Het schaduwkabinet: week 06 – 2020

Heerlijk weer eens van A tot en met Z gaan in onze lijstjes uit het:

SCHADUWKABINET

We luisterden naar: The Alvaret Ensemble, Ásgeir, Bohren & Der Club Of Gore, Jon Hassell/ Farafina,  Midori Hirano, Sam Lee, Oiseaux-Tempête, Smoke Fairies, Twin Tribes, Xxxtentacion en Zulya.

 


 

Jan Willem

The Alvaret Ensemble – ea (laaps)
The Alvaret Ensemble mag je gerust een supergroep noemen. Deze bestaat namelijk uit de Britse muzikant Greg Haines (piano, kerkorgel percussie) en Sytze Pruiksma (percussie) en Jan (stem, gedichten) & Romke Kleefstra (gitaren, bas, effecten). De eerst genoemde heeft menig fraai neoklassiek werk gemaakt, al is dat lang geleden en de gebroeders Kleefstra vind je tevens terug in CMKK, Piiptsjilling, Tsjinlûd, FEAN, Ljerke en naast Pruiksma en Anne Chris Bakker. Met dit ensemble hebben ze al hun gelijknamige debuut in 2012 en Skeylja (2014) uitgebracht, waarbij ze altijd samenwerken met diverse andere muzikanten. Dat is ook het geval op hun derde wapenfeit ea dat is uitgebracht in een gelimiteerde oplage van 200 op het kersverse Franse label laaps, hetgeen een opvolger is van Eilean Rec. De heren werken hier samen met de Poolse violiste Olga Wojciechowska (tevens piano) van Vlna en Strië en de Portugese celliste Joana Guerra (tevens zang) van Tapete en Band À Part. In 56 minuten laten ze 9 nieuwe stukken horen, die deels spontaan tot stand zijn gekomen in Dorpskerk Huizum te Leeuwarden. Zoals altijd omwikkelen de muzikanten de mysterieuze Friese gedichten van Jan met neoklassiek, improvisaties en experimentele muziek. Toch verschillen de albums door een andere dynamiek en verschil aan inkleuring steeds weer van elkaar. Met dat laatste bedoel ik zowel hoeveel ze inkleuren als de gebruikte instrumenten. Hier zijn het wat vaker de sobere strijkpartijen, die op desolate wijze de nacht in wandelen. De ijle klanken van het kerkorgel, de skeletachtige gitaar-, bas- en percussiegeluiden en uiteenlopende effecten zorgen daarbij voor een subtiele, fraaie omlijsting en van karakter wisselende details. Het is breekbaar en ongrijpbaar maar tegelijkertijd ook krachtig en tastbaar. Bovenal is alles van een biologerende, bezwerende en bij de strot grijpende schoonheid. Hun allerbeste tot nu toe!

 

Ásgeir – Bury The Moon (cd, One Little Indian / Konkurrent)
Al op 20 jarige leeftijd debuteert de IJslandse artiest Ásgeir Trausti in 2012 met het debuut Dýrð Í Dauðaþögn, dat in eigen land een doorslaand succes is geworden. Het is dan ook echt een bijzondere beauty. Daarna wordt de keuze gemaakt om de muziek ook voor de rest van de wereld te ontsleutelen en komt hetzelfde album een jaar later met de hulp van John Grant in het Engels vertaald uit als In The Silence. Hoewel de IJslandse versie veel mooier is, mag deze er ook nog wezen. Vanaf dan gaat hij ook verder als Ásgeir, dus zonder achternaam. Opvallend is zijn falsetzang met een groot bereik en zijn ontwapenende muziek. In 2017 is dan eindelijk zijn tweede album Afterglow een heugelijk feit, dat bepaald geen moeilijke tweede horde is gebleken. Hij toont zich een nog betere singer-songwriter en de muziek gaat gewoon nog naar een niveau hoger dan het toch al goede debuut. En die lijn trekt hij gewoon eenvoudig door op zijn derde album Bury The Moon, waarvan ook de IJslandse versie Sátt bestaat. Ik begrijp het nog altijd niet helemaal, want het IJslands is zo’n mooie taal en er is al genoeg in het Engels, dat hier overigens wederom met de hulp van John Grant is vertaald. Het levert hoe dan ook wel weer 11 mooie nieuwe tracks op, die iets meer aansluiten op zijn debuut. Zijn muziek en hoge zang worden voorzien van prachtige en goed gedoseerde orkestraties en blaaspartijen. In de kont van het album gaat hij wat meer aan de slag met elektronica en uptempo ritmes. Daarmee laat hij wederom een eigenzinnig geluid horen dat liefhebbers van Bon Iver, James Blake, Iron & Wine, James Vincent McMorrow en Antony And The Johnsons zeker zal aanspreken. Van deze klasbak zullen we vast nog veel meer genietbaars krijgen in de toekomst. Voor nu is dit zijn derde prachtalbum op rij.

