Het schaduwkabinet: week 03 – 2016

Dat hele gedoe om de eerste natuurijsbaan kan ons net zo gestolen worden als oerwoudgeluiden bij een voetbalwedstrijd. Of seksueel misbruik tijdens Oud & Nieuw, want iedereen weet best dat het dan enkel tijd voor vuurwerk is. Ja of een spijker in onze oogbal, maar da’s logisch. Veel minder gedonder en wel in het oog springend zijn onze lijstjes uit het:

SCHADUWKABINET

We luisterden naar: The Besnard Lakes, Daughter, Evangelist, Charlie Hilton, Jóhann Jóhannsson, Remy van Kesteren, Aidan Knight, Akira Rabelais, Shearwater, Tindersticks, Tortoise, Various Artists – Condolence: Paris, Anderson .Paak, Yung Nnelg, DazzledSticks en Stropstrikkers.

Jan Willem

The Besnard Lakes – A Coliseum Complex Museum (cd, Jagjaguwar / Konkurrent)
thebesnardlaker-acoliseumcomplexmuseumOm aan de drukte van het alledaagse leven in Montréal te ontsnappen en om inspiratie op te doen gaat het Canadese echtpaar Jace Lasek en Olga Goreas elke zomer naar Besnard Lake. Dat is een afgelegen maar spectaculaire waterpartij in Saskatchewan. Ze hebben op hun trips ook altijd de jaren 70 muziek in hun rugzak, wat op hun eerdere werken ook goed te horen is. Dit jaar heeft dat voor een zorgwekkende paar dagen gezorgd door forse bosbranden. Het heeft wel weer een hoop materiaal opgeleverd die de basis legt voor hun vijfde album A Coliseum Complex Museum. Hun ideeën zijn daarna met de andere vier bandleden verder uitgewerkt. Het zorgt letterlijk dat er weer een hoop vuur zit in hun muziek; niet zozeer qua hardheid, maar wel qua bevlogenheid. Ze combineren hier op geweldige wijze jaren 70 muziek van bijvoorbeeld The Beach Boys en Love met de shoegaze van My Bloody Valentine, de noise-rock van Medicine en de indierock van Low, The Dears en Arcade Fire. Van alles gaat een zekere narcotiserende en psychedelische werking uit en weet op uitbundige wijze toch een zekere melancholie op te roepen. Er gebeurt heel veel en toch wordt het nergens te druk. Een schitterend en gepassioneerd album.

 

Daughter – Not To Disappear (cd, 4ad)
daughter-nottodisappearIn 2013 komt het Londense trio Daughter met hun debuut If You Leave, dat met hun licht mysterieuze, onderkoelde en bitterzoete indiefolk, wave en droompop weer helemaal past bij het 4ad label zoals in de jaren 90. De band bestaat uit zangeres/gitariste Elena Tonra, gitarist Igor Haefeli en drummer Remi Aguilella. Op hun tweede cd Not To Disappear trekken ze die lijn gewoon door. Het geluid is nog iets meer mistig en gruizig en ze lijken nu hun pijlen vooral te richten op de atmosfeer en minder op de song. Dat pakt prima uit, al moet ik eerlijk zijn en zeggen dat het me iets minder verrast dan wat ze op hun debuut lieten horen. Neemt niet weg dat ze een geweldige sound in huis hebben, die je heerlijk op melancholische en nostalgische wijze doet wegdromen. Liefhebbers van The xx, Warpaint, Bowery Electric, Swallow en Belly zullen dit zeker kunnen waarderen. Een ouderwets fijne 4ad groep.

