Weer een nieuwe Sub? Jawel! Take it away, Dineke!
In juni was de Concertgebouw Open, een dag waarop allerlei acts uit Amsterdam zich mochten presenteren in dit prachtige muziekgebouw. Niet alleen in de vele podia die er al zijn, maar ook ook exotischere plekken als de foyer en de garderobe stonden groepjes te zingen, dansen en spelen. Ik juich zo'n poging om uit de ivoren toren te stappen en dichter bij het volk te komen toe, en dat vonden meer mensen: het was er knap druk.
Maar wat me opviel in die drukte was dat er weinig doorgewinterde festivalgangers aanwezig waren. Mensen stonden steeds in elkaars weg, als iemand een zaal binnenkwam kreeg hij het idee om in de deuropening stil te staan op zijn camera te pakken, als er een duidelijke stroom rechtdoor was wilde iemand er middenin ineens de andere kant op… door het gebrek aan ervaring in bewegen in groepen leek het Concertgebouw nog veel drukker dan het er al was.
Ik pleit er daarom voor dat ieder leert bewegen in groepen. Natuurlijk leer je dit ook door ervaring, maar door het iedereen mee te geven, ik stel voor in groep 2, voorkom je ergernissen over en weer. Bovendien kunnen we extra regels maken in die lessen, die de doorstroming en ook de veiligheid nog meer ten goede kunnen komen.
De belangrijkste do's en don'ts:
Kies je plek:
Bij een optreden is meestal een podium en een bar, en soms een balkon. Ga op het balkon staan als je van een dvd ook kunt genieten: hier is de livebelevenis minder, maar wordt er ook minder tegen je aan geduwd. Ga vooraan het podium staan als je denkt dat je een bijzondere klik hebt met de artiest: je staat dan naast mensen die ook zo'n klik hebben. Vlak achter deze plekken komt de moshpit: ga hier niet staan als je je kleren schoon wilt houden of als je bril je dierbaar is. Bij de bar staan heeft als voordeel dat je snel drinken krijgt. Het nadeel is dat andere mensen ook drinken en dit met het nodige geluid en gedrang gepaard gaat.
Kijken, kijken, kijken:
De rijinstructeur zei het al. Scan de zaal op ingangen, waar is de bar, waar zijn de opstoppingen. En stippel zo de handige route uit.
Altijd links:
Om je voort te bewegen en vrienden terug te vinden is het handig om een regel te hebben van waar je staat. Een prima vuistregel is "altijd links". De regel helpt je ook af van zinloze discussies over welke aanvliegroute te nemen. Is de zaal te groot om elkaar zo te vinden dan kun je specifieker worden, zoals "bij de paal onderaan de L van GOLF".
Treinreizen:
Mensen zijn goed in volgen. Als iemand zich een weg baant door de drukte zijn er gelegenheidszoekers die erachteraan gaan. Dan ontstaat een treintje. Treintjes lopen meestal schuin door het publiek. Bij veel treintjes onstaat er een soort korenaar- of zigzagpatroon. Neem een treintje als het nodig is. Zelf wil je niet naast een treintje staan omdat het afleidt. Denk daaraan wanneer plek zoekt: treintjes volgen meestal de route van het minste (zichtbare) publiek, dus langs palen en langs kleine meisjes.
Kruisen:
Als je andere mensen kruist is de vuistregel weer "altijd links", tenzij dat niet uitkomt. Tijdens het kruisen en ook tijdens het treinreizen is het belangrijk in beweging te blijven. Spullen uit je tas halen doe je wel als je een plekje hebt. En waarop heb je uberhaubt een tas nodig?
Als alle bezoekers deze regels leren en opvolgen, wordt niet alleen de Concertgebouw Open, maar ook de Libelle Zomerdagen en de EO Jongerendag een nog groter succes!
(Dineke)