Wij houden ook van homoseksuelen, maar ze mogen geen recensies schrijven. Ook met de Franse slag zijn onze lijstjes uit het:
We luisterden naar: Pierre Bastien, Broadcast, Paul Buchanan, Complicated Universal Cum, Molly Drake, Farmers Market, Ian Hawgood, Black Elk, New Order, Tamaryn, Arthur Doyle, Orphan Fairytale, Emmanuel Holterbach, Edgar Wappenhalter, Girlseeker, Autarcie, Sale Freux en jj. En gingen naar: Orelha Negra.
Pierre Bastien – Machinations (cd+dvd, Rephlex)
Speelse muziek in de letterlijke zin. De bijna 60-jarige Fransman, die volgens mij al jaren in Rotterdam woont, lijkt er zijn levenswerk van te maken. Hij trakteert en verrast ons al jaren met bijzondere muziek die hij creëert met meccano en ander speelgoed, elektronica en akoestische instrumenten. Van kleinschalige projecten tot hele orkesten. Hij is wel een geestverwant met Pascal Comelade, al is de muziek van Bastien minder gemakkelijk in het gehoor liggend. Op zijn nieuwste cd brengt hij wederom een fraaie mix van jazz, filmmuziek, kamermuziek en niet te categoriseren muziek. Zonder dat je soms beseft waarom, weet de muziek je helemaal in te pakken. Fascinerende pracht. Op de dvd laat hij naast echte videoclips vooral zien hoe de geluiden tot stand komen, hetgeen wonderlijk is om te zien. Een unicum!
Broadcast – Berberian Sound Studio (cd, Warp)
Twee jaar geleden (14-01-2011) overlijdt plots Trish Keenan op 42 jarige leeftijd aan een longontsteking. Dat leek toch ook wel einde Broadcast, wat een zeer fijne en afwisselende band is, met naast Trish (zang), Roj Stevens (keyboards), Tim Felton (gitaar) en James Cargill (bas) in de gelederen. Hiervan is tegenwoordig enkel Trish partner James nog van over. Voor haar overlijden hadden ze al de soundtrack gemaakt voor deze film van Peter Strickland, die nu ruim twee jaar later eindelijk het licht ziet. De cd bevat 39, veelal korte nummers die toch op zichzelf staan en lang genoeg zijn om een verpletterende indruk te maken. Het is een spookachtig, droefgeestig geheel geworden vol met hun betere psychedelische elektronica en met enige regelmaat die fijne zang van Trish. Het komt nog het meest in de buurt van hetgeen ze met The Focus Group gemaakt hebben. Schitterend slotakkoord.
Luister Online:
Berberian Sound Studio (album)
Paul Buchanan – Mid Air (2cd, Newsroom Records)
Dankzij Ludo, waar dit album zijn jaarlijst aanvoert, hoor ik ook van dit sologebeuren van de Blue Nile zanger. Wat me vooral aanspreekt is de intieme, melancholische sfeer die me vooral aan Dakota Suite doet denken. Daarnaast hoor ik in de sobere liedjes ook wel iets van John Cale terug. Maar heel weinig Blue Nile vooral. Geeft niks, want Buchanan brengt met minimale middelen, vooral piano en subtiel sfeervolle elektronica, 14 heel fraaie, breekbare songs. Ook de extra disc met 10 nummers mag er wezen. Een release om innig te koesteren.
Complicated Universal Cum – Hello Exit Harmony/ Before F After C (2cd, Fake Diamond/ Word And Sound)
Twee schijven en met twee gezichten. Dat is iets wat Mount Eerie eerder vorig jaar ook al deed en aan het eind van datzelfde jaar ook deze Deense muzikant Frederik Valentin met zijn Complicated Universal Cum. Met zijn psychedelische rockmuziek is hij met zijn vorige album, het gelijkluidende lp debuut, vooral in de bekendheid geraakt door de spraakmakende videoclip van “I Can Hardly Wait” (google maar en je weet waarom). De twee vinylplakken zijn gebundeld tot een dubbel cd en horen ook bij elkaar met als overkoepelende titel Level Body Revelation Pt. One en Two. Op de eerste laat hij een fijn psychedelische en vuige poprock geluid horen, waarin ook diverse Britpop, wave en indiegeluiden doorsijpelen. Denk aan een mix van Stone Roses, Telescopes, Thee Hypnotics en Black Rebel Motorcycle Club. De tweede bevat 4 lange tracks vol zware, psychedelische progrock met krautrock en noise elementen. Hier gaat hij van Wipers naar Spacemen 3 via Neu! weer naar Warsaw. Zoiets dan. Ontzettend vet geluid. Prachtige dubbelslag!