 

Evangelist – Evangelist (cd, Underscore Collective / Bertus)
evangelist-evangelistBij Evangelist kan je met recht, hoe jammerlijk ook, zeggen: over de doden niets dan goeds! De Britse singer-songwriter/muzikant Gavin Clark was onder meer bekend van projecten als Sunhouse en Clayhill plus zijn hand- en spandiensten voor UNKLE. Maar sinds 2011 werkt hij als Evangelist aan iets dat zijn magnum opus moet worden. Als verhaallijn kiest hij de opkomst en ondergang van een priester. De voltooiing ervan heeft hij nooit mogen meemaken, want hij overlijd aan een overdosis slaappillen op 46-jarige leeftijd (16 februari 2015). Het duo Toydrum, ofwel James Griffith en Pablo Clements (tevens uit UNKLE), die al aan het album hebben meegewerkt, hebben het gelijkluidende conceptwerk nu postuum afgemaakt. De uitkomst is behoorlijk overdonderend. Ze brengen een mix van avant-garde, blues, pop, powerjazz en alternatieve rock, wat door de aangrijpende zang van Gavin Clark allemaal een lading en diepgang krijgt. Veel belangrijker is natuurlijk dat het een prachtalbum is geworden, luister alleen al naar het bevlogen “God Song”. Verbetenheid, schoonheid, verwarring en spiritualiteit, van alles passeert de revue op bij de strot grijpende wijze. De muziek komt ergens tussen Nick Cave, Soulsavers, UNKLE, PJ Harvey, Thee Hypnotics, Mark Lanegan, Spiritualized en Spacemen 3, maar beweegt zich zo eigenzinnig voort dat het vooral een Evangelist album is geworden. Zijn meesterwerk is voltooid, zijn leven te vroeg geëindigd om de credits in ontvangst te nemen. Een magistraal requiem!

 

Charlie Hilton – Palana (cd, Captured Tracks/ Konkurrent)
charliehilton-palanaHet is ook wel eens verfrissend van een Hilton te horen die niets met een hotelketen te maken heeft, maar wel met een blouse. De groep Blouse dan, die al twee smaakvolle albums vol psychedelische shoegaze en indierock. Blouse laat ze nu even los, om solo aan de slag te gaan. Haar eerste wapenfeit is Palana, hetgeen haar naam is in het Sanskriet. De bevreemdende toon is al gezet. Ook de muziek is niet alledaags. Aan de ene kant lijkt ze meteen een kind van de jaren 70, maar ze weet op eigenzinnige wijze de muziek ook helemaal naar het hier en nu te halen. Haar stem klinkt licht gedrogeerd en doet sterk aan Nico denken, waarmee ze muzikaal gezien ook wel enige overeenkomsten mee vertoont. Ze brengt in feite psychedelische en dromerige mix van singer-songwritermuziek, folk en lichte experimenten. Daarbij wordt ze nog geholpen door Jarvis Taveniere (Woods) en Mac DeMarco. Naast Nico doet ze tevens wisselend denken aan Broadcast (& The Focus Group), Tyrannosaurus Rex en Sibylle Baier. Nostalgische songs die verleden en heden op prachtige en tijdloze wijze verenigen.

 

Jóhann Jóhannsson – Sicario (cd, Varèse Sarabande)
johannjohannsson-sicarioAnderhalve maand heb ik op de nieuwe soundtrack Sicario (2015) van Jóhann Jóhannsson moeten wachten, maar dan heb je ook wat. Jóhannsson heeft op een lp met BJ Nilsen na, de laatste paar jaar voornamelijk soundtracks uitgebracht. Dat is bij hem bepaald geen straf, want meestal weet hij volwaardige werken te componeren die geen film nodig hebben om te landen of een diepe indruk te maken. De muziek voor de gelijknamige film van Denis Villeneuve vormt daarop ook geen uitzondering. Het zijn gitzwarte stukken waarin naast een orkest ook heel veel percussionisten te horen zijn, te weten Ólafur Björn Ólafsson (Benni Hemm Hemm), Andrea Belfi, Danny Frankel, Zoltan Varga en Shahzad Ismaily (tevens gitaar en synthesizer). Daarnaast mag hij ook rekenen op Skuli Sverrisson (bas), BJ Nilsen (sound design, processing), Robert Aiki Aubrey Lowe (zang) en de solo cellopartijen van Hildur Guðnadóttir. Met die laatste twee heeft Jóhannsson ondanks ook al de fraaie soundtrack End Of Summer gemaakt. Samen met deze sterrencast weet hij uiterst broeierige en licht bombastische muziek te brengen die laveert van neoklassiek en filmische klassiek naar dark ambient, experimentele muziek en haast tribale industrial. Het is spannend en van een aan de grond nagelende schoonheid en duisterheid. Bijzonder goed(je).