 

Bohren & Der Club Of Gore – Patchouli Blue (cd, [PIAS])
Hoewel je het niet vermoedt als je de muziek hoort, heeft het al in 1992 opgerichte Duitse gezelschap Bohren & Der Club Of Gore zich vernoemt naar de Nederlandse industrial band Gore. De leden zijn weliswaar afkomstig uit grindcore, hardcore, death metal en doom metal bands, maar de muziek die ze naar buiten brengen is doorgaans een nachtelijke mix van dark ambient, jazz en filmische elementen. De sfeer is daarbij wel duister en soms zelfs grimmig, ondanks de traag voortslepende muziek. Inmiddels is het alweer 6 jaar geleden dat ze hun laatste album hebben uitgebracht. De band is gereduceerd tot het trio Christoph Clöser (piano, saxofoon, vibrafoon), Morten Gass (orgel, mellotron, gitaar, piano) en Robin Rodenberg (contrabas). Dat is op de gebruikelijke doodshoofden na bepaald geen kaalslag geworden. Op intense en uiterst efficiënte wijze brengen ze hier in een klein uur 11 nieuwe tracks, die je misschien het beste kunt typeren als horror jazz, waarbij ze zowel de fans van David Lynch als die van Miles Davis, Angelo Badalamenti, OM, Dale Cooper Quartet And The Dictaphones, The Kilimanjaro Darkjazz Ensemble en Talk Talk bedienen. Het is misschien gedeeltelijk een herhaling van zetten, maar zo ontiegelijk mooi dat dit geen enkele belemmering vormt. Wat een dark beauty!

 

Jon Hassell/ Farafina – Flash Of The Spirit (cd, tak:til/ Glitterbeat / Xango Music Distribution)
Nieuw werk zal je niet zo vaak meer krijgen van de Amerikaanse, legendarische componist/trompettist Jon Hassell, die op een haar na 83 jaar oud is. Zijn typische ijle trompetgeluid zal ongetwijfeld van grote invloed zijn geweest op Arve Henriksen, Portico Quartet, Nils Petter Molvær, Hector Zazou en meer. Als maker van minimal music heeft hij zijn eigen stijl ontwikkeld die ook wel aangeduid wordt als “Fourth World”-muziek. Het is in feite een mengelmoes van ambient, minimal music, experimentele muziek en met name wereldmuziek. Twee van zijn albums dragen de term ook in de titel, maar ook op andere laat hij deze stijl horen. In 1988 is dat met Farafina, een groep muzikanten en dansers uit Burkino Faso die opgericht is door Mahama Konaté. Ze maken het album Flash Of The Spirit, dat grotendeels gecomponeerd is door Farafina maar door het kenmerkende trompetgeluid klinkt het ook als een typisch Hassell album. Eigenlijk is dit het ultieme voorbeeld geworden van hoe twee verschillende werelden op harmonieuze wijze samengaan en elkaar naar een hoger niveau tillen. Dat alles is geproduceerd door Brian Eno en tevens Daniel Lanois, waarmee Jon Hassell wel vaker samenwerkt. Dit prachtalbum is nu opnieuw uitgebracht op het sublabel tak:til van Glitterbeat. De muziek klinkt nog altijd geweldig en heeft de tand des tijds moeiteloos doorstaan.

