Er zat vast epo-gel in dat haar van Ronaldo en bovendien heeft hij die arme van der Wiel zwaar misleid door in de rust van kapsel te veranderen. Ook altijd veranderlijk en zeker vol genot zijn onze lijstjes uit het:
We luisterden naar: Ghosting Season, Hilary Hahn & Hauschka, K-Holes, Kira Kira, The Pirate Ship Quintet, Shannon Stephens, Simone White, Human Don't Be Angry, Niyaz en Ayşenur Kolivar. En gingen naar: Sunn O))). En keken (?) naar: Whisky.
Ghosting Season – The Very Last Of The Saints (2cd, Last Night On Earth)
Het uit Manchester afkomstige duo Gavin Miller en Tom Ragsdale debuteert na een epee nu met hun eerste volwaardige album, dat meteen uit maar liefst 2 schijven bestaat. Overigens zitten ze beide ook in Worriedaboutsatan. Ze brengen iets dat het midden houdt tussen ambient techno, postrock en glitch. Veel van de muziek roept herinneringen op aan de vroegere muziek op de labels Warp en Apollo en dan met name de muziek van Aphex Twin en Locust. Alleen brengen de heren hier wel een modern geluid ten gehore, dat ook associaties oproept met The Field, Gas, Markus Guentner, Celer en Deaf Center. In drie tracks zijn de prachtige stemmen van Knox, Gregory Hoepffner en Birds Of Passage te horen, die een prachtige aanvulling op de sterke instrumentale, organische muziek vormen. Naast de lome en bijna uptempo beats zijn het de geluiden van strijkers, (stem)samples en elektronische toevoegingen die de dienst uitmaken. De rustieke muziek kenmerkt zich door de nachtelijke sfeer en de diepe emoties. Het is allemaal van een heerlijk droefgeestige pracht. Op de tweede schijf krijg je zes alternatieve versies dan wel mixen die nog voor ruim 42 minuten je even buiten de realiteit plaatsen. IJzersterk debuut!
Luister Online bij Soundcloud:
Far End Of The Graveyard
Hilary Hahn & Hauschka – Silfra (cd, Deutsche Grammophon)
Hahn geeft al meerdere malen acte de présence op de albums van Hauschka, het alias van Volker Bertelmann. Logisch dat ze samen een keer iets gaan doen. Dat het op het klassieke label Deutsche Grammophon verschijnt is dan wel weer een verrassing te noemen. Hoewel viool en prefab piano natuurlijk ook klassieke instrumenten zijn. Maar de diverse meer elektronische toevoegingen en de muzikale benadering zijn alles behalve puur klassiek. Nu heeft Hahn, een gevierd orkest violiste, maling aan het gangbare en stapt wel vaker zijweggetjes in. Dit straatje is wel heel mooi geplaveid. Ze brengen samen namelijk de werelden van de klassiek, neoklassiek, minimal music, experimentele muziek en speelse elektronica samen. Een opmerkelijk en wonderschoon geheel.
Luister Online bij Soundcloud:
Silfra (album)
K-Holes – Dismania (cd, Hardly Art)
Tweede album van het vijftal rond ex-The Black Lips zanger/gitarist Jack Hines. En net als op het debuut gaat het er rauw, ongeremd en vuig aan toe. Soms knetterhard en met een lekkere punkattitude, maar veel vaker ook bezwerend duister met allerlei psychedelische details. Met name door dat laatste weet de muziek nogal eens een beangstigend dan wel paranoïde effect teweeg te brengen. Naast de zang (van Jack en Vashti), gitaren, bas, percussie en drums hoor je ook orgel en saxofoon die zo bij de Legendary Pink Dots vandaan lijkt te komen. Ze geven daarmee een bijzondere draai aan hun garagerock en post-punk. Denk aan een vlammende mix van de Butthole Surfers, The Cramps, Nick Cave & The Bad Seeds, Velvet Underground, The Telescopes, Legendary Pink Dots en Babes In Toyland. Geweldig, overdonderend album.
Kira Kira – Feathermagnetik (cd, Sound Of A Handshake/ Morr Music)
Dit is het alias van Kristín Björk Kristjánsdóttir, een IJslandse componiste, audio/visuele kunstenares en medeoprichtster van het label en collectief Kitchen Motors (waar ook Jóhann Jóhannsson deel van uitmaakt). Zo nu en dan brengt ze eens een album uit. Dit is haar derde werk, waarop ze met de opnames samenwerkt met Dustin O’Halloran en Nils Frahm. Daarnaast wordt ze ondersteund door een klein leger aan gasten op cello, gitaar, trompet, contrabas, klarinet, viool, elektronica, psalter, percussie-instrumenten, fluit, sampler, theremin, harmonium en hoorn. Zelf legt ze in verschillende samenstellingen de basis met elektronica, noise, zang, vibrafoon, orgel, piano, theremin, kalimba en beats. Hiermee zet ze een nauwelijks te omschrijven geheel neer. Het is een soort magma waarin van alles is samengesmolten: experimentele en elektronische muziek, jazz, neoklassiek, idm, glitch en tribal. Dat trekt als een nachtelijke film op intrigerende wijze aan je voorbij. Mysterieus, ongrijpbaar en dikwijls verbluffend mooi.