 

Remy van Kesteren – Tomorrow Eyes (cd, Deutsche Grammophon/ Universal)
remyvankesteren-tomorroweyesHet beeld dat ik heb bij de harp is feeërieke muziek gespeeld door een engelachtige dame dan wel een Aziatische schone. Ook als deel van de muziek die ik doorgaans draai, op klassieke na wellicht, kom ik dat instrument niet vaak tegen. Dat ik daarbij een nogal vertekend beeld heb,bewijst harpist Remy van Kesteren eens te meer. Niks engelachtig, hij heeft zich niet eens geschoren. Als een ware ambassadeur van de harp wil hij laten zien dat dit een meer dan volwaardig instrument is, dat je ook voor andere genres dan klassiek in kunt zetten. Op zijn derde cd Tomorrow Eyes doet hij dat helemaal fraai en op overtuigende wijze. Naast eigen composities en die hij samen met zijn gasten heeft gecreëerd, vind je er ook “Hammers” terug van Nils Frahm. Soloharp stukken worden afgewisseld met die waarop in verschillende combinaties gasten opduiken, waarbij van Kesteren ook jazz, Joodse elementen en avant-garde in zijn geluid incorporeert. De indrukwekkende gastenlijst bestaat dan ook uit toetsenist/componist Martin Fondse, saxofonist Ties Mellema, violiste Leticia Moreno, drummer Joost Kroon, zanger Michael Prins en de geweldige trompettist Eric Vloeimans, die allen hun sporen in met name de jazzwereld wel verdiend hebben. Hiermee weet van Kesteren zulke tot de verbeelding sprekende en avontuurlijke verhalen te vertellen met zijn harp, waarbij de rest voor de schitterende inkleuring en aanvulling zorgt. Muziek waar je in wilt kruipen, zodat je verwonderd rond kun dolen door de meeslepend magische creaties en je ogen uitkijkt. Bijzonder biologerende beauty. Harp is hot!

 

Aidan Knight – Each Other (cd, Full Time Hobby/ Konkurrent)
aidanknight-eachotherDe Canadese zanger/gitarist/toetsenist Aidan Knight begint zijn muzikale weg nog solo met singer-songwritermuziek. Sinds het debuut Versicolour heeft hij echter een heuse band geformeerd, waarvan veel leden uit The O’Darling, die simpelweg zijn naam draagt. Hierop laat hij stemmige indierock horen, die bij vlagen ook hard uit de hoek kan komen. Opvallend is zijn prettige zangstem, die een emotioneel geladen en charmant wiebelend geluid laat horen. Dat wordt schitterend ingelijst met blaas- en toetsinstrumenten. De tweede cd Small Reveal (2012) is al wat meer ingetogen, waarbij ze iets meer richting de folk koersen. Hun wonderschone totaalsound lijdt er niet onder en blijft herkenbaar. Nu is de derde cd Each Other waarop Aidan Knight (zang, gitaar, synthesizers, tape manipulaties, percussie) en de zijnen het weer een tandje kalmer aan doen. Olivier Clements (piano, vleugelhoorn, synthesizers, Hammond, vibrafoon, fender rhodes), Colin Nealis (bas, zang, Moog, piano), David Barry (drums, percussie), Julia Knight (zang, synthesizers, vleugelhoorn, piano, vibrafoon, fender rhodes), Claire Butterfield (zang) en Simon Dawkin (Franse hoorn) zorgen samen met Aidan dat zijn wederom schitterende zang op zachte, stemmige wijze landt. Ze lassen diverse verstilde momenten in, waardoor de rest nog beter uit de verf komt en een diepere indruk weet te maken. De heerlijk dromerige sombermanmuziek zorgt voor bezinning maar wordt nergens terneergeslagen. Het is allemaal prachtig uitgebalanceerd en elke noot is raak, waarbij de subtiele experimenten en elementen zorgen voor de franje. Je moet het ergens zoeken tussen Will Oldham, Lost In The Trees, Andrew Bird, DM Stith, The Antlers, The National en Pavement, zonder dat het ooit één op één past. Daarvoor zijn deze Canadezen te eigengereid. Hun derde prachtalbum op rij, waarbij deze er wel met kop en schouders bovenuit steekt.

