Mijn selfie van het cinemajaar. (Onder het motto: je moet eerst van jezelf houden voordat je van een ander kan houden.)
Natuurlijk is een jaargrens volslagen arbitrair, maar zelden werd dat zo mooi geïllustreerd als in 2013. Op de laatste dag van 2012 plaatste ik een overzichtsartikel met als rode draad 'films die je vervoeren'; op 1 januari keek ik een exemplaar dat daar briljant tussen paste. Het lieve Las Acacias is zó arthouse dat de paar plot-dingetjes die er met de trucker gebeuren haast al teveel van het goede zijn. Laat ik me dit keer dus maar niet aan onbestemde associologie wagen, dat laten we beter over aan een man als Slavoj Žižek. De Sloveense cultuurcriticus vermaakte (en ver-maakte) met The Pervert's Guide To Ideology. Niet alleen door zijn wonderlijke beschouwingen, ook het fragmentje van Brief Encounter kwam ineens aan. Volgend jaar enkel romantische melodramas?
Serieuzer, eigenlijk had Weekend in het begin van het jaar al een kiem gelegd. Deze moderne update maakt de homoseksuele metafoor van Brief Encounter expliciet. Provocatief, filosofisch en aandoenlijk grappig. Een film vol aanrakingen van geheel andere snit is The Comfort Of Strangers. Paul Schrader staat immer garant voor ongemakkelijk wiebelende verhalen. Christopher Walken speelt er een van zijn beste rollen als galante matchmaker from hell. Hij laat twee relaties als dovende kaarsen nog één keer in volle hevigheid opflakkeren. Wat meer onschuldige pleziertjes zijn te zien in California Split. Altman is achteloos goed voor én met outcasts. Voeg daarbij wat kaartspelletjes, Elliott Gould, een pre-fame-cameo van Jeff Goldblum en het handen wrijven hield wat mij betreft niet op!
In Le Cercle Rouge aaien de Franse noir-helden met hoeden niet alleen allerhande katjes – Commissaire Mattei is klassieke Altman – ook voor een potje driebanden maken ze tijd. Inclusief ouderwets Studio Sport-shot. Ben de Graaff fluistert er nog net geen commentaar bij. Dat was overigens best welkom geweest, want het hermetische Le Cercle Rouge is oorverdovend stil. Je houdt er zelf bijna je adem van in, om het noodlot niet te beïnvloeden.
De ultieme koele kikker van de Europese cinema is Michael Haneke. Zijn vlijmscherpe mes snijdt in zijn 'glaciation trilogy' door diepgevroren emoties. Hoeveel pingpongballetjes moet een mens terugslaan om zichzelf te vinden? Hoeveel tangram-puzzels moeten er opgelost worden om tot verlossing te komen? Bij Haneke minstens 71 Fragmente einer Chronologie des Zufalls.
Gelukkig kan cinema ook heel teder zijn, op charmante wijze verliefd op zichzelf. Our Beloved Month Of August is een vroeg meesterwerk van het Portugese talent Miguel Gomes. Echt zo'n wervelende Alles-film vol van super-subjectivisme, waarin vluchtige associaties tot verhaal worden om weer in een liedje uiteen te vallen. De meta-humor vindt een laat hoogtepunt in een hilarische aftiteling.
Voor meer prikkelende sensualiteit kun je bij Maurice Pialat terecht. Zou de man wel eens een slechte film hebben gemaakt? In Loulou botst het bourgeois poppetje Isabelle Huppert op de kolossale proleet Gerard Depardieu. Onverzadigbaar genietend. Maar werken? Ho maar. Petty crime, pimpin' en jailtime, daaruit bestaat de man. En hijzelf, zijn hele omgeving, én de film doen daar niet moeilijk over. Er zijn prachtige scenes met barflies en moedertjes. Bij Pialat landt ieder personage in het verhaal alsof het een met kippenveren gevuld kussen is. (Ook Pialats Police illustreert dat punt moeiteloos. Wie dan nóg meer Depardieu wil kan terecht bij het hormoondolle Preparéz Vos Mouchoirs, de enige film die me in Mozart doet geloven.)