 

Midori Hirano – Invisible Island (cd, Sonic Pieces)
Al sinds 2004 brengt de Japanse muzikante Midori Hirano haar muziek naar buiten. Tegenwoordig woont ze in Berlijn, wat je gerust de creatieve bakermat van Europa en de hedendaagse muziek mag noemen. Hirano heeft al meerdere soloalbums op haar naam staan, die ergens tussen neoklassiek, ambient en experimentele muziek zitten. Daarnaast brengt ze tevens als MimiCof muziek uit die finisht tussen glitch, ambient, modern klassiek en downtempo. In 2016 debuteert ze met haar vijfde album Minor Planet op het innovatieve label Sonic Pieces. Daarop laat ze een ijle mix van pianomuziek, veldopnames en uiterst subtiele elektronica horen, hetgeen een evenzo melancholisch als mysterieus en machtig mooi geheel oplevert. Op haar nieuwste album Invisible Island, dat verwijst naar een fantasieplek ver van de problemen uit deze wereld, trekt ze die lijn hier door. Het verwijst misschien ook wel een beetje naar haar vaderland, dat natuurlijk ver van haar verwijderd is. Hoe het ook zij, ze brengt in krap 41 minuten 11 nieuwe stukken, die weer een eigenzinnige hybride vormen van de bovengenoemde stijlen. Alleen lijkt ze die op nog meer verfijnde en fragiele wijze te serveren. In de track “Belong” kan je ook nog genieten van het fraaie vioolspel van Christoph Berg. Het is droefgeestig, nostalgisch, contemplatief en van een ontwapenende schoonheid.

 

Sam Lee – Old Wow (cd, Cooking Vinyl)
Ik vind de Britse folkzanger Sam Lee geweldig en heb zijn tweede album The Fade In Time (2015), dat hij als Sam Lee & Friends uitbrengt, hoog in mijn jaarlijst staan. Het is folk met Afrikaanse en Aziatische elementen erdoor en toch met een typisch Britse sound. Daarbij is zijn indringende, herfstige zang, die ergens tussen Bill Callahan, Arthur Russell en Nick Drake inzit, ook zo mooi. Dat het lang wachten is op zijn nieuwe album Old Wow kan komen door zijn activiteiten als activist, natuurbeschermer, liedverzamelaar, bekroonde promotor en omroeper, maar al snel wordt duidelijk dat hij ook veel energie in dit nieuwe werk heeft gestoken. Ditmaal zijn het geen elementen uit andere culturen, maar veel meer de weelderige klassieke en jazzy arrangementen en vele subtiele details waarmee hij zijn muziek verfraaid. Het steekt zo complex en goed in elkaar dat hij het genre naar een ander en ongekend hoog niveau tilt. Daarbij waarborgt hij dat het ook prettig doorwaadbaar blijft. Hoewel zijn “friends” ontbreken op dit door Bernard Butler (Suede, The Verve, The Venus In Furs) geproduceerde album, mag Sam Lee rekenen op 17 gastmuzikanten op piano, contrabas, drums, percussie, gitaar, Franse hoorn, trombone, cello’s, violen, shakuhachi fluit, hakkebord, hardanger d’amore en zang. In dat laatste geval duikt naast drie onbekende zangeressen ook Elizabeth Fraser (ex-Cocteau Twins) op. In de track “The Moon Shines Bright”, die toch al op stemmige en wonderschone wijze wordt ingezet door Sam, is zij net voor de helft solo en later samen met Sam te horen. Torenhoog kippenvel! Maar dat soort overrompelende momenten krijg je met enige regelmaat op dit werkelijk narcotiserende album vol met folk 2.0, die nu al tijdloos is. Sam Lee heeft zichzelf overtroffen met dit meesterwerk.