Molly Drake – Molly Drake (cd+boek, Bryter Music)
Officieel stamt deze release uit 2011, alleen wordt deze nu pas overal aangeboden en is de releasedatum eind vorig jaar geworden. Molly is de moeder van Nick Drake en wordt terecht de missende schakel in het verhaal van deze prachtige muzikant genoemd. Nick heeft het talent duidelijk van zijn moeder geërfd. Ze heeft net zo’n fluweelzachte stem, alleen dus een vrouwelijke variant ervan. En ze speelt op de piano en niet op de gitaar. Maar ook bij haar krijg ik meters kippenvel, zo mooi. De opnames zijn krakkemikkig met veel ruis, maar dat heeft ook wel weer wat. In deze gelimiteerde uitgave van 500 stuks krijg je ook nog eens een 72 pagina tellend boekwerk met de gedichten van Molly, waarvan de laatste is geschreven tijdens Kerst 1992. Haar laatste, want het jaar erna overlijdt ze op 78 jarige leeftijd. Een memorabele vrouw, die ons dus niet alleen een getalenteerde zoon heeft geschonken maar nu ook nog eens een prachtig intiem werk van eigen hand.
Luister Online:
Molly Drake (album, in de playerT onderaan de pagina)
Farmers Market – Slav To The Rhythm (cd, Division Records)
Dit bijzondere vijfde werk van de Noren is me helemaal ontglipt al heeft etno-Sub Martijn het hier toch al in week 18 van vorig jaar over. Gelukkig ook in zijn jaarlijst. En terecht! Wat Stian Carstensen en de zijnen brouwen aan hybriden is namelijk volslagen uniek. Het is denk ik hun meest toegankelijke werk geworden, maar ook één van de mooiste. Dit mede doordat hun kruisbestuivingen zo sterk zijn en ze op bombastische hun waar presenteren. Heel veel jaren zeventig prog, jazz, funk en uiteraard Bulgaarse folk (inclusief de Bulgaarse viool). Ook hoor je tussen de sterk instrumentale songs met vele orgels regelmatig Bulgaarse vrouwenzang die niet onder doet voor Le Mystère Des Voix Bulgares. Dat levert een verbluffend goed en tevens erg leuk album. Alleen van de titel kreeg ik al een grijns op mijn smoel. Topplaat!
Ian Hawgood – The Shattered Light (cd, Koen Music)
Black Elk – Sparks (cd, Koen Music)
Ian Hawgood woont wisselend in Tokio en London en houdt er labels als Home Normal, Nomadic Kids Republic, Tokyo Droning en het nieuwe Koen Music. Hij maakt (veel) muziek onder zijn eigen naam, maar ook als Koen Park, Oh No Nuno! en Apocomeno. Tevens maakt hij deel uit van de groepen Kinder Scout, Lost Lanterns en Black Elk. Zijn muziek laveert altijd tussen ambient en neoklassiek. Op dit nieuwe album gaat hij luidruchtig uit de startblokken met een mix van dark ambient, noise en drones. Hiermee varieert hij op fraaie wijze en dan vooral met de hevigheid. Gevoelens van verdriet, woede en verlies komen hieruit duidelijk naar voren, hetgeen alles met de dood van zijn vader te maken heeft. Heel af en toe mixt hij er ook mooie stemklanken door. Intens en indrukwekkend prachtalbum.
