[cd, Three:four Records/Mandaï]
De Belgische muzikant Jérôme Deuson start begin deze eeuw zijn carrière nog als A4, maar treedt in 2002 naar buiten met zijn elektronische postrock project aMute. Dat elektronische zeg ik er maar bij, want in feite is postrock van origine juist elektronisch en niet met die hard-zacht gitaren. Al snel wordt hij opgemerkt door het dan nog actieve, prestigieuze Canadese Intr_version Records van Mitchell Akiyama, die zijn prachtige en goed ontvangen debuut A Hunderd Dying Trees (2004) uitbrengt. Hierna komt hij in 2005 alweer aanzetten met de abstracte IDM supergroep Arden, waaraan onder meer Mitchell Akiyama, Christophe Bailleau en Sébastien Roux deelnemen. Ze brengen dan hun enige cd Conceal uit op het kersverse Stilll label dat door Deuson en Alain Lefebvre wordt opgericht. Weer een jaar verder verschijnt The Sea Horse Limbo, wederom uitgegeven door Intr_version, dat zowel een fractie meer experimenteel als poppy is. Op Infernal Heights For A Drama (2009) is aMute uitgegroeid tot een internationale supergroep. Een groots geluid met doomachtige en psychedelische elementen is het resultaat. Daarna valt de groep uiteen en is het weer Deuson die de touwtjes in eigen handen neemt. Hij maakt na een kleine kapitaalwijziging een doorstart als Amute. In 2012 verschijnt Black Diamond Blues, dat misschien wel zijn meest intieme werk tot dan toe is geworden. Hij brengt een fraaie mix van folktronica, gitaarambient, postrock, shoegaze, drones, droompop, glitch en neoklassiek gehuld in een gitzwarte atmosfeer. Een geweldig album, waarmee hij ook de Octave de la Musique prijs in de categorie elektronica wint in België.
Twee jaar verder en zijn vijfde cd Savage Bliss een feit. Hierop vervolgt hij zijn eerder ingeslagen weg, al is de toon nog meer melancholisch en ingetogen en het geluid meer experimenteel en psychedelisch. Deuson weet alles zo te rangschikken dat het weliswaar droefgeestig is maar ook ontzettend intrigerend, meeslepend en bovenal gepassioneerd. De nachtelijke klanklandschappen houden het midden tussen glitch, IDM, gitaarambient, drones, softnoise en postrock. De geluiden komen en gaan, zijn dikwijls fragmentarisch maar vormen samen een overrompelend geheel. Een emotionele aangelegenheid met oog voor details, die maar weinig mensen onberoerd zal laten. Hij weet zich op fraaie wijze te positioneren tussen Jessamine, Labradford, Tape, Jasper TX, Yellow6, Fennesz, Flying Saucer Attack en Tim Hecker. Daarmee toont hij eens te meer aan zich met de groten der aarde te kunnen meten. Bijna drie kwartier lang brengt hij misschien wel zijn allerbeste muziek tot nu toe ten gehore, waar je met recht het stempel “wilde gelukzaligheid” op mag drukken, al is de muziek zelf bepaald niet van de vrolijke. Klasse!
door Jan Willem Broek