 

Akira Rabelais – The Little Glass (2cd, Akira Rabelais)
akirarabelais-thelittleglassVan de eigenzinnige componist Akira Rabelais heb ik een aardige selectie in de kast staan. Zijn werken lopen uiteen van elektronische experimenten tot meer klassiek en zelfs folkgetinte muziek. Zijn laatste The Little Glass, die me wel heel erg verstilt overkomt heb ik langs me heen laten gaan, totdat Sietse met zijn overtuigende en zo zal blijken terechte pleidooi voor zijn nummer 1 van 2015 komt. Het maakte meteen nieuwsgierig. Rabelais speelt hierop samen met klasbak Harold Budd piano, waarbij ze inderdaad heel veel ruimte inlassen voor de stilte. Dat maakt de muziek die wel te horen is alleen maar krachtiger. Het is muziek waarvoor je even voor achterover moet gaan zitten, maar waarbij de spanning vervolgens te snijden is. Vier stukken die variëren van 20 seconde tot maar liefst 42 minuten. Ze weten je totaal uit de realiteit te halen, hetgeen buitengemeen knap is. Even helemaal je gedachten op nul of in alle rust je gedachten op honderd; het kan allemaal met deze bezinnende pracht. Op de tweede schijf staat slechts één track van bijna 70 minuten lang, waarop Rabelais zijn elektronische kant meer toont en het werk van de eerste cd in een soort melancholische remix de revue laat passeren. Ook daarmee weet hij diepe indruk te maken en te intrigeren. Spannend en toch rustgevend. Rabelais is en blijft een ongekende meester van de ertoe doende buitencategorie.

 

Shearwater – Jet Plane And Oxbow (cd, Sub Pop/ Konkurrent)
shearwater-jetplaneandoxbowHet album Animal Joy uit 2012 van het Amerikaanse Shearwater geldt toch wel als één van hun beste werken tot dan toe. De groep rond Jonathan Meiburg en tot voor kort Will Sheff, die elkaar kennen van de band Okkervil River, een band waar ik veel minder mee op heb, bestaat inmiddels alweer 14 jaar. Na het coveralbum Fellow Travelers (2013) en wat bezettingswisselingen zijn ze nu terug met Jet Plane And Oxbow. Naast zanger/gitarist en afgestudeerd ornitholoog (vandaar de bandnaam die pijlstormvogel betekent) Jonathan Meiburg zijn het hier Howard Draper, Lucas Oswald, Cully Symington (Cursive, Okkervil River, The Twilight Singers), Danny Reisch (Lemurs) en producer/muzikant Brian Reitzell die de band completeren. De inspiratie haalt Meiburg hier uit de periode van rond 1980, alwaar fraaie bands en artiesten als Joy Division, Can, Talking Heads en voor hem met name David Bowie een diepe indruk maken. Met terugwerkende kracht liggen deze aan de basis van hun nieuwe werk. De muziek is meer uptempo, veelzijdig en luider. Er wordt meer elektronica gebruikt, krautrock motorik toegevoegd en allerlei andere verrassende elementen ingezet. De zang van Meiburg is daarbij onverminderd pakkend en geëmotioneerd. Ik heb het album nu al een keer of 4 gedraaid en je blijft er dingen ontdekken; je raakt gewoonweg niet uitgeluisterd. Alle schroom, mits ze dat na al die jaren nog hadden, lijkt afgeworpen. Shearwater is los! Ze brengen, mede door de invloeden, zowel iets oud en vertrouwds als hedendaags. Denk daarbij aan een lekker tijdloze mix van Patrick Wolf, Final Fantasy, David Bowie, Interpol, Joy Division, Simple Minds, Xiu Xiu en Death Cab For Cutie. Daarmee gaan ze met gemak over hun vorige topalbum heen. Het blijft een eigenzinnige topband.