Zoals gezegd zit Ian (arrangementen, akoestische instrumenten, elektronica) ook in Black Elk (niet te verwarren met de hardcore groep) en wel met cellist Danny Norbury, pianist Clem Leek en Tim Martin (arrangementen, elektronica, akoestische instrumenten) van Maps & Diagrams; een supergroep(je) kan je wel stellen. Ze scheppen prachtige, rustieke muziek die bestaat uit wisselende delen neoklassiek, glitch en ambient. In twee nummers is nog de zang van Aki Tomita (uit de groep Miyachan Akichan) te horen. Met hun veelal kale, breekbare geluid komen ze ergens uit tussen Tape, William Basinski, Olan Mill, David Sylvian en Library Tapes uit. Buitengewoon innemende pracht.
New Order – Lost Sirens (cd, Warner)
Dit is misschien wel de laatste release van New Order in de oude bezetting, want het botert al jaren niet meer tussen de leden. Peter Hook is ook al solo bezig met zijn nieuwe band The Light. Maar zeker weten doe je het nooit, want ze zijn al vaker weer samengekomen en er zit ook nog een tour in de koker. Hoe dan ook zijn er na hun cd Waiting For The Sirens’ Call (2005) nog best wat nummers op de plank blijven liggen, welke hier nu alle 8 gebundeld zijn. Het is een op en top New Order album geworden, dat niets weg heeft van een kliekjesplaat. Gewoon ruim 38 minuten lang een heerlijk melancholische mix van new wave, pop, elektronica, rock en leftfield. Helden!
Tamaryn – Tender New Signs (cd, Kemado/Mexican Summer)
Voor de betere mix van shoegaze, wave en droompop kan je gerust bij dit duo uit San Francisco aankloppen. Ik heb me pas laat in dit album verdiept, maar het is dus nog van vorig jaar. De uit Nieuw-Zeeland afkomstige zangeres Tamaryn maakt samen met Rex John Shelverton (ex-Vue, Das Audience, Portraits Of Past, Bellavista) weer een broeierige mix van de genoemde stijlen, waarmee ze prettige herinneringen oproepen aan de Creation en 4ad bands van weleer. Toch geven ze er wel een eigen draai aan. Denk aan een bitterzoete kruisbestuiving van Lush, My Bloody Valentine, Slowdive, Mazzy Star, Elysian Fields, Cocteau Twins, Swallow, Bowery Electric en Beach House. Jammie!
Arthur Doyle – In Solo (lp, 8mm, 2012)
Arthur Doyle – Five Poems For The Swamp Ghost (lp, 8mm, 2012)
De inmiddels 68-jarige saxofonist Arthur Doyle kennen we natuurlijk allemaal van zijn Alabama Feeling album uit 1978, of van zijn vreemde verschijning op het Kraak festival in 2011, waar hij samen met Steve Noble optrad. Hij brengt vandaag de dag nog steeds platen uit, al zijn het tegenwoordig tot 150 exemplaren gelimiteerde lp’s op het 8mm label. In Solo is overduidelijk Doyle zonder restricties van andere muzikanten: ruwe freejazz dat hortend en stotend, bijna bezeten naar het einde van zijde A rolt. Er zitten ook subtiele stukken in, maar hoe hij al brabbelend op zijde B nog een kwartier kan volmaken is de meeste mensen te vreemd vermoed ik. Beter behapbaar is Five Poems For The Swamp Ghost, met nog drie andere muzikanten op percussie en elektronica. Vooral de tambura geluiden in het midden van de enige kant van de lp geven rust tussen de diepe en lange uithalen van Doyle op de sax. Je zou er bijna ontspannen van raken.
Orphan Fairytale – Secret Beaches / Fata Morgana (7”, Ultra Eczema, 2012)
Heerlijk nakomertje van Eva van Deuren, in navolging van haar album op Blackest Rainbow vorig jaar. Enerzijds bieden de twee nummers op deze single haar typische sound van speelgoedelektronica: lief als een kitten, melancholisch als in een sprookje. Aan de andere kant is er een overduidelijk verschil met Comets Come Alive. De twee vrolijke songs hebben beide een beat en komen daardoor dichter in de buurt van het geluid van een liveoptreden van Orphan Fairytale. De percussie geeft de toch al exotische muziek nog iets tropisch mee. Swingt als nooit tevoren.