Filles. Het favoriete onderwerp van elk kunstvorm ooit. Ook in het cinemajaar kwamen ze dus weer in alle soorten en formaten langs. Opgroeien in koloniaal Afrika bijvoorbeeld, samen met het jonge alter ego van Claire Denis. Of de 'Malle' vriendschap van twee New Yorkse gymnasiastes in The World of Henry Orient. Dertien jaar, het laatste jaar als kind. De opmaak en de opmaat tot het echte leven nadert. Roy Andersson besteedt een heel uur van zijn Swedish Love Story aan tieners die elkaar kopjes geven gedurende de zonovergoten Stockholmse zomer. Instagram in de seventies… Net als het wat begint te kriebelen laat Andersson de waanzin de film binnensijpelen.
Ruby is niet Stranger Than Paradise, dus van slackeren of depri-gesip is geen sprake. Wees actief! De film zit vol lijzige, sluik(s)e, peinzende meisjes, die langzaam vaste grond onder de voeten vinden. De vrouw uit de Japanse animatiefilm Only Yesterday is al een stapje verder. Ze maakt het testament op van haar jeugd, tijdens een zomer op het platteland. Alleen Japanse anime durft zulke kabbelende 'volwassen' onderwerpen aan te snijden. Het gepingel op de piano, de ecologie en de treinen, ze werken allemaal precies zo op je in als je van een Studio Ghibli-productie verwacht. Dichter bij tranen kwam ik dit jaar niet, kijkend naar het scherm.
In 2013 maakte ik mijn verzameling Kaurismäki's compleet. Ik hoef vast niet meer te vertellen dat de Finse regisseur een unieke kijk op de dingen heeft, die ook in zijn vroege werk al bijzonder herkenbaar aanwezig is. Een vaste schare 'droopy' acteurs bevolkt Aki's eigen versie van Finland. Een land waarin Aki's favoriete bandjes gewoon in elke bar spelen, en stokoude blues klinkt. In Calamari Union wordt zowaar niet gedronken, maar de humor doet weer vele drooggevallen glaasjes vermoeden. Het restaurant in de openingsscène van Drifting Clouds is al even leeg. Maar ja, leeg en warm, dat is een een-tweetje voor Aki! Pianist Shelley Fisher zorgt er voor hét openingsliedje van het filmjaar. Al kwam Seven Beauties daar ook dichtbij. Welke oorlogsfilm begint met een reeks absurd gecroonde statements? 'The ones who don't enjoy themselves… Even when they laugh. Oh yeah.'
Elk jaar bevat zijn filmbijbeltje, en dit jaar fungeerde voor mij een oude bekende: The Best 1000 Movies Ever Made aldus The New York Times. Ik verkijk me toch altijd weer op het onwaarschijnlijke aantal. Ik hapte er honderd weg, maar ook nu bleef completering meters aan celluloid weg. Toch begin ik te merken dat de films die overschieten meer en meer buiten mijn smaak vallen. Ik waande me een trouwe kijker van Turner Classic Movies. Veel oude oorlogsfilms en (melo)dramas. In de laatste categorie waren vooral On The Beach, Dodsworth en The Country Girl de moeite waard. Niets te klagen verder, zodra de Times een echt auteurspareltje wist te serveren was het er een van blinkende klasse. Ongeveer alles wat je van tevoren over Italiaanse cinema kunt bedenken zit in La Ragazza Con La Valigia. Sexy Bertolucci. Raadselachtige Antonioni. Lichtvoetige Fellini. Een film van grote schoonheid, en niet alleen dankzij Claudia Carndinale. (Wie er genoeg van heeft kan een Divorzio all'italiana overwegen…)
Van de Italianen naar de Duitsers is een kleine stap ('oh yeah') en eindelijk schoot Fassbinder eens raak. Geef een recalcitrant en eigenzinnig regisseur een bordeel en hij maakt een goede film, zo bewees ook Exotica. Je kunt Fassbinder's Lola het best bekijken in combinatie met haar Ossi-counterpiece Spur der Steine. Beide films gaan over de corrupte molen der bouwprojecten. Zeer smakelijke satires. (En waar satire is, is waarheid.)
We blijven op lichte voetjes met Jonathan Demme's Citizens Band (ook wel bekend als Handle With Care). Demme rommelt even toegankelijk als de radioamateurs. De piraten draaien geen schlagers, maar communiceren via de radiogolf. Een soort internet avant la lettre. Je kiest een 'handle' en je kan zijn wie je altijd al wilde zijn. De gebruikelijke onderwerpen komen langs. Nazi's, religie en dirty talk. 'The only thing I'm wearing right now is a radio….'