The Pirate Ship Quintet – Rope For No-Hopers (cd, Denovali)
Ik begon al te twijfelen aan het voortbestaan van de Britse groep, waar 5 jaar geleden een veelbelovende mini van is verschenen vol eigenzinnige postrock. Nu zijn ze eindelijk terug. Ze presenteren 5 nieuwe nummers, maar wel met een totale lengte van 48 minuten. De band bestaat uit de 5 kernleden Ziapour (bas), Jona (drums), Alex (gitaar), Alphie (gitaar) en Sandy (cello) plus Moo (trompet) and Terrence (zang). Sandy is een getalenteerde celliste die onder meer al voor The London Symphony Orchestra heeft gespeeld. Ze vervult een centrale rol in de band met haar prachtige, veelal ontroerende spel. De overige leden omringen haar met subtiele mathcore en postrock tapijten, die af en toe uitgroeien tot imposante geluidsmuren. Bij tijd en wijlen schreeuwt Terrence daar maniakaal doorheen. De opbouw is ijzersterk. Het doet denken aan een combinatie van The Evpatoria Report, Blueneck, Mono, Isis en Rachel’s. Overrompelende, emotionele bominslagen met ervoor en erna die prachtig requiem-achtige muziek.
Shannon Stephens – Pull It Together (cd, Asthmatic Kitty)
Drie jaar geleden plukt Sufjan Stevens deze dame achter het fornuis vandaan. Ooit delen ze de band Marzuki. In 2000 maakt ze een ook een fijne singer-songwriterplaat met Americana folk en altcountry invloeden, waarvan Will Oldham een nummer heeft gecoverd. Pas negen jaar later verschijnt haar tweede album The Breadwinner, waar ze een soberder, ingetogener, intiemer en meer droefgeestig geluid laat horen. Goudeerlijke, pure muziek die gewoonweg bloedstollend mooi is. Een uitstekende comeback dus. Nu heeft maar 3 jaar geduurd eer er een nieuwe cd is. Hierop trekt ze de lijn van het vorige album gewoon door, zij het dat ze een iets extroverter en stoerder geluid laat horen. Voor de rest zijn het nog steeds ontwapenend mooie en breekbare songs. Ze krijgt steun van maar liefst 14 artiesten, waarbij Bonnie Prince Billy (zang) en DM Stith (koor) de opvallendste zijn. Haar zielenroerselen, die ze zelf bezingt en voorziet van gitaar, worden verder ingekleurd met gitaar, banjo, bas, drums, piano, orgel, koorzang, pedal steel en trompet. Het levert allemaal sfeervolle pracht op die je weet te raken. Ergens tussen Cat Power, Mia Doi Todd, Lisa Germano, Nathalie Merchant en Nick Drake neemt de geweldige Stephens nu op eigenzinnige en comfortabele wijze haar plek in.
Simone White – Silver Silver (cd, Honest Jons)
Na haar grote doorbraak met de “Beep Beep Song”, die in een Audi commercial werd gebruikt, is ze toch niet naast haar schoenen gaan lopen. Ik bedoel het debuut I Am The Man (2007) was al een feit maar op het vervolg Yakiimo (2009) pakt ze het verstild mogelijk nog eigenzinniger aan. Haar grootste kracht is haar verbluffend mooie stem, die bij elke klank gehuld in een zacht droefgeestig, mysterieus laagje uit haar mond lijkt te komen. Ook op haar derde album weet ze haar bijzondere arrangementen daarmee naar een hoog niveau te stuwen. Soms hoor je wat rudimentaire lome geluiden, die wel wat van een dronken gamelanorkest weg hebben en op andere momenten wordt de boel fraai opgepoetst en van strijkers voorzien. Tevens zijn er bizarre experimenten te horen, zo lijkt het in de titelsong wel of ze met een folkband een zigeunerorkest ramt, maar het resultaat klinkt toch altijd zacht en lieflijk. Verraderlijke muziek. Ze krijgt hulp van Andrew Bird, Thao, Victoria Williams, Raft
er Roberts en nog een paar anderen op viool, zang, harmonium, bas, keyboards, klokkenspel, Rhodes en andere synthesizers. Het is een spannende mix van elektronica en akoestische instrumenten, die steeds complexe maar op toegankelijke wijze aan de man gebracht worden. Een heerlijk nuchtere en bovenal schone, rare meisjesplaat.
