij de spanningsboog tot op het einde intact blijft. Voor fans van The Boats, Orla Wren, Deaf Center en Olan Mill. Een fascinerend en bloedmooi hoorspel!
Petrels – Mima (cd, Denovali)
De uit Londen afkomstige muzikant Oliver Barrett houdt er twee interessante projecten op na, te weten Bleeding Heart Narrative en Petrels. Met die laatstgenoemde heeft hij al twee indrukwekkende releases gemaakt vol duistere klanklandschappen, opgebouwd uit drones, softnoise, noisemuren, ambient, postrock, aangrijpende strijkstukken en andere allerhande geluiden. Het is zowel op de harde als de rustieke momenten overweldigend en dikwijls adembenemend. Nu komt hij met zijn volgende album Mima. Hierop staan 4 soundscapes met een totale lengte van bijna drie kwartier. Hij neemt nu de tijd om zijn creaties uit te werken en dat is goed te horen. Niet dat hij een totaal ander geluid brengt dan voorheen, maar het heeft meer diepgang en zit nog sterker in elkaar. Hierdoor weet de muziek je nog meer van je sokken te blazen. Bij de keel grijpend, meesterlijk album, die fans van Tim Hecker, Matthew Collings, Fennesz, AUN, Witxes, Richard Skelton, Mountains en tevens The Third Eye Foundation (gezien de laatste track) zeker wel zal kunnen bekoren.
Wimp – Propergols (cd-r, Another Record)
Wat een heerlijk onvoorspelbaar label blijft dat Franse Another Record toch. Na eerder releases van internationale acts als Half Asleep en Misophone brengen ze ook diverse, geweldige bands van eigen bodem als The Wedding Soundtrack, Satellite Jockey en Dirge. Ze gaan daarbij geen genre uit de weg en nemen een eigen positie in als het gaat om de alternatieve rock. Het label heeft ook een cd-r serie waarbij de zwarte cd’s eruit zien als kleine lp’s. Nieuw op het label is de Franse groep Wimp. Zij brengen in die cd-r serie nu hun debuut Propergols, ofwel “drijfgassen”. Hun geluid is wel psychedelisch en zweverig, maar bepaald niet luchtig. De drijfveer hier lijkt meer om een bijzondere brug te slaan tussen lo-fi, noise, psychedelische rock, indierock en avant-garde. Dat levert een eigenzinnig amalgaam op van Deerhoof, Beach Boys, Pixies, Cardiacs, Talking Heads, The Beatles en Pavement. Daarin slagen ze met vlag en wimpel. Het is volslagen uniek wat Wimp hier laat horen. En met hun 9 nummers lang en 37 minuten brede album weten ze een diepe indruk te maken, dat ook behoorlijk weet te beklijven. En dan die hoes, waarbij je licht loensend een 3-effect krijgt. Subliem!
BABYMETAL
Japan blijft hofleverancier van vreemde zaken, om het tot metal te beperken een grote scene van computergame-metal, al dan niet met Vocaloid™ (zangsynthesizervocalen) en natuurlijk het extravagante genre visual kei. In al die gekte hebben ze echter ook een knack voor het schrijven van supercatchy popsongs. Dit alles balt samen op het debuutalbum van BABYMETAL, waar J-pop wordt vermengd met snoeiharde metal. Testament-thrash, breakdowns, dubstep, gierende gitaarsolo’s, the works. Zelfs nog wat trap en verdwaalde maten reggae. Maar dan dus drie schattige meisjes op zang, een beetje als BiS (want ja, het is zelfs al een genre: kawaii metal) maar dan net een tikje beter. Volslagen idioot maar ook supervet en best verslavend.