Voor de twee mooiste films uit de eindeloze back catalogue duiken we het diepe in. Twee films van de 'wandering kind', met getroebleerde, dwalende mannen. The Swimmer pakt het in alle decadentie elegant aan. Burt Lancaster bedenkt dat er een heel parcours aan zwembaden door z'n villawijk klaarligt, op weg naar huis. Iedereen verklaart 'm voor gek. Maar wat is er nu beter dan een 'onmogelijk project'? Natuurlijk heeft het idee een hoog 'met één been op de stoep en de ander in de goot'-gehalte. Hij zwemt door de stroom des levens. The past inside the present.
Wake In Fright zou je het duistere broertje van The Swimmer kunnen noemen. Het hoofdpersonage zit gevangen in de cel die de wereld heet. Ontsnappen is uitgesloten, wat hij ook probeert. Voor ik dit artikel schreef zapte ik nog even door de film. Zelfs in korte flitsen is het effect onthutsend. Marianne Thieme mag absoluut niet kijken. Ieder ander zou dat wel moeten doen. Daal af in dit Danteske inferno van de Australische outback. De eerste poortwachter is een oververhitte receptioniste. Zij zet de toon voor waanzin. Bier, zonlicht, pillen, geweren, kangoeroes, heel veel kangoeroes. Je zult ze nooit vergeten. Two (thumbs) up.
Cinematigheden
Als de meeschrijvers hun huiswerk hebben genoteerd, beginnen we aan het slechtste uit Nederlandse bioscoopjaar 2013.
*The Great Gatsby
Luhrman liet per ongeluk zijn ghettoblaster met Q-Music aanstaan.
*Passion/Side Effects
Wat is er enger dan een lesbienne? Een pseudo-lesbienne!
*Trance
Kut.
*Mr. Morgan's Last Love
'Do you remember how she'd lit up the room?' 'Yeah, like the sun.' De simpelste filosofie-professor uit de filmgeschiedenis doet snakken naar de gifbeker.
*De Nieuwe Wildernis
Dieren 'vieren het leven', op een postzegeltje. De dierentuin 2.0, wees er maar trots op. (Onder biologen gaat het gerucht dat een gedeelte van de beelden uit Oost-Europa stamt.)
*Ginger & Rosa
Overspel is net zo erg als De Bom. In de slotscène worden de personages op een rijtje verzameld om het gezamenlijk uit te brullen. Het sixties-beeld is inderdaad om te janken.
*Silver Linings Playbook
Twee halve gekken maken één, en de samenleving kan weer rustig slapen. Een film goed beginnen en dan zo finaal in letterlijke schoonheid laten sterven. Dat kan alleen in Hollywood, Nep-Al.
*The Place Beyond The Pines
Een hoop film, met weinig resultaat. Zo'n Babelig toevalsmozaïek waar regisseurs maar verkikkerd op blijven. Juist van Derek Cianfrance (Blue Valentine) had ik meer verwacht. Hij laat hier alle kansen op een intiem verhaal liggen, en serveert matige schetsjes van genrefilms. (Had er dan één uitgewerkt…) Als je maar genoeg 'tig years later' inlast kun je werkelijk alles bij elkaar laten komen. Uiteindelijk gaat iedereen eraan te slotte. Het wapengekletter is onlosmakelijk verbonden met het Amerikaanse genotype, maar het slot weet toch geen vuurwerk te brengen. Al die moeite voor niets.
Cinemagie
Daar zijn ze dan. De beste twintig. (Eervolle vermelding nog voor Le Passé, waarvan ik maar niet kon beslissen of ie bij de magie of de matigheden hoorde. Een love & hate-film, woordkunstenaar Farhadi zou de verwarring vast waarderen.)
20. Stories We Tell
Sarah Polley op de meta-documentaire toer, vol gecontroleerde waarheid. Het leuke is dat de film dit heel persoonlijk benadrukt. We maken zelf het verhaal van ons leven, andere mensen zien iets totaal anders. Narrativiteit in de praktijk, met Maddin-magie gebracht.
19. Child's Pose
Geld heeft Roemenië bereikt. Het is voor iedereen even wennen. Gelukkig crasht 'het oude verhaal' de film binnen. De ritselingen der corruptie, ze intrigeren wederom. Krokodillentranen ontmoeten echte tranen, dankzij een langzaam ontploffend moeder-zoon-conflict.
