Dean Roberts – And The Black Moths Play The Grand Cinema (cd, Ritornell/ Mille Plateaux 2000)

De Nieuw-Zeelandse multi-instrumentalist en singer-songwriter Dean Roberts heeft een rijk muzikaal verleden. Hij start in 1992 met het geweldige free-noise trio Thela, waarin ook Dion Workman (Parmentier) en Paul Douglas aka Rosy Parlane (Parmentier) zetelen. Parallel hieraan maakt hij solo albums als White Winged Moth, waarmee hij muziek maakt die tussen folk, experimentele muziek en drones landt, veelal uitgebracht via zijn eigen label Formacentric Disk. Daarnaast werkt hij samen met Sunburned Hand Of The Man en geeft hij acte de présence in The Tower Recordings en pas later, omstreeks 2004, in Autistic Daughters (met Werner Dafeldecker en Martin Brandlmayer). Maar vanaf 1997, als Thela dan al een jaar ter ziele is, begint hij ook muziek onder zijn eigen naam uit te brengen. Zijn output bestaat meestal uit minimale maar ragfijn gedetailleerde abstracte muziek met een lichte neiging naar postrock.

deanroberts-andtheblackmothsplaythegrandcinemaIn 2000 verschijnt zijn derde cd met de schitterende titel And The Black Moths Play The Grand Cinema op Ritornell, één van de sublabels van Mille Plateaux, waarop abstract experimenteel elektronische muziek en geluidskunst wordt uitgebracht. Dean Roberts is hier op z’n best en pakt het groot(s) aan met gitaar, (fluister)zang, piano, computer, effecten, elektronica, altviool, orgel en cimbaal, waarbij hij nog vergezeld wordt door Matt Valentine (bas), Charles Curtis (cello) en Tim Barnes (drums, percussie, harmonium, computer, effecten). Roberts ontpopt zich als een ware microscopisch geluidsarchitect, want hij weet al die geluiden om te smeden tot verstilde abstracte pareltjes; klein en breekbaar, maar ontzettend intrigerend. Knisperende glitch, sluimerende drones, jazzy elementen, abstracte details, subtiele postrock en bevreemdende pop, het zit er allemaal in verstopt. Zo nu en dan zwelt de muziek iets aan en zingt hij skeletachtig of fluistert wat. Grof gezegd klinkt het als de ideale kruisbestuiving van Talk Talk, Denzel & Huhn, Tape en Fennesz, maar daar doe je hem eigenlijk mee te kort. De kracht zit hem hier niet alleen in de wonderschone buitenkant, maar mede in de fantastische composities, het spelen met volume, het weglaten van geluid of het niet afmaken van een ingezette klank. Al deze details maken dit album tot een onvergetelijk meesterwerk. De versie op Ritornell bestaat niet meer, maar Staubgold heeft het album opnieuw in 2004 uitgebracht op cd en lp. Overigens is ook al zijn andere werk de moeite waard om in door te grasduinen. Rond Dean Roberts is het inmiddels al 7 jaar stil, maar wie weet horen we in de toekomst nog iets van deze eigenzinnige meester.

Comments

comments

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.