 

Tindersticks – The Waiting Room (cd+dvd, Lucky Dog/ City Slang / Konkurrent)
tindersticks-thewaitingroomIk ken eigenlijk geen zwak Tindersticks album, zelfs hun veelal woordloze soundtracks vallen nooit tegen. Al mis je daar dan natuurlijk wel die haast klassiek geworden croonzang van Stuart A. Staples, die lijkt te bestaan uit een melancholische mix van sigaretten, een goede whisky en een zwoele nacht. Een stem die pure emotie en sfeer uitademt. Toch lijkt hun derde album Curtains uit 1997 de ultieme klassieker in hun genre te zijn. Maar doordat ze hun koers toch dikwijls wijzigen, blijven ze relevant en ook mateloos populair. Dit jaar bestaan ze alweer 25 jaar. Ik heb ze meermaals live gezien en zie dan ook reikhalzend uit naar nieuw werk van deze fenomenale giganten. Het is zes jaar na het overlijden van hun bevriende zangeres Lhasa De Sela dat ze The Waiting Room uitbrengen. De titel lijkt niet helemaal willekeurig gekozen, want één van de hoogtepunten op het album is het aangrijpende “Hey Lucinda”, dat een duet is met deze fantastische zangeres, waarmee ze eerder ook al hebben samengewerkt. Kennelijk heeft een deel al lang op de plank gelegen alvorens ze dit naar buiten hebben willen brengen. Iets waar de groep Esmerine, ook nauw betrokken bij deze geweldige zangeres, eerder al deed op hun cd La Lechuza (2011). De tranen schieten nu ook weer in mijn ogen bij het horen van haar stem. De Tindersticks brengen dan ook een uiterst respectvolle ode aan hun heldin. Echter de rest mag er ook wezen. De inkleuring bestaat minder uit strijkmuziek en meer uit blazers, elektronica en stiltes, maar die nachtelijke atmosfeer weten ze als geen ander vorm te geven. Ook Jehnny Beth van Savages geeft hier een geweldige gastbijdrage. Dat alles maakt ook dit werk weer tot een andere dan de voorgaande en zo ontzettend essentieel en misschien wel tot één van hun allermooiste.

 

Tortoise – The Catastrophist (cd, Thrill Jockey/ Konkurrent)
tortoise-thecatastrophistHet in 1988 opgerichte Tortoise, met leden van bands als Isotope 217, The Sea And Cake, Chicago Underground Trio, Eleventh Dream Day, Slint, Pullman en Brokeback, is één van die bands die in één adem met post-rock oude stijl genoemd wordt, maar in feite nooit helemaal ergens gehuisvest kan worden. Daarvoor zijn ze net te eigenzinnig en weten ze telkens een andere draai te geven aan hun muziek en stijlen als dub, jazz, krautrock en minimal music te incorporeren in hun sound. Toch herken je ze op de één of andere manier weer uit duizenden door de bijzondere twist en sfeer die ze aan alles meegeven. Een nieuwe cd blijft een verrassend cadeau waar je van tevoren nooit weet wat je uitpakt. Dat geldt ook voor hun nieuwste wapenfeit The Catastrophist, die op de nominatielijst staat voor de lelijkste hoes ooit. Maar bij Tortoise draait het zoals altijd om de inhoud. De formatie bestaat tegenwoordig uit Dan Bitney, John Herndon, Douglas McCombs, John McEntire en Jeff Parker. Ze zijn op dit album misschien verder verwijderd van de rock dan ook en toch rockt het meer dan ooit. Wulpse motorik, pompende bassen, stuwende drums, geniepige gitaargeluiden, haast tropische percussiestukken, stemmige toetspartijen en bovenal allerhande innovatieve elektronische interventies weten een meeslepend en haast atletisch geheel te vormen. Hoewel ze per nummer voor lichte koerswijzigingen kiezen, stevenen ze wel op hetzelfde doel af. Dat wil zeggen een ontregelende, caleidoscopische werkelijkheid waarbij de grond onder je voeten danst van onzekere vastigheid. Van heel erg kraut-rockerige zweverigheid naar provocerende post-rockachtige aardsheid. Dát maakt dit album weer zo ontzettend interessant en intrigerend, waarbij ze hun onvergelijkbare klasse nog maar eens onderstrepen. Duidelijker kan ik het ook niet duiden. Onderstaande tracks geven de verschillen en de overeenkomsten ook goed weer.