18. Blackbird
'Can't whistle. Birds whistle and birds are free.' Zangerig dreigend is Alex Ozerov in dit jeugdgevangenisdrama minstens zo goed in de weer als Ray 'Scum' Winstone, en dat zonder biljartbal. Schaduwvogel Connor Jessup krijgt harde en onverdiende lessen.
17. Mud
'Sitting and waiting makes a man feel so alone.' Van Faulkner naar Cape Fear, met Matthew Connaughey als gids door deze fantasierijke jongetjeswereld. Aan de zijlijn is Michael Shannon in de weer met zelfhulpboekjes. ('Be sure you do the worksheets.')
16. The Imposter
Een docu vol geestelijke verwarring en Herzogiaanse characters. Geen brute toestanden, maar een geniepig langzaam doorsijpelende twist, waardoor de film in feite dezelfde truc toepast als haar hoofdrolspeler. Zaai twijfel, want twijfel is het begin van geloof.
15. Kid
Dumont in de Kempen. Jongetjes ravottend in een leeg dorp. Moeder zweeft als een gedoemde duistere fee door het huis, waar rolluiken de zon buiten dienen te houden. Het lijden wordt versterkt door de muziek. Orgels die eindeloos op één akkoord blijven hangen. 'Amai ik zat vast'.
14. Oh Boy
Woah boy, wat doe je? Ferris Bueller sjokt door Berlijn met een depressie. Opent de wereld zich niet voor de jongen, of de jongen zich niet voor de wereld? De filmreferenties geven wat lucht – 'Jemand sollte diese Stadt ausmisten' – maar de balletvoorstelling is onverbiddelijk.
13. Boven is het Stil
De meest Roemeense film uit Nederland ooit. Zeldzaam kalm. Realisme was hét kenmerk van de Nederlandse schildereeuw, dus waarom zou dat ook niet op het cinema-doek kunnen. Alles in een donker licht. Behalve op de slaapkamer. ('Licht aan? Licht aan.')
12. Paradies Liebe/Glaube/Hoffnung
Seidl overtreft zichzelf met deze sadistisch drie-eenheid der moderne onvolmaaktheid. Waar is de zin? Wat heeft nog zin? Het lijkt wel een schreeuw om 'fremdzwang'. Laat iemand ons dwingen onze lusteloze apathie achter ons te laten. (Wildeman, God, Dokter, redt ons!)
11. El Ultimo Elvis
'Oh I wish I was in the land of cotton.' Elvisje. Al decennialang slechts het icoon der losers, maar zelfs in die vorm blijft hij onverslijtbaar. El Ultimo Elvis bevat geen grote ideeën, maar de kleine 'pitch' waaruit de film bestaat wordt met veel klasse en g-a-a-a-lm binnengeslagen.
10. Después de Lucia
Een Lynchiaanse achtbaan door een ander Mexico. Iedereen is zo upper class als wat. Toch wordt deze brute Bling Ring met elke verwarrende scene weer een stukje rauwer. De moraal van de drugsbendes goes uptown. Een verzameling geconcentreerde hints zonder bijsluiter.
9. De Wederopstanding van een Klootzak
'Stuur het filmpje maar naar James Joyce.' De Wederopstanding is een 'sensation'. Japans absurdisme schiet wortel in het Nieuwe Nederland. Van Wageningen is het kolossale middelpunt. Nu al een iconische rol. Zoals een gangster zegt: 'Ik weet goeie cinema te waarderen ja.'
8. Tabu
De poëtische tristesse van Pessoa ontmoet de woordloze beeldmagie van Murnau. Het begint al in een fantastische openingsscène. De beste van het jaar, zelfs. Een piano als een harp, een man met een tropenhoed en wat sjouwende natives. Meer heeft Gomes niet nodig. (Dialogen ook al niet.)
7. Post Tenebras Lux
Het gebeurt niet elke dag dat een spiegelende maalstroom-film in Tarkovsky-trant zó goed klikt. Reygadas vervormt zijn beelden met bijzondere lenzen. De mensen, dieren en bomen krijgen er aura's van, zodat ook de kijker vanzelf aan dit delirium moet geloven. 'It's a dream, only a dream, and it's fading now.'
6. Before Midnight
Linklater vangt de minotaurus in dit derde deel meteen goed bij de hoorns, in een Iraans aandoende eindeloze autoscene. Het is het begin van anderhalf uur discussiëren en vele leuke grapjes. Aanvankelijk nog met andere vakantiegasten, maar later, zoals gebruikelijk in de serie, wandelend met twee. Delpy en Hawke. Dominant en overtuigend.