Luister Online (klik op de nummers in het rood):
Silver Silver (albumsnippers)
Human Don't Be Angry – Human Don't Be Angry
Malcolm Middleton liep de laatste paar jaar duidelijk tegen creatieve grenzen aan. Zijn debuut 5:14 Fluoxytine Seagull Alcohol John Nicotine was sterk, maar daarna werden de solo-platen almaar minder. Hij kondigde aan te stoppen, maar kwam daar gelukkig van terug. Human Don't Be Angry is een boeiende en rare 'reboot'. Veel Laurie Anderson-achtig herhaalde vocalen, überhaupt een fikse lading electronica, en vooral veel koel gepiel op toetsen en snaren. Klinkt als een ingewikkeld recipe for disaster ('getting better at feeling like shit', zegt Middleton zelf) maar het levert juist een merkwaardig én bijzonder geheel op. Je nek uitsteken, en het anders doen, het wordt beloond.
Whisky (Juan Pablo Rebella en Pablo Stoll)
Je hebt in de Zuid-Amerikaanse cinema naast grauwe politieke verwerkingsfilms ook lieve knuffelige indie-pareltjes. Uruguay bracht ons in die laatste categorie supermarkt-romance Gigante en Whisky is uit dezelfde stof geknipt, met als bonus dat de film zich afspeelt in een joodse familie. Grijze, saaie mannen die Grunberg of Koller heten, en die hun laatste restje uit maté gelurkte energie op de tribune van één van de 59 voetbalclubs van Montevideo kwijt kunnen. Je móet er wel van houden. Het eerste half uurtje van Whisky is tegelijk standaard-arthouse én uiterst effectief, vol kleine beeldgrapjes en glimlachjes. We maken kennis met een volslagen verlopen naai-ateliertje. De rolluiken moeten nodig gerepareerd worden, maar baas Koller doet dat liever zelf. Zo heeft hij ten minste nog wat te doen. Die paar sokken die hij en zijn drie werkneemsters voor supermarkt Grunberg maken zijn de moeite niet. Dag na dag zien we dezelfde repeterende handelingen. Het wachten is op de grote omwenteling. Is het misschien zijn oudste werkneemster? Bloeit hier liefde? Vanzelfsprekend komt de wending van buiten, met het bezoekje van een Braziliaanse broer. Koller heeft hem voorgespiegeld dat hij getrouwd is met zijn preutse werkneemster, tot tevredenheid van zijn charmante vlotte broer, die het zakelijk wél gemaakt heeft. Hij komt eigenlijk alleen maar voor het plaatsen van moeders grafsteen, maar wil natuurlijk toch langer blijven. De tweede helft van de film gaat het drietal op reis naar een winters leeg vakantie-oord. En dat is precies zo Coney Island-nostalgisch als je verwacht. Mooiste moment? Twee oude broers aan de air hockey.
Sunn O))) @ Scheld'apen, Antwerpen
Na zes keer en de laatste, matige show in een Rotterdamse kerk waren de verwachtingen niet hooggespannen. Vanavond, in de open lucht, omgeven door de muren van Fort 8 geven Greg, Stephen, Tos, Attila met Randall achter de mengtafel echter de beste show weg die ik tot op heden mocht ondergaan. Waar eerdere shows ononderbroken doordroneden wordt er vanavond wat afwisseling geïntroduceerd. Tos springt er bijvoorbeeld uit met een Moogpuls die zorgt voor een meer ritmische benadering. Ook is er een Khanate-achtige breakdown waarin Attila, die vaak de vorm aanneemt van een pilaar van rook, ruimte krijgt om shinen. Misschien niet het hardste (volgens Randall was het in Paradiso, met Malefic, harder), maar wel de meeste vibraties, wellicht door de hoge fortmuren die ons omringen. Broekspijpen, neusvleugels, diverse delen van het lichaam worden gefrequenteerd. Het fort moet van een afstand overkomen als een vervaarlijk rommelende, stomende pan, de politie komt in ieder geval poolshoogte nemen omdat het in de stad te horen is.
Niyaz Sumud
Ayşenur Kolivar Bahçeye Hanımeli
Sumud is het derde album van het trio rondom de Iraans-Amerikaanse zangeres Azam Ali. Waar haar solo-albums me soms wat te new-agey worden zorgen de zware beats in Niyaz voor een duisterder sfeer. In combinatie met de invloeden vanuit alles tussen Turkije en India zorgt dat voor een coole mix waarvoor de term 'wereldmuziek' nu eens wel de lading dekt. Lekkere plaat. Minder hip maar niet minder mooi is de plaat van Ayşenur Kolivar, wiens muziek mij al opviel in de indringende film Sonbahar. Muziek van de oostelijke Zwarte Zee in Turkije en Georgië, het gebied van de zgn. 'Lazen'. Het album lijkt ook een beetje vormgegeven als een reis langs de kust waarin verschillende stijlen worden belicht. Het thema van de film keert een paar keer terug op dit album, de filmversie is wat bombastischer gemaakt. De sfeer is veel meer akoestisch, hoewel er ook elektrische instrumenten worden gebruikt. Ook duiken er hier en daar gesproken tekstsamples op.