 

Various Artists – Condolence: Paris (cd, Blackjack Illuminist)
va-condolenceparisAlexander Leonard Donat is labeleigenaar van het eigenzinnige Blackjack Illuminist label en houdt er zelf de bands Leonard Las Vegas, Vlimmer, Feverdreamt, Jet Pilot, Flight Recorder, Infravoids en Fir Cone Children, die allemaal uit andere duistere vaatjes tappen. Hij opereert ook wel onder de naam Alexander Leonard Stöckigt en is de zoon en kleinzoon van respectievelijk de Duitse pianisten/componisten Michael Stöckigt en Siegfried Stöckigt. Dat gezegd hebbende, is hij ook een sociaal betrokken mens en besluit iets te doen na de vreselijke aanslagen op 13-11-15 in Parijs; van Donat is het dan ook een kleine stap naar donateur. Dat wordt de compilatie Condolence: Paris. De opbrengsten van deze release, die ook op cassette en als digitaal album verkrijgbaar zijn, gaan naar The Sweet Stuff Foundation. Daarbij haalt hij ook een ijzersterke quote van Leonard Bernstein uit 1963 nog maar eens aan: “This will be our reply to violence: to make music more intensely, more beautifully, more devotedly than ever before.” Muziek als wapen tegen haat. Een mooie uitgangspositie voor een project als deze. Maar liefst 16 bijdragen van uiteenlopende, veelal onbekende artiesten uit Engeland, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Rusland, Zwitserland en Turkije (zie de bandcamp-pagina) zijn het overtuigende resultaat. Vermoedelijk doet enkel The Danse Society een belletje rinkelen, echter doet dat niets af aan de kwaliteit van het gebodene. Het merendeel van de muziek zit in de donkere hoek, al waaiert dat wel uiteen van shoegaze, drones, ambient en post-punk tot gothic, darkwave, neoklassiek en noise. Bijna 80 minuten lang krijg je geweldige muziek voorgeschoteld, die ook nog eens een goed doel steunt. Wat wil je nog meer?

Martijn

Anderson .Paak Malibu
Je zit te wachten op z’n samenwerking met Knxwledge NxWorries, dropt ie nog ff een nieuw album. Net als Venice een broeierige titel en het gebodene is nog een stukje tikje heter. Een brug tussen de hedendaagse hip hop (je hoorde ’m al bij Dr. Dre en The Game vorig jaar), via de golden era helemaal terug naar de dagen van Stevie Wonder. En passant komt die andere geweldige contemporary soul-band Hiatus Kaiyote nog gesampled langs in Without You. Lekkere afwisselende plaat, van dit talent gaan we vast meer horen dit jaar.

Yung Nnelg Fox P2
DazzledSticks
Stropstrikkers Tabula Rasa
Met z’n eerste mixtape What Else viel het muntje wat laat maar nu je boy on it like wet paint. En Yung Nnelg ook, want Fox P2 is een erg lekker setje songs geworden. Waar je bij de Veldentaal-mixtape nogal eens voor een paar nasty bars een oortje moest dichtknijpen, mikt Nnelgie ook op die meids. En dan wordt het wat liever allemaal (al zijn het heus niet gelijk allemaal liefdesliedjes, er is genoeg gebrag en geboast) en dat past prima bij de ruimtelijke, beetje mysterieuze beats. Moest trouwens ineens denken of Bone Thugs-n-Harmony nu de voorbode was van die door auto-tune-gestuurde free form melodieën van tegenwoordig. Bij Sticks’ samenwerking met Dazzled Kid stond ik niet gelijk te springen, maar het eindresultaat is boven verwachting. Tjeerd Bomhof blijkt uitstekende beats te kunnen maken voor Sticks’ inmiddels bijna ambachtelijk te noemen woordkunsten. En tot slot nog wat eckte eckte old school op een ‚nieuwe’ van de Stropstrikkers, de Utrechtse hoeders van de boom bap. In 2014 verschenen alweer, die had ik even helemaal gemist. Maar nog steeds gratis te downloaden op de Groove Monks-site. DazzledSticks kan je ook (gratis, maar betalen mag ook) downloaden trouwens.

Comments

comments

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.