5. La Grande Bellezza
Sorrentino en Servillo vormen een wervelend team. De regisseur zorgt voor een spectaculair festijn aan invloeden en liedjes. Hoofdrolspeler Servillo draagt het allemaal achteloos op zijn schouders. In de rol van gefnuikte schrijver Jep zoekt hij naar Grootse Schoonheid, maar in werkelijkheid zwemt hij met zwembandjes in het binnenbad De Grote Leegte. 'Op onze feestjes is De Trein het allerbeste!' 'Omdat ie nergens heengaat', antwoordt de vleesgeworden cynicus gevat. Zijn zelfkwelling is een gewoonte geworden. Het heffen van zijn hoed is inspannend genoeg. Het echte antwoord op de vraag naar la Grande Bellezza is een eerlijk antwoord.
4. Reality
Wellicht een boude bewering, of een flauwe provocatie gezien het consensus-meesterwerk op vijf, maar waar La Grande Bellezza wel erg retro is, gaat Reality ondubbelzinnig over nu. Dit zijn de jaren van de selfies, van het verplichte sterrendom voor iedereen. Een stapje verder en je belandt in (terechte) NSA-paranoia. Het gevoel dat camera's zo alomtegenwoordig worden dat we niet meer anoniem kúnnen zijn. Reality vangt dit gevoel in een bijzonder smakelijke en muzikaal-magische satire. Hier wil het hoofdpersonage niets liever dan gefilmd worden. Je eigen leven móet een Cinecittà-spektakel worden.
3. No
No is de beste politieke film sinds 12:08 East Of Bucharest, en even aangenaam ambigu. Pinonochets dictatuur probeert zichzelf met een referendum te legitimeren. Welke beeldtaal is daar nu beter voor geschikt dan die van de tv-reclame? Het 'medium cool'. Regisseur Pablo Lorrain laat de film baden in overbelichte gouden tinten baden, alsof iemand ons stiekem een stokoude videoband heeft toegespeeld, vol met fragmenten uit journaals en campagnespotjes. Ondertussen legt de film kleine stukjes uit een John Sayles-achtig mensenmozaïek. Verleidelijk gewoontjes. Dat zelfs de uitslag nog spannend wordt bewijst de kracht van de film.
2. The Act Of Killing
Ooit had je een black metal-muzikant die voor optredens zijn outfit in het bos begroef, om daar een paar weken te laten rotten. Zo stonk hij op het podium als de dood. (Die sowieso niet ver weg meer was…) Eigenlijk doet Joshua Oppenheimer in deze documentaire hetzelfde. Hij is waarheidscommissie en Leni Riefenstahl ineen. Oppenheimer laat een paar Indonesische gangsters op de filmset hun oude 'kleren' weer aandoen. De geur van rotting is geestdodend (of juist geestopwekkend) misselijkmakend, zowel voor de kijker als de betrokkenen. Eigenlijk is The Act Of Killing de film van het jaar, maar ik kreeg het in een Wo ist der Bahnhof-kronkel niet voor elkaar om deze kerels tot de filmsterren van het jaar uit te roepen. Daarvoor is hun geflirt en gefluit in deze danse macabre simpelweg te verbijsterend.
1. Frances Ha
Frances Woah! Greta Gerwig en Noah Baumbach waren al helden, maar zijn wéér wat in mijn achting gestegen. Dit is Baumbach's Manhattan en net als bij Woody is er uitgebreid tijd om te refereren aan tal van (Franse) filmklassiekers. Inderdaad, hier werd ook ik bevangen door de nostalgie van de cinemageschiedenis. Anderhalf uur lang jakkert de film in een haast verslavend hoog tempo langs kleine gebeurtenisjes. De rusteloze Frances zit in een quarterlifecrisis en hopt van huis naar huis. Elke keer als de film weer een close-up van haar gezicht toont zien wij álles. Elk deel is constant de som. Of Frances nu in bad ligt te peinzen, een beetje beschaamd emotioneel afscheid neemt van haar ouders, of aan het einde vastberaden (en met een doel!) op haar lip bijt. Wat een film, wat een vrouw. Iedere lezer van dit artikel zal zich in haar herkennen.
(door Ludo)