Emmanuel Holterbach – Léonore (7”, Lexi Disques, 2012)
Edgar Wappenhalter – Zingt Hendrik Marsman en Karel Van De Woestijne (7”, Lexi Disques, 2012)
Girlseeker – Lonely Hours (7”, Lexi Disques, 2012)
Drie nieuwe singles van het Brusselse Lexi Disques, daar mag je mij voor wakker maken. Emmanuel Holterbach maakt naast zijn werk voor de Eliane Radigue-archieven orkestrale, zwevende ambient muziek, naar eigen zeggen een herinterpretatie van een klassieke opera. Als je niet oplet krijg je echt waar voor je geld bij deze 7”, want kant B blijft halverwege expres in de groef hangen.
Wappenhalter kennen we van Sylvester Anfang II, maar solo heeft hij ook al heel wat leuks op zijn naam staan. Op deze misschien wel laatste release worden twee gedichten voorgedragen, op de voor Wappenhalter herkenbare wijze: veel echo’s en vertraagd psychedelisch gitaar- en fluitwerk. Op kant B doet Floris Vanhoof nog wat met synthesizers.
Van Lonely Hours mag je gerust roepen dat het de grootste hit is van het Deense Girlseeker, maar tot nu toe verscheen deze alleen op Youtube. Terecht dus, dat dit meezingnummer nu op single verschijnt. Je moet ervan houden: demente new wave pop dat tart met alle regels op het gebied van goede smaak. En is daarom nog steeds verfrissend. Alle drie zijn ze overigens voorzien van prachtig artwork (ook hier geldt: Girlseeker, je moet er van houden).
Orelha Negra@Mezz
DJ Shadow deed in de vorm van vijf Portugese alto-hoodies de Mezz aan. Toetsenist, bassist, drummer, scratcher en vooral MPC-pusher spelen vanaf seconde 1 dikke grooves. Het eerste kwartier vormt zo een spannende build-up tot het moment dat iemand de mic grijpt voor een verse, maar dat gebeurt niet. Dan begint zich te wreken dat de toetsenist wel erg verstopt zit in de mix. Hij had wel wat meer jazzy kansen mogen krijgen om te shinen in deze Mix-Up. Nu is het vooral de (prima) drummer die stevig doorhakt. Het laatste kwartiertje wordt het alsnog feest, met – pwiaaaa! – het bekende deuntje van House of Pain in de sampler, en even later M.O.P eroverheen. Op papier klinkt het misschien als makkelijk scoren, maar in praktijk waren er big smiles all around.
Autarcie Horizons Funestes
Sale Freux L'exil
La Mesnie Herlequin, het label van Famine, houdt het niet bij enkel materiaal van de band van de baas, Peste Noire. Autarcie en Sale Freux zijn beide sterke Franse bands, als je van rauwe en melancholieke black metal houdt. Traditioneler dan hun labelbaas, maar net zo door en door Frans en redelijk vergelijkbaar. Mocht je zweren bij ouder Peste Noire werk dan zijn het geen verkeerde keuzes, met Sale Freux als beste van de twee (meer afwisseling, in wijn gedrenkte vokills, akoestische gitaren en kraaien). De cd's zijn bovendien ook fraai uitgevoerd. Van Autarcie is ook alweer een nieuwe verschenen overigens, maar op een ander label.
jj Kills
Ook al niet nieuw (eind 2010 verschenen), maar wel nieuw voor mij: etherische Zweedse depri-pop, op deze mixtape uitvoerig gebruikmakend van (bekende) hip hop beats en samples. Recente en redelijk mainstream, al ken ik ze goeddeels niet, met uitzondering van Still Dre. Ik ben er nog niet helemaal uit of ik al die autotune nu vervelend vind of niet, maar vooralsnog intrigeert het wel …