I’m back, back in the New York Groove.
Altijd fijn om terug te zijn in filmstad numero uno. A Guide To Recognizing Your Saints neemt de kijker mee naar Astoria, Queens, destijds een gewelddadige buurt met vetes tussen Puerto Ricanen en Italianen, waartussen de schrijver John Fante zich thuis zou voelen. Het is midden jaren ’80, dezelfde tijd als waarin het eveneens uitstekende The Squid And The Whale zich afspeelde. Daar worstelde een upperclass jongen met zijn schrijvende ouders. Hier heeft het hoofdpersonage Dito (Shia LaBeouf) het vooral te stellen met zijn pa (Chazz Palminteri), een monteur van typemachines.
Film is waarschijnlijk het beste medium voor nostalgie, Nuovo Cinema Paradiso is een goed voorbeeld. In díe raamvertelling keerde een volwassen man (en regisseur!) terug naar het dorp van zijn jeugd. Astoria is eigenlijk evengoed een dorp, waaruit het lastig ontsnappen is.
De echte Dito is het uiteindelijk gelukt. Hij schreef er een boek over en regisseert nu de film. Hij graaft zich autobio en is wel zo slim ’t acteren van zijn oudere alter-ego aan Robert Downey Jr. over te laten. Toch is die hedendaagse lijn niet het interessantst. In de uitleggerige sleutelscène met moeder (Dianne Wiest) die Dito’s dominante vader voor ‘m verklaart dwaalden mijn gedachten zelfs af. Nee, het gaat om de jeugdscènes, badend in ’t licht van een smorend hete zomer, waarin rommel wordt getrapt, rond zwembaden wordt gehangen, drugs worden geconsumeerd en ruzie wordt gemaakt, terwijl de camera af en toe haar ogen sluit. Dat alles onder begeleiding van een onverrassend goede, maar vreemd genoeg wel erg seventies-georiënteerde soundtrack, met naast Ace Frehley, ook Cat Stevens en het allerbeste Velvet Underground nummer: ‘Rock and Roll’. Hiphop zat in die tijd zeker nog vast in de Bronx.
Bijbelse metaforen gaan altijd linea recta langs me heen, maar het is duidelijk dat de belangrijkste engel de gevoelige Schot Mike (Martin Compston) is, die op een dag in Dito’s klas belandt en maar meteen een gedicht voordraagt. Compston heeft een lief Breaking Away-hoofd, een andere nostalgie-klassieker. Samen doen ze aan California Dreamin’, terwijl ze als als hondenuitlater werken voor een Mercuriaanse over the top homo (Anthony DeSando) die al doorgetript nog even een geweldige analyse van Gerry Rafferty’s ‘Baker Street’ geeft. Spanning is echter in elke scène aanwezig. Goed kan ’t niet aflopen zoals al in minuut één is aangekondigd.
A Guide heeft zijn minpuntjes. De eerste helft bevat overbodige meta-grapjes op zijn Magnolia‘s, met personages die in de camera kijken en hun leven samenvatten. De schrijver leest passages uit zijn boek voor, waarna zijn woorden on screen herhaald worden. In de onevenwichtige, chaotische tweede helft zijn die geintjes ineens weer verdwenen, wie weet omdat hij dan werkelijk op weg is. Terug naar zijn zieke pa, zijn vriendinnetje van toen (dat hij halsoverkop in de steek liet) en zijn hoogstpersoonlijke wraakengel.
door Ludo