 

Oiseaux-Tempête – Tlamess (Sortilège) (cd, Sub Rosa)
De releases van het Franse project Oiseaux-Tempête hebben nogal eens de neiging om in mijn jaarlijstjes te eindigen. Dit project wordt in 2012 opgericht door de Franse multi-instrumentalist Frédéric D. Oberland (Le Réveil Des Tropiques, Foudre!) en bassist Stéphane Pigneul (Sealight, Heligoland, Norma Loy, Object), die beide ook actief zijn in FareWell Poetry en The Rustle Of The Stars. Daarbij werken ze altijd samen met vele spraakmakende gasten, waaronder ook G.W. Sok (ex-The Ex, King Champion Sounds, Cannibales & Vahinés). Nu hebben ze hun eerste soundtrack gemaakt, te weten Tlamess (Sortilège), voor de gelijknamige film van Ala Eddine Slim uit Tunesië. Hoewel ik altijd ietwat huiverig ben voor klasse artiesten en bands die soundtracks gaan maken, valt Oiseaux-Tempête hier in elk geval niet tegen. De formatie bestaat hier uit Frédéric D. Oberland (mellotron, analoge synthesizer, elektrische gitaar), Stéphane Pigneul (analoge synthesizer, bas), Paul Régimbeau aka Mondkopf (analoge synthesizer) en percussionist Jean-Michel Pirès (The Marries Monk, Mendelson, Headphone, Bruit Noir). Ze scheppen spannende stukken, die ondanks het volledig instrumentale karakter uiterst veelzeggend zijn. Het vormt een nieuw hoofdstuk voor deze groep, maar ook hier slagen ze met vlag en wimpel.

 

Smoke Fairies – Darkness Brings The Wonders Home (cd, Year Seven Records)
Het is alweer ruim 5 jaar geleden dat Smoke Fairies een album hebben uitgebracht. De groep bestaat uit de Londense schoolvriendinnen Katherine Blamire (zang, gitaar, piano, orgel, percussie) en Jessica Davies (zang, gitaar, concertina, orgel, percussie) en ze brengen doorgaans muziek die op een rokerige, sprookjesachtige manier altijd ergens uit tussen folk, Americana, blues, wave en indierock uitkomt en waarbij de etherische zang van de dames goed aansluit. Daarmee hebben naast een handvol mini’s inmiddels ook 4 albums mee gemaakt, die telkens een tandje meer duister en mysterieus uitpakken. Ook dwalen ze verder van de folk af en koersen meer naar de droompop, wave, blues en rock. Nu is hun vijfde Darkness Brings The Wonders Home dan eindelijk een feit. Ze laten altijd nog een dromerig geluid horen, maar komen hier wat steviger uit de hoek; er zijn vooral meer elektrische gitaren aanwezig. Deze vormen een mooi contrast met hun bitterzoete, ijle vocalen. Je moet wisselend denken aan She Keeps Bees, Mark Lanegan Band, Timber Timbre, Kate Bush, Lush, Warpaint en Emily Jane White. Nog altijd met een zekere feeërieke aanpak, maar nu ook stevig met beide benen op de grond. Een hele sterke comeback, die het wachten wel waard is geweest.

 

Twin Tribes – Ceremony (cd, Manic Depression)
Voor de betere post-punk, cold wave, new wave, gothic en alternatieve rock kan je gerust bij het Franse label Manic Depression. Sinds 2018 maakt ook het Texaanse duo Twin Tribes daar deel van uit. Ze brengen er dan hun debuut Shadows uit. De groep bestaat uit Luis Navarro (zang, gitaar, synthesizers) en Joel Niño Jr. (bas, synthesizers) en ze brengen donkere melodische geluiden, synthesizers en teksten over ondoden, occulte en parallelle universums. Geeft verder niks, want het levert een lekker duister en melancholisch geheel op, waarbij ik hen als een belofte voor de toekomst bestempel. Dat maken ze waar op hun tweede Ceremony, die half december van het vorige jaar al is verschenen en door een goede tip nu ook mijn aandacht heeft nu. In 35 minuten brengen ze 10 songs, die weer ergens tussen new wave, coldwave, darkwave, post-punk en synthpop eindigen. Het is allemaal nog wat beter uitgevoerd, zowel in de strakke als in de meer bezinnende stukken, waardoor ze hier nog meer indruk weten te maken. Liefhebbers van The Cure, New Order, Selofan, Flaamingos, Lebanon Hanover, She Past Away en Clan Of Xymox (waarmee ze op tournee gaan) moeten (ja moeten!) dit zeker eens gaan luisteren. Heerlijk donker goed!

