Diamond Gloss – Nomawkish

Diamondgloss-nomawkish[cd, Fluttery]

De uit Lissabon afkomstige Gonçalo Pereira, niet te verwarren met de gelijknamige gitaarvirtuoos, is een veelzijdig muzikant. Hij begint in 2005 in de groep Purfect, dat na het uiteengaan ervan in 2010 omgedoopt wordt tot het soloproject How Comes The Constellation Shine. Hij brengt elektronisch gestuurde postrock, waarbij het aandeel van de gitaar gegroeid is ten opzichte van zijn vorige band. Hiermee brengt hij de twee sterke albums Belongs To Mafra (2012) en Mémoire (2013) uit. In 2012 toont hij zich van een andere kant onder het alias Francis Alun Bell, waarmee hij de driedubbele cd-box Augustin uitbrengt. Hiermee flirt hij nog wel wat met postrock, maar het merendeel draait daar om zijn heerlijk droefgeestige piano/toetspartijen en dus niet zozeer een gitaaralbum. Filmische nostalgie, afgewisseld met elektronica, glitch- en ambient-elementen, akoestische gitaar, percussie en strijkarrangementen. Het is van een intieme schoonheid. De rode draad lijkt, of het nu om harde of verstilde muziek gaat, te bestaan uit de heerlijke melancholie. Ondertussen heeft hij ook al het project Diamond Gloss op de rails gezet. Het debuut Bears verschijnt in 2011 op het immer verrassende Fluttery label. Hierop versnijdt hij verstilde postrock met neoklassiek, ambient, idm en glitch. De muziek is uiterst ingetogen en droefgeestig, wat wellicht alles te maken heeft met het feit dat hij het aan zijn overleden vrouw heeft opgedragen. De serene en rustgevende muziek kabbelt heerlijk je onderbewustzijn binnen, als een fijne dagdroom waarbij de nachtmerrie die erachter schuil gaat liefdevol bedekt wordt. Het laveert van symfonische naar meer experimentele stukken, waarbij de piano een hoofdrol vervult in het grote, veelal desolate geheel.
Drie jaar later komt hij met het vervolg Nomawkish, wederom uitgebracht op Fluttery. Hij brengt acht composities, die bij elkaar ruim 57 minuten duren. Pereira neemt meer dan ooit de tijd om zijn stukken uit te werken. De piano speelt nog altijd een grote rol, maar hij lardeert zijn muziek ook met gelaagde strijkpartijen, koorzang, ambient, glitches, drones, veldopnames en uiterst breekbare, subtiele akoestische en elektronische geluiden, dikwijls gebracht middels samples. Het is een stuk duisterder en introverter, maar de output ervan raakt je des te meer. De neoklassieke elementen zijn ook duidelijk toegenomen en hij weet tot de verbeelding sprekende, filmische pracht te produceren. Eigenlijk is er nog nauwelijks wat over van de postrock en is het meer een neoklassiek werk geworden met experimentele, shoegaze en ambient invloeden. Hij houdt hier dan ook het fraaie midden tussen Hammock, Olan Mill, Stars Of The Lid, Henryk Górecki, Bitcrush, Sigur Rós en Deaf Center. Het is van een adembenemende, diepgaande schoonheid die je enkel het zwijgen oplegt. Magnifiek en majestueus!

door Jan Willem Broek

Comments

comments

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.