 

Xxxtentacion – Bad Vibes Forever (cd, Bad Vibes Forever)
Op 18 juni 2018 wordt Jahseh Dwayne Onfroy doodgeschoten als een aantal overvallers het vuur openen bij een motorzaak. Hij is bij het grote publiek beter bekend als de super getalenteerde artiest Xxxtentacion. Op ludieke wijze weet hij uiterst melancholische singer-songwritermuziek te koppelen aan hip hop en soul en dat vrijwel altijd in heel korte songs (dat zouden meer artiesten moeten doen). Ik ken eigenlijk geen andere artiest die dit doet en op hem lijkt. Een volslagen unicum, die veel te vroeg van ons heen is gegaan. Inmiddels begint zijn discografie postuum haast die van toen hij nog leefde te overstijgen; zeker als je de heruitgaven met vele bonustracks meetelt. Maar er zijn ook albums met volledig nieuw materiaal. Dat geldt ook voor de cd Bad Vibes Forever, waarop maar liefst 25 nieuwe tracks staan, die samen toch slechts 57 minuten duren. Hierop wemelt het van de gasten, wat tot gevolg heeft dat er naast de fragiele pareltjes er ook meer uitgesproken en zelfs rock tracks op staan. Toch dragen ze allen dat heerlijk droefgeestige stempel en herbergen ze de eerder genoemde mix aan stijlen. Het levert een onnavolgbaar ijzersterk album op.

 

Zulya – Алты көн ярату – Six Days Loving (cd, Zulya Music / Xango Music Distribution)
Hoewel de Tataarse zangeres Zulya Kamalova al sinds 1991 in Australië woont, is ze een belangrijke ambassadrice van de Tataarse taal en cultuur, waarvoor ze ook in de prijzen is gevallen. Van origine komt ze uit Centraal Rusland, maar de Tataren heb je in vele landen is een verzamelnaam voor een aantal, hoofdzakelijk Turkse volkeren. Ze combineert op haar albums altijd haar Tataarse en Australische identiteit, waarmee ze uiterst originele wereldse muziek weet te produceren. Dat doet ze overigens veelal onder haar voornaam Zulya, al dan niet aangevuld met And The Children Of The Undrground. Ook maakt ze samen met OMFO deel uit van de meer elektronisch georiënteerde groep Starship Z. Haar nieuwe, alweer negende Алты көн ярату – Six Days Loving is een conceptalbum geworden, waarbij ze de teksten van de Tataarse poëet Yoldyz Minnullina verwerkt in haar muziek. In het Russisch luidt de titel overigens Шесть дней любви, om het verschil met het Tataars maar eens aan te geven. Zulya (muziek, zang, piano, Myanmar harp) wordt hier bijgestaan door Michiel Hollanders (productie, Claude viool, bassen, gitaren, zingende zaag, piano, percussie- en synthesizergeluiden) van Big Low en Parne Gadje plus nog wat gasten op zang, Joodse harp, gitaar, contrabas, draailier en viool. In één van de 9 nieuwe tracks is de tekst afkomstig van Hoziyatelislam Gimadeev. In een kleine 36 minuten brengt Zylya een wervelende, gevarieerde, intrigerende en gewoonweg wonderschone mix aan stijlen, waarbij haar prachtzang weer de absolute oorvanger is. Dat je de taal niet machtig bent, vormt totaal geen belemmering om er intens van te kunnen genieten van haar allermooiste album tot nu toe.

Comments

comments

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.